De Vergeten Categorie nogmaals over „Om de jeugd of om de kerk Chefarine 4 Spit ofjicht De beste ruil Ds van Leeuwen verdedigd LAXEERAKKERTJE5 SLOAN'S linimenl- JVerstopping- Vier bondgenoten tegen pijnen en griep RHEUMIN Proces tegen Oberg en Knochen is verdaagd Het gevaar van een exposé Pim, Pam Pom en de graafmachine 20 tabletten 65 cent Ex-communisten getuigen voor McCarthy Faroeks muntverzameling onder de hamer Luister eens naar: Radioprogramma DONDERDAG 25 FEBRUARI 1954 TOT MIJN SPIJT is ds Van Leeuwen er nog niet in geslaagd tijd te vinden voor het gevraagde artikeltje. Wij zullen dus met zijn beschou wingen moeten wachten tot de volgende week. Toch behoeven we de discussie niet tot dat tijdstip los te laten: ik ontving namelijk een in téressant epistel van Inge van Erenstein en een uitgebreide brief van de heer F. L. Tromp te Zuid-Scharwoude. Het eerste plaatsen we in zijn geheel, de tweede is niet voor publicatie bedoeld, maar geeft voldoende aanleiding tot bespreking. En het ligt voor de hand, dat ook het artikel van ds Van Leeuwen de volgende week kort moet worden beantwoord. HIER volgt dus allereerst de bespie geling van Inge. „Lang heb ik nagedacht over het exposé, dat de heer Daalder gaf van de brochure „Om de jeugd of om de Kérk?". Mijn reactie was ongeveer de zelfde als van andere Vergeten-Cate gorieleden, toch was het mij onmoge lijk, om, alleen afgaande op dit expo sé, een oordeel te vellen, daar ik er gens het gevoel had, dat het aange haalde uit het geschrift tè gepronon ceerd was om een duidelijke indruk van het werk te krijgen. Blij was ik daarom, toen het toeval de brochure in mijn handen speelde en ik daardoor tot een eigen overtuiging koh komen. Het is niet, omdat ik zelf zo graag wil schrijven over dit onderwerp, maar omdat ik ds van Leeuwen wil verdedigen tegenover meningen, die alleen gebaseerd zijn op een handig in elkaar gezet exposé. Ik kan dat mijn heer Daalder niet kwalijk nemen, om dat hij een te grote liefde voor de jeugd heeft om slechts 'n welwillende houding aan te nemen bij de overtui gingen van de predikant. Doch het was misschen beter geweest, als hij het duidelijk gemotiveerd had, inplaats van iets te suggereren door' zijn uit treksel. DaaVbij komt echter de moei lijkheid, dat het geschrift op twee ma nieren uitgelegd kan worden, n.1. öf men ziet alleen de negatieve kant van het probleem, zoals mijnheer Daalder het zag, of men ziet een poging tot ka rakterisering van de jeugd, die aan de ene kant vrij positief de feiten vast stelt, (zelfs ds van Leeuwen kan soms niet van „de kille tiran, die het feit heet" los komen doch aan de andere kant een ruim begrip toont voor de oorzaken, en helemaal geen ideaal schept van dé volmaakte jeugd. Ter verduidelijking laat ik een fragment zien. Mijnheer Daalder haalt aan: „de jeugd is geestelijk dakloos, geestelijk verlaten....", doch de predikant gaat verder: „Laten we bereid zijn, het heel zakelijk te stellen, dat in het al gemeen de kerk, zoals de oudere gene ratie die heeft gevormd en bepaald als levend voorbeeld van verlossing, van bevrijding, van echt menselijk leven, heeft gefaald. Daarom zijn de meest verlaten mensen al die jongeren, die hief meer door de traditionele vor men van pastoraat en verkondiging worden bereikt. De geestelijk daklo zen. Laten we ons wachten voor het trucje, te doen, alsof het falen der verkondiging alleen in de geestesge-. steldheid van de jeugd zit! Deze jeugd is niet minder en op zichzelf niet an ders dan de jeugd vroeger was. Maar ze leeft nu in andere verhoudingen, in een andere maatschappij. Wij zouden het zo kunnen zeggen: jongelui uit 1853 levend in 1953 zouden precies zo leven als de jonge mensen van nu. Zij Zouden de mentaliteit hebben, die de ze eeuw'meebrengt". Hierdoor krijgen we wel een enigszins andere indruk én wanneer aan het slot Van Leeu wen kan schrijven: „Veel van wat bij de jongeren volledig onzeker gewer den is, was al lang, zij het gecamou fleerd, in wezen bij de ouderen onze ker geworden. In de jonge mens her kent de oudere veel van zichzelf. Hij had alleen de kans, het voor zichzelf niet behoeven te erkennen", dan blijkt toch wel duidelijk, dat de predikant .meer begrip heeft dan het hineinsug- gerieren van mijnheer Daalder deed vermoeden. Men kan echter ook cri- tiek uitoefenen, op de wijze, waarop de predikant het probleem als zodanig behandeld heeft. Bijvoorbeeld in het vierde hoofdstuk „Een greep uit de literatuur" heeft hij volgens mij zijn mening te veel getoetst aan de ro mans,'die zich in deze tijd afspelen. De predikant gaat n.1. van de ver- ónderstelling uit, dat in de geraad pleegde boeken de hedendaagse jeugd juist getypeerd wordt, en hij vergeet, dat het niet altijd een analyse hoeft te zijn, doch ook wel eens enkel een psychologische verbeelding van de schrijver. Zijn overtuiging krijgt daar door, ondanks zijn grote persoonlijke ervaring, iets theoretisch en ongefun deerds. Het zou te veel plaats innemen, het hele geschrift te bespreken. Mijn con clusie is echter, dat ds Van Leeuwen getracht heeft een eerlijke schets van de jeugd te gevendat hij daar niet •geheel in geslaagd is, komt meer door de omstandigheden dan door hem zelf. Men kan onmogelijk een stroming schetsen, waar men middenin zit. Pas als de tijd distantie heeft genomen, is het mogelijk zich een juist beeld te vormen. Zijn zelfkennis ook ten op zichte van zijn beroep, is niet gering, een aspect, dat dan ook zeer sympa thiek aan doet. Zijn geschrift vertoont een sterk dualisme, waarvan men niet kan waarnemen naar welke kant de weegschaal zal doorslaan, n.1. naar het positieve negativisme van de jeugd, of naar de weifelende verwachting van iets goeds, dat nog. komen kan. Het is een geschrift, dat zeker de moeite waard is om zelf te lezen, pas dan kan men zien, of men het eens kan zijn met ds Van Leeuwen of niet". INGE VAN ERENSTEIN. VEEL van wat Inge hier schrijft is in overeenstemming met de bezwaren, dié ds Van Leeuwen in zijn brief aan mij opperde. Natuurlijk is resumeren veroorzaakt hoofdpijn en vermin dert de eetlust. Niets beter dan (Advertentie, Ing. Med.) een gevaarlijk experiment en ik ben het met Inge eens, dat lezing van het hele geschrift beter is dan conclusies te trekken uit een exposé. Ik heb dan ook de stille hoop, dat alle leden van de „Vergeten Categorie" en vele ande ren het boekje zullen kopen en aan dachtig bestuderen. Ongetwijfeld zul len zij, precies als ik, eindigen met een grote mate van sympathie voor de schrijver: uit alles blijkt, dat hij de jongeren van deze tijd een warm hart toedraagt en niet schroomt, ook en vooral de ouderen critisch te bekijken en op vele punten in staat van be schuldiging te stellen. Maar deze twee feiten veranderen niet veel aan het „ideaal-type", dat ds Van Leeuwen heeft getekend. Ik kan in zijn geschrift géén plaats vinden, waar het wordt geretoucheerd. En het was mij niet te doen om de persoon van de schrij ver en evenmin om de feiten der vol wassenen maar om de vraag: zijn de leden van onze groep verwant met het geschilderde type of is dat niet het geval? Zelfs het feit, of dit type in de werkelijkheid al of niet voorkomt, is daarbij niet van betekenis. Men zou mij alleen kunnen verwijten, dat ik het beeld uit het boekje niet nauwkeu rig heb overgetekend, mistekend mis schien en daardoor ds Van Leeuwen onrecht heb gedaan. Het spreekt van zelf, dat ik een peccavi zal stamelen, zodra dat voldoende is aangetoond. De aanvullingen van Inge doen dat niet: wel werpen zij een ander licht op de persoon van de schrijver, maar zij brengen geen veranderingen in het spiegelbeeld, dat hij reflecteerde. Naar ik meen, kunnen zij dat ook niet doen, omdat ik de woorden van ds Van Leeuwen zelf citeerde en geen enkele trek van betekenis wegliet van een poging tot „hineinsuggerieren" was nergens sprake waarom zou ik dat willen doen? Het spijt mij alleen, dat Inge dit als mogelijkheid veronder stelt. Uit de ingekomen brieven is m.i. het volgende af te leiden: 1. sommige inzenders hebben zich niet beperkt tot éen beschouwing,, die uitsluitend betrekking had. op de vraag, of zij in het getekende „ideaal-type" zichzelf herkenden, maar óók laten blijken, dat zij min of meer ontstemd waren over het feit, dat men hen er mee zou durven ^vergelijken en |<$w_at geprikkeld tegenover hein, diéhet ontwierp een onzakelijke houding, die' aanleiding geeft tot misverstand; 2. de groep in haar geheel beant woordt niet aan het type in over eenstemming met mijn verwachtingen: ze behoort tot de plattelandsjeugd, die voor een zeer gering gedeelte ver tegenwoordigers kent van de „extreem vitalistische, existentialistisch en ni hilistische burgerlijke categorie", voor een veel groter deel van de conformis tische christelijke jongeren (waarvan is ds Van Leeuwen zó positief over tuigd, dat zij zullen verdwijnen?) en voor een ander deel van de jonge mensen, die voortkomen uit eenvou dige, golide kringen, waar de christe lijke en de humanistische traditie con serverend werken; er is onder deze categorie maar weinig te vinden van de mentaliteit der grote-stadsjeugd, waaronder ds Van Leeuwen verkeert en die blijkens zijn visie dezelfde ka raktereigenschappen bezit als vele ja ren geleden de directeur van het club- hüis „De Arend" in Rotterdam consta teerde bij de „meerderheidsjongen"; terwijl tenslotte nog moet worden op gemerkt, dat de jongeren, die de schrij ver bedoelt, vermoedelijk ouder zijn dan de onzen. J~)AN de brief van de heer Tromp, die evenals ds Van Leeuwen „in op dracht van de kerk onder de jeugd werkt" en ook het geschrift zelf kent. Zjjn mening over het boekje „is niet onverdeeld gunstig". Maar toch had hij „behoefte het voor de schrijver op te nemen"; niets kan mij liever zijn, in dien men in het oog houdt, dat ik ds Van Leeuwen nergens heb aangeval len! De heer Tromp is van mening, dat ik goed had gedaan over de eigenlijke strekking van het boekje te spreken en duidelijk uit te laten komen, dat ds Van Leeuwen het opneemt „vóór de jeugd en voor de gehele jeugd". In derdaad spijt het mij, dat ik dit niet heb gedaan: er zou veel misverstand door voorkomen zijn. Maar ik herhaal mijn woorden tegen Inge: het ging niet om het boekje noch om de schrij ver, maar om het geschilderde „ideaal type" en de vergelijking daarvan met de vergeten categorie. Nadrukkelijk wil ik hier vaststellen, dat ik het bij zijn critiek op ouderen en onbegrip in bepaalde kerkelijke kringen roerend met hem eens ben en het is ook voor mij zonder meer duidelijk, dat veel van de vormen en methoden, waarmee de kerk de jeugd het Evangelie tracht over te dragen, verouderd en in ieder geval niet doeltreffend zijn. Alleen: deze kwestie was hier niet aan de orde: ik gaf noch een recensie noch een aanloop tot de discussie: hoe be reikt de kerk de jeugd? In de tweede plaats merkt de schrij ver van deze brief op, dat „het uit treksel enigszins scheef trekt, wat ds Van Leeuwen eigenlijk bedoelde te zeggen. Dit deel neem ik in zijn ge heel over: „Ds Van Leeuwen baseert zijn be schrijving van de hedendaagse jeugd niet alleen op eigen ervaring, maar vooral ook op het enquête-materiaal van drs Saai en dr v. Doornik. Hij wijdt een paar bladzijden aan de ge schriften van Thijs Booy en noemt verder enkele uitingen van en over jongeren uit de hedendaagse litera tuur. Op grond mede van dit mate riaal gaat hij nu tendenzen aanwijzen bij de „generatie-bewuste" adolescen ten. Dat hij daarbij sterk generaliseert, zegt hij zelf bij herhaling: „De men taliteit van de jonge generatie bestaat niet. Immers valt ze sociologisch in veel groepen uiteen. De geestelijke instelling is zeer gevarieerd." En hij geeft voorbeelden daarvan (blz. 15 en 16). Wat betreft het „niet al te veel morele scrupules hebben", dit werd vooral gezegd t.o.v. de overgeleverde sexuele moraal. Nergens zegt ds v. Leeuwen, dat de jeugd „slechter" zou zijn dan vroeger. Alleen de moraal is op verschillende punten veranderd. „Deze jeugd is niet minder en op zich zelf niet anders dan de jeugd vroeger was. Maar ze leeft nu in andere ver houdingen, in een andere maatschap pij" (blz. 34). De jongere van heden is „niet beter, niet slechter dan de jonge mens van andere tijden, maar hij heeft zijn eigen gezicht" (blz. 55). Als er sprake is van aan de verkeerde kant staan, dan staan wij (ouderen) samen met de jeugd aan de verkeerde kant, „om met hen samen Christus te pntdekken ..(felz. ,.60).._; Mijn critiek nu op de weergave van het onderhavige boekje is deze, dat ze aan het hierbovengenoemde geen recht doet en alleen een opsomming is van voor de jeugd prikkelende zin sneden, die samen een gechargeerd beeld geven. Opmerkingen als „hij ge neraliseert" en naïeve reacties als „wij zijn niet slecht" waren overbodig ge weest. Als ds v. Leeuwen constateert, dat efficiency en succes de geestelijk- zedelijke levenswaarden terugdringen, dan bedoelt hij te wijzen op een ten- denz in de moderne maatschappij, dus vooral ook bij de jonge generatie, maar zeker niet een verwijt aan de jongeren! D« 4 bestanddelen van Chefarine „4" tezamen in één tablet ver enigd vormen het beroemde ge neesmiddel, dat vaak uitkomst brengt, waar andere middelen (alen. 'n 4lje doet wonderen/ (Advertentie, Ing. Med.) Of ds v. Leeuwen in de opzet van zijn boekje geslaagd is, wil ik in het midden laten, maar ik twijfel niet aan zijn eerlijke bedoelingen. (Het is wel overbodig te zeggen, dat ik dat even min doe! D.) Hij zit er echter teveel „midden-in". Zijn boekje draagt de sporen van onrust, die zijn werk mee brengt. De eerste hoofdstukken zijn misschien wat te alarmerend, te een zijdig en te uitvoerig in het verband van zijn bedoeling en hij herhaalt wat door anderen al vaak genoeg is ge zegd. Hij wil wakkèr-schudden, maar ik vrees, dat zijn wijze van schrijven te veel negatieve reacties kan oproe pen. Ik geloof ook, dat U gelijk hebt, wanneer U zegt, dat we te veel midden in een ontwikkeling zitten, om nu al een oordeel te vellen (doet Van Leeu wen dat?) of zelfs maar een juist beeld te geven. Maar wie kan dan wel over zijn eigen tijd schrijven? Er zijn en kele zeer grote denkers geweest van wie achteraf bleek, dat zij een zeer scherpe blik op de toekomst hadden, omdat zij de tekenen van hun eigen ':jd verstonden (Nietzsche, Kierke- gaard). Maar ds v. Leeuwen heeft, dunkt mij, geen andere pretentie dan zijn cnrust uit te spreken t.a.v. de kansen van het Evangelie in de jonge- renwereld. Hij gaat daarbij naast de jongeren staan, die, naar het getuige nis van Piet Kat, „zoeken naar nieuwe vormen". Dat hij in zijn beschrijving van die jongeren de onrust van zijn tijd blijkt te delen, mag ons niet ver bazen (wie, die kennis neemt van de toonaangevende, hedendaagse litera tuur, kan zich helemaal onttrekken aan de cultuur-pessimistische mode?). Waar het hem om gaat, is niet, dat de kerk als instituut en het „christelijk" orga nisatie-leven van vandaag gered wor den, maar dat het Evangelie van Jezus Christus gered wordt terwille van het opgroeiend geslacht. Ik ken ds Van Leeuwen persoonlijk. Hij is een nog jonge predikant, die een goede naam heeft door zijn werk met en onder de jeugd, en ik weet, dat hij zich solidair voelt met de hedendaagse jongeren en allerminst boven hen verheven. Daar om zou ik het jammer vinden, als de „vergeten categorie" een verkeerde in druk van hem heeft gekregen, en dat heeft ze ongetwijfeld". Daarmee heb ik wel het voornaam ste overgenomen, dat de heer Tromp heeft geschreven. Ik hoop nu maar, dat ik niet opnieuw onvolledig heb ge citeerd. Over enkele opmerkingen wil ik nog graag iets zeggen; maar -ik wacht daarmee, tot ook ds Van Leeu wen heeft gesproken. De vraag: „is arbeid een zegen of een vloek?" heeft al heel wat pennen in beweging gebracht. Wij zullen met de plaatsing van de artikeltjes moeten wachten tot de volgende week, mis schien zelft tot over 14 dagen. Erg is dat niet: de algemene kwestie, die ons bezighoudt is zó belangrijk, dat wij die voorrang moeten geven. Wij prolongeren dus de vraag van de vorige week. Brieven uiterlijk Maandag verzenden aan D. L. Daalder, Komlaan 8, Bergen (N.H.). Bij spit, rheumatiek, spierpijn, jicht dringt de genezende warmte van SLOAN S LINIMENT diep door en geeft direct verlichting, in ons kli maat moet U altijd SLOAN'S In huis hebben. SLOAN'S doodt de pijn. (Advertentie, Ing. Med.) 50. Ook Billie was werkelijk even geschrokken, toen hij zo onverwacht midden in het gezicht van Piet Pak- kum keek. Maar deze had hen geluk kig niet gezien. Voorzichtig keek hij achterom en zag toen ook de commis saris, die arm in arm met Piet Pak- kum in de rij liep. Billie kneep zijn vriend in de arm, terwijl hij hem toe fluisterde: „Karei, de commissaris is hier en die brigadier ook! Het wordt tijd, dat we er vandoor gaan!" De ar me Kareltje was zo geschrokken, dat hij het meteen op een lopen wilde zet ten, maar Billie hield hem stevig vast en fluisterde kwaadaardig: „Zó niet ezel, dan hebben ze ons meteen in de gatenWe moeten er stilletjes tussen uitknijpen". In een hoek van de zaal gekomen, wipte hij samen met Ka reltje uit de rij en keek scherp rond „O gelukkig, de commissaris is aan het andere einde van de zaal. Blijf jij hier staan Karei, dan zal ik zien 'of we hier ongemerkt uit kunnen ko men." „Laat me hier niet alleen, Bil. lie," smeekte zijn maat, maar Billie was al in het feestgedrang verdwenen. (Advertentie, Ing. Med.) Het proces te Parijs tegen de SS-ge- neraal Oberg en kolonel Knochen als politiechefs tijdens de Duitse bezetting van Frankrijk, is Woensdag voor onbe paalde tijd uitgesteld. De zitting werd ongeldig verklaard, omdat de president van de rechtbank de twee beschuldig den met „oorlogsmisdadigers" had aan geduid, hetgeen als het uitspreken van een oordeel werd beschouwd. Oberg en Knochen worden beschul digd van deelneming aan de deportatie van 240.000 politieke gevangenen en Jo den, massa-terechtstellingen en marte lingen. Oberg is er in geslaagd zijn berech ting als politiechef uit te stellen, door vol te houden, dat hij als militair en niet als politieman moest worden be recht. Kort na de oorlog werd hij door de Britten ter dood veroordeeld, wegens het doden van 32 parachutisten in Oc- tober 1944. Later werd dit vonnis ge wijzigd in levenslange gevangenisstraf. Senator McCarthy heeft bekendge maakt, dat twee communisten „met de UMtij gebroken hebben en zich bereid nebben verklaard alle inlichtingen te verschaffen, waarover zij beschikken". De twee communisten zijn een echtpaar, dat senator McCarthy als „vijandige getuigen" had gedagvaard. Na deze bekendmaking liet de sena tor de 48-jarige negerin Annie Moss voor zich verschijnen, die door een van beide communistische getuigen beschul digd zou zijn „van lidmaatschap van de communistische samenzwering". De Nederlandse penningkundige Jac- ques Schulman uit Amsterdam en zijn broer Hans uit New York bevonden zich onder de hoogste bieders, toen Woensdag te Cairo Faroeks verzameling zeldzame gouden munten onder de ha mer kwam. De eerste vijfhonderd stuks, waaron der muten uit Midden- en Zuid-Ame- rika, brachten ruim 100.000 gulden op. De hele verzameling wordt geschat op een waarde van 2,5 millioen gulden. DOÖR MARGARET MALCOLM 24 HOOFDSTUK V. Serena's vragende blik was nog steeds niet ten volle begrijpend op zijn gelaat gericht en hij wist die blik te doorstaan, ofschoon als steeds in nerlijk geprikkeld door wat ook maar naar een verzoek om nadere uitleg van zijn daden zweemde. Dat verzoek bleef intussen niet uit. „Maar waarom, Nick, waarom?", klonk t verwonderd. ,„k bedoel, dat je nooit. „Heus niet?" viel hij haar in de rede. „Ben je daar zó zeker van?" Hij zag de verbazing uit haar ogen verdwijnen en begreep wat minach tend, hoe ze in zijn vroegere woorden en daden iets trachtte te vinden, dat nooit had bestaan, maar dat ze er graag uit wilde opmaken. Ze sloeg de ogen neer, terwijl haar vingers zich Zenuwachtig bewogen en hii zich ongelovig afvroeg, of hij op hét punt stond, andermaal een afwij zing te incasseren. „Maarmaar je moet me vertel len waarom, Nick!" hield ze, bijna fluisterend vol. „Waarom?" Hij trok haar met zijn arm dichter naar zich toe. „Daarom!" zei hij, haar even op de mond kus send. „O...." riep ze, diep ademhalend en wist, dat hij gewonnen had. „Welnu?", vroeg hij kortaf. Ze keek tot hem op en toen hij de zachte blos die haar wangen kleurde zag. voelde hij zich eensklaps be schaamd. „Serenabegon hij onstuimig, dóch het was al te laat. „Nick", stamelde ze. „Ik begreep het eerst niet! Maar ja, ik wil met je trouwen". 't Ogenblik van zelfverwijt was voor bij. Als een stalen band omklemde zijn arm haar schouders. „Goed", zei hij snel. „En dan liefst dadelijk, Serena". „Wat bedoel je.... vandaag al?" vroeg ze in haar onschuld. „Neen, natuurlijk niet", zei hij, moei lijk een toon van ongeduld bedwingend, „maar ik zal dadelijk voor een speciale vergunning gaan zorgen. Vandaag is het Dinsdag; we kunnen overmorgen trou wen". „Ja, Nick", zei ze ademloos, „maar het is wel erg kort dag. Ik moet toch kleren. „Die kun je later wel kopen. Je be hoeft niet in het wit te trouwen. Ik had gedacht aan een bureau van de bur gerlijke stand „Als je dat graag wilt", hernam ze kalm. Een ogenblik had ze, als zo veel meisjes, gedacht aan een slank figuur tje in het wit, dat met haar bruidegom voor het altaar trad. Maar och, het kwam er niet op aan. Niets kwam erop aan behalve dat tot haar verbazing Corinna Chale was uitgeschakeld en zij, Serena, met Nick ging trouwen. „Ja", zei hij kort. „En dan nog iets: Ik wil, dat niemand het vooraf zal weten, zelfs Emma niet." Serena's gezicht betrok. „Ze zal er zich geweldig door beledigd voelen, Nick", wierp ze tegen. „Dat begrijp ik", hernam hij kortaf, „maar ik heb altijd het land gehad aan de idee, mezelf bij zo'n gelegenheid tot voorwerp van publieke vermakelijk heid te maken". ,;Je vindt het dus zoiets persoonlijks dat het heel in stilte moet gebeuren?" veronderstelde ze en hij, opgelucht doordat ze het van die kant bekeek, knikte toestemmend. „Iets in die geest", antwoordde hij ontwijkend. „En dus?" Ze dacht een ogenblik na en Nick zweeg, want eensklaps had hij een punt bereikt waarop méér zeggen hem on mogelijk leek. Wat hij had willen doen, had hij gedaan. De rest lag aan Serena. „Ik dacht over de beste manier om het te regelen", sprak Serena tenslot te. „Juffrouw Twist was van plan, Don derdag of Vrijdag een nicht te gaan be zoeken. Ik geloof wel, dat ik haar kan overhalen, Donderdag te gaan en mis schien pas de volgende morgen terug te keren. Ze wilde circa tien uur 's morgens vertrekken. Ik zou haar naar het Charing Cross-station brengen.." „Prachtig. Ik zal óók komen en dan kunnen we het op ongeveer elf uur stellen", zei hij vlug. „Ja", hernam ze en vroeg toen aarze lend. „En dan.... Nick?" „Dan?" Nick wierp de pas opgesto ken sigaret weg. „Dan ga je natuurlijk mee naar de flat". „Ja, natuurlijk", gaf ze haastig toe. „En 's avonds gaan we naar „Lom pen en Vodden", voegde hij er bij. ,,'t Is een soort gala-voorstelling, de vijf honderdste. Als ik jou was, zou ik die groene japon aantrekken". „Goed, Nick", zei ze gehoorzaam, maar hij zag de lichte trilling van haar zachte rose lippen en begreep de oor zaak. Heimelijk was hij woedend op Corinna, omdat zij hem in deze positie had gebracht. Een ogenblik vroeg hij zich af, of hij niet beter zou hebben ge daan met Serena de waarheid te ver tellen en haar dan te vragen of ze, alles wetende, tóch met hem wilde trouwen. Maar neen, dat zou natuurlijk nooit goed zijn gegaan! Gevoelige meisjes als Serena kon je maar niet zo voorde rauwe werkelijkheid stellen. Voor hen was het huwelijk immers met een romantisch en schitterend waas omge ven Hij trok haar andermaal tot zich en omdat zij eveneens haar lippen op de zijne drukte en niets menselijks hem vreemd was, viel zijn kus warmer, inniger uit dan de eerste! Hoewel ze zich schuldig voelde je gens de oude juffrouw, die zo vrien delijk voor haar was geweest, wist Serena, die Nick's wensen bovenal liet gaan, een koffer vol kleren naar zijn flat te smokkelen. Na voor juffrouw Twist het spoor boekje te hebben nagezien, kon ze haar eerlijk mededelen, dat zij bij haar nicht moest blijven logeren, daar er anders bijna geen tijd voor een bezoek zou overschieten. „En ik vrees, dat u ook erg vermoeid zou zijn na twee reizen op één dag", voegde Serena erbij. „Ik weet niet, of ik er wel verstan dig aan doe, met op reis te gaan", ver klaarde juffrouw Twist, wat Serena 't hart in de schoenen deed zinken. Ech ter wachtte ze zich wel, op doorzetten van het plan aan te dringen. Serena was ,bij haar weten nooit fa- taliste geweest, maar ze had het ge voel, dat hier, in dit bijzondere geval, het lot zou moeten beslissen. Mis schien kwam het door al het plotse linge of omdat het haar zelfs nu nog ongelofelijk toescheen, dat Nick en zij met elkaar gingen trouwen. Zó ongelo felijk, dat het wellicht niet goed was; terwijl ze bovendien nog bezig waren] juffrouw Twist een rad voor de ogen te draaien. Alles leek wel af te hangen van het feit, of de oude dame al dan niet op reis zou gaan. Indien dit ge beurde, zou zij, Serena, met Nick trouwen. Zo niet, danze rilde bij de gedachte. (Wordt vervolgd.) PROTESTANTS KERKLIED. Het Nederlandse Kamerkoor onder leiding van Felix de Nobel zingt, nadat een korte toelichting is ge geven door dr G. J. Hoenderdaal, Rem. predikant te Amsterdam, verschillende psalmen, meestal volgens hedendaagse zettingen, zoals die zijn te vinden in de nieuwe bundel van de Ned. Herv. Kerk en de Ned. Protestanten bond. Hierin vindt men de weer slag van veel onderzoek naar de betekenis der oude schrijfwijze van de psalmmelodieën. Onze oude kerkboeken geven de mu ziek in korte en lange noten, maar de geleerden zijn er nog steeds verdeeld over, of deze notatie moet worden gelezen zoals ze er staat, dan wel of het rhythme maatstrepen ontbre ken volkomen hier en daar ook anders mag worden geïnterpre teerd. Vrijdag 20.15 uur over Hilversum 1, 402 m.) PSALM 109, van Vivaldi, op de tekst, zoals deze in de Vulgaat, de r.k. Latijnse bijbelvertaling is te vinden. Uit de opgegeven eer ste regel blijkt, dat hier psalm 110 (prot. vert.) is bedoeld. Vi valdi maakte er een cantate voor vijf solostemmen, koor en orkest van en leeft hierin volledig de voorliefde van de barok-compo- nisten voor da-capo-aria's en ge- figuurde muziek uit. Boeiende muziek ook in vergelijking tot die van Bach, die bij alle versieringen veel strenger, minder hoofs is. (Vrijdag 23.15 uur over Hilver sum I, 402 m.) VRIJDAG 26 FEBRUARI HILVERSUM I, 402 m.: 7.00 VARA, 10.00 VPRO, 10.20 VARA, 12.00 AVRO, 16.00 VARA, 19.30 VPRO, 21.00 VARA, 22.40 VPRO, 23.00—24.00 VARA 7-00 Nieuws. 7.13 Gram. 8.00 Nieuws. 8.18 Gram. 8.45 Voor de huisvrouw. 9.00 Gym* voor de vrouw. 9.10 Gram. 9.30 Water standen. 9.35 Schoolradio. 10.00 „Thuis", causerie. 10-05 Morgenwijding. 10.20 Voor de kleuters. 10.40 Kamermuziek. 10.55 Voordracht. 11.15 Gram. 11.30 Orgelspel. 12.00 Musette-Orkest. 12.30 Land- en Tuinbouwmededelingen. 12.33 Sport. 12.48 Gram. 13.00 Nieuws. 13.15 Mededelingen en gram. 13.30 Amus.-muziek. 14.00 Voor de huisvrouw. 14.20 Piano-recital. 14.50 Boekbespreking. 15.10 Clavecimbel-recital. 15.30 Lichte muziek. 16.00 Gram. 16.30 Muzikale causerie. 17.10 Voor de jeugd. 17.40 Orgelspel. 18.00 Nieuws. 18.15 Ver zoekprogramma. 18.45 „De Haverkist", hoorspel. 19.00 Voor de jeugd. 19.10 Kin derkoor. 19.30 „Wat maakt de kinderen zo verwend", hoorspel. 19.50 Berichten. 20.00 Nieuws. 20.05 Boekbespreking. 20-15 Kamerkoor. 20.30 Benelux. 20.40 „Heden daagse arbeidsproblemen", causerie. 21.00 Voor de jeugd. 21.35 Instrumentaal kwar tet en solist. 21-55 Buitenlands weekover zicht. 22.10 Lichte muziek. 22.40 „Van daag", causerie. 22.45 Avondwijding. 23.00 Nieuws. 23.1524.00 Gram.muziek. HILVERSUM II, 298 m.: 7.00—14.00 KRO. 7.00 Nieuws. 7.10 Gram. 7.15 Gymnastiek. 7.30 Gram. 7.45 Morgengebed en Liturgische kalender. 8.00 Nieuws en weerbericht. 8.15 Gram. 9.00 Voor de vrouw. 9.45 Schoolradio. 10.00 Franse mu ziek. 10.30 Promenade-Orkest. 1100 Voor. de zieken, 11.40 Kamerkoor en piano, 12.00 Angelus. 12.03 Promenade-Orkest en solist. (12.30—12.33 Land- en Tuin bouwmededelingen.) 12-55 Zonnewijzer. 13.00 Nieuws en Kath. nieuws. 13.20 Gram. 13.45 Voor de vrouw. 14.00 Arrtus.muziek. 14.30 Hier Vrij Europa! 15.00 School radio. 15.30 Zang en piano. 16.00 Voor de zieken. 17.00 Voor de jeugd. 17.15 Kin derkoor (Intermezzo: gram.). 17.40 Me- tropole-Orkesten soliste. 18.10 Amus.- muziek. 18.40 Vragenbeantwoording. 18-52 Actualiteiten. 19.00 Nieuws. 19.10 Rege ringsuitzending: Verklaring en toelichting. 19.30 Gram. 20.25 De gewone man. 20.30 Politiek Forum. 21.00 Omroeporkst en sol. 21.25 „Voor een betere wereld", causerie. 21.40 Gram. 22.20 Limburgs Promenade- Orkest. 22.45 „Kerk en Mens", causerie. 23.00 Nieuws. 23.15—24.00 Symphonette- Orkest, Theaterkoor en sol. Televisie-programma. NCRV. 20.15 Journaal en weerbericht. 20.30 Folkloris tische dansen. 20.45 Praatje over belas tingen. 21.10 Pauze. 21.15 Ik doet, 1* doet, wat Gij niet doet. 21.35—21.45 Dag sluiting.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Heldersche Courant | 1954 | | pagina 10