NIEUWEDIEPER COURANT.
MM. I» O X l> E i; I» A 12 J I X IJ. 1*1^2.
EN
TWINTIGSTE
JAARGANG.
BEKENDMAKING.
binnenland!
NELOERSCHE
Deze Courant wordt uitgegeven op zon dag en dondi'1! dag,
(les morgens ten acht ure, door A. A. DAK K Dit Cz.
in den boekwinkel, Hoofdgracht No. 32.
Abonnementsprijs per kwartaalƒ1.30.
franco por post1.50.
Enkele noinmers0.10.
Men abonneert zich bij alle Boekhandelaars en Post
directeuren.
A dvkktk.ntikn worden aangenomen tot Zaturdag n
Woensdag middag 12 uur, en bij den lieer T. MOOY,
op de Laan aau den Helder, tot elf ure.
De prijs van 1 tot 4 regels is ƒ0.GO. Voor iedere»
regel meer ƒ0.15. Zegelregt voor elke plaatsing ƒ0.35.
Buitengewoon groote letters, naar mate der ruimte,
die zij beslaan.
Brieven en Stukken franco aan den Vitgcvcr.
BURGEMEESTER en "WETHOUDERS der Gemeente
HELDER brengen ter kennis van de belanghebbenden,
dat het onderzoek over de verlofgangers der militie te
land, bedoeld bij artikel 138 der wet op de militie, in
«leze gemeente zal plaats hebben in liet algemeen
Weeshuis, op Haandag den 16 dezer, des voor
middags ten negen ure. -
Aan dat onderzoek moeten deelnemen al de verlofgangers
die in deze Gemeente verblijf houden en belmoren tot de
ligtingen van 1858, 1859 en 1860, voor zoo verre zij
voor den eersten Junij 11. in het genot van onbepaald
verlof zijn gesteld.
De belanghebbenden worden herinnerd aan de volgende
o
wetsbepalingen
Art. 140. De verlofganger verschijnt bij het onderzoek in uniform
gekleed, en voorzien van de kleeding- en uitrustingstukken, hem
bij zijn vertrek met verlof medegegeven, van zijn zakboekje en van
zijn verlofpas.
Art. 141. Behoudens het bepaalde in Art. 130 kan een arrest
van twee tot zes dagen, te ondergaan in de naastbij gelegen pro
voost of het naastbij zijnde huis van bewaring of arrest, door den
militie-commissaris worden opgelegd aan den verlofganger:
1°. die zonder geldige reden niet bij het onderzoek verschijnt
2°. die, daarbij verschenen zijnde, zonder geldige reden, niet
voorzien is van de in het voorgaand artikel vermelde voor
werpen
3o, wiens kleeding- of uitrustingstukken bij het onderzoek niet
in voldoenden staat worden bevonden;
4°. die kleeding- of uitrustingstukken, aan een ander behoorende,
als de zijne vertoont.
Art. 142. Is de verlofganger, wien krachtens het voorgaand
artikel arrest is opgelegd, bij het onderzoek tegenwoordig, dan kan
hij dadelijk onder verzekerd geleide in arrest worden gebragt.
Is hij niet tegenwoordig en onderwerpt hij zich niet aan de hem
opgelegde straf, dan wordt hij, op schriftelijke aanvrage van den
militie-commissaris, te rigten aan den burgemeester der woonplaats
van dien verlofganger, aangehouden en onder verzekerd geleide
naar de naastbij gelegen provoost of het naastbij zijnde huis van
bewaring of arrest overgebragt.
Art. 143. Onverminderd de straf, in Art. 141 vermeld, is de
verlofganger verpligt, op den daartoe door den militie-commissaris
te bepalen tijd cn plaats, en op de in Art. 140 voorgeschreven
wijze, voor hem te verschijnen om te worden onderzocht.
Art. 144. De verlofganger, die zich bij herhaling schuldig maakt
aan het feit, sub. 4°. van Art. 141 bedoeld, of niet overeenkomstig
Art. 143 voor den 'militie-commissaris verschijnt, of, aldaar ver
schenen zijnde, in het geval verkeert, sub 2°. en 3°. van Art. 141
vermeld, wordt onder de wapenen geroepen en van drie tot zes
maanden gehouden.
Art. 145. De verlofganger der militie, die niet voldoet aan eene
oproeping voor de werkelijke dienst, wordt als deserteur behandeld.
Art. 130. Het Crimineel Wetboek en het Reglement van krijgs
tucht voor het krijgsvolk te lande zijn op de manschappen dei-
militie té land, die zicli onder dc wapenen bevinden, van toepassing
cn met opzigt tot dc verschillende gevallen van desertie op al de
bij de militie te land ingelijfden.
Die manschappen worden geacht onder de wapenen te zijn:
1". zoolang zij zich bij hun corps bevinden
2°. gedurende den tijd, dien het in Art. 138 bedoeld onderzoek
duurt;
3°. in het algemeen, wanneer zij in uniform zijn geklec-d.
Helder, den 10 Junij 1862.
Burgemeester en Wethouders voornoemd,
STAKMAN BOSSE, Burgemeester.
L. VERIIEY, Secretaris.
Ben 13 dezer vertrekt de WEST-FXMSCSIE mail.
HELDER en NIEUWEDIEP, 11 Junij.
Het Japansch gezantschap wordt heden of morgen
te 's Hage verwacht. Zoo als vroeger is gemeld, wordt bet
station van den spoorweg, alsmede de stationsweg, die
naar genoemde stad leidt, met Nederlandsclie en Japansclie
vlaggen en eereteekenen versierd. Alles wordt voor de
plegtige ontvangst van bet gezantschap aldaar in gereed
heid gebragt.
Van liet te Delft gestationeerde 1ste reg. vesting
artillerie, zal den 19 dezer een detachement naar dc vlakte
te Waalsdorp vertrekken, om de hutten op te slaan en liet
kamp verder in gereedheid te brengen voor de compagniën,
welke het den 12 der volgende maand zullen betrekken
en de eerste serie uitmaken. De compagniën zijn: de 2de
komp. van het 1ste reg. vesting-artillerie uit den Helder;
de 5de en 13de comp. van het 2de reg vesting-artillerie,
respectivelijk uit Bergen op Zoom en Breda en de 1ste
comp. van het 3de reg. vesting-artillerie uit Groningen.
Z. M. scliroefstoomscbip Amstel, aan Rijks werf te Hcllc-
voctsluis, van eene nieuwe schroef voorzien, beeft liet drooge
dok verlaten en vertrekt op 15 dezer maand onder bevel
van den luit. ter zee 1ste kl. Bakker, van daar naar
Paramaribo.
De eerste Pinksterdag begon te Rijnsaterswoude, op
eene zeer treurige wijze. Een gezelschap van zes personen
kwam te 6 a 7 ure aan de liooge brug, welke nog altijd
voor rijtuigen is afgesloten. Door middel der pont zou
liet met zijn rijtuig naar den overkant gaan, doch blijft, en
wel tot zijn ongeluk, in liet rijtuig zitten. De voorwielen
van den wagen zijn reeds in de pont, toen liet paard begint
achteruit te loopen. Hierdoor gaat de pont van den wal,
liet paard stort in de diepe vaart en sleept bet rijtuig met
zich. De voerman behoudt wel zijne tegenwoordigheid van
geest, doch kan weinig tor redding doen. Plet paard bezwijkt
weldra en liet rijtuig zinkt. Met moeite en inspanning
worden zij, die er zich in bevinden, door insnijding der
kap, daaruit geliaalt, twee echter schijnbaar levenloos.
Geneeskundige hulp was wel spoedig aanwezig, dan het
mogt den ijverigen geneesheer niet gelukken, bij eene oude
dame het leven weder op te wekken. Voorspoedig waren
zijne onvermoeide pogingen, den ganschen dag aangewend,
hij een jonge dochter, die men hoopt in liet leven te be-