ADVE RTEIM T ÏM.
C A R G A LIJ S T.
zeslagen had doorboorde, die echter eerst nederstortte,
nadat hij zijnen aanvaller met eonen stokslag ter aarde
geworpen had. De wacht schoot dadelijk toe om zich van
den officier, die bijna zonder kennis op den grond lag,
meester te maken; zij voerde hem mede, terwijl te gelijker
tijd het lijk van den doorstoken man door eenige lieden
werd weggedragen; deze laatstcn hadden niet weinig moeite
om zich door de opeengedrongen volksmenigte eenen weg
te banen.
Den volgenden dag ont ving sir Wal ter Raleigh het
bezoek van eenen vriend, die wegens zijne waarheidsliefde
bekend was, en vertelde hem het voorval, waarvan hij den
vorigen dag ooggetuige geweest was en dat eenen diepen
indruk op hem gemaakt had. Groot was zijne verbazing,
toen zijn vriend hem antwoorddeIn de omstandigheden
van uw verhaal is bijna niets waar. De zoogenaamde offi
cier was geen officier, slechts de bediende van eenen vreem
den gezant. Ilij heeft den eersten slag toegebragt; de ander
nam hem daarna zijn degen af en doorboorde hem, voor
dat hij tijd had hem dien weder afhandig te maken. Een
der omstanders wierp zich vervolgens op den moordenaar
en wierp hem met een stokslag ter aarde. Wat het lijk
aangaat, dat is door eenige vreemdelingen, die voorbij
kwamen weggedragen. Het hof heeft bevel gegeveneen
geregtelijk onderzoek in te stellen en den moordenaar geen
genade te schenken, daar zijn slagtoffer een der voor
naamste dienaren van het Spaansche gezantschap is."
Vergun mij op mijne beurt u te zeggen, liet Iialeigh er
op volgen, dat ik, al heb ik mij ook omtrent den stand
des moordenaars kunnen vergissen, toch volkomen zeker
ben, dat ik mij omtrent, andere omstandigheden niet heb
kunnen bedriegen. Van hier uit mijn venster sloeg ik
het gansclie voorval gade.
Terwijl hij zijnen vriend bij deze woorden naar het venster
voerde, voegde hij er bij: Ziet gij, het drama viel juist
i oor tegenover dat gedeelte van het plein, waar het plaveisel
een weinig hooger is dan op de andere punten." "Zeer
goed," zeide zijn vriend, op die plaats van liet door u
bedoelde plaveisel zat zelfs een man. En die man was ik!
Oordeel dus zelf, of ik ook alles goed heb kunnen gade
slaan. Zie hier," liet hij er op volgen, terwijl hij hem de
wang toonde, deze schram, ik bekwam die, toen ik den
moordenaar den degen uit de hand rukte. Op mijn woord,
mijn waarde Kaleigli, gij hebt u, zoo als gij klaarblijkelijk
ziet, omtrent alle punten vergist.
Toen sir Walter zich weder alleen bevond, nam hij het
manuscript van het tweede deel zijner Wereldgeschiedenis,
en na een oogenblik te hebben nagedacht, zeide hijHoe
vele onjuistheden, hoe vele leugens zal dit deel bevatten?
Als ik omtrent de zekerheid van een voorval, dat ik zelf
zag, geen getrouw verslag kan doen, met welk regt waag
ik het dan, gebeurtenissen te verhalen, die duizend jaren
voor mijne geboorte zijn voorgevallen, of dezulke, die in
mijnen leeftijd zeer verre van mij verwijderd hebben plaats
gegrepen? Waarheid! Waarheid! Hier is het offer dat ik u
schuldig ben." Met deze woorden wierp hij het manu
script in het vuur.
Welk een aantal van werken over geschiedenis, levens
beschrijvingen, anecdoten, enz., zouden er minder in de
wereld zijn, als alle geschiedschrijvers dezelfde naauwgezet-
heid van geweten bezaten als sir Walter Kaleigh!
HET ZWEMMEN.
Het is onnoodig hier te herhalen dat, van de vroegste
o 7 o
tijden, de koude baden, vooral de rivierbaden, beschouwd
werden als hoogst voordeelig voor de gezondheid.
De baden passen aan elkeen, al ware het maar om de
reinheid te onderhouden, die zoo voordeelig is aan de ge
zondheid, daar zij de huid zuiveren en haar meer bewege
lijkheid bijzetten. Vooral voor menschen met prikkelbaar
zenuwgestel, van zwakken en kwijnenden aard, zijn zij een
krachtdadig geneesmiddel. Overigens doen zij ons hunne
weldaden voelen, door de algemeene, aangename gewaar
wording, de natuurlijke, ja zedelijke opwekking, die een
niet te lang gerekt koud bad ons doet genieten.
Van al de koude baden zijn die in de rivier de heil
zaamste. De wrijving van het stroomende water reinigt
het ligchaam veel beter, dat in een badkom moeijelijk is.
Nog beter is het, wanneer men kan zwemmen, of ten minste
in het water eenige bewegingen te maken; dit laat, ten
anderen, toe de baden zonder ongemakken te verlengen.
Het gebruik van rivierbaden vergt over het algemeen
eenige voorzorgen. Men moet altoos wachten tot dat de
maag ontlast is; drie of vier uren na den maaltijd mag
men zonder vrees te water gaan.
Alvorens in het water te gaan wachte men, tot dat men
min of meer verkoeld en de ademhaling kalm zij. Indien
men niet gewoon is in het water te gaan, blijve men eerst
maar 6 minuten en zoo allengs tot een kwartier in het water.
De zwemmers mogen er omtrent een half uur in blijven,
maar langer doet een bad geen goed meer; zulk een lang-
i durig bad past alleen aan sterke en gezonde menschen,
want een te lang verblijf in het water is eer verzwakkend
dan versterkend.
Eenig voedsel, een glas wijn of likeuren worden door
j vele personen na een bad met bijzondere graagte genuttigd.
Eene gematigde oefening is altoos eene noodige voorzorg
om op de huid eene degelijke en spoedige reactie te bewerken.
A N E C D O T E.
In 1624, dus bijna 250 jaar geleden, noodigde de
aartshertog van Oostenrijk eenige officieren aan tafel; zie
hier de les, die men aan de gasten oplegde alvorens te
gaan: 1°. Z. K. H. te groeten, fatsoenlijk gekleed en niet
half dronken voor den dag komen; 2°. niet zitten te wie
gelen op zijnen stoel en de beenen niet te ver uitste
ken; 3°. niet te veel achter elkander drinken, want dan
krijgt men te gaauw de hoogteden roemer maar half
leêg drinken na ieder geregt en proper mond en knevel
afvegen, alvorens te drinken; 4°. met de vingers uit den
schotel blijven en de afgeknaagde beenen niet achter zich
op den vloer werpen; 5°. vinger en duimen niet af te
likken; niet op liet bord spuwen of zijn neus snuiten in
het tafellaken; 6°. niet te beestig veel drinken, dat men van
zijnen stoel valt en niet meer regt voor zich uit kan gaan.
MAKKTBERIGTEN.
AMSTERDAM, den 6 Augustus 1801.
21 pCt. Nederl63
4' 99
2 Spanje41
3 binnenl47-A
3 Portugal 1856/185946j
5 Kussen 1828/29
5 ii Obl. 6 Serie94{£
1 o
5 ii Oostenrijk Metall47A
■XT
5 ii National56 TV
5 ii ii Amsterd70
koers vak het gei,tl
Beleening 3, Prolongatie 2|, Disconto 3 pCt.
PURMEKENDE, 6 Augustus.
Vee. Aaugevoerd 184 Ituuderen, 20 Paarden, 44 vette Varkeus 36 a 45 c. per
N. p., 2 magere dito f 12 a 16, 64 Biggen f 5 a 7,50, 144 vette Kalveren 40 a 60 e.
per N. p., 24 nuchtere dito f 5 a 12, 806 Schapen en lammeren. Eijeren.
Kippen- f 2,40, Eenden- f 2,50 per 100 stuks. Kaas. Kleine Gras f 23,75,
iniddelb. f 25,50 per 50 N. p. Boter 90 c. a f 1,10 per N. p.
ALKMAAR5 Augustus.
Vee.. Ter markt zijn heden aangevoerd: 121 Kalveren f 25 a 60, 120 Schapen
f 18 a 24, 41 Varkens 40 a 44 c. per N. p.
ROTTERDAM, 5 Augustus.
Granen. Puike nieuwe witte Zeeuws. Tarwe f 10,50 a 11,25, mindere f7,75 a
f 9,75. Iul. Rogge f 5,50 a 6,600. Nieuwe Zeeuws. Winter-Garst f 4 a 6. Lauge
lui. Haver 1' 2,80 a 4, korte dito f 4,80 a 5,20. Noord-Brab. Boekweit f 215 a 230.
Zaden. Puik nieuw Kanariezaad 1' 8 a 8.25, minder dito f 3 a 7,50. Over. en Brielsdi
nieuw Koolzaad 66 p. vl., Plakk. 58 a 64 p. vl., Vlaaiusch gerst en zakm. 66 p. vl.
Van Meekrap blijven de meeste houders onuenenen tot vcrl. prijzen af te geveu.
SCHIEDAM, 9 Augustus.
Jenever f 17,25; Anist. proef 1'18,50. Movtwux f 11.75.
Aangekomen van 47 Augustus ter losplaats HELDER om aldaar tc lossen,
de volgende schepen, gekomen van
NEWCASTLE. WilliamBoyer. 80 ch. Steenkolen. Wuvfbain Comp., te Amst.
SÜND EBLAND. 'El is aÖornish, Elliott. 246 tons Steenkolen. YanLoon &Co., tc Amst.
SUj^DSW ALL. Industrie, Knudsen. Hout. Van de Stadt, te Zaandam.
Heden verloste voorspoedig van eene welgeschapen
Dochter, J. II. M. COX, Echtgenoote van
IV. N. DE ROOS.
Nieuwediep, 7 Augustus 1861.
Bijzondere kennisgeving.
In de Heldcrsche en Nieuioedieper Courant
van Zondag 4 Aug. jl., uitgegeven onder toe-
zigt van den Heer C. BAKKER Bz., komt
eene advertentie voor, waarin eenige leeraren aan het Kon.
Instituut voor de Marine alhier van ter zijde worden be
schuldigd, op eene onkiesche manier getracht te hebben de
herkiezing van eenige aftredende gemeente-raadsleden tegen
te werken.
Zij achten het verre beneden zich, op dergelijke anonvine
beweringen te antwoorden, maar mogen niet nalaten die
aantijging openbaar voor ÖMVAAKen dus den Schrijver
der advertentie voor een tc verklaren.