BUITENLAND.
onderwijzer te <87. Agatha deed zich slechts 1 sollicitant op,
die dan ook de gelukkige werd; te Ruinen had zich slechts
een sollicitant aangegeven, die echter op den den examen
das: wegbleef; te Wachtum en Nieuw Schoonebeek hadden
o 7
zich voor twee betrekkingen twee sollicitanten aangemeld;
de eene bleef absent, de andere bedankte voor de benoe
ming. Zulke omstandigheden maken, dat de gemeenteraden
langzamerhand moeten besluiten meer geld toe te staan
voor het onderwijs der jeugd.
De provinciale inspecteur van het lager onderwijs in
Noordholland, de heer A. Beeloo, is gisteren alhier aange
komen, tot het houden van het gewoon halfjaarlijksche
onderzoek van 's rijks-normaalschool alhier.
Men leest in het Leidsch Dagblad:
Dezer dagen werd door een reiziger te koop aangeboden
een soort van steen; hij noemde het Schwerspath, a 4.30
de 100 Ned. ponden. Het wordt in Duitscldand gefabri
ceerd, en tot poeder gemalen of gewreven, met het beste
succes onder de tarwebloem gemengd. Deze, daardoor ver-
O 7
valscht, is niet dan met scheikundig proces te ziften. Op
het gevoel, op het gezigt is geen ambtenaar der belastin
gen in staat het bedrog te onderscheiden, en zoo komt
waarschijnlijk eene groote hoeveelheid buitenlandsch meel
binnen, dat een zekere mate zijner voedingskracht mist,
vermoedelijk op de maag schadelijken invloed zal uitoefe
nen, èn zeer zeker de reeds zoo bemoeijelijkte concur
rentie met nog een onzedelijk middel nog bezwaarlijker maakt.
Misschien is deze wenk voldoende, om ter wille dei-
openbare gezondheids-dienst, eene strenge controle uit te
lokken.
In Limburg is te Engelsmanshoven een jongeling van
16 jaar vermoord geworden, toen de vader uit de kerk
kwam, waar de stiefmoeder van den jongen iets later zich
bij haar man was komen voegen. Na het vertrek van
den man had men den broeder der stiefmoeder in huis
zien gaan. Men had den jongen den hals afgesneden. Hij
had eenig fortuin van zijne eigene moeder; dit schijntde aan
leiding te zijn geweest tot de misdaad. De stiefmoeder
is met haren broeder gevat.
Het romeinsche vraagstuk is door de beraadslagingen
in het wetgevend ligchaam, even zoo min als door die in
den senaat te Parijs, een stap nader tot zijne oplossing
gekomen. De verklaringen der regering, bij monde van
den heer Billault, minister zonder portefeuille, gegeven, doen
wel blijken, dat zij tegen de voortdurende bezetting van
Rome door fransche troepen is gestemd, maar de tijd, wan
neer die legermagt zal worden teruggeroepen, is niet ver
meld. De regering houdt de aanwezigheid harer troepen
ter beveiliging van den Heiligen vader voor eene schendig
der regten van het romeinsche volk; en daar zij dit zoo
openlijk erkent, houdt men het er ook wel voor, dat zij hare
verpligting gevoelen zal om die schending van volksregten
te doen ophouden en te herstellen. Alleen het tijdelijk
belang der staatkunde van keizer Napoleon vordert,
dat die bezetting nog voortdure en de minister heeft niet
kunnen, mogen of durven verklaren, wat de maatstaf zijn
zou om dien tijdduur te meten. Zeer in het oogvallend is
tevens de verklaring des ministers geweest, dat de wereld
lijke magt des pausen geene geloofs-quaestie is, of als zoo
danig wordt beschouwd. Voor de gebeurtenissen die te
wachten zijn is die overtuiging der fransche regering van
groot gewigt, want men ziet daarin, niet ten onregte, het
vonnis over den paus geveld, dat zijn wereldlijk gezag
ophouden en welligt het geestelijk gezag van een zijner
sterkste zuilen beroofd worden zal.
In Italië is nog geen rust aangebroken, of zij wordt
telkens op gruwzame wijze verstoord. Het is of de ge
schiedenis van dat land bestendig in lijnregten strijd moet
verkeeren met de schoonheid en liefelijkheid, die de natuur
daar ten toon spreidt. Weder zijn de Abruzzen het tooneel
geweest van den opstand tegen het wettelijk gezag. En
zoolang de ex-koning van Napels het Italiaansch grondge
bied blijft betreden, gelooft men niet, dat eene ongestoorde
rust voor het nieuwe koningrijk zal zijn aangebroken.
Te Berlijn bestaat eene niet geringe spanning, met het
oog op de aanstaande verkiezingen. De koning schijnt
zijne ministers voor te gaan op den weg des behouds.
Hij heeft den prins Hohenlohe tot president van den minis
terraad benoemddeze staat algemeen bekend als
iemand, die als president van het heerenhuis mogt gere
kend worden, de behoudende partij te vertegenwoordigen.
De kiezers bereiden zich reeds voor tot gewigtige stem
ming, programma's worden verspreid en beginselen ge
predikt al naar mate men de rigting van het tegenwoordig
bewind voorstaat of bestrijdt.
Dat do lieeren Morrish en Sanders, de restaurateurs
der tentoonstelling te Londen, zich op een druk bezoek
voorbereiden, mag onder anderen daaruit blijken, dat zij
voorloopig de volgende bestellingen hebben gedaan
20,000 borden, 20,000 dessertborden, 2000 groote schotels,
3000 soepkommen, 5000 soepterrines, 1000 gedekte schaal
tjes, 2000 karaffen, 20,000 bekers, 10,000 Sherry glazen,
25,000 champagne-, rijnwijn- en porterglazen, 500 vinger
glazen, 10,000 koffijkommen en schotels, 5000 thee dito
en eene aanzienlijke hoeveelheid glazen en porceleinen
zoutvaatjes. Voorts 6000 fijne lepels, 4800 dito vorken,
7500 tafel- en dessertmessen, 4000 yards linnen damast
voor tafellakens, 2000 yards van minder soort, 2000
damasten servetten, 20,000 vaatdoeken, 3000 fijne stoelen,
300 tafels van 6 voet lang en 4 voet breed, enz., enz.
Dit alles zijn slechts eerste toebereidselen.
Om welke zonderlinge oorzaak een spoortrein soms
kan worden opgehouden, moge uit het volgende blijken
Toen Maandag ochtend de trein van Kidderminster aan het
station te Bilston stilstond, rigtte zich eene dame in een
der rijtuigen op, alsof zij er wenschte uit te stappen, doch
daarin verhinderd scheen. De beambten hadden eenige
moeite de deur te openen, waardoor een oponthoud van
een paar minuten onstond. Toen de deur eindelijk open
was, sprong een jong mensch, die gedurende al dien tijd
naast het rijtuig had gestaan in eene houding, als wilde
hij de plaats innemen, die de dame scheen te rvillen ver
laten, in het rijtuig, gaf der dame een hartelijken kus en
keerde toen naar zijne vorige plaats terug, waarop de dame
weder ging zitten, blijkbaar in verrukking over hare list,
die haar het genot van den voelbaren afscheidsgroet had
verschaft.
De bijdragen voor het Albert monument bedroegen
dezer dagen reeds 40,500. Onder de laatst ontvangen
giften komen twee a 100 ieder voor, respectievelijk van
lord Bedesdale en de Grocer's Company.
Een schatrijk grondeigenaar te Kingstanton (Engeland)
is door de regtbank aldaar tot eene boete van 50 schellin
gen veroordeeld, wegens verstoring eener openbare eere-
dienst. Hij had den predikant, gedurende de namiddag
godsdienstoefening toegeroepen Wel dominé, daar vertel
je me iet nieuws; dat wist ik al, voor dat jij in de wereld
waart." De regter beduidde hem, dat men wel in de kerk
kwam om te hooren, maar niet om gehoord te worden.
Voor eenige dagen werd te Reading, aan John Gould,
ter dood veroordeeld wegens moord met voorbedachten rade,
1 "gepleegd op zijne dochter, de doodstraf voltrokken. Meer
dan 4000 personen woonden dit akelig schouwspel bij.
Alvorens de gevangenis te verlaten, om het schavot te be
klimmen, schreef hij eenige woorden aan zijne medege
vangenen, waarin hij hen vermaande zich van sterken drank
te onthouden, daar dronkenschap de oorzaak van zijn on
geluk geweest was*
Dingsdag jl. heeft in eene kolenmijn, in het land
van Wallis, eene ontploffing plaats gehad, ten gevolge waar
van 47 arbeiders het leven hebben verloren. De lijken
werden den volgenden dag gevonden.
Dezer dagen bezocht een militair te Berlijn een open
baar danslocaal, alwaar hem als entreegeld 10 silbergr. werd
afgevorderd, niettegenstaande de burgers slechts 5 silbergr.
betaalden. Op zijne vraag, waarom hij meer dan anderen
moest betalen om zich den toegang te verschaffen, werd
hem door den ondernemer dezer openbare vermakelijkheid
het volgende ten antwoord gegeven: «Verwondert gij u
daarover? De reden is toch zeer eenvoudig. Ten behoeve
van het budget van oorlog, moet ik 25 opcenten op de
belasting betalen en die moet ik er weder uit trachten
te krijgen."
Betreffende het voorgevallene aan het paleis van den
koning van Pruissen verneemt men nog het volgende. De
in hechtenis genomen bontwerkers-gezel heet Schildknecht
en is afkomstig uit het Zwitsersche kanton Thurgau. Dings
dag ochtend verscheen hij aan den ingang van het paleis
en verlangde den koning te spreken. Dit werd hem ge
weigerd, en de aldaar geposteerde politiedienaar ried hem
aan, een request aan een adjudant des konings te over
handigen. Schildknecht verklaarde hierop, den koning te
willen doodschieten, en vertoonde een geladen pistool, waar
na hij naar het politiebureau werd gebragt. Hier verhaalde
hij echter, dat deze moordaanslag slechts een voorwendsel
was, om gemakkelijker toegang tot den koning te kunnen
krijgen, die hem sinds lang kende en wien hij verleden
jaar nog had geschi*even. Hij was nu gekomen, om den
koning de Duitsehe keizerskroon aan te bieden, en haalde
dan ook uit zijn zak een appel, een zoogenaamd «Roth-
hahnchen," te voorschijn, dat was de rijksappel, dien hij
den koning wilde aanbieden, daar hem dit door eene ver
schijning bevolen was, gelijk hij dan ook zijn geheel leven