De arbeid is een noodzakelijk „goed" gpierpyn Zwitsaletten Productief werk geeft leven, zin en vreugde LAXEER AKKERTJES r De beste ruil I SLOAN'S liniment De Vergeten Categorie over een nieuw probleem En nu de volgende kwestie Met VELPON zie je er geen barst van! Aan Gert en Engeltje de Boer Rust roest Een zegen! Reinig üw ingewanden, en voorkom verstopping. Neem eens per week 1 of 21 Arbeid is een zegen Arbeid is leven Na gedane arbeid is het goed rusten Het hangt er van af... Is alle arbeid een zegen Pim, Pam Pom en de graafmachine De prijsvraag voor het kaasmerk MARGARET MALCOLM Luister eens naar: Radioprogramma KOU. GRIEP. KOORTS DONDERDAG 4 MAART 1964 OPNIEUW heb ik vergeefs gewacht op het artikel van ds Van Leeuwen: ik moet dus wel veronderstellen, dat de schrijver er geen prijs op stelt, de opmerkingen van de Vergeten Categorie te beantwoorden. Het is ons ook niet mogelijk, het aan de orde gestelde vraagstuk nog langer tot een punt van discussie te maken: wij moeten verder andere kwes ties eisen onze aandacht op. Nog een kort woord tot de heer Tromp, die de vorige week een lange brief schreef, waarvan wij het grootste ge deelte opnamen. Ik ben hem dankbaar voor zijn repliek: ongetwijfeld hebben zijn aanvullingen de kans kleiner gemaakt, dat de lezers anti pathie zouden opvatten tegen ds Van Leeuwen, omdat zij het aan zijn geschrift ontleende „ideaal-type"ivaarin „de tendenzen van de gene ratiebewuste adolescenten" gestalte hebben gekregen, niet konden waar deren en er zich niet in konden herkennen .Overigens blijf ik van mening, dat ook de addenda van de heer Tromp weinig verandering brengen in het „type" zelf. Onze nieuwe kwestie was: „Is arbeid een zegen of n vloek? Aan enkele inzenders geven wij het woord. „Deze vraag" zo zei men mij, an je uit twee oogpunten benaderen Bram nl. uit sociaal en uit godsdienstig oog punt". Zeker, al vind ik wel dat in wetboek en Bijbel het begrip arbeid zeer vaag is aangegeven en met een variatie op een oud thema: „de kerk laat het in 't midden" Een arbeider is in de zin der wet iemand die in dienst verband gedurende enige tijd tegen loon arbeid verricht. Arbeid is dus zo wel het werk van de president-direc teur der Ned. Bank als dat van een straatreiniger. Het ligt niet aan mij (reeds meer dacht men dat ik socialist was) dat de president-directeur zijn met een dik salaris (plus divident plus tantièmes) „gezegende" arbeid minder zal „vervloeken" dan de straatreiniger, die met nog geen tiende van eerstge- noemde's inkomen rond moet komen. De zinsnede „tegen loon" is hier bepa lend, loon en zegen zijn in dit geval evenredige grootheden, des te groter het loon, des te groter de zegeDe arbeidswetten (1874-1954) zijn dan ook voor de „economisch zwakkeren", die hun arbeid, wegens het grote aanbod, tegen lage j rijs (loon) op de arbeids markt m o e te n verkopen om in hun dagelijkse behoeften te voorzienhet gaat hier om de zo vaak geciteerde Jan, die nog steeds een pet schijnt te dragen. Waarom? Wel, omdat (en hier komt het godsdienstige element) de werkgevers er niet van terugschrok ken om zich ten koste van hun arbei ders, die Zondag en in de week 16 uur in hun fabrieken werkten, tegen en kele centen per uur, tè verrijken. Het vierde gebod (Zes dagen zult gij arbei den etc.) en het „vergadert U geen. aardse schatten op aarde" werden door hen als kennisgeving aangenomen en de wetten, ook die der arbeiders, maakten zij als kapitaalbezitters zelf! Dat hun slaven hen in alles moesten gehoorzamen, vonden zij in hun Bijbel, doch dat zij enkele regels verder (Brief aan de Colossensen) konden le zen, dat zij jegens deze slaven recht en billijkheid moesten betrachten, was „niet ter zake"; voor hen bestond slechts Mammon. Tweede eis is dus: de omstandgheden waaronder men werkt. Voldoet de arbeid aan deze eisen,, dan is de doorslaggevende eis: 'oet men de arbeid met plezier, wordt zij dus niet alleen als economisch goed, als ruilmiddel afhankelijk van de wet ten van vraag en aanbod beschouwd? Een jonge, onbekende dichter, Reinold Kuipers, spreekt in een gedicht over een stratenmaker. „Zijn wezen gaat zich met zijn werk verenen, met geur van aarde en met kleur van stenen", terwijl een andere bekende dichter A. v.d. Leeuw (+1931) een gedicht over de smidsarbeid eindigt met: „Het zelfde zielsgeheim door mij bezongen tintelt hem tegen uit het duurzame staal". En dit antwoord zal mijn vriend Ger, zelf een meubelmaker, een vak man met hart en ziel, met een open oog en hart voor alles wat er is in de wereld, ook in die van de collegae, die de vraag aan hem stelden, en zijn zuster Engeltje, een dienstmeisje, een fris en frank „Jutterskind" ongetwij feld het meest juist lijken. Jullie vriend Bram A. BEEK, Heerenweg f' Schoorl „Arbeid is een zege". Ik zeg dit met enige schroom, omdat mij nog maar korte tijd geleden verweten is, dat tk de voorkeur zou geven aan zoveel mo gelijk vrije tijd. Natuurlijk is arbeid een zegen. Men moet het als een voorrecht beschouwen, dat men de gezondheid en de capaci teiten bezit om te werken. Het sterkst merkt men dit wel, als men als gezond mens bij een zieke komt, die er alles wel voor over zou willen hebben om maar te kunnen werken. Hoeveel jonge mensen zijn er niet, die alles op alles zétten om een betrek king, desnoods tegen een klein loon, te kunnen aanvaarden? Deze mensen nemen het gezegde: „Le digheid is des duivels oorkussen' ter harte. Kijk eens naar de ouden van dagen en qepensionneerden, die niet stil kun nen en willen zitten en daarom werk zoeken of hun tijd besteden aan lief hebberijen. Daarom geldt voor mu ook de zegs wijze, die ieder wel zal kennen, nl.: „Rust Roest". WJM BIS0N_ U.L.O. te Bergen. (Advertentie, Eng. Med.) De vraag van deze week vind Ik eigenlijk overbodig. Natuurlijk is1 ar beid een zegen! Wie z ij n arbeid een vloek vindt, moet zo gauw mogelijk ander werk zoeken. Iemand, die alle arbeid een vloek vindt, moet zich schamen. Alleen voor zieken, die door om standigheden evengoed moeten werken, kan arbeid een vloek zijn. Maar dat komt tegenwoordig practisch niet meer voor, dus dat kan ik eigenlijk wel bui ten beschouwing laten. Ik hoop en geloof niet, dat Gerrit de Boer deze vraag gesteld heeft, omdat hij zelf arbeid een vloek vindt. Ieder normaal mens vindt het een zegen, dat hij in staat is te werken. E. TIJMES, Akersloot. yOOR mij zweven twee beelden: het eerste van een grondwerker, die on der zware omstandigheden zijn licha melijke arbeid verricht, het tweede van een geleerde, die, de waarnemin gen tracht te begrijpen die hem in staat stellen de mensheid met wéér een uitvinding te verblijden, 'resultaat van jarenlange, geestelijke arbeid. Deze beide mensen zijn bezeten van één en dezelfde gedachte: dit werk te voltooi en. Een steeds vdbrtdurende drang brengt hen ertor^ dóór te gaan, tot het zichtbare resultaat deze stuwende kracht bevredigd heeft en de gedachte tot werkelijkheid geworden is, een resultaat, dat bereikt is door de zegen, die arbeid heet. De kwestie, of wij arbeid moeten op vatten als een zegen, dan wel als een vloek, wordt herhaalde malen met meer of minder: gewicht naar voren gebracht en. vaak is het antwoord ver schillend. Theologisch bezien, dus wan neer-we uitgaan van;,het zuiver Chris telijk geloof, werd de arbeid de mens opgelegd als een vloek. In den beginne kon de mens hierin moeilijk berusten, maar weldra werd de noodzaak ervan begrepen en men trachtte de arbeid te veredelen; zozeer zelfs, dat wij ons thans geen voorstelling meer kunnen vormen van een wereld zónder arbeid. En het is juist door deze veredeling van de arbeid, welke op zijn beurt door arbeid tot stand kon komen, dat ik durf beweren: een zegen, dat wij onze hersenen en ons lichaam verstaan te gebruiken. Dat mensen hier afwijzend tegenover staan, is te verklaren, omdat zij zich stellen op het standpunt van het Chris tendom en slechts een half oog hebben voor de schoonheid, die arbeid ons bieden kan. Want is het geen genot, ergens mee te kunnen bezig zijn, zijn innerlijke roeping ergens op te kun nen uitleven en bovenal, resultaat te zien van zijn arbeid? Zonder dit zou de techniek zich nooit zo ver hebben ontwikkeld, in zoverre zouden wij dus de techniek tegelijk met de arbeid moeten brandmerken als een vloek. Tevens zou de hoge levensstandaard, die wij thans bezitten, ondenkbaar zijn, als de arbeid ontbroken had en wij alles van een, ja van een boven natuurlijke kracht „gekregen" zouden hebben. Arbeid is dus een zegen, en ik prijs mij gelukkig in de gelegenheid te zijn te mogen en te kunnen werken, om mee te wérken de arbeid nog verder te veredelen. HANS KAPER, Alkmaar. \\?AT is een mens zonder arbeid? Iemand zonder energie, zonder levensidealen, zonder moed, kortom een mens zonder waarde. Arbeid geeft kracht, arbeid is leven. En het is niet zoals zovelen zeggen een noodzakelijk kwaad om je brood te verdienen. Het uiteindelijke doel is, je brood ermee te verdienen, maar daarom is het nog geen noodzakelijk kwaad. Integendeel, arbeid is een zegen en geen vloek. Je merkt het zelf wel, wanneer je eens niets te doen hebt en je zit je maar zo'n beetje te vervelen, hoe prikkel baar je wordt. Hoeveel ernstige zieken, levenslang verminkten zijn er niet, die snakken naar arbeid? En is het niet prettig, na een lange vacantie weer te begin nen? Ik geef toe, dat de een werken aan genamer vindt dan de ander. Degenen, die arbeid vervloeken, zijn meestal leeglopers en nietsnutten. Neen, ik kan in arbeid geenszins een vloek zien, maar eerder een zegen, want arbeid geeft levensvreugde en tevredenheid. PIET KAT, Soestdijksekade 469. Den Haag. QP de vraag, die ons deze week wordt voorgelegd, valt mijns inziens alleen een kort antwoord te geven. Volgens mij kan een dergelijke kwestie slechts gesteld worden door iemand die zelf zijn dagelijks werk met niet al te veel plezier doet. Het antwoord op zichzelf is natuur lijk niet zo moeilijk, Een vloek is ar beid in elk geval niet! Of we hieruit zonder meer mogen concluderen, dat het dan een zegen moet zijn, is een kwestie van geheel andere aard. Iets wat geen vloek is, behoeft niet altijd een zegen te zijn. Ik ben ervan over tuigd, dat er heel veel mensen zijn, die hun werk slechts doen, omdat het moet, omdat het nu eenmaal een noodzaak is. Maar het zijn diezelfde mensen, die, wanneer de tijd is aangebroken dat zij niet meer behoeven te werken, tot de ontdekking komen, dat niets verschrik kelijker is, dan niet meer te mogen werken. Rust is heel goed, ja, het is zelfs een noodzakelijk onderdeel van ons leven, maar we mogen nooit uit het oog verliezen, dat het alleen na gedane arbeid goed rusten is. Allerlei omstandigheden zijn er de oorzaak van, dat de ene mens zijn werk met meer liefde en meer over gave doet dan de andere. Daarom is het werk voor dé één misschien een zegen, en voor de ander een bittere" -noodzaak. Dit geldt .dan natuurlijk voor een speciaal'werk, maar wanneer' wij het begrip „werken" in het alge meen bezien, dan is het geen vloek, maar één van de eerste levensbehoef ten, niet alleen, omdat het ons de grondstoffen levert om in leven te blijven, maar vooral ook, omdat geen enkel leven gelukkig kan zijn met „niets-doen". HANS REINDERS, Geelvinckstraat 92, Castricum. J-JET beantwoorden van de vraag, of arbeid een zegen of een vloek is, hangt af van hetgeen we onder arbeid willen verstaan. Het begrip arbeid heeft immers velerlei betekenissen, zowel goede als kwade. Wanneer we uitgaan van de stelling, dat arbeid elke lichamelijke of geestelijke inspanning is, die ten doel heeft in een maat schappelijke behoefte te voorzien, dan kan die arbeid tot een zegen voor de mensheid zijn, wanneer we onze ar beid b.v. hebben gericht op het fabri ceren van één of ander product, waar door het leven in stand wordt gehou den. Het kan echter ook een vloek zijn, wanneer we onze arbeid b.v. gericht hebben op het vervaardigen van een of andere helse machine, die de mens heid ten onder voert, aangenomen, dat in dat geval bepaalde mensengroepen dat als het voorzien in een behóefte zien. Hieruit blijkt al dadelijk, dat we er met ons begrip „arbeid" alleen niet komen, maar, dat het ook van veel be lang is, welke waarde de mens eraan hecht. Wat de één een zegen vindt, vindt de ander een vloek. De dief die goud steelt, noemt zijn „arbeid" zelf een zegen, doch de besto lene en met hem in vele gevallen de maatschappij, noemt deze „arbeid" een vloek. Hieruit leren we wel welk een belangrijke plaats de arbeid in ons le ven inneemt: wat zou de mens kunnen verrichten zonder abeid? Niets, immers! Arbeid is in het algemeen een zegen, dan, wanneer ze is gericht op het goe de en een vloek, wanneer ze is gericht op het slechte. Wat goed en wat slecht is, is afhankelijk van de maatstaven daaromtrent in de maatschappij. Het zal dan blijken, dat wanneer we arbeid een zegen noemen, deze ergens toch een vloek is, terwijl we arbeid een vloek noemend, kunnen aannemen, dat ze toch ergens tot zegen wordt. WIM KOOIMAN Hensbroek „QP uw vraag: is arbeid een zegen of een vloek, wil ik direct beginnen met het antwoord: Arbeid is een zegen. In de mens is volgens mij altijd een soort drang aanwezig om iets uit te voeren en zonder arbeid te verrichten, zou men eenvoudig niets kunnen leren. Maar dan komt natuurlijk de vraag: wat voor arbeid dan wel? Neem bv. eerst eens de arbeid van Albert Schweitzer onder ogen. Het is in de eerste plaats een zegen om de drang naar deze soort arbeid te bezitten en dan is het natuurlijk een zegen voor de mensen geworden. Daartegenover staat b.v. de arbeid van een inbreker. Al zijn deze mensen er ook vaak door bepaalde omstandigheden toe gedwon gen om in te breken, ik zou dit werk toch een vloek noemen. En was is het niet een voldoening voor mensen, die klein begonnen en groot geëindigd zijn, om te kunnen zeggen: „Kijk, dat heb ik nu door hard werken verkregen." Laat dan ook vooral de gezegden „arbeid adelt" en „rust roest" niet achterwege!" DINEKE DREEUWES, IV B M.M.S. ]\JA al deze uitingen, waarin de ver schillende kanten van het vraag stuk voldoende worden belicht, kun nen we wel vaststellen, dat de jongens onder ons wars zijn van leeglopen, graag werken en de arbeid een nood zakelijk goed vinden. Zij hebben be grepen, dat de concentratie op produc tief werk de mens behoedt tegen on,t- biiidlng en het leven zin en vreugde geven kan.Wei -hebben zij een" open oog Voor 'de'gevaren van eentonige, al te gemechaniseerde arbeid, maar nog liever aanvaarden zij dié dan de ledig heid, die des duivels oorkussen is. Daarnaast is bij sommigen interessant de poging, vast te stellen, wélk werk als productief en daardoor gezegend mag worden beschouwd. Tot slot mag ik nog een verzoek overbrengen van Gerrit de Boer, Vij zelstraat 8 in Den Helder. Hij heeft in zijn kring grote belangstelling be speurd, vooral van ouderen, voor dit vraagstuk: dank zij onze rubriek werd het aan de orde gesteld op een predi- 56. Arme PPiet Pakkum. Juist op het ogenblik, dat hij de hand had gelegd op de twee brutaalste boe ven, die Dierendorp kende, werd hij door Billie zonder pardon in het gat geduwd, dat door de graafmachine in de parketvloer was gezaagd. Met een dreun kwam hij in de kelder te recht boven op een vat met aard- appel-purèe. Bovenop? Welnee, hij ging meteen door het deksel heen en zakte tot aan zijn oren in de weke massa. En hoe hard de briga dier ook brulde, niemand hoorde hem, zo'n lawaai was het daarboven in de danszaal. „Dat is me nog nooit gebeurd", zuchte de brigadier, ter wijl hij langzaam weer uit het vat omhoog kwam. „Zulke boeven heb ik nog nooit meegemaakt. Van alle bru tale boeven, die ik van mijn leven ge- arresteerd heb, is die Billie toch zeker wel dé brutaalste! Maar.... goeie grutten, ik heb ze niet eens gear resteerd. Ze zijn natuurlijk alweer ontsnapt...." Deze laatste gedacht» maakte Piet Bakkum zo zenuwachtig dat hij zich met één ruk uit de purée bevrijdde en probeerde weer door het gat naar boven te klimmen. Hij Var juist heel aardig opgeschoten, toen iemand wilde plaats nemen aan het tafeltje van Billie en Kareltje... De genezende warmte van SLOAN'S LINIMENT dringt diep door en stuwt zui verend bloed naar de pijnlijke plaatsen. Bij spierpijn, jicht,spit en rheumatlek geeft SLOAN'S daarom direct een langdurige verlichting. SLOAN'S doodt de pijn. (Advertentie, Ing. Med.) Zoals is gemeld heeft het bestuur van het Nederlands Zuivelbureau te 's Gra- venhage een prijsvraag uitgeschreven voor een op de Nederlandse kaas aan te brengen nationaliteïtsmerk. Deze prijsvraag heeft reeds velen aan het denken gezet. Uit de inzendingen blijkt, zo deelt men ons van de zijde van het Nederlands Zuivelbureau mee, evenwel dat de bedoeling niet door iedereen is begrepen. Er wordt nl. niet in de eer ste plaats gezocht naar een bepaalde artistieke vormgeving, naar een sug gestie voor een in het merk op te ne men symbool of woord, maar vooral naar de technische oplossing voor het op of in de korst van de belangrijkste Nederlandse kaassoorten aanbrengen van een merk. Dit merk zal onder de in practijk Van de afzêt haar alle wë- relddêlen zeer wisselende omstandig heden van transport en- klimaat, gedu rende lange tijd gemakkelijk herken baar en leesbaar moeten blijven, zowel voor de detaillist als voor de consu ment. De opzet heeft daarom, naar de me ning van het bestuur, weinig betekenis kantenforum, dat hij bijwoonde en verschillende volwassenen branden van verlarigen, hun mening erover op pa pier te zetten. Voor hen is in onze rubriek geen plaats willen zij hun brieven aan Gerrit de Boer zenden? EN NU een kwestie, die ik onder de aandacht breng naar aan- leiding van de brief van de heer Tromp: Wat zou er in de kerk moeten veranderen om die de ge legenheid te geven meer jongeren van onze tijd met het Evangelie te bereiken? Brieven uiterlijk Maandag zenden atfn D. L. Daalder, Komlaan 8, Bergen (N.-H.). ZO GOED LIJMT VELPON VRAAG DE JUISTE SOORT (Advertentie, Ing. Med.) DOOR 30) Onmiddellijk zag Serena de trek van opluchting, die zich over zijn gelaat verspreidde. Ze had dus precies gezegd wat hij verlangde. Wat droefgeestig be sefte ze, dat het voor hem uitstel der noodzakelijkheid om de situatie onder 't oog te zien betekende, maar ze had die situatie althans niet erger gemaakt „Wel, dat is prachtig, Serena", riep hij geestdriftig en in plaats van de aan geboden hand te grijpen sloeg hij zijn arm om haar heen en trok haar naar zich toe. Hij hief haar gezicht in de hoogte, zei dat alles wel zou loslopen en probeerde zijn lippen op de hare te drukken, maar Serena ontweek die liefkozing. „Neen 1" zei ze verdrietig, „dat niet Nick". Hij liet de armen langs het lijf val len, terwijl zijn gezicht niet de minste aandoening verried. „O, juist", hernam hij. „Je vat die vriendschap nogal letterlijk op. Zoals je wilt dan". En meteen nam hij het ochtendblad ter hand. Een ogenblik bleef ze sprakeloos staan. Ze besefte, dat ze niet anders had kunnen handelen, maar ook, dat ze tenslotte toch gefaald had. „Nickbegon ze. „Ja", klonk het achteloos van achter de krant. „We zullen juffrouw Twist moeten vertellen „Inderdaad, onze Emma vormt zoiets als een probleem", erkende hij, nu het blad neerleggend. „Wat is jouw idee?" „Je.... je kunt haar niet.... de waarheid mededelen", zei Serena snel. „Dat zou wreed zijn". „Nu dan, een wat handig in elkaar gezette lezing van mijn verhaal van gisteravond", stelde hij zo zakelijk, als of zij beiden er persoonlijk buiten ston den, voor. „Ja.... als je bijv. eens zei, dat we al een tijdje over trouwen hadden gedacht en dat je de vergunning had aange vraagd in de hoop mij over te halen. Zou dat niet kunnen?" „Ik vind het uitstekend", zei hij koel tjes. „Emma zou zoiets heel gemakke lijk van mij geloven. Misschien zou 't wel goed zijn, als ik haar van de trein ging halen. Neem me niet kwalijk, maar jij bent nog een beetje te onschuldig om zo overtuigend te kunnen liegen als ik". Andermaal sloeg ze de ogen neer. Op dit ogenblik geloofde ze vast en stellig, dat ze Nick altijd had verloren. Haar onwillekeurig ontwijken van zijn om helzing was als een klap in zijn gezicht geweest en onvermijdelijk had hij erop gereageerd door een slagboom van con ventionele onpersoonlijke beleefdheid tussen hen te plaatsen. „O, ja", ging hij nadenkend voort, „het zou misschien verstandig zijn als ik je weer naar Suburban Road reed, zodat je daar maatregelen kunt nemen om haar te verwelkomen...." „Ja, Nick....", zei ze ademloos, in af wachting van wat er volgen zou. „En daarna kunnen we natuurlijk hierheen terugkeren". „Goed...." klonk het flauwtjes. Nick keek haar nieuwsgierig aan. „Was je", vroeg hij, „niet van plan dat te doen? Toch zit er niets anders op als we niet willen, dat Emma er achter komt". „Of John", sprak ze zachtjes. „John?" zei hij peinzend. „Ik ben het met je eens, maar wat John aangaat is 't minder gemakkelijk, vooral ook om dat hij^ verliefd op je is. Vreemd toch, nietwaar: Ik weet, dat hij je liefheeft en Corinna dacht, dat jij op die manier van hem hield. Heus, Serena, hij is de man met wie je had moeten trouwen Serena boog zich over de tafel om messen en vorken op hun plaats te leggen. „Of hij dat is of niet, in elk geval be hoeven we daar nu niet meer over te praten. Daarvoor is het immers te laat", meende ze. „En ook.,., ook niet bij zonder eerlijk tegenover John, vind je wel?" „Ik houd het me voor gezegd", ver klaarde Nick droogjes. „Jouw manieren zijn beter dan de mijne!" Een erkenning, die Serena eensklaps tot een voor haar doen ongewoon scherp antwoord noopte. „Erg vreemd voor een boerendochter, nietwaar", zei ze kalm en begaf zich naar de keuken, Nick aldus gelegen heid latend, haar opmerking eens kalm te overwegen. Juffrouw Twist had het huis in Su burban Road smetteloos achtergelaten en tenslotte was ze slechts een dag af wezig maar Serena had nu een voor wendsel om in elke kamer stof af te nemen, alleen bij wijze van bezigheid tot Nick en de oude dame zouden ver schijnen. Uiteraard zag ze de ontmoeting met juffrouw Twist niet zonder enige vrees tegemoet, want laatstgenoemde zou zich ongetwijfeld gekwetst tonen door wat om haar eigen woorden te gebruiken „achter haar rug" was bekokstoofd. En 't dient erkend, dat er uit welk gezichtspunt ook bekeken iets ach terbaks school in een huwelijk, dat tot do voltrekking voor iedereen werd ge heim gehouden. Hoe het zij, Serena was toen het tweetal binnentrad nog helemaal niet voorbereid op de dingen die zouden komen. Nick's gezicht liet er geen twijfel aan, dat hij 't niet gemakkelijk had gehad met de enige vrouw, zijn moeder uitgezon derd, voor wier oordeel hij ooit enig re spect had gehad. Nu, Serena geloofde, dat hij daarop wel had gerekend. Zij van haar kant had niet verwacht buiten schot te blijven, maar evenmin, dat de oude Emma zo ijskoud correct en be leefd zou zijn. Serena werd plechtig als „Mevrouw" aangesproken en 't woord je „lieve", totnogtoe zo veelvuldig door juffrouw Twist in haar gesprekken met „juffrouw Serena" gebezigd, bleef te enen male achterwege „Natuurlijk gelooft ze, dat ze een wolf in schaapskleren heeft gehuisvest", dacht Serena. „Ze meent, dat ik dé schuld draag van dit huwelijk, dat ik al die tijd Nick heb nagelopen in de hoop een goed huwelijk te doen. Misschien denkt ze zelfs wel, dat ik al die ge heimzinnigheid heb gewild. O, als 't niet zo ellendig was, zou het'grappig zijnMaar mogelijk heb ik niet het juiste gevoel voor humor!" Hoe het zij, 't bleek ondoenlijk, lang in deze ijskast-atmosfeer te vertoeven en Nick vond weldra een soort veront schuldiging, waarmee juffrouw Twist evenzeer genoegen nam als ze 't bii een bezoek zou hebben gedaan met het bordje „niet thuis", al lag de onwaar heid er dik bovenop. Toen ze goed en wel het huis hadden verlaten, haalde Nick heel diep adem „Brr, dat was geen pretje!" riep hij „Neen", gaf Serena kortaf toe. „t Spijt m*>, dat ze het zo opnam" ging hij snel voort. „Geloof me, Serena' ik heb mijn best gedaan om de schuld' op mij te laden, maar ze scheen er vast wenrk0warsrgd' eigenlijk >°uw (Wordt vervolgd.) een oplossing in te zenden zonder éérst terdege kennis te hebben genomen van de bij het Nederlands Zuivelbureau, (Laan van Meerdervoort 82, Den Haga) verkrijgbare nadere aanwijzingen en voorwaarden. DIE SCHöPFUNG, oratorium van Haydn. De componist kreeg in- spiratie voor dit werk tijdens een bezoek aan Londen. Hem werd een Engels tekstboek aangeboden, dat pas na herhaaldelijk omwer ken geschikt bleek voor het doel. Het volgt het bijbelverhaal tot én met de schepping van Adam en Eva en geeft van de gebeurtenis sen in de zes scheppingsdagen een verrukte schildering. De tekst ademt sterk de geest der Verlich ting, dus van het sterk verstan delijke geloofsleven uit het eind van de achttiende eeuw map.r de muziek laat geen twijfel bestaan aan de oprechtheid van Haydns volkomen religieuze overgave. Het is een uitermate fraai wérk niet een vaak sterk beeldende muziek. (Vrijdag 20.20 over Hilversum II, 298 meter). VRIJDAG 5 MAART HILVERSUM I, 402 m.: 7.00 VARA, 10.00 VPRO, 10.20 VARA, 12.00 AéRO, 16.00 VARA, 19-30 VPRO, 21.00 VARA, 22.40VPRO, 23.00—24.00 VARA. 7.00 Nieuws. 7.13 Gram. 8.00 Nieuws. 818 Gram. 8.45 Voor de vrouw. 9.00 Gym. 9.10 Gram. 9.30 Waterstanden. 9.35 School radio, 10.00 „Kinderen en mensen", cau serie. 10.05 Morgenwijding. 10.20 Voor de kleuters. 10.40 Klein Mannenkoor. 11.00 radiofeuilleton. 11.20 Gram. 11.35 Orgel spel. 12.00 Musette-Orkest. 12.30 Land en Tuinbouwrriededelingen. 12.33 Sport en prognose. 12.48 Gram. 13.00 Nieuws. 13.18 Mededelingen of gram. 13-20 Amusements muziek. 14.00 Kookpraatje. 14.20 Twee piano's. 14.50 Voordracht. 15.10 Sopraan en piano. 15.30 Orgel en zang. 16.00 Gram. 16.30 Muzikale causerie. 17.10 Voor de jeugd. 17.40 Gram. 18.00 Nieuws. 18.15 Amus,muziek. 18.45 „De Haverkist", hoorspel. 19.00 Kinderliedjes. 19.10 Ka merkoor. 19.30 „Mensen en Conflicten", hoorspel en causerie. 19.50 Berichten. 20.00 Nieuws. 20 05 Boekbespreking. 20.15 Voordracht. 20.30 „Benelux", causerie. 20.40 „Hedendaagse arbeidsproblemen", causerie. 21.00 Voor de jeugd. 21.35 Amu sementsmuziek. 22.00 Buitenlands over zicht. 22-15 Rhythm. muziek. 22.40 „Van daag". causerig. 22.45 Avondwijding. 23.00 Nieuws. 23.15—24.00 Gram.muziek. HILVERSUM II, 298 m.: 7.00—24.00 NCRV. 7.00 Nieuws. 7.10 Gram, 7.15 Gym. 7.30 Gram. 7.33 Gewijde müziek. 7.45 Een woord voor de dag. 8.00 Nieuws en weerbericht. 8.15 Gram, 8.30 „Tot Uw dienst". 8-35 Gram. 9.00 Voor de zieke"' 9.30 Voor de huisvrouw. 9.35 Gram. 10-80 Morgendienst. 11-00 Sopraan en piano. 11.30 Gram. 12.15 Promenade-Orkest en solist. 12.30 Land- en Tuinbouwmedede- lingen. 12.33 Promenade-Orkest en solist. 12.59 Klokgelui. 13.00 Nieuws. 13.15 Lichte muziek. 13.45 Gram. 14.00 Schoolradio' 14.30 Kamerorkest en soliste. 15.15 Voor dracht. 15.35 Vocaal Ensemble. 16.00 Tuin- bouwcauserie 16.15 Piano-recital, Gram. 17.15 Lichte muziek. 17.45 friese uitzending. 18.00 Gram. 18.10 „Een goea woord voor een goede zaak". 18.15 Lich muziek. 18.35 Gram. 18-45 Driestemmig® blaasmuziek. 19.00 Nieuws en weerbericn 19.10 Regeringsuitzending: Verklaring e toelichting. 19.30 Gram. 20.00 Radiokran'- 20.20 „Die Schöpfung". oratorium. Gram. 22.25 „De kerkbouw tijdens oe Republiek", causerie. 22.45 Avondoie denking. 23.00 Nieuws en SOS-berichten. 23.15—24.00 Grammuziek, Televisie-programma. AVRO. *~'o« Wielerwedstrijd op „home-trai»ers". 20. Actualiteiten en weerbericht. 20.55 2 Gevarieerd programma. lijn snel en afdoend te bestrijden e M ei) (Advertentie, Ing.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Heldersche Courant | 1954 | | pagina 2