BUITENLAND.
DE ilüül) VAN DUPUUTKEN.
Groot was het gebrek aan hulponderwijzersin één district
waren 10 hulponderwijzers betrekkingen te gelijk vacant.
Zr. Ms. oorlogsstoomboot Ardjoeno is, op hare reis
van Batavia naar Nederland, den 21sten Januarij aan de
Kaap de Goede Hoop aangekomen.
Z. M. heeft benoemd tot offic. van gez. ode kl. hij de
Nederl. zeemagt, H. de Brieder, doctor in de genees- en
verloskunde te Leiden.
Z. M. heeft herbenoemd tot burgemeester van Schagen,
de heer H. R. de Meer.
Door den minister van Oorlog is bepaald, dat de
kapt.-ingen. D. J. Jordens, van den Helder naar Neuzen
verplaatst, in laatstgenoemde standplaats als eerstaanwe
zend ingenieur fungeren zal en dat de kapt.-ingen. H. Piccart
van Delfzijl naar den Helder verplaatst is. De 1ste luit.-ingen.
J. F. H. Boonacker vertrekt ook van de Willemstad naar hier.
Uit Gorincliem wordt gemeld,, dat de 7de compagnie
van het 1ste regiment vesting-artillerie, thaus aldaar in
garnizoen, den lsten Mei a. s. die stad verlaten en zich
onder kommando van den kapt. J. J. Launspaek, op
marsch zal begeven naar den Helder, om aldaar in gar
nizoen te komen.
- Twee oudjes uit het Diaconiehuis te Maassluis hebben
dezer dagen dat gesticht verlaten, met het doel om op hun
ouden dag het genot van eigen haard met elkander in liefde
en eendragt te deelen. De man is weduwnaar en 60 jaren
oud, de vrouw is weduwe en heeft 71 zomers beleefd.
De slagter, verwer en winkelier J. Verboom te
Werkendam, heeft in den nacht van 20 op 21 dezer, zijne
vrouw met niet minder dan twintig verschillende wonden
vermoord. Na de misdaad op zijne vrouw gepleegd te
hebben, heeft Verboom zich eene zware wonde aan den
hals toegebragt en zich aan een ladder opgehangen, waar
hij het eerst door de nachtwacht gevonden werd. Huise
lijke twist en het misbruik van sterken drank schijnen hier
de oorzaak geweest te zijn van die afgrijselijke misdaad.
Verboom laat vier kinderen na, waarvan het oudste, een
meisje van acht jaren, getuige dier gruweldaad was.
Den 22 dezer kwam de verhuurder van rijtuigen
J. F. S. met personen en goederen van 's Hertogenbosch
te Tilburgtijdens hij het paard in den stal bragt, ontlaadde
zijne vrouw het rijtuig. Onder de pakgoederen trof zij
een blikken bus aan, die zonder haar weten met buskruid
was gevuld. Zij zette deze op eene stoof en wilde die in
huis dragen, doch voor zij den drempel had bereikt ont
plofte de bus en zette haar onmiddellijk in volle vlam.
De buren, ontsteld door den hevigen slag, die ramen en
glasruiten verbrijzelde, liepen naar buiten en bragten
dadelijk hulp aan, doch de vrouw is door de zware brand
wonden en de schrik der ontploffing zoodanig ongesteld,
dat men voor het behoud van haar leven beducht is.
Den 14 dezer waren te Sc/iinneer (Limburg), bij mevr.
Kerckhofs drie personen, met name T. Scheuren, L. Kerck-
hofs en E. Dahhnans, met de herstelling van een put bezig,
toen allen ter diepte van 65 voet, naar beneden stortten.
De vader van den laatstgenoemde was hij dit ongeval tegen
woordig; tot driemaal toe, liet deze zich met een touw
afdalen, en had de zelfvoldoening, allen behouden boven
te brengen.
Verschillend is in de jongste dagen de toestand der verschil
lende rijken van Europa en wel het meest opmerkelijk is het,
dat vooral die het zuiden van ons werelddeel zooveel reden
tot bezorgdheid geeft. Niet slechts zijn de berigten uit
Italië weinig geruststellend en wordt vandaar gedurig ver
nomen, dat de bevolking, in strijd met het geduld, dat
de regering vordert, luide hare wenschen en verlangens
naar de italiaansche eenheid openbaart, en eischt, dat Rome
de hoofdstad zij van het land; ook in Griekenland wor
den in den jongsten tijd stemmen vernomen, die onrust
inwendige verdeeldheid verraden. Reeds is de orde op
onderscheidene plaatsen op eene bedenkelijke wijze verstoord.
Het heeft zelfs allen schijn, dat de algemeene stemming
der bevolking verre van geruststellend is.
Uit Berlijn wordt gemeld, dat de regering aldaar meer
en meer geneigdheid betoont, om tot de erkenning van
het koningrijk Italië over te gaan. De reden hiervan moet
niet zoozeer worden gezocht in de sympathie der pruis-
sische regering voor het jonge Italië, als wel in het han
delsbelang, dat zulks noodig maakt.
De expeditie der verbondene mogendheden naar Mexico
schijnt in eenig opzigt niet zoo gunstig te slagen, als men
aanvankelijk had verwacht. De Spanjaarden toch, begee-
rig naar versche lauweren zijn hunne bondgenooten voor
uit getrokken, doch voor hunne voortvarendheid met eene
gevoelige nederlaag en niet gering verlies gestraft. De
Mexicanen toch, op de wijze der oude Grieken, hunne
onderlinge twisten vergetende, zijn eenparig op de vijan
den aangevallen en hebben gezegepraald.
In een dorpje aan de Loire zakte een jongen van
10 jaar door het ijs. Een der schaatsenrijders dook onder
het ijs, en redde den knaap. De vader van den jongen,
die zeer bedaard alles had aangezienliepzoodra deze
op vasten wal stondop hem toe en drukte zijne
dankbetuiging op de volgende wijze uit: Nu ligt de pet
van mijn zoon nog in het water. Haal me die ook nog
even; gij hebt toch een nat pak.
In het stadje Mehun-sur Yëre (depart. Clier) zal een
huwelijk gevierd worden tusschen twee doofstommen. De
bruid verkeerde vroeger ook met een doofstomme, doch
het huwelijk had niet plaats en later huwde haar min
naar met een meisje, dat spreken en hooren kon. Dit
paar woont thans alhier en de man heeft aan zijne vroe
gere beminde geschreven, dat hij zich zeer ongelukkig
gevoelde en haar den raad gegeven, om niet dan met een
doofstomme te huwendeze raad heeft zij thans opgevolgd.
Als een staaltje van den particulieren rijkdom in
Engeland, kan het volgende dienenDe stad Folkestone
is de eigendom van een enkel persoon. De straatweg
loopt over eene lengte van 28 kilometers langs de bezit
tingen van den hertog van Cleveland. De markies Breadal-
bane kan een geheelen dag in zijn domein reizen, en
tusschen zijn kasteel en de zee, is een afstand van 140
kilometers. De hertog van Sutherland is geheel eigenaar
van het graafschap dat zijn naam draagt. Verscheidene
duizende huizen te Londen zijn de eigendom van den her
tog van Bedford, en de markies van Westminster, wiens
inkomen op lüOO per dag (4,380,000 gulden Nederl.
per jaar) geraamd wordt, is alleen eigenaar van het rijke
terrein van West End (gelijkstaande met den geheelen
Faubourg St. Germain, de straat la Paix en een gedeelte
der Cliamps Elysées te Parijs). De hertog van Devonshire
bezit alleen in het graafschap Derby een domein van 69,000
acres, de hertog van Richinond in de omstreken van
Goodwod een domein van 40,000, en bij zijn kasteel te
Gordon een ander van 300,000 acres.
-Dezer dagen heeft in de kolenmijn te Gerthyn, bij
Merthyr, toebehoorende aan den heer Crawshay, eene ver
schrikkelijke ontploffing plaats gehad. Men weet nog slechts
zeer weinig van de oorzaken en de bijzonderheden der ramp
naar men echter verneemt, moeten er 40 a 50 ïnenschen
en drie paarden zijn omgekomen. Het totaal der in deze
mijn gebezigde arbeiders bedraagt 200; doch op den oogen-
blik des ongeluks waren er slechts 50 wekzaam, en men
twijfelt of wel een enkel hunner gered 'is. De vlammen
verhieven zich tot aan den ingang der mijn en de rook,
die om den rand opstijgt, is verschrikkelijk. Er worden
alle mogelijke pogingen aangewend, om in de mijn door
te dringendoch men wordt daarin door het zich ontwik
kelende, vei'stikkende gas ten zeerste belemmerd.
Den 21 dezer heeft in de aardewerkfabriek van den
heer Lawton in Staffordshire eene ontzettende uitbarsting
plaats gehad, door het gelijktijdig springen van vier stoom
ketels, waardoor een persoon gedood en het gansche uit
gestrekte gebouw in een puinhoop verkeerd werdzoo
geweldig was de kracht der losbarsting, dat een der ketels
500 ellen ver werd geworpen.
Voor eenige dagen bespeurde een schipper te Deutz
dat hem eene vrij aanmerkelijke som gelds was ontvreemd.
Zijn vermoeden viel op een der knechts, een 17jarig jon
geling, die, na aanvankelijk het misdrijf te hebben ontkend,
eindelijk beleed de dader van den diefstal te zijn. Hij
voegde er bij dat het geld door hem in den grond begra
ven was, en deed den schipper het voorstel om hem die
plaats aan te wijzen, mits deze beloofde hem niet aan den
regter over te zullen leveren. Nog dien avond begaven
zij zich in de boot en roeiden naar de aangewezen plek.
In de nabijheid van den oever gekomen, stond de jonge
ling eensklaps op, sprong aan wal en gaf een duw aan de
boot, waardoor deze in den snellen stroom geraakte, en do
dief de gelegenheid kreeg om zich uit de voeten te maken.
De gestolen waarde bestond echter uit bankpapier, en gaf
weinige dagen later aanleiding tot zijne ontdekking.
BEROEMD ERANSCH GENEESKUNDIGE.
Saar tact B'ranseH. (Vervolg en slot van N°. 16).
Hierop ging hij de deur uit. Dupuijtren bleef in gedachten
verzonken achter. Die stalen ziel, dat magtig genie brak als een
broos glas tegen eenige eenvoudige woorden van een armen grijs
aard, die hij zwak en ziekelijk in zijne handen gehouden had en
waarmede hij gedacht had als het ware te kunnen spelen. In
dat zelfde zwakke en lijdende ligchaam had hij een hart, moediger
dan het zijne, een wil, krachtiger dan de zijne ontmoet; hij had
iets sterkers gevonden dan hij zelf was. Eensklaps liep hij naar
den trap; misschien wilde hij zich nog niet bekennen, overwonnen
te zijn. De kleine priester klom langzaam de treden af, zich aan