BUITENLAND.
Z. M. heeft de benoeming van J. van Bommel, burgemeester
van Broek op Langend jk, tot secretaris dier gemeente, met zijne I
goedkeuring bekrachtigd.
Omtrent de aanvraag om koncessie tot inpolderen en droog-
maken van een deel der Zuiderzee, tuscheu Hoorn en Edaui meldt
het W/ldat door de hh. v. Hisaelt en v. 2w ij ud recht, aan het
ministerie van binnenl. zaken een gcdctnljeerd plan, mitsgaders
eene beschrijving der bewerking is opgezonden tot. aanvulling van j
hun vroeger rekest, waaruit o. a. zou blijken dat de in te polderen j
gronden ter oppervlakte van 6000 bunders door eenen dijk zouden
worden afgesloten. Door den aanleg van een kanaal van 40 el
zou Iloorn aan de zee verbonden blijven j terwijl door de wijze van j
aanleg eene biunenlandsche vaart zou wofden daar gesteld van
Hoorn over Schardam naar Zaandam. De aanvragers stellen zich
voor door drie stoomgemalen, 5 jaren' na den aanvang der werk-
zaamheden, 6000 bunders aan te winnen en dan ruim 170 huisge- i
zinnen werk en brood te verschaffen, op eene plaats waar tot nog
toe alleen water wordt gevonden. Zij hebben tot nog toe hunne
voornemens niet doen kennen op welke wijze zij deze zaak willen
exploiteren.
De minister van Binnenl. Zaken heeft, nopens de doorgraving
van Ilollaud op zijn smalst, aan de Eerste Kamer het volgende
geantwoord: „De regering zal, gelijk zij ook in de andere Kamer
heeft toegezegd, gecnc vergunning tot storting geven, dan wanneer
zij zich overtuigd zal hebben, dat de maatschappij volkomen bij
magte is te handelen, dat zij niet alleen geconstitueerd is, maar op
het volle kapitaal, behoorlijk gewaarborgd, gevestigd. Het onder
zoek hieromtrent is nog in gang.
De algemeene beschouwingen van de Eerste Kamer over de
Staatsbogrooting voor 1S65 betreffen1. de zucht tot centralisatie;
2. het beginsel van scheiding van kerk en staat; 3. het indienen
van wetten op den waterstaat, het hooger onderwijs en 's Rijks i
comptabiliteit; 4. de uitzetting der staatsuitgaven; 5. de opname
der beide koloniale batige sloten van 1S64 en 1365 ouder do in
komsten; 6. het beschikken over het overschot van de dienst voor j
1863, om de dienst van 1865 te doen sluiten; 7. de vorm, waarin
de rentepost van 9,800,000 onder de inkomsten zijn gebragt; 8. j
het belastingstelsel. j
De voorloopige verslagen van de Eerste Kamer betreffende het
onderzoek der verschillende hoofdstukken van de Staalsbegrooting
zijn in het licht verschenen. Dat wat het Departement van Binneu-
laudsche Zaken betreft behelst een schier algemeene afkeuring in de
afdeulingen van het denkbeeld der scheiding tusschen de Rijks- en
Provinciale dienst van de ambtenaren bij den Waterstaat en een
ernstige wenk dat de regering toezie op de verpliglinge» der Ain-
sterdamsche Kanaalmaatschappij. Dat over hei Departement van
Koloniën bevat uitvoerige beschouwingen en bedenkingen over den
loop der zaken in Nederlandsch Jndie.
In de gemeente Zijne is op den 3L Dcc. van het vorig jaar
het zoogenaamd Nieuwjaars-wensehen als bedelarij aangemerkt, en
uit dien hoofde door de burgerlijke overheid bij aanplakking ver-
boden, en heeft dan ook op Nieuwjaarsdag gecne dergelijke bedelarij
plaats gehad. Eéue commissie uit, de burgerij heeft daarentegen,
ondersteund door eeuige collectanten, aan de huizen der ingezetenen
gelden verzameld, en een bedrag bijeengebiagt van 261,33, het
welk over 169 hoofden van behoeftige huisgezinnen, in vergoeding
van het dusgenaamd Nieuw jaarsgeld, is verdeeld. Reeds gedurende
den tijd van twaalf jaren zijn op deze wijze de ingezeteneu op den
bedoelden dag van een srrooten overlast ontheven.
Te Alkmaar is 20,000 ingeschreven voor den Noordhollundsch-
Frieschcn spoovweg.
De heer F. Rauwcnhoff, predikant te Botterdamheeft aan de
hulponderwijzers te Rotterdam de gelegenheid aangeboden tot het 1
bijwonen van een cursus over de geschiedenis van Israël. De heer
R. doet opmerken, dat het tot nog toe aan een geschikt handboek
ontbreekt, waarin de nieuwere onderzoekingen naar de lotgevallen j
van Israël staan opgeteekend.
Jl. Donderdag heeft in de gemeente Zoeter/neer een droevig ongeluk i
plaats gehad. Zekere v. K. aan het arren zijnde met zijne vrouw 1
en kind, schijnt het ijs op sommige plaatsen niet bestand te zijn
geweest om deze vracht te torschen; althans paard en slede zijn door
bet ijs gezakt. Hoewel spoedige hulp werd verleend, zijn vrouw
en kind verdronken.
De heer B. Brngsma, schoolopziener cn directeur van 's Rijks
Kweekschool voor onderwijzers te Groningenontving dezer dagen, ter
gelegenheid van zijn 50jarig jubilé als onderwijzer, de bijzondere ouder
scheiding, dat hij niet een gouden medaille, opzettelijk voor deze gele
genheid, geslagen, door Z. M. werd begiftigd, voor de uitnemende
diensten, door hem aan het lager onderwijs in ons vaderland bewezen.
Tevens outvirig bij een felicitatiebrief van den minister Thorbecke.
Men schrijft uit Drenthe het volgende:
„Er was een tijd waarin elk dier, dat een kleiner opat, vogelvrij
werd verklaard, maar, toen die slagling op het drukst was, hoorde
men op het onverwachtst eene geleerde stem, die riep: als gij dezen
vervolgd, wordt gene gespaard en die doet u veel weer kwaad dan
zijn vervolger u doen kon! Leef en laat leven, wat onze lieve
Heer het leven gaf. In het dierenrijk zijn geen surnumerairs!
Het werd gehoord, overwogen en gevolgd, maar één deelde met
de algemeene amnestie, en dit was Reintje.
De hooge regering, aller welwilleude moeder, trok echter de
premie in, uit 's Rijks schatkist voor een vos, die een geweldigen
dood was gestorven, uitgeloofd, en wérd dan zijn beschermer. De
jagers pruttelden en mompelden van misplaatste nienschlievendheid,
maar zij lieten het toch anti den tijd over, om de waarde van het
dierenminnend stolsel te bepalen.
En Je tijd werd hun bondgenoot.
Een jammerkreet gin2 er op over de verwoestingen, door de
vossen-familie in het jagtveld aangerigt, eu de minister van Binnen
land sche Zaken, met bet hartcleed des jagers begaan, loofde op
nieuw eene premie uit aan hen,' die een vos, door moordoDd lood
of verraderlijken sliik uit liet leven gehaald, aan de autoriteiten
zou vertooueu.
Dat die uitloving doel trof, blijkt uil den ofliciëleu staat, door
de regering aan 's buuls vertegenwoordiging overhandigd en waarop
een iegelijk - de jager met waren weliusl - kun lezen, dat er van
1 Maart lol 1 Oct. des vorigeu jaars zijn gedood 152 moervossen,
73 rekclvossen en 743 niet volwassen moer- of n-kelvossen, te
zamen 968 vossen, waarvoor aan preuuëu werd betaald ongeveer 900.
Uil Suriname schrijft men van den 3 Dcc., dal de bemanning
van Zr. Ms. schoener de Schorpioen, welk vaartuig den 1 l)ec.
builen dienst gesteld is, deu 13 Dec. zal overgaan op Zr. Ms.
sehroefstooinschip de Amulet, dal den 26 Dec. naar Neder/and zal
terugkeeceu. liet état-majur van de Schorpioen zal per particuliere
gelegenheid repatriëren. Yoorloopig zullen dc officieren aan wal
gaan, om half Jauuarij per koopvaardijschip naar Aederland te
vertrekken.
De Elbé-hertogdommen zijn het nieuwe jaar ingetreden, zonder
dat zij zich in het bezit van eigen bestuur mogen verheugen. Wel
zijn zij van de Deensche ovi-rheersehiiig bevrijd, maar de Fruissische
is misschien nog erger. Als duui geen eigenbelang bij is, dan is
het waarlijk vreemd, dat er zoo lang naar gewacht wordt om een
bestuur daar te stellen aan liet hoofd van den vrijgekocliten Staat.
Naar 't schijnt wordt er, indien aan gedacht, ten minste volstrekt
niets aan gewerkt, om den w.enseh te bevredigen, door de bevolking
zoo luide en krachtig geuit. Men verzekert thans uit IVeenen,
dat onder de leden van het bewind aldaar ernslige verdeeldheid
bestaat ten aanzien van de doorgaande aan te nemen houding in
die belangrijke aangelegenheid. De ministers van buitenlandsche
en van biniiciilandsche zaken zijn hel daaromlient geheel en al
oneens, laatst genoemde moet, zoo wordt verzekerd, zeer naar de zijde
cler roidden-slaten overhellen, en geneigd zijn om nu voortaan eene
andere buiteulaiidsclie staatkunde te volgen. Dc andere bewindsman
dreigt met zijn ontslag te willen nemen.
Ten blijke hoezeer de Oostenrijksche regering er naar' streeft, om
de troonopvolging in de Elbc-hertogdomnien te regelen, kan dienen
het voorstel dezer dagen door h.iar aan het kabinet te Berlijn
gedaan, om tot de voorloopige erkenning van erfprins Frederik van
Angustenburg over te gaan, ui afwachting dat de bondsvergadering
een bepaald besluit te dien aanzien neemt. De ridderschap vau
Sleeuw ij Ic-Holèïein heeft zich bij adres tol den keizer van OoAe»rjk
gewend, met aandrang tot het instellen van een regtskundig
en onpartijdig onderzoek ten aanzien van het regl, der troonop
volging. De keizer heeft echter dit verzoekschrift niet willen
ontvangen.
Het nieuws uit Engeland klinkt ons in de jongste dagen zeer
vredelievend in de ooren Berigtgevcrs vau daar deelen mede, dat
het belangrijkst ter vermelding is, de vredelievende viering van hei
kersfeest, dat, volgens oude gewoonte, besteed werd tot het bezoeken
van familie en vrienden. Thans had bovendien de toenemende
zucht naar genoegen en uitspanning vele openbare vermakelijkheden
in het leven geroepen, waarvan druk werd partij getiokken. Vol
gens deu Morning 1'ost waren de, winkels en magazijnen in Londen
opgevuld met artikelen van weelde eu voorwerpen van smaak, 't
Zijn teekenen van de heersehendè welvaart, ontstaan door het genot
dts vredes en als zoodanig is 't ons aangenamer dit te vermelden,
dan te wijzen op het krijg voeren en het verslinden van menschen-
leveus daaraan verknocht.
Uil Noord-Amerika verneemt men liet, belangrijk berigt, dat pre
sident Lincoln een ligtiug van 300,000 man heelt bevolen lot ver
meerdering der strijdkrachten van het leger van het Noorden. Ook
meldt men van daar, dat de inneming van Savannah nog niet is
geschied, doch dat die stad streng wordt belegerd.
In liet Zuiden van Frankrijk is eene ontzaggelijke massa
sueeuw gevallen.
Eene vreeselijke gebeurtenis bragt onlangs de bewoners van
het dorp Filleneuce in groote ontsteltenis. Een krachtvolle arbeider
van 17- jaren, Priu genaamd, werd op het laatst der maand Oct.
door een hond in het aangezigt gebeten. Ten gevolge van deze
beet gevoelde hij in den beginne wél eene ligte ousteltenis aan het
hoofd, maar zulks belette hem niet zijn gewoon werk te verrigleu.
Op Woensdag, den 7 Dec., herinnerde hij zich, dat het toen juist
zes weken was, dat hij gebeten werd, en met vreugde deelde hij nu
aan hen mede, die hem omringden: „ik ben thans gered, de beet
van den hond zal gcene gevolgen hebbende geneesheer zeide mij
destijds, na verloop van 14 dagen bestond er geen gevaar meer voor
mij." Intusscheu voelde de jonge Prin, al werkende, hevige koorts
aanvallen en weigerde halsturrig te drinken. Zondag daaraan vol
gende verkeerde de arme jongen in geweldigen staat van razernij.
Men was genoodzaakt hem in ketenen, in een zak, te binden, kortom,
alles moest worden gedaan, om elke beweging tegen te gaan, en
hem alzoo in een rijtuig te plaatsen, waarmede hij naar een genees
kundig gesticht gebragt werd. Al de inwoners van Fi/leneuve
waren ter prooi aan dc levendigste ontroering, toen zij den ongeluk
kige dus zagen vertrekken. Des namiddags kwam hij in het gesticht.
De vlagen van krankzinnigheid volgden elkander met vreeselijke
snelheid al meer en meer op. Gedurende de weinige oogenblikkcn
dat hij later tot bedaren kwam, schreeuwde hij met hartverscheurende
stem: „O! indien men wist hoe ik lijd! Hebt, medelijden met
mij! Doodt mij, bid ik u! Doodt mij spoedig!" Dien zelfden
avond laat gaf hij. na een vrèeselijk lijden, den laat sten snik.
De Handig Vlug" voor rekening der Nederhiudsche rege
ring voor de dienst in Oost-l udie in Engeland afgebouwd, is een
vaartuig, dat geheel eigenaardig is door de scluiii.sche rigtiug der
pantsering; het heeft slechts 9 palm diepgang, is 30 el lang, 5 el