Darwins kleinzoon schildert
somher toekomstbeeld
Vijf Zaankanters kwamen ogen
en oren tekort
A
z
De levensvoorwaarden zijn er
geweldig
DE ZIELEHERDER VAN CAP HAITIEN
GEBRS' MIDDELKOOP
Hollandse en
Indische keuken
ij De huisvrouw die REKENT
0.59
0.39
0.75
1.59
0.95
yf ONZE WERELD OVER 2000 JAAR
Een universele hongersnood zal natuurlijk
vernietigingsproces bevorderen
Naar vrijer Europees handelsverkeer
LUM-ARBEIDERS IN AMERIKA
Korter werkweek en
groter productie
Cafetaria 'tCENTRUM
Geen eerbied meer voo)
het leven
niet meer onder beheer van de heer
D. EELMAN
VAN
TOT
II WEET WAT 'd ENKABE
BETEKENT
Prima melange Thee 100 gram
Grote heerlijke Ontbijtkoek
1 blikje tomatenpuré
1 blikje Soepgroenten
250 gram Vermicelli
1 fles Slaolie
1 Ltr.-pot Augurken
DE OVAALTJES VAN 49 ct 250 GRAM
WAS EEN GROOT SUCCES
DONDERDAG 4 FEBRUARI 1954
«DE TOEKOMST van de wereld ligt me na aan het hart en ik hoop
innig dat mijn nakomelingen er een rol in zullen spelen. Hoe donker
ook de toekomst van het mensdom er moge uitzien, ik kan me slecht
vertrouwd maken met de gedachte, dat er een wereld zou ontstaan,
waarin mijn naam niet meer genoemd zou worden." Het is de bekende
Engelse natuurkundige Sir Charles Galton Darwin, thans 66 jaar oud,
die deze verzuchting naar onsterfelijkheid slaakte. De wens onsterfelijk
(en beroemd) te worden heeft hij niet van een vreemde! Zijn beroem
de grootvader Charles Robert Darwin (1809—1882) was immers de
grondlegger van het veelomstreden Darwinisme, de namen van zijn
grootvader en vader kan men ook in een encyclopaedie van standing
aantreffen, ze maakten naam op het gebied der literatuur en weten
schap. Sir Charles echter begeeft zich op het glibberige pad van de
profetie. Hij heeft zijn gedachten gegrond op biologische wetten
weergegeven in een zo juist verschenen werk, dat de revolutionnaire
titel draagt: „De komende millioen jaren." Darwin durft op grond van
de huidige kennis van de wereld en wat hiermee samenhangt beweren
dat de algemene loop der dingen voor zeer lange tijd valt te voorspellen.
£)ARWIN neemt in zijn boek de reken-
liniaal ter hand en hij becijfert dat
de wereldbevolking zich in een eeuw
verdubbelt. End at is nog zeer voor
zichtig geschat.
Het betekent echter, dat de 2.4 mil-
liard bewoners die in 1954 de aarde be
volken zich in het jaar 2300 vertien
voudigd zullen hebben, in het jaar 2954
zullen er duizend maal zoveel zijn, ter
wijl in 3954 een millioen maal zoveel
mensen op dit ondermaanse rondwan
delen (voor zover er dan althans nog
iets te wandelen valt, maar daar laat
sir Charles zich wijselijk niet over uit).
Of toch ook wel: er zal lettelijk ge
sproken niet veel ruimte meer zijn om
rond te kuieren: de mensen zullen dan
Schouder aan schouder staan als de
schimmelhaartjes op een stuk Franse
kaas.
Over tweeduizend jaar zal er een ont
zaglijke behoefte aan voedsel bestaan,
immers ook de Consumptie zal het milli-
oenvöudige van de huidige bedragen.
Het gevolg zal zijn, dat slechts een ge
deelte van de mensheid in 3954 te eten
zal hebben.
In de geschiedenis der mensheid zijn
er naar Darwins theorie vier revoluties
opgetreden, die voor de snelle vermeer
dering van het menselijke geslacht ver
antwoordelijk zijn te stellen: de ont
dekking van het vuur, de landbouw, het
ontstaan van de steden en de weten
schappelijke revolutie.
VIJFDE REVOLUTIE
£EN REVOLUTIE per duizend jaar is
volgens Darwin zo goed als zeker. De
vijfde revolutie zal volgens hem dan
optreden als alle olie- en kolenvoor-
raden, welke zich in de loop der ge
schiedenis in de aardbodem hebben
verzameld, uitgeput zijn. Het is zon-
dèr meer duidelijk, dat een en ander
een grote verandering in de levenswijze
met zich mee zal brengen.
Darwin houdt zich uitvoerig bezig
met alle bronnen van energie, die de
mens ter beschikking staan, zoals
atoomkracht, de warmte der aarde,
windkracht, de kracht der getijden en
de zonne-energie. Er zal genoeg energie
voorhanden zijn, maar er moet een
machtige organisatie worden opge
bouwd om deze energie dienstbaar te
maken.
Profeet Darwin verkondigt voorts dat
de levensstandaard wegens de sterke
stijging der bevolking in de toekomst
noodgedwongen zal moeten dalen. Al
leen de wetenschap zou hier moeten
kunnen ingrijpen, maar van de weten
schap der toekomst verwacht deze En
gelse hongerprofeet niet veel en stellig
niet veel goeds....
GEEN EERBIED
De grijzende Britse geleerde heeft
vreemde visioenen: in de toekomst, die
hij ons schildert zullen er hormonen
optreden, die de libido neutraliseren.
Hierdoor zal er een mensentype ont
staan, dat het beste te vergelijken is met
de dar in een bijenkorf. Een soort „te-
vredenheidspillen" zullen nochtans de
moed er in houden.
erger is naar onze misschien
de menselijke begrippen van de
jare 1954 de leer van de eerbied voor
het leven en van de heiligheid van het
individu zal men als overdreven leren
waarderen. Daarom wil Darwin er ook
niet aan, dat in de toekomstige wereld
de verplichtingen voor iedere arts om
alles te doen om een mensenleven te be
houden, nog zullen gelden.
Wat zal beter zijn voor de wereld,
aldus vraagt Darwin zich af, of er een
groot aantal gezonde mensen de honger
dood moeten sterven in plaats dat een
ander deel aan malaria te gronde gaat.
Wat baat het de mens als hij door de
voortschrijding der medische weten
schap de zuigelingensterfte drastisch
heeft weten te beperken, als hij weet
dat in de toekomst een deel der jong
geborenen zonder meer moet sterven
daar er eenvoudig een voedseltekort
is?
Anderzijds ziet Darwin grote bloei
perioden voor wetenschap en kunst
aanbreken. Dikwijls zuilen nieuwe ont
dekkingen het menselijk ras een tijd
lang van de angst voor de toekomst
verlossen en er zullen gouden eeuwen
aanbreken, waarin de mensheid zij
het voor korte tijd met volle teugen
zal kunnen genieten van wetenschap,
philosophie en kunst.
DARWINS CONCLUSIE
■^lAT ook het leven in de toekomende
eeuwen moge brengen, hetzij ellen
de of vreugde en ik voor mij geloof
dat het dikwijls ellende zal zijn het
zal een avontuur zijn, dat de moeite
waard is te beleven:
Tot zover deze Britse hongerprofeet.
De Psalmist en profeet uit het Oude
Testament wisten het reeds: „tachtig
jaren wordt de mens of als hij zeer
sterk is negentig en de meeste van deze
zijn verdriet."
En ergens anders hebben wij een
Stem beluisterd, die zegt: „Wat baat
het de mens, zo hij al de schatten dezer
wereld zou beërven, doch daarbij scha
de zou lijden aan zijn ziel."
10
c
O
O
536
Beiglc-UiX.
87 2
Denemarken
76.-
Frankrijk
17.9
Duitsland
90.1
IJsland
29 7
Ierland
76 7
tallt
99 7
Nederland
92.6
Noorwegen
75.1
Portugal
92.8
Zweden
91 4
Zwitserland
91 4
Ver Koninkrijk 75.3
T \rrt4
z//////////////;wm;;;;m;a ~i w
Y///A I 'U t
JJó s
W/VA 9CRCENTAGI
Y////} v.0 tmCflALItATE
WAABDr-CtJrtMi !N
WLUOEN
tUU 1*1]
3j »Ajlt HA*
P 7
V///A//A I ,99.3
WMM/////MII pj.;
931.7
W/W//A I
VAA///M 9
11 so. j
f219.6
IC
DE VIJF EMPLOYé'S van Linoleum Krommenie, die sinds November
van het vorig jaar bij een concurrerend bedrijf in de Amerikaanse
staat Pennsylvania in dienst zijn, zullen binnenkort, met vele ervarin
gen verrijkt, de terugreis naar Nederland aanvaarden. Johannes H.
Baltes, Martinus Gravesteyn, Nicolaas C. de Jong, Pieter Rem en
Adrianus Zwart, van wie er drie in tijdelijke dienst zijn geweest bij de
„Armstrong Cork Coinpany" te Beaver Falls en twee hebben gewerkt
in de fabriek van „Armstrong" te Lancaster, zullen, naar men ver
wacht, op 10 Februari uit New York vertrekken en in de ochtend van
Donderdag 11 Februari (om 09.10 uur) op Schiphol arriveren.
Op grondslag van de invoer
waarde over 1948 hebben ver
schillende Europese landen thans
hun liberalisatiepercentages voor
het lopende jaar vastgesteld. Uit
het overzicht, dat hierboven is
afgedrukt, blijkt, dat het meren
deel van de landen thans onge
veer negentig procent van zijn
invoer van alle beperkingen
heeft vrijgemaakt. Groot-Brittan-
nïè, Noorwegen, Denemarken en
Ierland komen op ongeveer vijf
en zeventig procent, Frankrijk
blijft met nog geen twintig pro
cent ver ten achter. Daarentegen
is Italië met 99.7 procent het
verst gevorderd.
BLOEDROOD zakt de
zon achter de bergen. Nog
even een laatste aarzelen
de flikkering en weer is
een dag voorbij. Millioe-
nen muskieten komen uit
hun schuilplaatsen en
vervullen de omgeving
met een machtig gegons.
De nacht spreidt zijn
machtige vlerken uit over
het gloeiende heuvelland
van Haïti. Als een spiegel
strekt zich bij Cap-
Haitien de prachtige baai
uit, gelijk een lap diep
zwart fluweel met duizen.
den flonkerende, spiege
lende sterren bezaaid. De
egaal gladde oppervlakte
wordt in het midden door
de vage contouren van
een voor anker liggend
zeeschip verbroken. De
verlichte patrijspoorten
kijken met vurige ogen
de wereld in.
Na enige tijd maakt
een sleep lichters, getrok.
ken door een hakkepuf-
fend sleepbootje zich van
het schip los en zet koers
naar een nabijgelegen
aanlegsteiger van het
Sisalbedrijf. Een schorre
stoot op de fluit van het
bootje verbreekt de
stilte; op de zojuist nog
verlaten steiger is het nu
tjokvol met kakelende
kleurlingen, die elkaar
proberen te beduiden,
hoe zij het beste de lich
ters kunnen vastleggen.
Zich niets aantrekkende
van de drukte, stappen
vier blanken, opvarenden
van het koopvaardijschip,
aan wal. De luchtig ge
klede mannen, gebruind
door weer en wind, ge
noeglijk pratend over
ditjes en datjes, richten
hun schreden in de rich
ting van het dorp.
DE OMGEVING, waarin de vijf Ne
derlanders terecht zijn gekomen om
er zich vertrouwd te maken met le
ven en werk van de Amerikaanse ar
beider, is niet van vandaag of giste
ren. „Armstrong", thans vervaardig-
ster van driehonderd linoleum- en an
dere kurkproducten, vindt haar oor
sprong (1860) namelijk in een twee
manswerkplaats. Thomas M. Arm
strong, één van de twee pioniers
sneed daarin nog flessenkurken met
de hand. Snelheid kenmerkte de groei
van „Armstrong", een bedrijf met
hoofdkwartier Lancaster, dat op het
ogenblik beschikt over een aantal
over de Verenigde Staten verspreide
fabrieken en zelfs enige dochtermaat
schappijen overzee. De vijf Nederlan
ders zijn van mening, dat de fabrie
ken, waarin zij tewerk werden gesteld,
goed verlicht en schoon zijn en dat
men er veilig werkt. In korte tijd
wenden zij er aan de rustige, vriende
lijke atmosfeer en vonden zij het niet
vreemd meer, dat al hun Amerikaanse
collega's hen direct bij de voornamen
aanspraken.
De vijf zijn ook onder de indruk ge
komen van het extensieve gebruik
van machines. Het werd hun spoedig
duidelijk, dat mechanisatie één van
de antwoorden was op hun vraag:
„Hoe levert Amerika zoveel voor zo
velen". In de fabriek van „Armstrong"
te Beaver Falls kwamen de heren
Baltus, Gravesteyn en Zwart tot de
conclusie,, dat één man daar, met be
hulp van de aanwezige machines, in
dezelfde tijd meer kan produceren
met minder inspanning". „In Holland",
aldus deze drie, „werken wij harder
48 uur per week zonder onderbre
kingen of een ogenblik van tussen
tijdse rust. In Amerika werkt men 40
uur per week en de mannen kunnen
er zo nu en dan even tussenuit om een
sigaret te roken of een kop koffie te
drinken in de cantine. Toch produce
ren zij in acht uur meer dan wij-."-
ALLE VIJF ZAANLANDERS zijn
reeds lang aangesloten bij één der
drie Nederlandse vakverenigingsfede
raties. Vanzelfsprekend waren zij ook
benieuwd hoe de vakbond in Amerika
functionneerde, vooral de 57-jarige
Pieter Rem, die reeds langer dan 35
jaar lid is van het NVV. Rem is van
mening, dat de organisaties in de Ver
enigde Staten te groot en te ingewik
keld zijn en daarom zakelijker en on
persoonlijker dan de Nederlandse ar
beider zou wensen. Hij vindt, dat het
systeem der Nederlandse vakvereni
gingen de arbeiders in Nederland be
ter dient, omdat het hechter verbon
den is met de arbeider als indivdueel
en zich beter bewust is van zijn per
soonlijke moeilijkheden. „Dit", aldus
Rem, „ledt tot een snellere, meer di
recte oplossing van arbeidsproblemen".
„Toch", zegt Rem, „kunnen wij zien,
dat de arbeidsvoorwaarden in Ameri
ka beter zijn, en de Ionen ook. Wij
weten dat de vakbonden de Ameri
kaanse arbeider hebben geholpen. Mis
schien moeten die bonden groter zijn,
omdat alles hier op grotere schaal
wordt gedaan. Ook de werkgeversor
ganisaties zijn hier groot opgezet. Ons
systeem is echter, geloof ik, voor ons
beter".
ZIJN DE Zaankanters blijkbaar wel
tevreden over de Amerikaanse arbeids-
condities, de levensvoorwaarden vin
den zij zonder meer „geweldig". „Mijn
nieuwe vrienden hier in Lancaster",
zegt Nicolaas de Jong (46 jaar)
lachend, „vragen me, of ik een auto
heb. Ik vertelde hun, dat een fabrieks
arbeider in Nederland zich geen wa
gen kan permitteren en dat ik mij
gelukkig prijs een fiets te bezitten.
Maar elke familie, die ik hier heb
bezocht, heeft een auto, en een ijskast,
een televisie-apparaat, een wasmachine
en een groot gas- of electrisch fornuis.
Mijn vrouw kookt voor ons gezin
wij hebben tien kinderen op twee
kleine gaspitten. Dit komt niet, om
dat onze lonen zo laag zijn. Het komt,
omdat de prijzen, zelfs voor levens
middelen, zo hoog zijn. Een brood kost
in Holland 32 cent, in Amerika kan
je het kopen voor 15 dollar)centen.
Een glas bier kost bij ons 40 cent, in
Amerika 10. Wij kunnen niet elke dag
vlees eten. In Amerika doet men dat
wel, omdat hetzelfde vlees hier in
Amerika minder dan de helft kost
van de twee gulden, die wij ongeveer
per pond moeten betalen."
Prijzen zijn, uiteraard, nauw ver
bonden met de productie hoe meer
goederen er worden geproduceerd, des
te minder kosten zij. Dit is de heer
De Jong en de vier andere Nederlan
ders wel duidelijk geworden, sinds zij
in Amerika vertoeven. En wat De
Jong vooral is opgevallen, is het feit
dat de mensen, die het grote assorti
ment consumptiegoederen in Amerika
produceren, dezelfde mensen zijn, die
deze goederen kopen. Deze fabrieks
arbeiders maken auto's, ijskasten, tele
visie-apparaten, wasmachines, meube
len, kledingstukken en nog meer voor
elkaar.
„Natuurlijk", merkt De Jong op,
„beschikt men in Amerika over de
grondstoffen om deze goederen te pro
duceren. Maar die hebben wij in Eu
ropa ook. Wat wij in Europa moeten
leren is samenwerken. Ik heb in Ame
rika gezien, dat er geen grenzen tus
sen de verschillende staten bestaan.
Goederen kunnen de grenzen vrij pas
seren en wat de ene staat niet heeft,
kan de andere wel leveren. Zo zou
het in Europa moeten zijn. Dan zou
den wij onszelf kunnen helpen, zou
den wij op eigen benen kunnen staan.
Want daar moeten wij tenslotte heen",
heen".
IN KORTE TIJD hebben de Neder
landers vele vrienden gemaakt. De
Amerikanen, van nature kameraad
schappelijk, staken hun belangstelling
voor dit technische hulpprogramma in
het klein, voor de uitvoering waar
van ditmaal geen directe Amerikaanse
financiële steun of tegenwaardefond
sen nodig waren, niet onder stoelen
of banken. Zij inviteerden de Neder
landers bij zich thuis en introduceer
den hen bij hun familie. Elke week
waren de Zaankanters ergens anders
te gast en vaak maakten zij met hun
gastheren een weekend-verkeAnings-
tocht per auto in de omgeving van
Lancaster of Beaver Falls. Uren heb
ben zij bij het televesie-toestel door
gebracht en zij vonden het prachtig,
de „showboat" nu eens niet alleen in
de huiskamer te horen, maar ook te
zien. -
Martin Gravesteyn zal niet lient
vergeten, dat zijn gastvrouw ter ge
legenheid van zijn 58-ste verjaardag
een taart bakte, waarin 58 kaarsjes
prijkten. Voor Nicolaas de Jong is on
vergetelijk, dat hij op zekere dag de
lagcre-schooljeugd van Lancaster in
de klas vertelde over Holland en de
meisjes en jongens bovendien leerde,
hoe Nederlanders van één tot tien ple
gen te tellen.
De Nederlanders hebben hun uitzen
ding naar Amerika te danken aan de
heer C. H. Kaars Sijpesteyn, direc
teur van de NV Nederlandsche Lino.
leumfabriek te Krommenie, die tij-
dens zijn zakenreizen naar de Nieuwe
Wereld kennis maakte met de Ameri
kaanse levens- en werkwijzen en he'
van waarde achtte, dat zijn ongevee
duizend man tellende personeel daa
ook vertrouwd mee raakte. Met eigei
ogen wilde dhr Kaars Sijpesteyn
mannen laten zien, hoe het met
doeltreffendheid in de Amerikaa'
industrie is gesteld. Hij zocht via
„Verbond van Nederlandse Werk
vers" contact met de „National i
sociation of Manufacturers", de
kende Amerikaanse vereniging van
brikanten. De NAM publiceerde
Nederlandse verzoek om plaatsing v
een aantal arbeiders in een linoleu
fabriek in haar bulle'.ins en de „Ar:
strong Cork Company" meldde zl
als eerste gegadigde aan. Linoleu
Krommenie, zoals het Zaanse bedt
in de wandeling wordt genoemd, na
alle reiskosten voor zijn rekening. H
is niet uitgesloten, dat uit de uitze
ding van de vijf Nederlanders ei
uitwisseling zal voortvloeien, die ei
aantal arbeiders van „Armstrong"
staat zal stellen, in Nederland hu
gezichtsveld te komen verruimen.
De winnaar van de elfstedentocht
1954, Jeen van de Berg.
DEEDS is een lichtgloed boven de
heuvels zichtbaar, daar moet zich
het dorp bevinden. Na de laatste bocht
van de weg ligt het plotseling voor
hen, stil en verlaten. Slechts een haan
kraait, dat is alles. Naarmate de vier
het dorp naderen, bespeuren zij meer
leven, toch zijn vele huizen verlaten,
dancings gesloten en bars uitgestorven.
Plotseling klinkt vanachter enige
huizenblokken een massaal gezang. De
Hollanders moeten het hunne er van
weten en spoeden zich naar de plaats
waar het gezang vandaan komt. Ze
blijven met stomheid geslagen staan,
als zij de dorpsbewoners op een plein
ln de gaten krijgen. In het midden
staat een rijzige man op een stoel te
bidden. Deemoedig hebben de dorpe
lingen het hoofd gebogen en murmelen
zachtjes met de man op de stoel mee.
Een openlucht-kerkdienst; de mensen
hebben hun huizen en amusements
gelegenheden verlaten, teneinde te
luisteren naar het Woord Gods.
De Zieleherder dwingt grote eerbied
van zijn gemeente af. Niemand schenkt
4,.„ge aandacht aan de vier vreemde
lingen die zich ongemerkt achter de
gemeente opstellen.
Is een mooier Kerk mogelijk, dan
Gods vrije natuur? Alles werkt mee
mm alt tot een onvergetelijk schouw
spel te maken; de maan, de sterren en
enige fakkels strooien een zachte ver
lichting over deze eenvoudige mensen.
De leraar, op de stoel, spreekt over de
dag des Oordeels, dat op Die dag de
Almachtige richten zal over de leven
den en de doden.
„Bekeert U mensen-kinderen", roept
hij met stemverheffing, „want het
Koninkrijk der Hemelen is nabij ge
komen". Na een kort gebed gaat een
iedfer weer zijns weegs.
Bij een wegkruising splitst zich de
groep. Een deel gaat naar het dorp te
rug. en de andere dorpsbewoners trek
ken verder het heuvelland in, naar een
daar gelegen nederzetting. De vier
mannen trekken met deze laatste groep
mee, het zal een tocht worden, die een
onvergetelijke indruk op hen zal ma
ken.
Blijmoedig loopt dit groepje mensen
over de slingerende wegen heuvel op,
heuvel af onderwijl geestelijke liederen
zingend. Een ervan is op de wijs van
„Een uil zat in de Olmen". Ha, dat
wijsje kennen de vier Hollanders ook.
Onverwijld vallen ze in. Perplex blij
ven de' mensen sten, dat hebben ze
niet verwacht. Onrr dellijk worden de
vier in de kring opgenomen, steeds
moeten de bekende uil en de olmen het
ontgelden.
Naarmate men al zingende, dieper
landinwaarts loopt worden de muskie
ten lastiger. Steeds weer proberen zij
nieuwe aanvallen op de mensen te
ondernemen. Vooral de Europeanen
hebben het zwaar te verduren.
Eindelijk na twee uur lopen, doemen
een paar lichtjes in de duisternis op:
het dorp.
Mannen slapen op straat, vlak bij een
hevig rokend vuurtje, dat is aangelegd
om de insecten op een veilige afstand
te houden. Het is er doodstil; soms sloft
een vrouwtje met een grote kruik op
het hoofd de straat door; verder blijkt
alles in diepe rust.
In een veekraal staan ponnies met
hangende hoofden te dommelen, zwie
pend met de staarten om de muskieten
te verjagen.
Langzamerhand is het groepje kerk
gangers kleiner geworden en als de
laatsten in hun hutten verdwijnen, blij
ven de vier *vllanders eenzaam en
vergeten achter.
Ze lopen nog even het dorpje door en
ontwaren zelfs nog een politiebureau
met een politiemacht van zegge en
schrijve één man. Een broek en e-~
paar afgetrapte schoenen vormen
uniform. Een grote pet wijst echter op
zijn waardigheid....
Langzaam lopen de vier weer terug
naar de baai Moeizaam sjokken ze
voort, met benen als lood, niet gewend
aan dit vele lopen. Slechts een voorbij
rijdende trein voor de Sisal-fabriek,
doet hen een ogenblik de grote een
zaamheid vergeten.
Laat in de nacht arriveren ze- bij de
sisal-fabriek waar onafgebroken de
machines dreunen
Zo is Haiti bij nacht.
H. STEENSMA
staat sinds 1 Februari j.1.
Het bedrijf wordt nu voortgezet door de
Zjj garanderen U een gezellig zitje, goede
consumpties en een prima
SPOORSTRAAT 98
TELEFOON 2689
De goedkoopste vorm van reclame
is dagblad-reclame. De advertenties,
geplaatst in deze courant, worden
door duizenden koopkrachtige lezers
van A tot Z gelezen. Zorgt er voor
dat deze koopkrachtige lezers ook
Uw advertentie onder de ogen krijgen
AdvertentieTeclame, daar kunt U op aan,
kunnen de pijlers worden van Uw bestaan
f
TH. NOOT? Julianadorp
H. VEUL, Julianadorp
G. K. DE BEURS, Reigerstraat 45
N. BLOM, 2e Vroonstraat 54
A. DE BRUIN, V. d. Duin v. Maasdamstraat 3
P. DOP, Begoniastraat 26a
P. RIJKERS, Schagenstraat 97
C. SCHOUTEN, Emmastraat 74 L
A. J. DE VRIES, Spoorstraat 7274 9