NIEUWEDIEPER COURANT
NEGENTIENDE a JAARGANG.
ZONDAG 20 OCTOttElt.
EN
AMBTENAREN
VOOR DE PLAATSELIJKE BELASTINGEN.
GEMEENTERAAD.
J\o. 84.
HELOERSCHE
1801.
vft\diStn het
,rt\\\ X 'l0Pfl
Deze Courant wordt uitgegeven op zondag en donderdag
des morgens ten acht uredoor A. A. BAKK E R Cz.
in den boekwinkel, Hoofdgracht No. 32.
Abonnementsprijs per kwartaal
n franco per post.*
Enkele nommers.
Men abonneert zich bij alle Boekhandelaars
directeuren.
Advertektiêk worden aangenomen tot Zaturdag en
Woensdag middag 12 uur, en bij den Heer T. MOOT',
op de Laan aan den Heldertot elf ure.
De prijs van 1 tot 4 regels is ƒ0.60. Voor ie der en
regel meer ƒ0.15. Zegelregt voor elke plaatsing 0.35.
Buitengewoon groote letters, naar mate der ruimte, die-
zij beslaan.
Brieven en Stukken franco aan den Uitgever.
In de Gemeente Helder wordt met 1 Januari) 1802,
het toezigt op de invordering der Plaatselijke Belastingen
opgedragen aan
Een Hoofdcommies, tevens Roeijer van dranken en
Scheepsmeter, op eene jaarwedde van700.
Een Commies der 1ste klasse, op eene jaarwedde van 600.
TweeCommiesen550.
Een Commies der 2de 500.
TweeCommiesen 475.
en Vijf Commiesen 3de 450.
Zoomede aan twee Hulp-commiesen in buitengewone
dienst, wier belooning als daggeld wordt betaald.
ZÖ die naar deze betrekkingen willen dingen, en zich,
wat hunne geschiktheid betreft, aan een persoonlijk onder
zoek willen onderwerpen, mogen niet ouder zijn dan 35
jaren, en zullen hunne verzoekschriften vrachtvrij moeten
inzenden aan den Burgemeester dezer Gemeente, vóór of
op den 8 November 1861.
Helder, den 19 October 1861.
Burgemeester en Wethouders voornoemd,
STAKMAN BOSSE, Voorzitter.
L. VERHEY, Secretaris.
Den 38 dezer vertrekt de O. I. Landmail via
TRIEST.
In de zitting van den gemeenteraad, op Woensdag den 16den October
jl., werd medegedeeld, dat de heeren Haremaker en de Lange hadden
kennis gegeven de vergadering niet te kunnen bijwonen.
De vergadering werd geopend door den Burgemeester.
De aanteekeningen van het verhandelde in de zitting van den
vorigen dag werden gelezen en goedgekeurd.
Aan de orde was de voortzetting der beraadslagingen over de
plaatselijke belasting op het geslagt. Nadat in de vorige vergade
ring was besloten tot eene algemeene peilrekening op het geslagt, i
werd nu eene concept-verordening op de invordering dier belasting j
in behandeling gesteld. De algemeene strekking van het ontwerp
werd zonder beraadslaging goedgekeurd.
Bij de behandeling der verschillende artikelen werd, voor zoo ver I
hoodig, gelezen de memorie van toelichting, door ck-.n Controleur der
plaatselijke belasting daartoe ingezonden.
De discussiën over sommige artikelen der voorgestelde verorde
ning bepaalden zich hoofdzakelijk tot de volgende opmerkingen.
Door de heeren Graat en Zur Mühlen werd de vrees te kennen ge
geven, dat de voorgestelde bepalingen bij de uitvoering lastig en
moeijelijk zouden zijn voor den handelterwijl door den heer de
Breuk de vraag werd in het midden gebragt of die bepalingen te
Amsterdam en te Rotterdam, waaraan het voorgestelde voor een groot
deel is ontleend, gunstig werken en goede resultaten opleveren.
Hierop wordt door den Voorzitter en den heer Reeringh geantwoord,
dat de Controleur verzekerd heeft, dat in genoemde steden dezelfde
bepalingen goed werken; dat bij den geringen invoer alhier de be
zwaren niet overwegend zijndat men het er voor houden mag, dat
het voorgestelde niet te streng is en dat, indien de raad daarvan
later, na het in werking treden dezer verordening, de ondervinding
mogt opdoen, er gevolg zou kunnen gegeven worden aan wensche-
lijke veranderingen.
De heer Zur Mühlen heeft verder bezwaren tegen de borgstelling
bij den invoer van vee en gelooft, dat de handel daarvan grooten
last ondervinden zal. De heer Reeringh betoogt daarentegen het
nut van die bepalingen.
Door den lieer van Kelckhoven wordt de opmerking gemaakt, dat
veehouders bij liet verweiden van hun vee belemmering zullen onder
vinden. De heer Reeringh antwoordt hierop, dat zij zich in dat
geval van verweipassen kunnen voorzien voor langer of korter tijd,
Te midden der discussiën wordt door den heer Reeringh gezegd,
dat het hier niet geheel en al eene nieuwe verordening geldt, want
dat reeds veel van het thans behandelde in werking is, dat de voor
gestelde peilrekening op liet geslagt niet zoo lastig of nadeelig is
als wel wordt gedacht en dat zelfs door twee slagters in deze ge
meente, de heeren Leuw en Thijssen, het wenschelijke daarvan is erkend.
Nadat door den heer de Breuk was gewezen op de noodzakelijk
heid om deze verordening vóór hare in werking treding aan belang
hebbenden bekend te maken en door den Voorzitter de verzekering
was gegeven, dat daarvoor zou worden zorg gedragen, werd het
geheele ontwerp in stemming gebragt en met 12 tegen 1 stem, die
van den heer Zur Mühlen, aangenomen.
Hierop deelde de Voorzitter mede, dat, ten gevolge der aanneming
van deze verordening, om opheffing van de peilrekening bij slagters
en vleesclihouwers, van 's Rijks wege, bij Kon. besluit bepaald, zou
worden verzocht.
Er werd gelezen eene missive van Gedep. Staten dezer provincie,
waarbij de heffing van begrafenisregten wordt uitgesteld tot Au
gustus des volgenden jaars. Voor kennisgeving aangenomen.
Op voorstel der plaatselijke schoolcommissie werd besloten, dat,
ter bevordering van het geregeld schoolgaan der kinderen op het
Koegras, aldaar des Donderdags namiddags in plaats van des Zatur-
dags morgens zal worden school gehouden.
Op voorstel van de commissie voor de onderhoudswerken werd
besloten, het verzoek van P. Kuiper en P. Vlaming, tot overname
van straten en stegen in het land achter de Nieuwekerk, voor als
nog niet toe te staan, onder voorbehoud er later op terug te komen,
als die straten en stegen zijn volbouwd en eene geregelde commu
nicatie is daargesteld.
Omtrent het request van bewoners der afschcidingssteeg in de
Nieuwstad, om bestrating en verlichting, wordt, op voorstel der
commissie voor de onderhoudswerken, besloten, daaraan geen gevolg
te geven, omdat die steeg een particulier eigendom is.
Een verzoek van J. W. Kamper, om een jaar uitstel der bebou
wing van een stuk grond in de Nieuwstad, werd toegestaan.
De Voorzitter deelt mede, dat bij hem een verzoek is ingekomen
van den heer Cohen Stuart, betreffende een gedeelte weg in den
Helderscben polder gelegen, toebehoorende aan het Polderbestuur van
den Helder en Huisduinen, maar dat verkeerdelijk ten name van de
gemeente staat, aangeschreven, en dat thans tot den aanleg van den
spoorweg is benoodigd. De Voorzitter, gevolg gevende aan het ver
zoek. stelt voor bewilliging te verlee.nen. die gronden ten name van