NIEUWEDIEPER COURANT
Mió. DONDERDAG 20 FE BR EAU IJ ia»ïlt
EN
TWINTIGSTE
JAARGANG.
GEMEENTERAAD.
HILOIRSCHI
vyUÏS«' htf
Deze Courant wordt uitgegeven op zondag en donderdag,
des morgens ten acht uredoor A. A. BAKKER Cz.
in den boekwinkel, Hoofdgracht No. 32.
Abonnementsprijs per kwartaalƒ1.30.
franco per post1.50.
Enkele nommers0.10.
Men abonneert zich bij alle Boekhandelaars en Post
directeuren.
Advertenties worden aangenomen tot Zaturdag en
Woensdag middag 12 uur, en bij den Heer T. MOOY,
op de Laan aan den Helder, tot elf ure.
De prijs van 1 tot 4 regels is ƒ0.00. Voor iederen
regel meer ƒ0.15. Zegelregt voor elke plaatsing 0.35.
Buitengewoon grootc letters, naar mate der ruimte,
die zij beslaan.
Brieven en Stukken franco aan den Uitgever.
Den 33 dezer vertrekt de Lnndmuil via
TRIEST en den 31 dezer via MARSEIIiEE.
In de zitting van den gemeenteraad, op Dingsdag jl., waren alle
leden tegenwoordig. De vergadering werd geopend en voorgezeten
door den Burgemeester. De notulen van het verhandelde in de
vorige zitting werden gelezen en goedgekeurd.
Er werd gelezen een request van W. Haverkamp, commies 1ste
kl. bij 's Rijks belastingen en chef van dienst alhier, om eene
gratificatie, waarop hij meende aanspraak te hebben, tengevolge van het
toezigt, vroeger door de Rijks-ambtenaren op de gemeente-belastingen
gehouden. Het voorstel van B. en W., ondersteund door den heer
Reeringh, om dit verzoek niet toe te staan, op grond dat er
geene genoegzame termen daartoe aanwezig zijn, wordt aangenomen
met algemeene stemmen.
Op nieuw wordt door den Voorzitter, namens het dagelijksch
Bestuur, ter sprake gebragt, de vraag, of het doelmatig en nuttig
zou zijn, het kantoor van den gemeente-ontvanger te plaatsen in
eene der lokalen van de Werkinrigting. De Voorzitter zegt, tot
aanbeveling van het voorstel daartoe, dat B. en W. zulks hebben
voorgesteld, omdat dit gebouw in het midden der gemeente gelegen
en een eigendom der gemeente is. Over dit voorstel ontstaat eene
discussie tusschen de heeren Strootman, Reeringh, Zur Mühlen en
den Voorzitter. De heer Strootman wijst er op, dat het kantoor
van den gemeente-ontvanger, in een gemeente-gebouw gevestigd,
wel is waar, ten allen tijde door het gemeente-bestuur kan worden
binnengetreden en alzoo moeijelijkheden kunnen worden vermeden,
als die er in den jongsten tijd met de crediet-vereeniging zijn
ontstaan; maar gelooft, dat als de ontvanger niet woont in het
kantoor, dat hij de gelden dan in zijn huis zal bewaren en er
aldus weder geen zekerheid bestaat. De heer Reeringh wijst op
de weinige zekerheid in het gebouw van de werkinrigting, waar
de gelden der gemeente geheel onbewaakt zouden zijn. De heer
Zur Mühlen acht de aangewezen plaats geheel en al ongeschikt.
De Voorzitter verdedigt het voorstel, met het oog op andere plaat
sen, waar zich ook de gemeente-kas in een gebouw, dat aan de
gemeente toebehoort, bevindt. In stemming gebragt, wordt het
voorstel van B. en W., om het kantoor in de Werkinrigting te
plaatsen, met 8 tegen 6 stemmen verworpen. Vóór stemden de
heeren: Bakker, de Breuk, Boomsma, van Kelckhoven, Haremaker
en de Voorzitter. Een lid, de heer Verweijde, hield zich huiten stemming.
Thans is aan de orde de beraadslaging over het rapport, omtrent
de inrigting van het gemeente-ziekenhuis. De Voorzitter deelt mede,
dat B. en W., hoewel zich vercenigende met al de overige voor
stellen der commissie, omtrent het plan tot plaatsing der apotheek
verschillen en in bedenking geven, om de kamer, thans in gebruik
bij het burgerlijk Armbestuur, voor gemeld doel te blijven behouden
en niet daar de apotheek te vestigen, met verplaatsing van de
vergader-kamer van het armbestuur naar het midden van het ge
bouw, zooals door de commissie is voorgesteld.
Aan de discussie over deze aangelegenheid wordt deelgenomen
door de heeren Graat, Strootman, Reeringh, Zur Mühlen, Janzen.
de Breuk, Beets, Boomsma, Verweijde, Bakker en den Voorzitter.
De zienswijze der commissie wordt door beide eerstgenoemde leden
verdedigd, op grond, dat de apotheek daar het best is geplaatst,
dat het gebouw dan later beter kan worden vergroot, als er nood
zakelijkheid toe bestaat en dat eene al te groote spaarzaamheid
van het oogenblik, later mogelijk veel grootere uitgaven zou ten
gevolge hebben. De heer Reeringh zou het wenschelijk hebben
geacht, dat, over dit punt. nog nader een overleg had plaats ge
vonden met de speciale commissie. De heer Zur Mühlen verklaart
zich tegen een miniatuur-gasthuis en gelooft, dat er te veel op
eene kleine schaal wordt gewerkt, als er hier slechts plaats is voor
16 zieken, terwijl te Alkmaar zelfs voor 50 personen plaatsruimte
beschikbaar is. De heer Beets verklaart zich tegen het voorstel
van B. en W., omdat, volgens dat voorstel, de apotheek achter in
het gebouw zou gevestigd worden; waartegen door den heer Boomsma
wordt aangevoerd, dat hier geen sprake is van eene particuliere
apotheek, maar van eene uitsluitend voor de armen, en dat het niet
noodig is, die juist aan de straat te vestigen. Ten slotte wordt,
op voorstel van den heer Verweijde, ondersteund door den heer
Bakker, met 10 tegen 5 stemmen, besloten, dat er, over dit punt,
een overleg zal plaats hebben niet de commissie voor de onder
houdswerken. Tegen stemden de heeren Zur Mühlen, de Breuk,
Graat, Strootman en Haremaker.
Door den Voorzitter wordt medegedeeld, dat B. en W. tot he
den, nog geene gelegenheid hebben gehad, om met de directeur
der Duinwaterleiding-Maatschappij te onderhandelen, omtrent de
voorwaarden, tot levering van drinkwater aan het garnizoen. De
heer Reeringh stelt daarop voor, om deze zaak, die reeds lang
aanhangig is, zoo spoedig mogelijk te beëindigen en niet te wachten
naar de overeenkomst met den heer Bosch Reitz. Genoemd lid
wil de zaak voorgedragen hebben aan het oordeel van den minister
van Binnenlandsche Zaken en diens oordeel vragen, omtrent de al
of niet verpligtheid van het gemeente-bestuur, tot levering van
drinkwaterover de al of niet verbindbaarheid van het kon. besluit,
daartoe strekkende. ZEd. wijst op de verandering van ministerie
en acht het oogenblik niet ongeschikt, om eene gunstige beschikking
dienaangaande te verkrijgen. De Voorzitter merkt echter op, dat
dit niet de weg is om verandering daarin te brengen, maar dat men
zich, bij twijfel of geschil over de uitlegging der wet>, tot de regter-
lijke magt heeft te wenden. Na eene verdere discussie tusschen
de heeren Graat, de Breuk, Reeringh en den Voorzitter, wordt het
voorstel van den heer Reeringh in stemming gebragt en met 13
tegen 2 stemmen, die van den heer Boomsma en den Voorzitter,
aangenomen.
Aan den Raad wordt medegedeeld, den inhoud van het verzoek
schrift, door B. en W. bij de regering ingediend, tot vestiging
van een Militieraad in deze gemeente. Door den Voorzitter wordt
medegedeeld, dat B. en W., bij die gelegenheid, de gemeenteraden
van Texel, Vlieland, Wieringen en Terschelling hebben uitgenoodigd,dat
verzoek te ondersteunen. Door den heer Reeringh wordt voorge
steld, het verzoek thans regtstreeks te rigten aan Z. M. den ko
ning. met bijvoeging van alle argumenten, als: tal van bevolking,
grootte van het contingent, gunstige ligging voor de eilanden,
die kunnen strekken om dit verzoek te steunen. Overeenkomstig
dit voorstel wordt besloten en aan B. en W. opgedragen, voor de
uitvoering van dit besluit te zorgen.
Op voorstel van het Dagel. Bestuur wordt besloten, de policie-
bureaux No. 1 en 2 met gas te doen verlichten en zulks tegen
den volgenden winter te bewerkstelligen.
Door het Dagel. Bestuur wordt voorgesteld, do jaarwedden der
ambtenaren ter secretarie volgenderwijze te regelen
Eerste ambtenaar, jaarlijkseh traktement 900,
Tweede 350 tot 600.
Derde 300 400.
met opklimming naar anciënniteit en bekwaamheid.
Een vierde ambtenaar op een jaarlijkseh traktement van ƒ150.
De Voorzitter zegt, dat op de begrooting van dit jaar 1900
voor de kosten van het secretarie zijn uitgetrokken en dat op die
wijze het eerste jaar ƒ1700 zou worden gebruikt.