BUITENLAND.
»ez. 2de kl. A. de .Meijer; off. van gez. 3de kl. C. Enthovent; off.
van adra. 1ste kl. \V. H. Toutlemonde; adjunct-admiu. F. A. Fre-
deriksscheepsklerk E. II. IV. Wijnmalen.
In de bovenrolle: Dirig. off. van gez. 2de kl. J. v. Hattem
off. van gez. 3de kl. G. F. Rochat; off. van adm. 3de kl. C. van
Berkel en H. L. T. Pisuisse; scheepsklerken H. K. J. van den Bussche,
C. A. E. Masman, W. F. Klompé. en W. E. Muller; 2de luit.
der Mariniers P. Dibbitz.
Van Zr. Ms. sehroefstoomsehip 2de kl. Bjamhi .-
Kapt-luit. ter zee P. A. van Rees, kommandant; luit. ter zee
lste kl. jhr. J. S. O. von Schmidt auf Altenstadt, eerste officier;
luits. ter zee 2de kl. P. J. Rosenwald, 1'. J. van Druijnen en J.
L. Duker; off. van gez. lste kl. J. F. G. T. Kluge; off. v. gez.
3de kl. dr. II. de Brieder; off. van adm. 2de kl. J. C. Coops;
adelb. lste kl. W. F Blaaauw, II. J. van der Mandele, C. A.
Woldringh, B. M. van der Weide, C. J. de Jong, W. C. Böht-
linkg, P. Zegers Vceckens en F. W. Hudig; de scheepskl. J. Gallas.
Van Zr. Vis. sehroefstoomsehip 4de kl. Apeldoorn:
Luit. ter zee lste kl. J. A. H. Hugenholtz, kommandant; luits.
ter zee 2de kl. jhr. A. J. van Geen, T. C. Gobée en J. C. Eek;
off. van gez. 3de kl. J. Mijers; off. van adin. 3de kl. J. P. Faubel.
Genoemde oorlogsbodems zullen met de eerste gunstige gelegen
heid vertrekken.
Bij den minister van Binnenlandsche Zaken is ontvangen van
den heer 1). G. Eckhard, commies der Rijks-belastingen te Texel,
eene som van 32.31, uitmakende de netto opbrengst van een
door hem vervaardigd en aldaar uitgegeven dichtstukje, ten voor-
deele der noodlijdenden door den brand te Enschede'. Genoemde
som is onverwijld aan de commissie te Enschedé overgemaakt.
Bij het ministerie van Marine, te 's Hage, heeft gisteren de
aanbesteding plaats gehad van het vernieuwen van twee houten
zeekapen op het eiland Wieringenmet den aankleve van dien. Er
waren 9 biljetten ingekomen. Minste inschrijver was de heer J.
Pop, te Wieringen, voor de som van 2340, aan wien de aanne
ming is gegund.
In de zitting der Tweede Kamer van de Staten-Generaal van
jl. Woensdag zijn de discussiën aangevangen over het wetsontwerp
der amsterdamsche en rotterdamsche waterwegen naar zee. Herhaal
delijk werd dit ontwerp door den minister van Binnenl. Zaken
verdedigd. Z. Exc. wees op de menigvuldige adressen bij de Kamer
ingekomen, waaruit z. i. overvloedig blijkt, dat deze werken niet
slechts als van plaatselijk, maar van algemeen belang worden geacht.
Onderscheidene sprekers traden op hunne stemmen te motiveren,
waarvan sommige de regering ondersteunden, en andere haar
ernstig bestreden. De heer van Foreest behoorde tot deze kaatsten
en betoogde het nut der verbetering van het Noordhollandsch Kanaal.
Onder de bezwaren, die door eenige leden in het midden werden
gebragt, behoorde ook de omstandigheid, dat door Rotterdam vol
strekt niets is gedaan om van zijne belangstelling te doen blijken.
Ook werd aangevoerd, dat, terwijl voor de Eerste Kamer het regt
van amendement niet bestaat, door de vereeniging der beide werken
in hetzelfde ontwerp, voor dit deel der wetgevende magt een groote
moeijelijkheid kan ontstaan.
De heer Blussé van Oud-Alblas sprak over het Schulpengat en
wees er op, dat met zekerheid kon worden aangenomen, dat er 70
palm water op den drempel staat. Dat is eene diepte, zoo
zeide de spreker, -die zeer voldoende is. tiet is eene diepte,
geschikt voor de grootste schepen, want men maakt wel langere,
maar daarom geen meer diepgaande schepen. In een ander deel
dier rede verklaarde de spreker, dat bekwame zeekapiteins hem
hadden verzekerd, dat het geprojecteerde Noordzeekanaal bij eenig-
zins ruw weder niet te bevaren zoude zijn.
De discussiën over dit ontwerp van wet waren in de zitting van
gisteren nog niet geëindigd.
De toeziende chefs over de militaire bakkerijen zijn door het
Departement van Oorlog uitgenoodigd, dat zij, die zulks moge aan
gaan, zich voor gemagtigd kunnen houden, om, wanneer ten behoeve
der bemanningen van 's Rijks oorlogsvaartuigen of voor onderoffi
cieren en soldaten van het corps Mariniers brood uit gemelde bak
kerijen mogt worden verlangd, daaraan onmiddelijk te voldoen, en
voorts met de bepalingen bekend gemaakt, opzigtens de verrekening
der waarde van het alzoo te verstrekken brood met het Departement
van Marine.
In den nacht van 8 dezer is te Oost-Terschelling gestrand,
de pruissische galjas Maria Elisdbeth, kapt. Steinhard, van Memel
met garst naar Schiedam bestemd. Van de equipage, uit 4 man
bestaande, is slechts een jongen gered en aldaar aan land gekomen.
Dezer dagen is te Oss, door den heer J. v. d. B. op jagt
zijnde, een reiger geschoten, die aan een zijner pooten een koper
plaatje had, waarop, benevens een kroon en het jaartal 1850, ge
graveerd stond: Royal Ilawking club loo in the Netherlands.
De kerk te Brempt is een gedenkstuk der oudheid. Men ver
zekert, dat dit eeuwenheugend gebouw de eerste kerk in steen van
geheel Gelderland is geweest en dat het dagteekent van den tijd
van Karei de Groote. Menigeen vestigde in der tijd zijn aandacht
op de inscriptie, geplaatst op een steen in den muur der kerk en
meende daarin een in het latijn opgesteld historisch monument
van groot gewigt te ontdekken, daar de letters door den tijd on
leesbaar waren geworden. De heer B. Scholten heeft thans de steen,
die, tengevolge van reparatie, was weggenomen, ontcijferd en ver
meldt als de slotsom zijner onderzoekingen, dat hij niets meer bevat,
dan de namen van vijf timmerlieden, die in den jare 1630 de
torenspits hebben getimmerd. Men begrijpt ligt, hoezeer hierdoor
de onderzoekers van oudheden zijn teleurgesteld.
In den avond van 9 dezer had te Groningen een ongeval
plaats dat de schromelijkste gevolgen had kunnen hebben. Bij de
draaibrug over het Winschoter-Diep, even buiten de kleine poort,
had men, om den aldaar liggenden telegraafkabel te herstellen, een
diep gat gegraven, en verzuimd daarbij, hetzij eene lantaarn, hetzij
althans eene omheining te plaatsen. De zoon van den heer v. A.,
in gezelschap van eene jonge dame, in een open rijtuig de draai
brug afrijdende, stortte met paard en wagen in het gat. De jonge
dame vloog door den schok uit het rijtuig, aan de andere zijde
van den kuilde heer v. A., welke de teugels in handen had,
werd mede naar beneden getrokken, en bevond zich daar niet in de
aangenaamste positie, nl. met een been in een der wielen van het
rijtuig geklemd en met het hoold in de onmiddellijke nabijheid van
de hoeven van het paard, dat op den rug lag. Had men moeite om
den heer v. A. uit den kuil te voorschijn te halen, niet minder was
zulks het geval met het paard, waartoe men touwen, zelen en takels
noodig had. Even gelukkig als wonderdadig mag het genoemd wor
den, dat genoemde personen, welke slechts eenige geringe verwon
dingen en kneuzingen hebben bekomen, hun leven niet bij dit on
geval, door een grof verzuim veroorzaakt, hebben ingeschoten.
Bij H. II. Gedep. Staten van Brenthe kwam dezer dagen een
man klagen over den slechten toestand der waterleidingen in dat
gewest. Bij nader onderzoek bleek het echter, dat de klager zelf,
om den slechten toestand zijner panden, tot eene boete van 4.
moest veroordeeld worden. De schrijver van dit berigt maakt de
opmerking, dat hier de wijze les van den Grooten Zedemecster van
toepassing mag geacht worden: „Doe eerst den splinter uit uw
eigen oog, voor ge den balk in eens anders oog gadeslaat."
Er behoort voorzeker eenigen moed toe, om in een tijd, waarin
het staatkundig nieuws schraal of bijna niet noemenswaardig is,
toch een overzigt der staatkundige gebeurtenissen van den dag te
schrijven. Maar als men denkt aan de spreuk der oudheid„er is
niets nieuws onder de zon," dan kan men gerust de weinig bedui-
dende geschiedenissen van den dag beschrijven, zonder de beschul
diging van onbeduidendheid uit te lokken. Immers de belangrijkste
gebeurtenissen zijn slechts herhalingen, in gewijzigden vorm, van
hetgeen de wereld reeds vroeger had gezien.
Italië levert weinig ander nieuws, dan de bijzonderheden nopens
de vorming van het nieuwe kabinet, dat zijn programma voor
de leden der Kamer heeft ontvouwd. Te midden van den staatkun
digen strijd schijnen de partijen van Mazzini, van Murat en van
Bourbon ijverig in de weer te zijn geweest, om hunne belangen
voor te staan.
Griekenland geeft ons slechts de verzekering, dat de stemming
voor de koningszetel haar gang gaat en dat vele stemmen zich op
prins Alfred vereenigen. Van een andere zijde wordt verzekerd, dat,
mogt genoemde prins tot den troon van Griekenland worden ge
roepen, dat hij stellig daarvoor zou bedanken, want dat de bescher
mende mogendheden hunne keus hebben laten vallen op Ferdinand
van Portugal, vader des regerenden konings. Weder van eene geheel
andere zijde vestigt men de aandacht op zekeren Theoloog Paleoloog,
een man, die voorgeeft een afstammeling te zijn van den laatsten
keizer van het Oost-Romeinsehe of Byzantijnsche rijk, dat den 29
Mei 1453, na eene hardnekkige verdediging van zijn beheerscher,
voor de magt der Turken moest zwichten.
Pruissen laat alleen van zich hooren eene wijziging in het minis
terie, maar geenszins verandering in de beginselen, door het kabinet
gevolgd. Ook gaat de koning er steeds voort om zich in sterke
bewoordingen uit te laten omtrent de bedoeling van een groot deel
der natie en der volksvertegenwoordiging.
De verkoop van postzegels in Frankrijk heeft in het jaar 1861
opgebragt 521 millioen francs; in 1859 beliep de opbrengst slechts
23 millioen.
Toen dezer dagen in Frankrijk een tenor uit Noord-Buitsch-
land als Eleazar in Halevy's Juive in een gastrol met weinig bijval
optrad en in het finaal der 4de acte zong: „O Heer der werelden,
wijs mij mijn weg aanriep een ontevreden toehoorder luid boven
het orchest uit: „Noorder spoorweg!" Het daarop gevolgde alge
meen gelach voltooide de nederlaag van den zanger.
Óp den Chemin de fer du Nord Frankrijkis eene proeve
genomen met eene zeer ingenieuse uitvinding, bestemd om op
plaatsen, waar de spoortreinen niet ophouden, pakketten af te geven
en op te nemen. Aan den weg is een paal geplaatst, waaraan de
af te geven pakketten worden opgehangen; aan de locomotief is
eene staaf aangebragt, welke inhaakt in een ring, waaraan de pak
ketten hangen. Die staaf neemt het pakket aan en laat te gelijk
die los, welke moeten worden afgegeven.
Bij Jules Gay, te Parijs, ziet een boek het licht, waarin de
heer Gamparson, onder den titel: „Maria Antoinette in de concier-
gerie, van 1 Aug. tot 10 Oct. 1793, al de in het keizerlijk archief
bewaarde, meestendeels vroeger onuitgegeven, stukken verzameld
heeft, die op het treurig regtsgeding en den dood der beklagens
waardige koningin betrekking hebben.
Gedurende de verloopene week hebben te Londen 1619 sterf
gevallen en 1829 geboorten plaats gehad.
Men verzekert, dat de prins van Wallis aan zijne verloofde
een kleed van het rijkste Point d'Alenqon met brillanten gegarneerd
heeft ten geschenke gegeven, dat eene waarde heeft van 10,000,
120,000 Ned.).
Een brief in den Morgen Star constateert, dat de hertog van
Cambridge ontzaggelijk hooge tractementen geniet, waarin eenige
wijziging noodig schijnt. Als opperbevelhebber van het leger geniet
hij eene bezoldiging van 7 per dag of 2555 per jaar; als
veldmaarschalk 10 per dag of 5340 per jaar en als lid der
koninklijke familie 12,000 per jaar, te zamen 20,395,
1 2447,40 Ned.).
Te Markelsheim, aan de Tauber, in Wurtemherg, vermaakte