BUITENLAND.
Frans Xaerebout; aan boord daarvan bevond zich de lieer J F. A.
Coertzen, schout-bij-nacht en inspecteur-generaal over liet loods
wezen, de betonning, bebakeniug en verlichting. De niet dit vaartuig
gemaakte togt heeft voornamelijk teil doel gehad de kustlichten op
de kusten van Engeland en Frankrijk in oogensehouw te nemen,
ten einde te zien in hoeverre het gebruik van electriek vuur ook
voor onze kustlichten wenschelijk zou zijn.
Stellige berigten omtrent de zaak van Italië levert de jongste tijd
slechts zeer zeldzaam. Tengevolge van zulk een nijpend gebrek, ziet
men zich als courantier genoodzaakt, tevreden te zijn met geruchten
en gissingen, om die in een passend kleed te steken en ze den
lezers voor bruikbare waar voor te zetten dezen laatsten de gunst
afsmeekeude 0111 zich met dat schrale deel te behelpen, tot dat de
bron, waaraan staatkundige berigten belmoren te ontvloeijen, milder
stroomt.
Dat Rome welligt over korter of langer tijd zal bevrijd worden
van zijne fransche bezetting; dat vooraf echter van den koning van
Italië de verzekering zal worden geëischt, om 's pausen grondgebied
niet in het minst te schenden; dat Rome alzoo niet bestemd zal zijn
om de hoofdstad van Italië tc wordendat evenwel door het ver
trek der vreesaanjagende fransche troepen gelegenheid zal worden
gegeven aan de romeinsehe bevolking, 0111 zich ten aanzien der te
kiezen regering te verklarendat Garibaldi zijne vrijheid en daar
door te gelijk dc gelegenheid herkrijgen zal, om zich v eder voor de
oplossing van het italiaansche vraagstuk in de bres tc stellen
het zijn alle gissingen en geruchten en niets meer. Of die geruchten
nu van hooger hand worden verspreid, met het doel om zoodoende
de publieke opinie te polsen, dan wel of het louter uit de lucht
gegrepen gissingen of wenschen zijn, die zich door middel der pers
openbaren, wij willen het hier niet beslissenmaar deelen slechts
mede, wat wij hier en daar vinden opgeteekend, omdat geruchten
en profecijen toch altijd kans hebben bewaarheid of vervuld te
worden.
In eene circulaire, gedateerd 10 September, en gerigt aan de
europesche mogendheden, dringt de italiaansche regering aan op
eene spoedige oplossing der italiaansche quaestie. Daarin wordt
gewezen op de voortreffelijke houding der bevolking van het schier
eiland, toen de onderneming van Garibaldi met een burgeroorlog
dreigde. Daardoor, zoo voert de regering aan, heeft Italië
getoond overtuigd te zijn, dat het van koning Yictor Emtnanuel
kan verwachten het romeinsch vraagstuk ten einde te brengen,
langs wettigen weg. Toen Italië Garibaldi bestreed, verrigtte het
eene laatste krachtsinspanningeen staat van zaken als de tegen
woordige is niet langer houdbaar en eischt, met het oog op de
godsdienst-belangen der katholieke wereld en op de rust van Europa
dringend voorziening.
Dit is de korte inhoud van het staatsstuk, dat niet van belang
is ontbloot en bestemd schijnt om de regering uit hare moeijelijke
positie te verlossen.
De toestand van Garibaldi verbetert; de spanning en de ontevre
denheid der bevolking nemen steeds toe; gedurig hebben er arres-
tatiën plaats en Kattazzi schijnt bevreesd voor een aanslag op zijn
leven.
De pruissisclie ministers hebben de eer niet, om op groote onder
steuning en merkbaar gemeen overleg bij de volksvertegenwoordiging
tc kunnen rekenen. Tamelijk ongelukkig slagen zij om de zaken,
betreffende het departement van oorlog, door de kamer goedgekeurd
te krijgen. De verschillende pogingen, aangewend om de besluiten
dienaangaande er door te slepen, schijnen allen te moeten schipbreuk
lijden op de houding van kiezers en gekozenen. De ontbinding der
kamer werd gevolgd door eene, lang niet gewenschte, herkiezing der
liberale meerderheid. Het verzet der vorige kamer, 0111 de voor
stellen betreffende de landsverdediging goed te keuren, werd door-
deze bestendigd. De verdediging der daarbij betrokken ministers
bleef als eene stem des roependen in de woestijn. En het loven en
bieden om een amendement van een der leden half over te nemen
en de andere helft als ongedaan te beschouwen, door welke handelwijze
de regering tijdelijk uit den nood zou zijn gered-het trof geen
beter lot. Thans staat voor de deur, of eene verpletterende neder
laag, of eene ontbinding van dezen tak der volksvertegenwoordiging,
of de aftreding van het bewind.
De oorlog in Amerika duurt voort. Die tijding kunnen wij wel
geregeld herhalen in ieder nommer, waarin wij van de vermeerdering
van strijdkrachten en van het op handen zijn van nieuwe bloedige
tooneelen hebben te gewagen. De zuidelijke regering heeft het plan
opgevat 0111 het leger nog met 30,000 man te vermeerderen en
Washington, de hoofdstad der Unie, wordt thans zelfs bedreigd
vele fumiliën verlaten die stad.
Door S0 Poolsche edellieden van de nationale partij is een adres
gerigt aan den grootvorst Constantijn, houdende mededeeling van
hunne bezwaren tegen den tegenwoordigen toestand des lands en
van dc middelen, die, huns inziens, zouden kunnen strekken, om
Polen weder te deen bloeijen.
Te ITerve, nabij Luik, heeft dezer dagen het volgend voorval
plaats gehad. De heer E. en zijne echtgenoote, wonende op dc place
de lTIótel-de-Ville, hadden zamen een gedeelte van den avond door-
gebragt toen, tegen 8 ure, de man aan zijne vrouw zeide, dat hij
eenige oogenblikken ging doorbrengen in het Café de la Paix. Uit
gelokt door het sehoone weder, ging hij echter wandelen. Het was
hem te laat geworden om naar het koffijhuis te gaan en besloot
huiswaarts tc keeren en te gaan slapen. Om zijne vrouw niet te
hinderen, die met dc meid in slaap was gevallen, sloop hij, zoo
zacht mogelijk den trap op, en ging naar zijn bed. Toen tegen 10
ui-'; zijne vrouw haar man niet tc huis vond, besloot zij naar bed
tc gaan, en ging met dc meid naar hare slaapkamer. Aldaar ge
komen, zag do meid, dat de gordijnen half los warenhaasl
opende zij ze en men kan haar schrik nagaan; zij zag daar een
manspersoon boven op de beddeiakens liggen. Geen oogenblik
twijfelde zij, of het was een dief of een moordenaar. De jufvrouw,
door het schreeuwen der meid van de zaak verwittigd, begon ook
tc gillen, terwijl haar man, uit zijn eersten slaap gewekt, het bed
uitstapte en schreeuwde, dat hij het was. Maar op het gezigt van
een man in zijn hemd, die, in het half donker haar naderde, wer
den zij beiden door schrik overmand. Zij hoorden als het ware
niets, lieten het licht uit hare handen vallen en rolden als het ware
van de trappen af; de meid zelfs zoo vlug, dat zij op haar hoofd
neerkwam. Zij liepen beiden naar de voordeur, maar vonden die,
helaas! gesloten. De twee vrouwen schreeuwden toen nog harder
en waren gek van schrik. De buren, gedreven door nieuwsgierig-
beid en niettemin verschrikt, verzamelden zich voor het huis. Men
zocht middelen 0111 in huis te komen, toen juist een veldwachter
voorbij kwam. Hij wilde de deur met geweld openen, maar de
lieer B. die door zijne vrouw voor den dief werd gehouden, kwam
op de gelukkige gedachten om naar beneden te gaan en de deur
voor den veldwachter te openen. Deze zorgde dadelijk voor licht
en toen herkenden de verschillende acteurs van deze dramatische-
burleske seene eikander dadelijk, en men kan nagaan, hoe gek zij
elkander aankeken.
Onder liet opschrift„Economische statistiek van Belgie," leest
men in de Moniteur des Interets Materiele het volgende:
„Twee wetenschappen hebben in de laatste twintig jaren groote
vorderingen gemaakt en de uitstekendste mannen van onzen tijd
bezig gehoudende Statistiek en de Staathuishoudkunde. Die twee
wetenschappen hebben tallooze punten van aanraking, en hoewel
door verschillende middelen, beoogen zij nagenoeg hetzelfde doel
de beoefening der vraagstukken van voortbrenging en verdeeling
van rijkdommen.
„De Staathuishoudkunde is grootendeels eene bespiegelende weten
schap, leerstellingen scheppende bij wijze van redenering, theoriën
door het spel der verbeelding. De Statistiek daarentegen, eene hoogst
positieve wetenschap, schetst in cijfers de stoffelijke toestanden van
een volk, zijn zielental, de beweging zijner nijverheid, enz.
„Tusschen de Staathuishoudkunde en de Statistiek bestaat het
zelfde hemelsbreed verschil als tusschen de theorie en de praktijk
maar welk een grooten steun beiden elkander kunnen bieden, begrijpt
men ligtelijkdoor elkander onderling te controleren, kunnen zij
tennaastenbij de waarheid doen vinden.
„Hoeveel staathuishoudkundige theoriën zijn gelogenstraft door
feiten, die de Statistiek heeft doen uitkomen. I11 dit opzigt heeft
hare studie een groot nut, want zij doet ons dikwerf op onze hoede
zijn voor denkbeelden, schoon op het oog, met gloed en behendig
heid voorgespiegeld, maar die, alles wel bezien, niet anders zijn dan
vernuftige drogredenen door hoogvliegende geesten uitgedacht.
„Zoo echter, van den anderen kant, de cijfers der Statistiek niet
vergeleken, toegelicht en verklaard worden door middel der begin
selen van de leer der Staathuishoudkunde, zouden zij koud en
onvruchtbaar blijven.
„In alle zaken is het goed den middenweg te zoeken" enz.
In het Journal des Débats wordt de nederlaudsche regering in
een breedvoerig betoog, zeer gehuldigd wegens de afschaffing der
slavernij in tVest-lndiëen zulks terwijl die maatregel, wat de
Vereenigde Stalen betreft, nog in het verre verschiet is gelegen,
Dat blad laat niet na te doen uitkomen, dat Spanje thans nog de
eenige europesche, Christelijke natie is, die den slavenhandel en de
slavernij met onbegrijpelijke hardnekkigheid in stand houdt.
- Uit Tours wordt het volgend voorval gemeld, dat aldaar in
den jongsten tijd moet hebben plaats gehad:
Een jong man, bekend met eenige jonge dames, bewees hen, bij
iedere voorkomende gelegenheid, de achting, die hij meende aan
fatsoenlijke meisjes verschuldigd tc zijn. Menigmaal ondervond hij
daarom spotternij van anderen, die, of zijne oplettendheden verkeerd
beoordeelden, of, gedreven door jaioezij, alleen voor zichzelven die
kleine gunsten verlangden. Hij bleef echter voortgaan, gevolg te
geven aan de inspraak van zijn hart en hield daarom niet op, het
leven te veraangenamen van hen, die hem omringden.
Na eenigen tijd werd een der meisjes bezitster van een groot
vermogen. liet overlijden van haren oom, die een rijk grondbezitter
was, schonk haar aanzienlijke bezittingen, zoodat een leven van
genot en weelde voortaan het deel zou zijn van haar, die eenmaal,
wel niet in lage, maar toch in afhankelijke betrekking werkzaam
was. Spoedig werd zij omgeven door tal van aanbidders, die,
bekoord door den grooten schat, dongen naar haar hart en hand.
Zij weigerde herhaalde malen. Op zekeren avond echter, biedt de
galante jongeling, wiens beeld wij iu den aanvang schetsten, zich
weder aan, om de thans zoo rijke en aanzienlijke dame naar hare
woning tc geleiden. Deze neemt ook thans dit vriendelijk aanbod
aan, maar doet onderweg niet onduidelijk blijken, dat zij, hoewel
onderscheidene minnaars reeds door haar waren afgewezen, niet
ongenegen zoude zijn, om voortdurend en dagelijks van zijne beleefd
heden te profiteren. De jonge man begreep dien wenk en, ofschoon
hij nooit van zulk een geluk had durven droomen, waagde hij het,
der dame het voorstel tc doen, om hare bezittingen met haar te
deelen. Er waren weinig woorden toe noodig, om hare hand in
de zijne te leggen en de galanterie van vroeger dagen tc doen oplossen
in eene huwelijkstrouw, die slechts aan het graf zou eindigen.
Dc berigtgever besluit zijn eenvoudig verhaal met den wensch,
dat vele jongelieden door het gebeurde mogen worden opgewekt
tot opregte beleefdheid jegens de teedere kunne, want dat, al is het
bezit van rijkdom en eere juist niet altijd het loon daarvoor, de
erkentelijkheid der dames en de goedkeuring van het eigen hart
steeds de schoonste zelfvoldoening schenken!
In een der gemeenten van liet departement Sarthe woont een