Diercaricaturen uit marsepein Op de boterham De vrouw in de Nederlandse politiek Kinderen hielpen Carel van Laere bij het vinden van nieuwe vormen O VER BONT ALLERLEI In 1280 vond Roger Bacon de bril uit Een kunstenaar in zijn vak De anti-revolutionnaire vrouwen zijn niet langer van passief kiesrecht uitgesloten De Rozenkrans 5 doktoren het misbruik van laxeermiddelen Keizer Nero zag gladiatoren door een smaragd en Robespierre gebruikte een zonnebril Verstandige herroeping van een verouderd besluit waarschuwen tegen Neus is geschapen voor de bril DINSDAG 1 DECEMBER 195» (Van een onzer medewerksters). FRGENS in Leiden op de vierde verdieping van een fabriek van grondstoffen voor de bak kerij is het atelier van de ge broeders van Laere. De ene broer, die econoom is, behartigt de zaken, maar ons bezoek gold in de eerste plaats de kunste naar Carel, die poëzie bracht in de vervaardiging van chocolade en suikerwerken. Het resultaat van zijn werken kunnen wij vooral in deze weken in de etalages der banketbakkers be wonderen in de vorm van aller lei aantrekkelijke marsepein- en suikerfiguurtjes, etc., die een be langrijke plaats zijn gaan inne men naast de vrij fantasieloze dobbelstenen en aardappelen, die vroeger alleenheersers waren. Natuurlijk zijn deze voorwerpen niet door Carel van Laere per soonlijk gemaakt, maar via cur sussen en vakliteratuur is deze nieuwe ontwikkeling ter kennis van de banketbakkers gebracht. Oorspronkelijk legde Carel van Laere zich toe op beeldhouwen, maar dit idee vond bij zijn ouders weinig weerklank. Zij za- gen liever dat hun zoon een vak koos, d.w.z. een vak dat reëele mogelijkheden bood. Zo beland de Carel van Laere in het ban ketbakkersbedrijf. Maar zijn oude liefde voor het boetseren, voor vorm geven, liet zich ook hier niet verloochenen. In het ont werpen van allerlei soorten ver snaperingen vond hij een nieuwe uiting voor zijn scheppingsdrang, waarbij hij vooral in marsepein een gewillig materiaal vond. Maar ook op het gebied van sui kerwerken zijn vele ideeën van hem afkomstig. In dit laatste ge val gaat hij uit van tekeningen, waar later vormen van gemaakt worden, welke op de fabriek al leen gevuld behoeven te worden en na bekoeling en uitstorting voor gebruik gereed zijn. Met eindeloos veel liefde en geduld worden steeds weer nieuwe schetsjes gemaakt. Wij zagen bv. hele ritsen ranke hertjes, waar van tenslotte één juist datgene had, wat de volle tevredenheid van de maker kon wegdragen. Zo poogt deze jongeman toch, •zij het dan op heel andere wijze dan oorspronkelijk zijn bedoe ling was, bij te dragen tot ont wikkeling van het schoonheids gevoel. HOEWEL ook voor marsepein wel gebruik wordt gemaakt van vormpjes is de werkwijze hier mees tentijds een geheel andere. De voor studies worden nu gemaakt uit boet- seerklei, het zg. modaline, een Ne derlands product, dat zich uiterst gemakkelijk laat bewerken. Het uit gangspunt is altijd een bolvorm. Dit klinkt simpel genoeg, maar onder de vlugge vingers van Carel van Laere is het eenvoudige bolletje al ras veranderd in een of ander dier- figuurtje, zijn specialiteit. Voor onze verbaasde ogen toverde hij in een oogwenk een klein, parmantig beer tje. dat de meest verschillende hou dingen en gelaatsuitdrukkingen ten toon spreidde. Van een ontroerend hulpeloos gevalletje werd het met een paar vluc^e handgrepen een ondeugende kwajongen. Aan de ban ketbakkers is nu de taak dit ontwerp na te maken. Voorwaar niet zo'n heel eenvoudige opgave. Door middel van cursussen met lichtbeelden en kleu renfoto's krijgen zij evenwel onder richt. Daarnaast heeft van dé hand van Carel van Laere ook de nodige vakliteratuur het licht gezien. Som mige van deze boekjes zijn zelfs in vijf talen verschenen. Polygoon maakte voorts al eens een reportage en zelfs de televisie verzekerde zich van zijn medewerking. Nadrukkelijk werd ons echter ver teld, dat het nagestreefde doel twee ledig dient te zijn. Niet alleen het schoonheidsgevoel moet bevredigd worden maar daarnaast mag zeker niet vergeten worden, dat het hier geen kunstvoorwerp betreft, doch een bestemd voor consumptie. Het moet er dus smakelijk uitzien en als het ware noden tot zijn uitein delijke bestemming: „het opeten". Daarom mag het ook niet te na tuurgetrouw zijn, want in dit geval zou men wat huiverig kunnen wor den er zijn tanden in te zetten Zo tegen Sinterklaas echter kan de jonge kunstenaar zich wat meer on gebreidelde fantasieën veroorloven, VOOR onze gezondheid is het van belang dat zowel de broodmaaltijden als de warme maaltijd goed zijn sa mengesteld. Wij schieten er niet veel mee op als onze warme maaltijden op de juiste manier opgebouwd zijn en wij bij het brood alleen thee drinken en op het brood uitsluitend zoetig heid of vet eten. Deze belegsels en drank voorzien ons namelijk niet van de eiwitten, vitamines en andere voe dende stoffen, die wij nodig hebben. Melk en een hartige .belegging behoren erbij en liefst ook een deel van het fruit dat wij dagelijks gebruiken of an ders wat rauwe groente. Het is verstandig om iedere dag een boterham met kaas te eten. Kaas is een zeer gezonde belegging. Wanneer het, laatste eindje kaas te hard is om in plakjes gesneden te worden, kunnen we het geraspt door een beslagje mengen en er hartige wentelteefjes mee bakken. Dat is tevens een mooie verwerking van het stuk oud brood dat nog in de broodtrommel ligt. Kaasboterhammen (10 stuks). 200 g oud brood, 100 g bakmeel of bloem met een theelepel bakpoeder, 2 dl melk, 75 100 g geraspte belegen kaas, zo nodig een weinig zout, boter, margarine of olie. Het brood halveren, en in dunne sneetjes snijden. Het bakmeel of de bloem met het bakpoeder aanmengen met de helft van de melk tot een dik glad papje. Dit verdunnen met de rest van de melk. De kaas er door roeren en zo nodig een weinig zout. De sneet jes brood door het kaasbeslag halen en vlug aan weerskanten bruin bakken in hete boter, margarine of olie. De sneetjes warm opdienen. Groen in de pan. 100 g (een klein struikje) andijvie, 75 gr. winterpeen, een kleine ui, peter selie, 2 eieren, zout, boter, margarine of vet. De groenten schoonmaken, de anay- vie, winterpeen en het peterseliegroen fijnsnijden, de ui raspen. De eieren loskloppen met een weinig zout. In een koekepan boter, margarine of vet heet maken. De groenten er even in om scheppen. De eieren er vlug over scnen- ken en de massa 16 2 minuten voor zichtig roeren totdat het ei gestold is. Het gerecht warm opdienen. Visbeiegsel. Een rest gekookte vis van 100 a 150 g, een kleine ui, een augurkje, petei- selie, 3 eetlepels slasaus, desgewenst mosterd, aroma. De vis van graten en vellen ontdoen en klfin snijden. De ui schillen en ras pen, de peterselie wassen en zeer fijn- snijden, de augurken hakken. Al CM*e ingred'ë ten vermengen met de sla- saus, De pasta desgewenst met mosterd j en aroma op smaak afmaken. daar hier in vele gevallen het sur prise-element op de voorgrond treedt. \TIET alleen de banketbakkers wor- 1" den echter door hem onderricht. In zijn oorspronkelijke woonplaats Cuyk verzamelde hij graag de jeugd om zich heen om met hen te knut selen en te boetseren. Carel van Laere verzekerde ons, dat hij veel van kinderen had geleerd. Zij zijn nog niet zo beïnvloed door inwer king van buitenaf en hebben dik wijls een zuiver gevoel voor vorm geving. Na een bezoek aan de haven of aan een markt drukten zij soms op verrassend originele wijze de on dergane emoties uit in het willige kleimateriaai. Zo vervaardigde een 7-jarig meisje een grappig tafereeltje van een visser aan de Van ditzelfde meisje waterkant, boetseerde Carel van Laere een kopje en hoe wel wij nog enkele fotografische voorbeelden van zijn werk als beeld houwer onder ogen kregen, konden wij ons niet aan de indruk onttrek ken dat onze bescheiden gastheer slechts node onze aandacht op deze zijde van zijn talent gevestigd zag. Zijn nieuwe werk heeft thans al zijn toewijding en neemt hem volkomen in beslag. Gelijk de grote modevor- sten reeds in de winter koortsachtig werken aan de samenstelling van MOHAIR liat nu nog binnen het be- Wat overigens gezegd van de prach- y 7,.id tige mantel, welke hierbij wordt afge- reik van vele vrouwen. In Zuid- beel(J Gei.main Lecomte bracht er de Afrika is de prifs van het materiaal rnooie coupe in. Om U van dienst te aeweldia gestegen. Verschillende boe- zijn meteen „veranderingideetje",ver ren in de gebieden, waar de angora- ^n.wü naar jte a^beeWngen. van geiten worden gehouden, hebben fan- maal hermelijnbont te zijn, want dat tastische bedragen aangeboden gel(re- zou de financiële staat wel eens in ge- gen voor de totale wolopbrengst van vaar kunnen brengen. Heel goede ïmi- yen vuur taties zijn tegen voordelige prijs te hun geiten. koop en doen het werkelijk aardig, Wjj zullen maar rustig afwachten, mlts men de jUiste harmonie vindt hoe men er hier te lande op zal reage ren, en intussen liever een prettiger nieuwtje vertellen. Er schijnt thans een mogelijkheid te zijn om wol te bedrukken met zeer heldere kleuren, welke goed houdbaar zijn. Werd vroeger in hoofdzaak ka toen bedrukt, in de toekomst zal men het dankbare resultaat van vele proe ven ln de étalages tot uitdrukking zien gebracht met wollen stoffen.ln alle gewenste kleuren en motieven. Wist U, dat een van de belangrijkste eigenschappen van wol het kreukher- stellend vermogen is en dat wolvezels tot 1/3 van hun oorspronkelijke lengte kunnen worden uitgerekt zonder te breken, terwijl zij losgelaten direct de oorspronkelijke lengte weer aannemen? Wat dat breken betreft, daartegen is nylon niet bestand, het kan trouwens slechts tot 114 pet wor den uitgerekt. Men ziet, dat wol als overwinnaar uit het strijdperk naar voren treedt, vooral nu na die heerlijke na-zomerse dagen, zijn we hiervan goed doordron gen. Menig wollen vest, pullover of jurk bevolkt opnieuw de garderobe- kast. Zo zullen dan eveneens weer acte de présence geven de bontshawls en de dito pellerines, welke men heus niet alleen door de oudere garde ziet dra gen. Mantels en sportieve winterpakjes worden er mee opgefleurd en zelfs de japonnen. Heeft nog die japonnetjes gezien met het coquette, hoogopstaande raagje van bont? Een aardig idee om Natuurlijk mochten wij niet ver yau „cll trekken zonder een grote klont mar- eens een verandering toe te passen en sepein en een van de gezellige beer tjes mede te nemen. Thuis gekomen „en hebben we ons met de onmiddellijk gerede hulp van onze 5-jarige zoon vol vuur geworpen op het vervaar digen van een dierfiguur. Het resul taat was een dermate abstracte ver schijning, dat wij het zonder de minste gewetenswroeging konden een nieuw „oudje" tot stand te bren- hun voorlaarscollecties, zo is men in het gezellige atelier te Leiden al I consumeren, waarop wij' met gepaste weer druk in de weer met de voor- bescheidenheid toegaven, dat dit nu bereidingen voor het Paasfeest. juist de bedoeling was. (Van onze parlementaire redacteur) N-'l het met een zeer grote meerderheid door de dezer dagen gehouden Deputatenvergadering van de Anti-Revolutionnaire Partij genomen besluit, dat ook vrouwelijke leden van de partij in bijzondere gevallen tot lid van de Gemeenteraad, de Provinciale Staten en de beide Kamers der Staten-Generaal benoemd moeten kunnen tvorden, hééft de vrouw over nagenoeg het gehele Nederlandse politieke front, ook wat het passieve kiesrecht aangaat, dezelfde rechten gekregen als de man. Alleen de Staatkundig-Gereformeerde Partij ontkent thans nog, dat er ten aanzien van het passieve kiesrecht gelijkberechtigdheid tussen man en vrouw bestaat. Artikel 13 van haar beginselprogram luidt: Vrou wenkiesrecht echter strijdt met de roeping der vrouw en stemdwnng met de vrijheid der burgers." De S.G.P. verzet zich op principiële gron den dus zowel tegen het actieve als het passieve vrouwenkiesrecht. f mer zitten negen vrouwen, namelijk i de dames Ploeg-Ploeg, Tendeloo, Zeelenberg en Heroma-Meilink van de P. v. d. A.: Klompé en De Vink van de K.V.P.; Fortanier van de V.V.D.; Wttewaal van Stoetwegen van de C.H.U. en Lips-Odinot van de C.P.N. De Eerste Kamer telt er slechts één, namelijk mejuffrouw Tjeenk- Willink van de P. v. d. A. Vrouwelijke ministers kent Neder land nog niet. maar wel hebben we één vrouwelijke Staatssecretaris, na melijk mejuffrouw De Waal van Onderwijs, Kunsten en Wetenschap pen. Nu ook vrouwelijke leden van de A.R. Partij benoemd kunnen wor den, verwachten we, dat het vrou welijk element in de Kamer nog wel eens versterkt zal worden met een vertegenwoordigster van het anti- revolutionnaire volksdeel. lrijke IN de Anti-revolutionnaire Partij bestond dit principiële bezwaar niet, al voeren vele van haar indi viduele leden ook nu nóg beginsel- bezwaren tegen het passieve vrou wenkiesrecht aan. Deze leden gron den hun standpunt op talr Schriftplaatsen. De Partij als zodanig baseerde baar in 1921 genomen beslissing over deze kwestie evenwel niet op principiële overwegingen. Deze be slissing hield in, „dat door de bij het Centraal Comité aangesloten kiesverenigingen geen vrouwen can- didaat benoren te worden gesteld, zolang de A.R. Partij niet in haar wettige vergadering van een tegen overgesteld gevoelen blijk geeft." Het was een zakelijk besluit, een soort motie van orde, aangenomen om uit de moeilijkheden van een Erlncipiële beslissing te geraken, indsaien heeft men er zien in de A.R. Partij aan gehouden. Men heeft zich niet alleen vóór of in 1921 niet in beginsel over de toelaatbaarheid van net passieve kiesrecht in de Party uitgesproken, maar ook niet daarna. Onjuist is dan ook het verwijt van „Het Vrije Volk", dat men in 1921 op principiële gronden, aan de Bijbel ontleend, de weg voor vrou wen had afgesloten. En „dat het conservatisme zich andermaal had f;ehuld in het kleed van een christe- ijk beginsel." Reeds kort na de oorlog nam een aantal anti-revolutionnaire vrouwen het initiatief om het besluit van 1921 ingetrokken te krijgen. Z;j bo den het moderamen van het Centraal Comité een resolutie aan, die tot onderwerp van bespreking gemaakt werd in een door het Centraal Co mité benoemde advies-commissie. In 1949 stelde deze commissie voor, het besluit van 1921 in te trekken. Aangezien daarna weinig meer van de zaak werd gehoord, herinnerden de anti-revolutionnaire vrouwen een jaar later nog eens aan haar verlan gen het passief kiesrecht toegewe zen te kri,jgen. Eerst op het eind van 1952 kwamen de conclusies van de advies-commissie in de kiesvereni gingen in behandeling. Zij werden vervolgens op het Centr'alen-Con- vent in Januari van dit jaar bespro ken. DEZER DAGEN eindelijk heeft de Deputatenvergadering het een stemmige voorstel van het Centraal Comité tot herroeping van het be sluit van 1921 aanvaard, zodat voortaan aan de vrouwelijke leden van de A.R.-Partij „in bijzondere gevallen de gebruikmaking van het passieve kiesrecht niet meer zal wor den afgesneden." We zullen ons niet verder verdie pen ln de argumenten, die vóór en tegen deze beslissing werden aan gevoerd; we verheugen ons erover, dat we in de toekomst ook anti-re volutionnaire' vrouwen in de verte genwoordigende lichamen zullen zien verschijnen. De A.R. Partij heeft zij het veel te laat bewezen, dat zij de ogen niet sluit voor de ont wikkeling van het maatschappelijk leven. Trouwens: in Nederland waren we, in het algemeen gesproken, laat met de toekenning van het actieve en het passieve kiesrecht aan de vrou wen. Dat geschiedde pas by de Grondwetsherziening van 1917. Het passieve kiesrecht werd toen onmid dellijk verleend. De wet van 9 Aug. 1919 regelde het actieve kiesrecht en in 1922 trokken de Nederlandse vrouwen voor het éérst ter stembus voor het kiezen van een Tweede Kamer. Rijkelijk laat waren we met de invoering van het vrouwenkiesrecht wij herhalen het temeer daar ons land sinds 1890 geregeerd wordt doorvrouwen: Koningin-regen tes Emma, koningin Wilhelmina en koningin Juliana. Suze Groeneweg ÏN 1918 deed de eerste vrouw haar intrede in de Tweede Kamer, Het was Suze Groeneweg, die door de toenmalige S.D.A.P. werd afgevaar digd. Drie jaar later aanvaardde Jo- hanna Westerman als lid van de Vrijheidsbond, die inmiddels even eens verdwenen is, bij een tussen tijdse vacature het lidmaatschap. De verkiezingen van 1922 brachten behalve de beide genoemde dames nog vijf andere vrouwelijke afge vaardigden op het groene kussen Onze moeders en grootmoeders heb ben genoten van de verhalen van de Engelse domineesvrouw Florence L. Barclay. Met name haar roman „De Rozenkrans" heeft aan tallozen menig uur van romantiek geschonken. Nog steeds zijn er velen, die de toneelbe werking gaan zien, wanneer deze er gens wordt opgevoerd. Het succes van dit boek laat zich misschien wel het best illustreren door het feit, dat thans de negende Nederlandse druk voor ons ligt. We zijn zonder veel verwachtin gen aan het verhaal bêgonnen. Een recensent leest nu eenmaal alles, wat er op zijn bureau neerdaalt, vaak te gen heug en meug. Maar wel het meest tot onze eigen verbazing ontdek ten we, dat we op zeker moment vol komen geboeid waren door dit verhaal van twee mensen, die jejkaar bemin nen, maar die de stem van hun hart niet kunnen volgen. Ja. het verhaal bleek ouderwets-romantisch en wel wat sentimenteel ook. Niettemin is het nog steeds boeiend en het verraadt bovendien een stijl- en normbesef, dat onze hedendaagse ontspanningslectuur met haar hardheid en verstandelijk heid maar al te vaak mist. Daarom begroeten we deze herverschijning met oprechte vreugde. Zij zal nu nog ve len gelukkige uren kunnen schenken. Het boek verscheen bij L, J. Veen te Amsterdam. Als u geregeld laxeermiddelen slikt, is er nu een manier om er van af te komen. 83 van de 100 personen lukte het; u kunt het ook. En wel zo Drink ln de loopvanelke dag enkele glazen water en bepaal een vast uur voor uw stoel gang. Neem de eerste week elke avond twee Carter s Leverpilletjes. Tweede week - elke avond één. Derde week - om de andere avond één. Daarna niets meer. want Carter s Lever- pilletjes stellen uw ingewanden ln staat weer op eigen kracht te werken, zonder laxeer middelen. Wanneer zorgen, vermoeidheid of te veel eten het tempo van uw ingewanden tijdelijk vertragen, neem dan tijdelijk Carter s Lever- pllletjee om u weer op gang te helpen. Zo raakt u uw verstopping kwijt en vervalt u niet In de laxeermiddelen-gewoonte. Vraag Carter s Leverpilletjes. (Advertentie. Ing. Med.) (Van een bijzondere medewerkster) 1N DE HEDENDAAGSE SAMENLEVING is het dragen van een bril, wanneer het gezichtsvermogen onvoldoende blijkt of bij het vorderen der jaren minder wordt, iets zo vanzelfsprekends geworden, dat men niet meer pleegt stil te staan bij de vraag, sinds welke lijd men over dit zegenrijke hulpmiddel be schikt. Wij moeten nogal ver in de geschiedenis teruggaan om de eerste sporen van een ogenglas te vinden. Reeds keizer Nero placht bij het aanschouwen der gladiatoren-spelen in het oude Rome zijn ogen tegen het felle zonlicht te beschermen door een prachtige grote smaragd ervóór te hou den. De groene kleur ervan verzachtte het licht en maakte het hem mogelijk zich langer te verlustigen in dit wrede schouwspel. Reeds in de Oudheid kende men het vergrootglas: een bol van glas met water gevuld of van kristal, die zijn teruggevonden hij opgravingen in Ninive en Pompei. Eerst in de 13e eeuw komt men meer tot een practische toepassing. de artlsten doeken, waar op Bijbelse personen met de bril in de hand wer den afgebeeld. Talloze brillenwinkels werden geopend. In Parijs woonden velen van deze „opticiens" op de Quai de l'Horloge, ook wel Quai des 'unettes genaamd. 0' de dames Lizz.y van Dorp (Lib.), Bakker-Nort (Vrijz.-Dem.); Di Bruins (S.D.A.P.) Voor Uw Tuinmeubelen TJALLEMA'S f Droogt «nel Bestand tegen Fobrikonte: Fa. Gebr. Tjolloma, Sneek (Advertentie Ing Med Bakker-Nort (Vrijz.-Dem.); De Vries- Bronsveld-Vitrin- «a (R.K.) en Frida Katz (C.H.), overwegend dus vrouwen van de „linkerzijde" Daarna zijn steeds vrouwen lid van de Staten-Generaal geweest; ook hebben zij in groten getale haar intrede gedaan in de gemeente raden en de Provinciale Staten, waar zij tevens de functie van wet WIE VOND de bril uit zoals wij die kennen? De Italianen eisen de eer voor zich op, zich be roepende op een grafsteen in de kathedraal van Flo rence, waarop de volgen de inscriptie staat: „Sal- vino degli Armati, gestor ven in 1307, uitvinder der bril". De Engelsen daarente gen beweren, dat het hun landgenoot, de monnik Ro ger Bacon was, die zich aan de geneeskunst wijd de. Het staat vast, dal deze toen de enige was, die studie maakte van holle en bolle glazen. Hij besteedde meer dan 20.000 ponden aan zijn proef nemingen. Vermoeid van zijn drukke werkzaamhe den moet hij zelf behoef te hebben gevoeld aan versterking van zijn ogen. Op een dag kwam de ge dachte bij hem op de door hem bestudeerde glazen voor zijn ogen te houden. Om de handen vrij te hou den voor het werk, ver bond hij de glazen aun el kaar en klemde ze vast op de neus. Dit moet het begin zijn geweest van houdster of Gedeputeerde vervuilen, de bril, zoals wij die ken- In de tegenwoordige Tweede Ka- non. Het moet ca. 1280 zijn gebeurd. want i* handschrift van 1299 wordt er melding gemaakt van iemand „die niet kan lezen zonder de glazen, die men kortgeleden heeft uitgevonden". Omstreeks 1310 waren zij zeer in zwang. Zij werden gevat in ringen van metaal of hoorn die met elkaar ver bonden waren. Dit mon tuur was hoekig. De Ita liaan Salvino aegli Ar mati verbeterde deze uit vinding nog aanmerkelijk. Het dragen van een bril verbreidde zich over Duitsland, Vlaanderen, En geland, Frankrijk en Span je. In 1364 verklaart de beroemde Italiaanse dich ter Petrarca, dat zijn ge zichtsvermogen minder wordt, hetgeen hem nood zaakt een bril te gaan dra gen. Men gebruikte hier voor gewoon glas of het veel fijnere kristal. Deze brillen stonden echter nog vrij wankel op de neus en vielen dan ook nog al eens af, wat een schade post was .voor de eige naar, aangezien zij erg duur waren. DOOR DE uitvinding der boekdrukkunst werd er meer gelezen, doch ook het aantal brillendragers nam toe. Het werd later mode een bril te dragen, zo zeer zelfs, dat ook men sen met goede ogen zich er een aanschaften, om dat, naar zij zeiden „de neus Immers ervoor ge schapen was een bril te dragen". In de 16e eeuw ver ving men het hoekige ver bindingsstaafje der glazen over de neus door een rond. Men zocht naar een methode om de bril te be vestigen aan de oren of aan het hoofddeksel, ten einde vallen te voorko men. Men begon haken te fa briceren, doch deze waren zo zwaar dat het wel smidswerk leek. Toen pro beerde men leren riempjes of banden. In Spanje maakte men ze vast op de hoed, doch, zoals een kroniekschrijver verhaalt: „Dit is alleen mogelijk aan vorsten, die nooit voor iemand de hoed af nemen". Men probeerde de haken van leer, ijzer, zilver of goud te maken. Eerst in de 18e eeuw komt het veel lichtere montuur van hoorn of schildpad in zwang. Het wordt moae een bril te bezitten en hoe rijker men is, des te groter de glazen en des te rijker het montuur. Het was chi que en stond geleerd. Men liet zich er mee uitschil deren en zelfs schilderden pK WAT wij zonnebril len noemen was in die dagen al bekend. Men be schilderde daartoe de gla zen met verschillende kleuren groen om de fel heid der zonnestralen wat te verzachten. Deze had den bovendien het voor deel de blik van de drager zorgvuldig te verbergen. De beroemde Robespierre moet om deze reden nogal eens zo'n donkere bril ge dragen hebben. Een zo kostbaar voor werp als een bril verlang de een veilige bewaar plaats op ogenblikken, dat men hem niet gebruikte. Zo ontstond er een in dustrie van brillenetuis, welke laatste van eenvou dige werkstukjes tot ju weeltjes van decoratie kunst werden, naarmate de smaak der mensen1 meer verfijnde. In de I8e eeuw had men een tvpc bril, waar van de glazen met be hulp van een scharniertje over elkaar geschoven werden. Het etui hier voor was klein en rond en had het model en de versiering van een bon- bonntère. Dc 18e ceuwse dames waren hier opge togen over. Onder het Directoire, vlak na de Franse Revolutie, ge bruikte men ook het lorg net. Onder Napoleon III, tijdens het z.g. Tweede Keizerrijk kende men zo kleine lorgnetjes, dat zij werden opgevouwen eh opgeborgen in de knop van de paraplu. Zo ontwikkelde zich de bril van eenvoudig ogen- glas tot de hedendaagse verschijningsvorm met zijn grote verscheidenheid van glazen en monturen. Zonder de bril zou voor een groot deel der mens heid het leven niet zó zijn, als het nu is. F.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Heldersche Courant | 1953 | | pagina 9