BUITENLAND. BURGERLIJKE STAND VAN BE GEMEENTE HELDER, Gedurende de verloopene maand zijn van hier naar Engeland uitgevoerd: 59 Runderen, 06 Kalveren en Hokkelingcn en 1031 Schapen. - Z. M. heeft den luit. ter zee 1ste kl. jhr. J. C. H. Clifford Kocq van Breugel, met den 20 dezer, eervol ontheven van het tijdelijk bevel over Zr. Ms. transportschip Heldin en het bevel met deu 2-lsten daaraanvolgende opgedragen aan den kapt.-luit. ter zee P. W. Stort. Met den laatsteu dezer eervol ontheven van het bevel over Zr. Ms. stoomschip Cycloopde luit. ter zee 1ste kl. G. Lambert en dat bevel met den 1 Jan. a. s. opgedragen aan den luit. ter zee 1ste kl. W. K. van Gennep. Benoemd tot ridder der orde van den Nederlandschen Leeuw, den kapt.-luit. ter zee .T. P. G. Muller, kommandant van Zr. Ms. stoomschip Amsterdam. Benoemd tot scheepsklerken, met ingang van den 1 Jan. a. s.: LI. M. van der Horst, LI. C. D. van de Yen, M. C. Hazenberg, W. II. Klaassen, J. C. Kluit, B. Janse, P. Gallas, J. A. Sonuenberg, J. A. Torré en A. Vermeulen. Zr. Ms. schroefstoomschip Curacao, is aanbouw op 's Rijks werf te Vlissingen, is in den namiddag van 10 dezer met goed gevolg te water gelaten. De minister van Marine heeft bevel gegeven, dat de adel borsten, behoorende tot de état-major van Zr. Ms. korvet Prins Maurits der Nederlanden, door wie Zaturdag avond jl. te Vlissingen zulke schandelijke baldadigheden zijn gepleegd, niet met genoemden bodem naar de Middellandsche zee zullen vertrekken, maar tot nader order aldaar moeten worden achtergelaten. Men schrijft uit Parijs, dd. 6 dezer, aan de Neve Preuts. Zeil.: „Het antwoord van den koning der Nederlanden in zake van het congres is hier zeer kwalijk opgenomen, daar het eerst na het bekend worden van het Engelsche, bepaald weigerende, antwoord uit den Haag werd afgezonden. De koning der Nederlanden deelt alzoo met Engeland en Oostenrijk in den toorn van het kabinet der Tuileriën." Naar men verneemt, zijn de voor de oprigting der Amster- damsche Kanaal-Maatschappij benoodigde gelden, verstrekt zijn door middel van nThe London and Buenos-Ayres-Bank." De leiding dei- werkzaamheden zal aan Engelsche ingenieurs worden toevertrouwd. De zittingen, in de jongste dagen door de Tweede Kamer der Staten-Generaal gehouden, waren gewijd aan de beraadslagingen over de begrootingen voor Oorlog en Koloniën. Vooral belangrijk waren, wat. de eerste betreft., de discussiën over 's lands defensie. De heer van Heukelom had voorgesteld vermindering van het cijfer der kosten voor het onderhoud der vestingen Bergen op Zoom, Maastricht en Venlo. De minister van Oorlog bestreed dit arnen- dement bij herhaling en gaf zooveel te kennen, dat hij, werd het aangenomen, zou aftreden. Hij zou liever zien, dat zijne geheele begrooting werd afgestemd. Het amendement werd echter met 37 tegen 29 stemmen verworpen; het geheele hoofdstuk met 40 tegen 26 stemmen aangenomen. Bij de behandeling van het volgende hoofdstuk Koloniënkomt nog al in aanmerking een adres, door den heer Stieltjes, ontslagen adviseur bij dit departement, bij de Kamer ingezonden, betreffende de zaak der spoorwegen op Java. Een voorstel van een der leden, om de discussie over dit hoofdstuk eerst na het bekend worden van al de daartoe betrekkelijke stukken te behandelen, werd verworpen. De beraadslaging over dit hoofdstuk der begrooting is in de zitting van gisteren nog niet ten einde gebragt. Na de behandeling der begrooting komt aan de orde een wets ontwerp, dat van algemeen belang wordt geacht, tot afschaffing van den accijns op de brandstoffen. Op Terschelling zijn reeds meer dan honderd cn zestig lijken aangespoeld, waaronder veertig vrouwen en een kind. - Te Egrnond aan zee is aangespoeld een naambord, waarop staat; ANNA SOP UIA. Het graven rondom en in de nabijheid van het kasteel van mgr. Zwijsen, te Haren, in de hoop van het pistool te zullen vin den, schijnt zonder resultaat te zijn geweest. Niettegenstaande de vele moeite, die de justitie zich in de zaak getroost, blijft de zaak schier in 't duister. Omtrent de staatkundige geschiedenis van den dag is liet niet onbelangrijk, kennis te maken met een dagblad-artikel, gewijd aan de beschouwing van keizer Napoleon, in verhouding tot Frankrijk en Europa. Wij ontieenen de volgende opmerkingen: ,,'s Keizers positie is verheven en magtig, maar gevaarlijkrcn veelvorderend. In zijn eigen land regeert hij door hulp van bajo netten en dus door het regt van den sterkste. Om zijne populari teit en zijne overmagt te bewaren, moet hij op zijne hoede zijn, de bevolking der steden, de landlieden en het leger niet te beleedigen. Keizer Napoleon heeft een contract aangegaan met hen, die hem op den troon hebben gebragt en deze zullen hem ondersteunen, zoo lang hij de voorwaarden des contracts nakomt. Frankrijk wil winst en roem en tot nu toe is de keizer er bijzonder goed in geslaagd, om de natie te geven wat zij verlangt. Handel, nijverheid en nationale rijkdom zijn onder zijn bewind sterk vermeerderd. De keizer heeft echter ook nog eene andere taak. is Hij moet de revolutionuaire partij, de partij, die de beginselen van 1789 voor staat, de partij, die door geheel Europa is verspreid, tevreden houden. Met die partij sympathiseert hij, en hij heeft ook veel van haar genoten. Hij kent haar regt en haar doel, want eenmaal behoorde ook hij tot de Carbonari. De geheele sleutel tot zijne politiek is, dat hij overtuigd is, dat alle politieke woelingen slechts ten doel hebben de herstelling van de volks-souvereiniteit. Hij heeft een haat van een parlementair en constitutioneel stelsel; hij wantrouwt het. Zijn stelsel isadministratie van een man, gerug- gesteund door het volk. Het zou allen partijen aangenaam zijn, wanneer hij in Polen interventeerde, maar hij wikt cn weegt, omdat hem het gevaar van een oorlog met Rusland, Oostenrijk en Pruissen dreigt. Nu hot plan van een congres is mislukt, zal hij evenwel den moed niet verliezen; hij zal zich steeds voordoen als de vriend des vredes in Europa en de verantwoordelijkheid van een oorlog des te beter op de andere mogendheden kunnen werpen." De Bondsvergadering heeft het gewigtig besluit, genomen tot Bonds-executie in de hertogdommen Sleeswijk-IIolstein. De vraag omtrent de troonopvolging is hierbij buiten rekening gelaten; zoo dat het besluit alleen strekt om de Deensche regering te noodzaken tot opvolging der vroegere besluiten van den Bondsdag. Men twij felt echter nog of door het Bondsleger wel met groote voortvarend heid zal worden te werk gegaan en rekent in deze ook eenigzins op de tusschenkomst van Engeland, Frankrijk en Rusland. Er worden omtrent een en ander uiteenluopende geruchten verspreid. De heer Bleynie, keizerlijk procureur tc Angoulémeis dezer dagen overleden aan de gevolgen van een noodlottig toeval, hem overkomen bij de uitoefening zijner ambtsbetrekking. Hij deed een huiszoeking bij zekeren heer G., parfumeur en photograaf, wiens dienstmeid van kindermoord verdacht was. De heer Bleynie had een nietig wondje aan een zijner vingers en raakte alle voorwerpen in huis aanwezig met zijne handen aan; ongetwijfeld moet bij ook op de werkplaats des heeren G. vergif aan bedoelden vinger ge kregen hebben, want weldra werd de wond heviger, zwol de geheele hand en arm, en na een smartelijk lijden van vijf dagen, gaf de ijverige ambtenaar den geest. -Dezer dagen is te Cherbourg eene sloep, die van een oorlog schip naar wal roeide, omgeslagen waarbij de daarin zijnde personen het leven verloren. De minister van Marine heeft thans bevel ge geven, dat ieder oorlogsfregat van eene stoomsloep moet voorzien zijn. Onlangs werd op Korsika iemand wegens diefstal tot twee maanden gevangenisstraf veroordeeld. Uit wraak besloot hij, de echtgenoot van den regter van instructie te vermoorden, omdat men hem verzekerd had, dat die ambtenaar de oorzaak was van zijne veroordeeling. Hij liet zich inlichten wie die dame was en vroeg aan lieden op de straat, of zij haar konden aanwijzen. Hij sprak slechts van de „regtersvrouw" en, toen men hem eene jeugdige dame aanwees, die met twee meisjes voorbijging, wierp de moorde naar zich op haar en maakte haar dadelijk met een aantal messteken tot een lijk. Doch hij had zijn doel niet bereikt: de vermoorde was wel eene „regtersvrouw," maar de echtgenoot van den vrede- regier cn niet van den regter van instructie. De moordenaar is in hechtenis. Gedurende de verloopene week hebben te Londen 1270 sterf gevallen en 1963 geboorten plaats gehad. Den 7 dezer is het te Londen de eerste maal sedert 4 dagen geweest, dat de posten van het vasteland tijdig zijn aangekomen. De storm is bedaard, om, wanneer men aan voorspellingen mag geloof slaan, tegen Kerstijd weder los te barsten. „Misschien ook wel vroeger, doch niet later," zegt admiraal Fitzroy, dien men aldaar schertsende Z. M. Weermaker noemt, doch die door de mannen van wetenschap, even als onder de zeelieden, iederen dag meer geëerd wordt. De renpaarden van lord Stamford zijn dezer dagen te Londen in 66 koopen verkocht geworden en bedongen gezamenlijk 28,750 een der paarden gold 3000, een prijs die nog nimmer voor een paard is betaald. Voor eenige dagen is te I.onden overleden de heer John Pringle, de bekende kapitein van het Engelsch oorlogschip Victory in den zeeslag Trafalgar. Hij was in 1760 geboren en de oudste der gepensioneerde Britsche zee-officieren. Op 92jarigen leeftijd trad hij in den echt, zoodat hij 11 jaar gehuwd was. In den open tuin van den eerw. heer Th. Gray, nabij Dublin, zijn in de vorige week rijpe aardbeziën geplukt, zoo frisch en vol wassen als in de maand Julij. Te Donnoville, nabij Cliartres, is dezer dagen eene ongehuwde tachtigjarige vrouw overleden, die sedert meer dan een halve eeuw zich zelve een hardnekkig stilzwijgen had opgelegd. Alle voorname kleêrmakersbazen te Warschau zijn op bevel van generaal Berg naar de citadel overgebragt. Zij worden verdacht, kleederen voor de Polen gemaakt en hun toegezonden te hebben. Te Madrid is dezer dagen uitspraak gedaan in een proces dat sedert twee honderd veertig jaar bij de regtbank der Spaansche hoofdstad aanhangig was. Het geldt de nalatenschap van de ge broeders Pizarro, een van welke de beroemde wereldontdekker en veroveraar van Peru was. van 411 December 1863. ONDERTROUWD: H. van Es, sergeant der Artillerie, ond 34 jaren en A. J. van der Pauw, ond 24 jaren. ,T. 15. de Klerk, metselaar, oud 41 jaren, weduwnaar van M. Uicrsteker cn T. Hordijk, oud 33 jaren. M. Bijloo, zei lenmaker Dij de Marine, oud 29 jaren en N. Brnne, oud 17 jaren. J. A. Leuring, zeeman, oud 26 jaren, wonende te Amsterdam en E. Kok, oud 20 jaren. GEHUWD: A. L. Vink en M. Ruijter. K. Bakker cn J. Zuidewiud. D. Regter en E. G. Bierenbroodspot. J. Kramer en B. Wolff. BEVALLEN: C. J. Vrijvogel, geb. Jansen, (D.). T. A. Meijer, geb. Schwarte, (D.). D. Kuijk, geb. D .inker, (Z.). J. M. E. van Amersfoort, geb. Willeins, (Z.). E. C. Zenderman, geb. Stcilberg, (Z.). M. Meijer, geb. Sinje- wel, (Z.). M. Metzelaar, geb. de Jong, (Z.). A. A. Talccs, geb. Boots, (D.). J. Biersteker, geb. Snoerwang, (D.). B. Mulder, geb. Vecnstra, (Z.). R. Wilkcns, geb. Flint, D.)M. M. Linnekamp, geb. Tieken, (D.). M. Bieren broodspot, geb. Lastdrager, (Z.). P. Boon, geb. Krijnen, (Z.). C. Gerber, (Z A. Meijers, geb. Gooien, (D.). A. Jongejan, geb. Bijl, (Z.), E. L. H. Ricu- wers. geb. Baks, (D.). C. Leewens, geb. Overtoom, (D.). J. Lap, geb. Gude, (Z.). G. Hoogvorst, geb. Snijder, (Z.). OVERLEDEN: G. Selderbeek, (3 jaren). J. D. van Bon, (62 jaren). J. A. Ricuwerts, (12 weken), II. van Dijk, (7 weken). G. Runnenburg, geb. Sukkel, (51 jaren). J. K. Verboom, (6 jaren). A. Wildebocr, (15 dagen). J. Nukoop, (55 jaren). J. J. Stecher, (15 dagen).

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Heldersche en Nieuwedieper Courant | 1863 | | pagina 2