Herinnering aan vreselijke rampnacht
Eeuwfeest van het KNMI
In kort bestek
DE WONDERE WAERELT
Ook dat nog
Zeshonderd huizen
in de as gelegd
Kruiser „De Ruyter"
in Oslo
Rijper jongeling kreeg visioen
Januari 1654: het trotse De Rijp ging
in vlammen op
Welvaart verdween
Staatsmijn Beatrix in 1964
in bedrijf
De wind draaide
Droeve balans
Befaamde professor Bugs Ballot deed
een baanbrekend werk
Den Helder had echter
de primeur
Ambonees wegens moord
tot twaalf jaar veroordeeld
VRIJDAG 22 JANUARI
1954
HET IS DE ZONDAG na Kerstmis in het jaar 1653 n
van De Rijp gaan ter kerke naar het Noordeinrl Parochianen
hen bevindt zich een jongeman, die plotseling een lerulVhoorfal
van mensen, die m angst zitten. Hii keert rucht hoort als
het geluid vandaan komt, maar ziet niets wat kan d" 7/ W"ar
stellend gebeuren. Tot driemaal toe herhaalt dit t" 7 ont'
de kerkdienst in De Rijp teruggiïend züjdtVSZ^ moar
I. zijn. De Rijpers spreken oveTdU voorvai en vrat T',
te betekenen kan hebben. Evenals de schrik die
beving -.ij een *aJu 17 iZt lZ'VT" i "l
zagen staan. Maar het leven gaat verder en snoef' lJP ]n bra"d
fee„ he, oude Jt.S""
in beslag en daarna volgt Driekoningen. inwoners
Op deze dag, 6 Januari 1654, waait
het de gehele dag flink en in de avond
neemt de wind zelfs zo toe, dat vele
molens zonder zeilen door de vang lo
pen. Molens waren er genoeg in De
Rijp. Waren deze molens immers niet
mede de grondslag van de grote bloei
van de gemeente? Vooral de z.g. hen
nepkloppers waren van groot belang.
Deze molens waren van stampers voor
zien, die de hennep bewerkten. Na deze
bewerking werd ze niet alleen hier te
lande getrokken, maar ook naar de na
burige landen verzonden.
Eén van deze hennepkloppers was
aan de Zuidzijde van het dorp gelegen.
Men had de molen zo ver uit de be
bouwde kom neergezet, dat hij voor de
omgeving geen gevaar kon opleveren.
Zo meende men althans.
Bij de sterke wind op Driekoningen
avond liep ook deze hennepklopper
door de vang. Om het lichten en slaan
van de zeilen te voorkomen had men
de molenwieken met houten borden
bekleed. Deze uitvinding van voor en
kele jaren werd de molen echter nood
lottig. De wind, die vat kreeg op de
met houten borden bezette molenroe
den, gaf de wieken zo'n geweldige
vaart, dat er geen houden meer aan
was en het stoppen onmogelijk werd.
Om half elf 's avonds liep de zaak dan
ook warm en brak er brand uit. De
molen, welke geheel gevuld was met
hennepbossen, stond in een ogenblik
in lichterlaaie. De bossen hennep,
voortgedreven door de Zuid-Wester
storm, vlogen als fakkels over het dorp.
De eerste huizen, welke voor het over
grote deel met riet gedekt en uit hout
waren opgetrokken, werden spoedig
door de brandende hennep aangesto
ken. Geholpen door de zware storm
stak het ene huis het andere aan, ter
wijl de vele met hennep, teer en olie
gevulde pakhuizen het gevaar ver
hoogden. In een minimum van tijd
stonden de Lieflandsbuurt, de Keizer-
buurt, de Meelzakbuurt en een rij wo
ningen bezuiden de Tuingracht in
brand. Onder de inwoners ontstond een
paniek. Sommigen beefden en sidder
den van angst, of waren door de schrik
bevangen. Anderen sloegen de ogen ten
hemel en meenden, dat de laatste oor
deelsdag was gekomen. Slechts weini
gen hielden hun positieven zo goed bij
elkaander, dat zij onmiddellijk probeer
den de brand te blussen. Maar tever
geefs. Boven het huilen van de wind
en het knetteren van de vlammen
klonk het naargeestig geloei van de in
de stallen opgesloten koeien. De arme
dieren gingen een wisse en vreselijke
dood tegemoet. Boven dit alles klonk
schilderij, dat in twee stukken is ver
deeld, stelt het dorp De Rijp in volle
bloei en na de hevige brand voor. Het
onderschrift luidt:
„Aanschouwers ziet omhoog,
het Dorp eerst staat te pronken.
Omlaag, die Heerlijkheid
in gloed en vlam verdronken.
Zoo draid een storm het kruis,
nog draid zoo 's werelds rad
Dat nu de sterre raakt,
leid morgen weder plad".
Na de brand werd een vasten- en
boetedag ingesteld, welke voortaan
ieder jaar op 7 Januari zou worden
gehouden. In het midden van de acht
tiende eeuw, toen de personen, die de
brand hadden meegemaakt niet meer
leefden, begon men deze dag als een
bezwaar te voelen. De boete- en vas
tendag werd dan ook in een keur van
1768 tot gedenkdag verklaard onder de
Verleden jaar redde een dertienjari
ge jongen uit Delft een vierjarig kind
uit drie en een halve meter diep water.
Het Carnegieheldenfonds heeft hem
hiervoor beloond met een polshorloge
met inscriptie. V De kolonel-vlieger
waarnemer B. J. Fiedeldij, thans com
mandant van de vliegbasis Leeuwarden,
zal binnenkort worden benoemd tot
commandant Luchtvaaropleidingen, H-
De Amerikaanse geleerde Vannever
Bush is van mening, dat reeds binnen
vijf jaar gebruik zal kunnen worden
gemaakt van zonne-energie als drijf
kracht voor de industrie. Het Euro
pees College te Brugge zal van 31 Ja
nuari tot 2 Februari een bezoek aan
Nederland brengen. Eeu Haagse
autohandelaar is gearresteerd, omdat
hij een auto heeft verduisterd °n een
boekhouder voor f 2000.opgelicht.
Bij Port Angeles (in de Amerikaanse
staat Washington) is een hefschroef-
vliegtuig van de luchtmacht in zee ge
stort. De vijf inzittenden kwamen om.
Russische geleerden zijn er in ge
slaagd, een kwaadaardig gezwel uit de
hersenen van een mens over te plan
ten in de hersenen van een dier. Zij
kunnen het nu verder bestuderen, tf.
Het op Schiemonnikoog aangespoelde
hier is een butskop, een soort tand-
welvis. Het cadaver is naar Leiden
overgebracht. Een Rotterdamse fili
aalhouder is wegens verduistering van
f 3800 veroordeeld tot zes maanden
gevangenisstraf. Bij Ader.a, in het
Zuiden van Turkije, zijn 2 goederen
treinen op elkaar gereden. Achttien
personen kwamen om. De wereldge
zondheidsorganisatie zal hulp verle
nen bij de ontwikkeling van de me
dische zorg op Nieuw-Guinea. Dit jaar
krijgt een arts een studiebeurs voor be
studering der t.b.c., volgend jaar gaan
twee artsen naar Singapore voor een
studie in openbare gezondheidszorg -**
Op 4 Februari bestaat de vrijwillige
brandweer te Deventer zestig jaar.
Een vliegende verhuiswagen van de
Amerikaanse luchtmacht is met een
hefschroefvliegtuig aan boord van Mdn-
chen vertrokken, om overlevenden te
redden van een vliegtuig, dat boven
het oerwoud van West-Afrikn is neer
gestort. y Bij Hannover is een straal
jager verongelukt. De 23-jarige piloot
kwam om het leven, y Twee vlieg
tuigen van de Britse luchtmacht hebben
de eerste twaalfhonderd van de tien
duizend plastic enveloppen uitgewei-
Pen. Met behulp hiervan wil het Ote-
anografisch Instituut te Wormley in
Engeland de stromingen in de Atlan
tische Oceaan bestuderen, teneinde na
te gaan waar de afgewerkte olie, op
onze stranden vandaan komt.
Ged. Staten van Limburg hebben
meegedeeld, dat de nieuwe staatsmijn
Beatrix in midden Limburg, naar ver
wachting omstreeks het jaar 1964 in
bedrijf zal worden genomen.
>y
f
Het prachtige raadhuis van De Rijp was een der weinige gebouwen, welke
voor de vuurzee gespaard bleven. Nog altijd prijkt het in volle glorie in
het centrum van het dorp, dat na de ramp de oude welvaart nimmer zag
wederkeren.
restrictie, dat de gedenkdag zou vallen
op de eerste Zondag na 7 Januari. Op
die gedenkdag was het verboden om te
werken (het was immers toch Zondag)
en de winkels en herbergen moesten
zijn gesloten. Zelfs mocht men geen
waren uitstallen. Medio de negentiende
eeuw werd zelfs deze gedenkdag op
geheven. Men bepaalde, dat slechts een
herdenking zou plaats hebben, indien
de 7 Januari op een Zondag viel. En
ook die bepaling is later niet meer toe
gepast.
Hoewel onmiddellijk na de ramp
van vele zijden hulp werd geboden, is
het welvaartspeil van vóór de brand
nimmer teruggekeerd. Het dorp, waar
eertijds honderd haringschepen thuis
voeren en veie molenwieken ten hemel
rezen geraakte tot verval. De vele
banden, tussen Amsterdam en De
Rijp, die door de handel waren ont
staan, geraakten los.
Slechts de tongval van de tegen
woordige Rijpers herinnert ons nog
aan de verbondenheid van de twee
steden. Men vindt er nog een spraak,
die ons herinnert aan het dialect van
de hoofdstedelingen. Ook heeft De Rijp,
evenals Amsterdam, zijn Dam met
raadhuis en kerk. Want de grote kerk
is herrezen. Zij toont ons nog de vier
en twintig schitterend gebrandschilder
de ramen, die de steden van Holland
in 1655 en 1656 bij de herbouw van de
kerk schonken. Het speelwerk keerde
echter niet weer; een noodspits nam de
plaats in. Het uurwerk is een kostbare
bijzonderheid. En hier rondom staan
de oude geveltjes te dromen van de
gouden tijd. De Rijp is, mét het moe
derdorp Graft, thans geworden tot een
dorp vol herinneringen. De beide ge
meentehuizen getuigen nog van de
welvaart, die hier vroeger heerste.
Slechts de doortrekkende vreemdeling,
die niet met onze gschiedenis bekend
is, blijft verwonderd staan bij het zien
van de schoonheid van beide gebou
wen, en vraagt de inwoners naar de
herkomst. En de dorpeling vertelt hem
dan met weemoed van het vroeger zo
welvarende dorp, dat als door Gods
hand werd gestraft voor een al te tie
rig bestaan. Getuigde Claes Bruijn hier
niet van in zijn in 1732 verschenen
Noordhollandse Arcadia:
„Men leer ook hoe de Alwijsheid
hem besnoeit
Wiens wijngaard-rank hier al te
welig groeit
Opdat hij een gewenste vrucht
mag geven
Van ootmoed en een onberispelijk
'eeuen
Waardoor hij 't hart kan voeren
naar zijn schat,
Voor hem bewaard, in Sions
Vredestad
Die nimmer door een vuurgloed
zal verteren
Daar 't vroom gemoed voor
eeuwig zal regeeren
Op 's Heilands troon, bevrijd
van ramp en druk
De Almachtige vergunne ons dit geluk".
De Rijp, Januari 1954
het geklep van de brandklok en het
loeien van de storm, die zo sterk was,
dat de hoeve Overrijp en een rij wo
ningen aan de Klaterbuurt in de Beem-
ster een prooi der vlammen werden.
De burgers van De Rijp, die van me
ning waren, dat het Oosteinde veilig
was, brachten ijlings hun bezittingen
over. Het grote uit steen opgetrokken
kerkgebouw van de Hervormden,
evenals de Vermaning van de Doops
gezinden, werden een toevluchtsoord.
Alles was echter tevergeefs. Even na
middernacht liep de wind om en vat
ten ook de huizen aan de Dam en de
Rechtestraat vlam. De door de wind
van de daken gerukte brandende riet-
bossen geraakten in de galmgaten van
de toren van de Grote Kerk. In korte
tijd stonden de hoofdtoren en de vie
ringstoren in lichter laaie. Spoedig stort
te het klokkenspel, waarop zo menige
Rijper trts was, met donderend geraas
naar beneden. Het prachtige kerkge
bouw ging, evenals de Doopsgezinde
Kerk volledig in vlammen op. Slechts
het in 1630 door de grote bouwmeester
en droogmaker Jan Adriaansz. Leeg
water gebouwde fraaie raadhuis werd
gespaard. Hoewel de kozijnen reeds
vlam hadden gevat, kon men het vuur
toch nog blussen.
In de loop van de zevende Januari
kon men de balans van de vreselijke
brand opmaken. Verbrand waren: de
Hervormde kerk met toren, de Doops
gezinde kerk, 600 woningen, 100 pak
huizen en schuren, 50 hekclhokken, 4
bruggen, 3 schuiten, 60 scheepstuigen,
4000 netten, 400 bonden hennep, 4 paar
den, 18 koeien, 90 schapen en 2 hen
nepmolens.
Bij deze materiële schade bleef het
echter niet. De inwoners hadden de
vorige avond, ten einde raad, hun huis
raad in schuiten geplaatst en hun geld,
sieraden en andere kostbaarheden in
de regenbakken geworpen. Zoals altijd
waren er echter ook hier weer lieden,
die meenden te moeten profiteren van
eer, ander zijn ongeluk. De volgende
morgen kwam men namelijk tot de
ontdekking, dat verschillende schuiten
met huisraad eenvoudig weg waren
geroeid, en dat diverse regenbakken op
hun kostbare inhoud waren onder
zocht.
Veie vermogende burgers waren in
één nacht straatarm geworden en ver
huisden naar elders. Het mooie en wei-
varende dorp, dat tot een stad scheen
uit te groeien, werd in korte tijd tot
een vervallen puinhoop, ontbloot van
middelen, nering en volk. Gelukkig
was de haringvloot gespaard gebleven.
De 70 80 haringbuizen, die in de
beide havens lagen, hadden echter aan
zo'n geweldige hitte bloot gestaan, dat
het pek en de teer van de schuiten af
dropen. Zelfs de meerpalen waren ver
brand.
Het fraaie schilderij, dat thans nog
in de raadzaal van het gemeentehuis
te De Rijp hangt en dat in 1916 door
de oud-burgemeester T. Haitsma-Mu-
lier werd geschonken, vormt één van
de weinig gebleven herinneringen aan
het verschrikkelijke gebeuren. Het
OP 31 JANUARI is het een eeuw geleden, dat het Koninklijk Neder-
Iandsch Meteorologisch Instituut officieel zijn bestaan aanving. Deze
inrichting werd nl. bij K.B. van 31 Jan. 1853 als regeringsinstelling in
het leven geroepen na een bezoek, dat minister Thorbecke vrij kort te
voren had gebracht aan het observatorium van de befaamde hoogleraar
Buys Ballot, dat toen nog gevestigd was op Sonneburgh, waar zich ook
de Utrechtse sterrewacht bevond en zich trouwens nog bevindt. Hier
uit blijkt reeds, dat de meteorologische waarnemingen in Utrecht niet
eerst in 1854 een aanvang namen. Deze begonnen reeds op 1 Decembeu
1848 door het toenmalige Meteorologisch Instituut, dat zijn ontstaan te
danken had aan de toenemende belangstelling voor de invloed van do
weersverschijnselen op de samenleving. Deze belangstelling kwam in de
eerste helft der vorige eeuw algemeen tot uiting, en was zowel van prac.
tische als van theoretische aard. Voor de theoretische meteorologie in
teresseerden zich in het bijzonder de toenmalige Utrechtse hoogleraren
Wenekebach en Van Rees. De eerste wordt dan ook beschouwd als de
grondlegger van de Nederlandse klimatologie, terwijl Van Rees meerde
experimentator was, die met medewerking van zijn studenten meteoro
logische waarnemingen verrichtte.
1'WEE HUNNER waren Buys Ballot
en Krecke, en bij dezen werd de
kiem gelegd voor hun latere activiteit
op dit gebied. Geen wonder, dat men
beiden dus later terugvindt op Sonne
burgh, waar zij hun, aanvankelijk met
bescheiden middelen ingericht, obser
vatorium hadden ondergebracht. Buys
Ballot was inmiddels reeds als buiten
gewoon hoogleraar (professor extra
ordinarius) te Utrecht opgetreden.
Door het K.B. van 31 Januari 1854
kreeg het, daarmede Koninklijk ge
worden, meteorologisch instituut een
brede en vastere basis en kon weldra
tot volle ontplooiing komen.
Buys Ballot werd benoemd tot hoofd
directeur der nieuwe instelling en dr
F. W. C. Kre ke kreeg, als directeur,
de leiding over de le afdeling waar
nemingen te land, terwijl de luitenant
ter zee le klasse M. H. Jansen als di
recteur belast werd met de leiding
van de afdeling „waarnemingen ter
zee". Misschien mag nog opgemerkt
worden dat ook de Sonneburgh niet
het eerste officiële waarnemingsstation
in Nederland is geweest, want reeds in
1843 liet de provinciale waterstaat van
1" iord-Holland waarnemingen ver
richten in Den Helder; van 1 Decem
ber 1848 af werden de waarnemingen
van dit station, tezamen met die van
Utrecht, en van vele andere uit bin
nen- en buitenland, gepubliceerd in de
sindsdien ononderbroken reeks van i
jaarboeken. Het station in Den Helder
werd van 31 Januari 1854 af onder
beheer gesteld van de directeur der lc
afdeling. De systematische rangschik
king van de waarnemingen van de
hoofdstations (er werden immers reeds
spoedig nog drie stations in de overige
hoeken des lands opgericht, gaven
prof. Buys Ballot de mogelijkheid
steeds duidelijker voor ogen te krijgen,
dat er samenhang bestaat tussen lucht-
drukverval en wind. Op 3 October
1857 reeds kon hij van deze opzien-
f)E JONGENS van cle
PTT zijn toch ook
dikwijls niet te benij
den. Zij moeten de won
derlijkste opdrachten
uitvoeren. Zo stuurde
onlangs een Amerikaan,
die zich in 1944 in
Maastricht vele vrien
den had verworven, een
brief naar de Limburgse
hoofdstad, met alleen de
voornaam van de ge
adresseerde erop, voorts
een portret, dat op de
enveloppe was geplakt,
en de aanduiding, dat de
geadresseerde in een
kleine zijstraat woonde
met een bordje „Verbo
den te wateren". Maar
de posterijen hadden er
geen moeite mee, met
het bezorgen.
J^INDER VLOT verliep
het met de brief, wel
ke een Almeloër, die het
niet eens was met zijn
aanslag hondenbelasting
had gezonden aan de in
spectie der belastingen,
afdeling bezwaarschriften
honden. Inplaats van hon
den lazen de postbeamb
ten Londen en hierdoor
werd een hoop extra
werk verschaft aan de
Londense PTT, aan per
soneel van de Nederland
se ambassade in de En
gelse hoofdstad en aan
deskundigen van het
Britse departement van
Buitenlandse Zaken. Wij
hopen, dat de hond het
Nederlandse antwoord op
het bezwaarschrift nog
zal mogen beleven. Zo erg
oud worden die dieren
niet
OVER HONDEN gespro
ken, een inwoner van de
Hofstad heeft gedurenue
twee dag n, in grote m-
gerusthe i verkeerd. Oi
een avond miste hij na
melijk zijn twee Airdale
terriërs, die elk f 3500,
waard zijn. De ijlings ge
alarmeerde politie zocht
ijverig, maar tevergeefs
naar de weggelopen kost
baarheden. Twee dagen
later kwam het honden
echtpaar echter weer
aanlopen. Wij rekenen
overigens bij honden lie
ver met andere maatsta
ven dan financiële.
MAAR OM NOG even
op die PTT terug te
komen: het telegraaf
kantoor te Mainz kreeg
dezer dagen een tele
gram te bezorgen, dat
was gericht aan de
„Duitse Beroepsvoetbal
bond te Mainz". De Ne
derlandse Beroepsbond
had het afgezonden in
een poging om met die
organisatie contact te
zoeken. Tot grote spijt
van de Mainzer poste
rijen moest het telegram
echter met de aanteke
ning „Geadresseerde on
bekend" naar Amster
dam worden terugge
zonden.
'JOALS U ongetwijfeld
weet, maakt de fa
meuze New-Yorkse
Broadway in Manhattan
een scherpe bocht. De
oorzaak hiervan schijnt
volgens oude kronieken
te zijn, dat ene Hendrick
Brevoort die daar in de
achttiende eeuw een wel
varende boerderij had
staan, weigerde de in
aanleg zijnde straat recht
uit over zijn grondgebied
le laten lopen, omdat dan
het lommerrijke plekje,
waar hij iedere middag
een uurtje lag te medite
ren, in het gedrang zou
komen.
£)E RUSSEN HEBBEN
een zeer modern hos
pitaal in Addis Abeba, de
hoofdstad van Abessinië,
dat bijzonder populair is
bij de Abessijnen en pro
pagandistisch veel ge
vaarlijker is dan welke
andere Sovjet-activiteiten
ook. Er werkt een aantal
zeer goede Russische art
sen en verpleegsters en
alle patiënten zijn vol lof
over de behandeling. Er
werken voorts vele man
lijke en vrouwelijke
Abessijnen uit alle delen
van het land. Deze ge
hele inheemse staf moet
Russisch leren, krijgt een
opleiding in de commu
nistische leer en ver
dwijnt dan na een jaar
weer naar alle delen van
het land, om te worden
opgevolgd door een nieu
we ploeg leergierige
Abessijnen. De ingewij
den worden na hun te
rugkeer in hun dorp of
stad beschouwd als ont
wikkelde mensen, wier
mening van niet onbedui
dend gewicht is. Vandaar,
dat de communistische
invloed in Abessinië bui
en kijf toeneemt, dankzij
dat ziekenhuis, dat de
Russen veel prestige geeft
en behalve genezen men
sen ook vele enthousiaste
propagandisten aflevert.
Men gelooft overigens
niet, dat de Russen van
Addis Abeba de Mau
Mau-activiteiten in het
aangrenzende Kenia be
ïnvloeden.
Tengevolge van de buitengewoon stren
ge hygiënische eisen van de veeartse-
nijkundige dienst van het Amerikaanse
leger zullen de abattoirs van Amsterdam en Den Haag voorlopig geen vee meer
mogen slachten voor de Amerikaanse bezettingstroepen in Duitsland. Slechts het
slachthuis van Rotterdam werd door de Amerikaanse deskundigen rein genoeg
geacht om verdere opdrachten uit te voeren. Het gevolg is, dat men thans in
allerijl in de hoofd- en hof stedelijke abattoirs verbeteringen aan het aanbrengen
is. Ongetwijfeld is het Haagse slachthuis het ernstigst door deze Amerikaanse
maatregel getroffen, omdat daar veel meer voor de bezettingstroepen werd ge
slacht dan elders. De militaire veterinairs bleken onder meer afgeschrikt te zijn
door de afwezigheid van warm en koud water, van voortdurend schone hand
doeken of electrische handendroogmachines en door het ontbreken van vliegen-
gaas op bepaalde plaatsen. Wij Nederlanders behoeven nu niet onmiddellijk
bevreesd te zijn, dat wij bedorven of besmet vlees voorgezet krijgen, noch be
hoeven wij ons aangetast te voelen in onze nationale „bezem in de mast"-eer,
want met de hygiëne in ons vaderland zit het over het algemeen heus wel goed
en slaan wij internationaal beslist geen vuil figuur. Maar de Amerikaanse leger
leiding is nu eenmaal zeer bezorgd voor het welzijn van de honderdduizenden
aan haar toevertrouwde G.I.'s.
barende ontdekking mededeling doen
aan de afdeling natuurkunde van de
Kon. Academie van Wetenschappen.
Het gevolg hiervan is geweest, dat op
1 Juni 1860 kon worden overgegaan
tot de inrichting van een stormwaar-
s:huwingsdienst. Daarnaast ondergin
gen de magnetische metingen, in 1843
begonnen, voortdurende uitbreiding.
Ook de tweede afdeling leverde na
enige jaren belangrijke gegevens. Zij
waren voor de zeilvaart op Indië van
eminente betekenis.
Het spreekt vanzelf, dat Buys Ballot
ook internationaal stimulerend werkte.
In 1872 legde hij zijn denkbeelden
daaromtrent vast in een publicatie
„suggestions on a uniform system of
meteorological observations". Het ge
volg was, dat Buys Ballot te Wenen
in 1873 president werd van het per
manente comité der internationale
meteorologische organisatie. Hieruit
vloeide ook voort deelneming van de
èerste grote onderneming dezer orga
nisatie: het internationale pooljaar
1882/1883.
Ondanks de omstandigheid dat het
expeditieschip „Varna" verloren ging
kon het meteorologisch deel van het
programma der expeditie, onder lei
ding van dr M. Snellen, toen directeur
der eerste afdeling, worden uitgevoerd.
Teen in 1890 Prof. ys Ballot stierf,
werden de voorbereidingen tot een
verplaatsing door zijn opvolger dr M.
Snellen, krachtig voortgezet. In 1893
werd de hand gelegd op het landgoed
„Koelenberg" in De Bilt en in 1897 op
de eerste Mei kon het vernieuwde
hoofdgebouw in gebruik worden ge
nomen. Men was intussen reeds op
1 November 1896 de waarnemingen in
De Bilt begonnen, terwijl die op Son
neburgh nog werden voortgezet. De
aldus gedurende 25 maanden parallel
gedane observaties maakten een be
trouwbare deductie der waarnemin
genreeks van Utrecht op die van De
Bilt mogelijk. De magnetische pavil
joens konden in 1902 worden ingericht.
In 1902 werd nogmaals een derde af
deling ingericht (deze naam voor de
Amsterdamse filiaal-inrichting was in
middels reeds lang weer verloren ge
gaan). De nieuwe afdeling werd de
Het trotse gebouw van het Konink
lijk Nederlands Meteorologisch In
stituut in De Bilt, welk instituut op
31 Januari een eeuw bestaat.
naam gegeven van „magnetische en
seismologische waarnemingen".
Eerste directeur dezer nieuwe afde
ling werd dr M. Snellen, in wiens
plaats dr C. H. Wind tot hoofddirec
teur werd benoemd. Intussen was dr
Wind, die hoogleraar te Utrecht was
geworden, opgevolgd door prof. Van
Everdingen die van 1907 af 31 jaar
lang deze belangrijke functie vervulde.
Zijn opvolgers zijn geweest prof. Ve-
ning Meinesz en ir Warners, welke
laatste thans deze functie vervult.
Hr. Ms. kruiser „De Ruyter", die 18
Januari uit Vlissingen vertrok, is gis
termorgen voor een bezoek van arie
dagen in Oslo aangekomen. Toen het
schip de haven binnenvoer, werden
van een fort saluutschoten gelost.
Vice-admiraal A. de Booy, die de
reis naar Oslo meemaakte, legde bij
diverse autoriteiten in de Noorse
hoofdstad bezoeken af, ontving aan
boord en keerde in de namiddag per
vliegtuig naar Nederland terug. Tijdens
een persconferentie op de „De Ruyter"
sprak de vice-admiraal de hoop uit,
dat nog dit jaar een Noors-Nederland
se vlootoefening zal kunnen worden ge
houden.
De oorlogsbodem zal morgen uit Os
lo vertrekken om de eerste grote reis,
die drie maanden zal duren, te maken.
Bezocht zullen o.a. worden de Franse
oorlogshaven Brest, Canada en de Ver.
Staten. Aan boord bevinden zich on
geveer 600 man met inbegrip van 48
officieren en de commandant.
De rechtbank te 's-Hertogenbosch
heeft de 27-jarige Ambonees J.T. we
gens moord op z'n echtgenote comform
de eis veroordeeld tot een gevangenis
straf van twaalf jaar met aftrek van
het voorarrest.
In October verleden jaar heeft de
man zijn vrouw, nadat zij samen
's avonds een bezoek hadden gebracht
aan Nijmegen, over de leuning van de
Maasbrug te Grave geworpen.