Ook over ons gewest klinkt de „muzyck van de zingende torens Carillons strooien ranke klanken over stille stadjes en bedrijvige steden 99 Historie der lage landen weerspiegeld in klokkenvreugd en klokkenleed fi ZATERDAG 34 OCTOBER 1958 De fiere Speeltoren van oud Monnikendam. (Van een onzer redacteuren) HEMONI SPEELT een hemelsch klockmuzyck. Zoo snel gelijk een luit of Sweelincks orgelpijpen, roemde loost van den Vondel, toen hij vernam, dat Amsterdams burgemees- teren in 1655 een klokkenspel hadden besteld bij Fran^ois en Pierre Hemony voor het nieuwe stadhuis op de Dam. Deze jonge Fransen hadden het oude Lotharingen de rug toe gekeerd en in Zutfen een klokken- en geschutgieterij gevestigd. Reeds hingen hun schone speelbellen in Zutfens Wijnhuistoren, in Deventer en Enkhuizen, alsmede in Hendrik de Keyzers Beurstoren. Met de weelde en de glans dier beiaardklanken verspreidde de faam der met eerbied genoemde naam dezer „constrijcke meesteren'" zich over de lage landen. Amsterdam bouwde torens en die torens moesten juichen over stad en land, juichen om de vrijheid verkregen na- tachtig jaren bittere strijd tegen de Spanjolen. Torens en klokken, zij zouden mét de sierlijke lijn en het edele marmer der grachtenpaleizen het pronkjuweel worden, waarmede de rijke koopstad Amsterdam zich wilde tooien. Doch niet alleen Amsterdam bouwde schone torens, niet louter de goede stad aan het IJ huisvestte rijke kooplieden en welgestelde poorters, die zich dit tot een eer en een vreugde rekenden. Overal in de Nederlanden, van de Dollart tot de Leie, waren en werden torehs opgericht in wier schaduw de weefgetouwen snorden, de kuipers hun vuurtjes stookten en de pakhuisknechten sjouwden met balen van over zee aangevoerde welriekende specerijen. Brugge bouwde zijn stoere Belfort, die van Gent bleven niet achter, Antwerpen kreeg zijn Lieve Vrouwe Toren. De handelssteden langs de Zuiderzee, kleiner van allure, bouwden ook hun spitsen, die rank en fijntjes rezen boven huis en haven. Ze staan er nog de Speeltorens in Monnikendam en Edam, de torentjes op Alkmaars Waag en Grote Kerk, de robuste toren van Enkhuizens Zuiderkerk en die van de dikke Drommedaris. En in Mechelen, Antwerpen, Zutfen en Amsterdam goot men dag in dag uit de vurige klokkespijs in de gietvormen. Daar maakten de Hemony's, de Van den Ghijns en de De Haze's telkens weer nieuwe klokken manshoge luidklokken en kleine tedere bellen, die men als een kostbaar juweel in de handpalm kon plaatsen. Hun werk werd voort gezet door Petit en Fritsen en de Van Bergens en telkenmale worden de Lage Landen nog verrijkt met een fraai carillon. „Van Bergen" maakte van Hoorn weer een stad „met een stem" en goot het fraaie klokkenspel voor het markante monument voor de Helden der Zee in Den Helder. Zó mogen dan in Holland en Vlaanderen de landen laag zijn, de rivieren traag stromen en de nevels zich veelvuldig leggen over stad en akker, daarboven rijzen trots de torens en zingen de klokken. Hun roem rijkt over grenzen en oceanen en kan met ere wedijveren met die der hoge Alpentoppen en de eeuwig zwijgende betonblokken, die men op New Yorks Manhattan wolkenkrabbersnoemt Dicht bij de plaats op de Zeedijk, waar vroeger de Helderse visserslui in hun vletten sprongen om zeelieden van een wisse dood in de kokende golven te redden, zingen de klokken van het Heldenmonument over de „Wakkere mannen". donkere geluid van enkele luid- waarin nog wat purpergroen avond klokken en dit bracht stil verdriet licht kaatste, reden we terug naar in vele Hoornse harten. Men richt- Alkmaar. te de vereniging „Het Carillon" op. Op allerhande ingenieuze en liefde rijke wijze werden gelden bijeen ge bracht. En men kan zich indenken Wie Alkmaar zegt, zegt kaas en kaasmarkt, te recht of ten onrechte misschien, doch een feit is, dat kaas markt en Waagtoren met het gezel- welke ^en grootse en blijde dag het ijge carillon én de befaamde ruiters j- -i._j - 1 t..t. gtad bekend maakten tot in alle fLARK vi een i GABLE deed zich dezer da gen in de oude herberg „De Post hoorn" in Monnikendam tegoed aan een met zorg toebereide Noordhol landse kip en liet zich daar tevens in zijn ware gedaante kennen als een nog al bar over het paard ge tild heerschap. Lana Turner had slechts belangstelling voor haar make-up enijswater. Zij ston den er ook in de huivering van de nacht voor de gonzende camera's bij Dekkers houtzaagmolen. Zij hadden geen tijd om aandacht te schenken aan een der merkwaardigste bouw werken van dit oude stadje, wat scheefgezakt vlak bij hun hotel: de stads- of speeltoren, die al zeven honderd jaar op het vierkant van baksteen die ranke houten spits met de sierlijke peervormige bekroning torst. Wij waren er speciaal voor geko men, klommen in de toren omhoog langs de stoffige traptreden, kropen door de mansgrote gaten in de zol ders, waar de oude ingewikkelde uur- en slagwerken trouw hun plicht doen en zagen tenslotte de klokken. Vijftien van deze reuzentros werden in 1596 gegoten door Peeter van den Ghijn te Mechelen, een in 1663 door Antoni van Wilkes. De zware uurklok, waarom zich al die donkere enthracietkleurige bellen scharen als kleinkinderen om hun grootmoe der, is nog ouder en kwam in 1591 uit de werkplaats van Thomas Both. Bladert men in de oude archie ven van de stad, dan ontdekt men met welk een onverdroten toewijding burgemeester en kerkmeesteren streefden naar verwezenlijking van hun carillonplannen. Nog meer eer bied krijgt men van de grote devotie, die ten grondslag ligt aan de op dracht, die zij gaven voor het aan brengen van het randschrift der grote uurklok: „God, die de tegen spoeden des lijdens geeft, zal ook Uitkomst geven Even staan we nog op de omhei ning van de toren. Meer nog dan in de smalle straatjes komt men hier onder de rijke bekoring van dit stille stadje, dat oprust aan de rand van het wazig wijde IJselmeer met in de verte de kartellijn van Marken. Aan de voet van de toren leunen moe en stokoud met rode pannen af gedekte huisjes, waarover pikant geu rende witte rook zweeft, opstijgend van de „hangen", de vele visroke- rijen, welke men hier aantreft. Dan dalen we de trappen af, langs de speeltafel, waaraan eens de Amster damse beiaardier J. Vincent zijn gastconcerten gaf, langs de blaas balg, die zorgt, dat het engeltje aan de Zuidgevel boven het steekspel der vier ruitertjes om het half uur haar gouden bazuin kan blazen. VEEL TIJD bleef ons hier niet over. Snel bracht de auto ons door de herfstige polder met al doorzichtige iepen het Noorden in naar Edam, al even oud, al even intiem met stille grachtjes, winkels met tinnen kannetjes en oude kapdozen, een klein plein met een stadhuis, waar we even liepen in de met zand be strooide voormalige schepenzaal (Lodewijk de Veertiende-stijl), iroengouden rococo-stoelen en doek _angs de wanden beschilderd met Bijbelse voorstellingen. Het smalle grachtje, dat loopt langs dit plein buigt onder een hoge brug door en achter langs de Speeltoren. Hoger nog dan die van Monnikendam rankt deze toren naar de grijze wolken. Er hangen drie en twintig klokken in, deels aan de buitenzijde aange bracht. De kern van dit klokkenspel is weer van Peeter van den Ghijn. gegoten voor ske Ze werden ei_ de Grote of St. Nicolaaskerk, daar ook in 1561 opgehangen doch ver huisden in 1569 naar deze Speelto ren. die toen nog de Onze Lieve Vrouwetoren werd genoemd. Het sil- voor de stad was, toen op 1 Juli 1939 vanuit de hernieuwde toren der Grote Kerk zeven en dertig bronzen stemmen hun glorieuze belzang aanhieven. Helaas met hoeken der wereld. Veel willen wij daarom niet meer zeggen over het mooie klokkenspel in de Waagtoren, ju het dat mogelijk binnenkort nog voor een verrassing komt te staan. Alkmaar heeft nóg een zingend» neerslaan van de vreugde in de har ten der mensen bij het komen van d, „riof. Duitsers zwijgen. het klokkenspel uit de toren en sleepten het weg. Men moet' wel heel grote bewondering hebben voor de vereniging „Het Carillon" en de imposante Grote Kerk hangen ook een en dertig klokken, waarvan de grote luidklok, de „Salvator" of .Zaligmaker" in 1525 werd geschon- h.iroor* wan 'tTóórn +non yü nnniamw Ken door Meinard Map, abt van Eg- mond. De klank der bellen is zeer ■hpalntpn pplH pn inanannino- nn fp mond. ue KiauK. uei Denen ia pccj brengen voor het doen aanbrengen fljn en zuiver en men luistert tel van weer een nieuw klokkensfef kens weer met vreugde naar hun Particulieren bui^tverenie^n lied of dat nu iets ls van Valenus of zaken gaven stuk voor stuif geld' een statig koraal van Bach Te be- soms zelf J voor een gehele klok? De treuren is het echter, dat hier nog fa Van Bergen in HelHeer 1eekree 2 steeds een werkelijke bespeling ia. van Bergen in tie±ngeriee Kreeg h t carillon achterwege moei van het carillon achterwege moet blijven o.a. omdat de speeltafel ont breekt OP VIER JUNI 1935 drukte ko ningin Wilhelmina in Den Helder op een electrische knop. Dit was een teken, waarop lang was gewacht, het sein voor de grote musicus Johan een nieuwe opdracht en op 28 Aug. 1950 zongen uit de donkere galm gaten van de Grote Kerk de zware, sonore bassen en de olijke, luchtig huppelende glasheldere stemmetjes van twee en veertig klokken, be speeld door de meesterhand van Staf Nees uit Mechelen! Met recht had men dan ook in de Wagenaar om de handen op de speel- A-klok het volgende juichende rand- tafel te leggen en voor de eerste schrift doen aanbrengen: „Door ruw maal in de geschiedenis ook de bur- geweld. Werd ik geveld, Maar nau- gers van Den Helder het grote be- welijks is er vrede weer. Ik weder- leven van het horen van hun eigen keer. En schoner dan ooit te voren, klokkenspel te schenken. Laat ik mijn bronzen stemme horen". Hoorn was weer in de rij der zin gende Hollandse steden opgenomen Hélden der Zee, gebouwd Daarmee was op letterlijk konink lijke wijze het monument voor de gcuuc nuuauuse sieuen opgenomen Helden der Zee, gebouwd als een en men verheugde zich daarover zó, hulde van het gehele Nederlandse /lit r» ftlfp rln rinu n n u...1n i 1 - Eeuwenlang reeds beheerst dit sierlijke silhouet van Edams Speeltorentje met de spits van de grote St. Nicolaaskerk het stadsbeeld van dat typische Noordhollandse stadje. dat zelfs de nazaten der voormalige volk aan de eenvoudige mannen, die burgers, die onder leiding van Schip- hun leven honderden malen in de vaarder Tjerk Hiddcs de Vries het waagschaal stelden om schipbreuke- Amerikaanse stadje Lewes stichtten, lingen uit de greep van een woeden- hun oude liefde gestand deden en de zee te redden, ingewijd. In de van over zee geld zonden ten be- ruim vijftien hoge toren, op een hoeve van Hoorns nieuwe klokkengebeeldhouwd basement, hangen der- J-JET WAS heel stil op Enkhuizens tig klokken van Van Bergen. „Meidenmarkt" toen wij daar om hoog keken naar de vijf en zeventig meter hoge peervormige spits van de ruim vierhonderd jaar oude toren der Zuiderkerk. Naar een lilliput trap- vlnkhiV,™* k tWS-e iPa.ar .man~ vernieuwende stad en over de nabije nenklompen. Roerloos in het scheme- zse, dis in winterdagen som'? tot 'aan £vonduUr hing wat wit wasgoed een briesende leeuw wordt, waarte- een lijn tussen de bomen naast gen <}e blauwe zeeridders ook nu nog Plotseling sprong niet uit ten strijde trekken. Ook als een Na Mei 1940 toen de vrijheid werd verdreven tot 15 Juli 1950 toen het carillon was hersteld, zwegen de klokken. Nu zweeft op stille zomer avonden hun lied weer over de zich Indrukwekkend zijn de geweldige klokken van Hemony in de hoge toren van Enkhuizens Zuiderkerk. houet ervan steekt uit boven een klein bouwwerk. De erbij behorende kerk werd in de vorige eeuw gesloopt. Oorzaak een ruzie! Die van de Grote Kerk vreesden, dat de kerkgangers deze in de steek zouden laten om louter de kleine kerk bij de toren te be zoeken. De kleine kerk werd daar om afgebroken. Het volk was nu wel gedwongen in de grote kerk de dien sten bij te wonen Aan het oude klokkenspel werden later enkele grotere klokken toe gevoegd genaamd Wilhelmina, Em ma, Hendrik en Juliana. Ook hier in Edam op zo'n rustige herfstdag is het goed toeven. Hoe sterk spreekt de stilte als de klok ken, daartoe aangespoord door het mechanisch hart in de toren, hun liedje over de stad hebben doen dan sen en terugkomen tot die stilte. Maar wat een voorrecht, dat men deze klokkenstemmen bezit, die wijder dan de stem des mensen en met groter darteling endieper rouw de gevoelens van de mens kunnen uitdragen naar veler harten! UOORN moge dan in de loop der II eeuwen veelvuldig van karak ter zijn veranderd, het moge van zeevaardersoord zijn geworden tot een agrarisch centrum, de liefde voor de klokken is de burgers dezer stad door de eeuwen trouw geble ven. In het jaar 1528 was Hoorn een der eerste steden in de Noordelijke Nederlanden die een, zij het kléin, klokkenspel kocht. En nog hedenten- dage laten de grote klokken en de kleine klokjes hier op hoogtijdagen hun bronzen stemmen horen. Het zijn echter niet altijd dezelfde klok ken geweest, die hier werden ge luid en bespeeld. Neen, Hoorn ken de veel klokkenleed In 1670 kreeg de stad een beiaard van 23 klokken, gegoten door He mony, en „zeer suyver van resonan tie". Dit carillon werd aangevuld en gewijzigd doch ging in 1838 met de Grote (monumentale) kerk door brand verloren. Nieuwe kerken werden op deze plaats gebouwd, doch herhaaldelijk richtte net vuur weer grote verwoestingen aan. Ter wijl in Alkmaar, Edam. Enkhuizen de klokkenspelen hun wijsjes zon gen, moest men het in Hoorn tien tallen jaren alleen doen met het aan de kerk. o deze toren, doch over de monumentale huisjes by de haven heen een kwar tierregeltje klokmuziek. We wisten het al, het vluchtige deuntje van de Drommedaris, daar bij het water! En toen dienden Hemon der oude redders zijn laatste gang gaat naar het Huisduiner kerkhof geven de klokken die eens zo moe dige mens een eerbiedige groet mee op zijn allerlaatste thuisvaart. toen dienden Hemony's klokken in de vaan geweldige toren vóór ons donkerder LUIDEN en zingen bii vreuff- en zwaarder, van antwoord, als wilden L zingen dij vreug v- dg en iee<j |n Noordhollands torens de klokken hun lied ter zij beamen: De tijd gaat voort, let wel! Enkhuizen moge dan wel niet meer de stad zijn als in de tijd, dat ook van eie van God, tot vreugde der hier de schepen uitzeilden naar de mensen. Zo is hun geschiedenis, Guinesche kusten, de jonge burger Jan i«i, u;. „i j:_ Huygen van Linschoten reisde naar menselijk bijna als die van de Voor-Indië en Japan, het geklop der mens zelve. Wij' mogen ons daar- hamers weerklonk op niet minder dan over verheucen Men heeft in de twaalf scheepswerven en het schilders- neexl ln ae talent van Pauius Potter hier het ie- laatste tientallen jaren weer ge- venslicht aanschouwde. Doch het bezit toond grote belangstelling en veel oud schoon en wie zou zich niet i i ,fi, gelukkig prijzen in het bezit te zijn !*Cxde Voor Zijn klokken te heb- van twee zo fraaie carillons? Wij be- ben. Hier en daar zouden toch 'jfirSJSSaXGS 1T»S no« "i<!uwf kunnen hoe boven het water in de verte een worden geboren. Er zijn nog to- grote zwerm meeuwen trilde en van rens, die niet zingen. Die doet men oneer aan! Doch voor het overige blijve de hoop, dat die Noordhollandse klokken nog 1 zijn sluiers legde over het West- vreugdevol moment in friese land, een serie watermolens leven der onzen zullen mogen bii de Schermeer als vreemde reu- begeleiden met hun hemelse zen ir de nevel stonden en in een „„im, der vaarten zeven zwanen een rech- •rnu/.VCK, gelijk een luit of te streep trokken door het water, Sweelincks orgelpijpen dichtbij, waar aan de scheepsmasten bruine zeilen en netten droogden, de tanige, specifieke geur van een pas ge teerde scheepsromp aanzweefde. 'ERWIJL het donker onhoorbaar

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Heldersche Courant | 1953 | | pagina 7