BUITENLAND,
«Jeu geitevaal-iuajaw t. Gurtiic*;aiï /.ooiluni» heeft hij, op dea 27 Aug. 1799,
inet uroot gevaar, de last van den generaal Dacndels aau den kolonel Gilquin, i
te Helder, overgc-bragt, oin, na hut vernagelen van liet geschut, de batterijen
te verlaten en zich, met het overige zijner manschap, door het destijds uog
niet bedijkte cu moerassige Koegras, bij de andere troepen der afdeeling te
voegen. Daarna is hij zijnen generaal naar Amsterdam gevolgd, ten einde
maatregelen te nemen icr beveiliging dier stad. In 130-A is l»ij, met den rang
vau luitenant-kolonel, van de werkelijke krijgsdienst ontheven.
Te Utrecht gevestigd, heelt de overledene nog vriendschappelijk verkeerd
met den hoogbejaarden geneesheer Oortimiu, den laatsten nog levenden leerling
vau den grootcn Boerhavc. Hij heeft daar ter stede, in de raocijclijkc dagen
van 18115, gewjgtige diensten bewezen; heeft ook sedert verschillende
betrekkingen bij openbare instellingen van weldadigheid bekleed, en is, steeds
hoog geaelit door zijne stadgciiootcn, ten grave gedaald.
lloc raoeijelijk het valt om eene iugewortelde gewoonte af te
wennen, blijkt uit het volgcude: Ecu gedetineerde werd dezer
dagen, te Eindhoven, na volbragten straftijd, uit het huis van arrest j
ontslagen. Een medegevangene maakte den bewaarder opmerkzaam, I
dat de ontslagene verschillende klecdingstukken zou hebben ontvreemd, I
en bij onderzoek vond men, dat hij een linnen broek als voering in
zijn gewonen broek, een hemd, behoorlijk met de slippen naar binnen
in zijn borstrok en eenige paren sokken, in het kruis van zijn broek
en in de voering van zijn jas had vastgenaaid, zoodat hij er iu
beteren staat uitkwam, dan hij er in gekomen was. Men heeft hem
echter nog in tijds betrapt en van zijne overtollige klecdingstukken
ontlast, om later, wclligt in gewoon tenue, rekeuschap hiervan te
geven. Men had hem om zijn goed gedrag de functie van gatig-
looper of bijbewaarder opgedragen, en in deze kwaliteit raogt het
hem gelukken om zich van die klecdingstukken eu andere voor
werpen meester te maken. De zucht om een borrel te drinken
tegenover het huis van arrest, had hem bedrogen. Ware bij door
gegaan, dan welligt was de vogel gevlogen geweest.
Een kanonnier die dezer dagen te Groningen, door zich op
tc hangen, zijne welverdiende straf poogde te ontsnappen, is bij tijds
in zijn voornemen verhinderd. Hij was, zegt men, op zijne redders
zeer boos, want het zag er ginds, naar hij meende, veel „lekkerder"
uit dan iu de policiekameraanvankelijk toch was bij zoodra hij
hing, aangeland op een eiland van sigaren en worst, gelegen in
eene zee van echte schiedammerwelk een vruchtbaar veld alzoo
voor eene soldatenverbeelding!
In het Volksblad leest men:
„Wij zijn het met het Weekblad van het Regt volkomen eens, dat j
voortdurend op dc afschaffing van de doodstraf moet worden aan- i
gedrongen.
Wij behooren niet ouder die ongevoeligen, die uitroepenhet heeft
geen haast, onschuldigen worden zelden bij ons ter dood ver- j
oordceld, en dat misdadigers uitgeroeid worden, kan zulk een kwaad j
niet. Zulk eene redenering verdooft elk menschelijk gevoel. Is de
afschaffing wenschelijk, dan moet cr voortdurend op aangedrongen
worden. j
Ook wij zouden het zeer wenschen, dat de zaak in onze Kamers
met ernst werd besproken. Het zou een waardige stem zijn, die
uit dc volksvertegenwoordiging opging, wanneer de Tweede Kamer
aan den koning eerbiedig te kennen gaf, dat men meende, dat het
tijdstip gekomen was om de doodstraf af te schaffen. Wurtemberg
is dezer dagen voorgegaan.
Om echter bij den minister van Justitie reeds nu aan te dringen,
dat hij het voorstel daartoe zal aanbieden, daartoe kunnen wij nog
niet komen. Volgens constitutionele beginselen kan de regering een
volksovertuiging niet vooruitloopen, doet een minister het, hij
vertraagt den vooruitgang meer, dan dat hij dien bevordert;
wordt het voorstel der regering afgestemd, dan is er weinig waar
schijnlijkheid, dat er spoedig een nieuw voorstel zal worden gedaan.
Geheel anders is het, wanneer een voorstel gedaan wordt in den
boezem der vergadering. Zulk een voorstel kan jaar op jaar her
haald worden, totdat de regering het tijdstip gekomen acht om tot
de afschaffing over te gaan.
In de Nieuwe Éotterdanische Courant leest men de volgende
advertentie
Wij bidden U, Gemeenteraad!
Herstelling onzer Houttuinstraat.
Indien men daar tc voet door gaat,
Dan blijkt bet, Heeren! inderdaad
Dat zij te wenschen overlaat.
't Plaveisel is in slechten staat:
De stoepen, buiten keur en maat,
Ten speelbal van straatjongens kwaad.
Doen denken aan een honiggraat.
Verbetert men toch wat bestaat,
Eer men tot 't nieuwe overgaat,
Dan noemt men dat een wijze daad.
Wanneer het dus de kas niet schaadt,
Brengt door Trottoirs dan regelmaat,
In onze goede Houttuinstrnnt.
Dat Gij ons steeds maar overslaat
Is deelen met stiefmoeder-maat,
En dit verwekt maar afgunst, haat.
Bedenk dat er geschreven staat:
Zijt uwe naasten niet tot kwaad!
O, Nobele Gemeenteraad,
Gegroet van uw Caninophaat.
De Oostenrijksche rijksraad doet der regering haren invloed op
staatkundig terrein niet onduidelijk bemerken. Ofschoon in dit land
vroeger de invloed der vertegenwoordiging weinig of niets goldt,
nemen de leden van den raad in den jongsten tijd meer en meer
een houding aau van gezag. De financiële commissie, uit zijnen
boezem gekozen, heeft het bedrag der bezoldiging van den gezant
bij het hof te Romeals veel te hoog aangemerkt en die som aan
merkelijk verminderd. Zij heeft, bovendien den minister de vraag
voorgelegd, iu hoeverre bij het bewind bet voornemen bestaat, om,
wanneer eene andere mogendheid ophoudt met Romes bescherming,
zich die taak te laten welgevallen. De minister van buitenlandsche
zaken verklaarde wel, dat de verzekering hiertoe indertijd werkelijk
was gedaan, doch dat hij dc verantwoordelijkheid daarvan niet op
zich nam.
Terwijl in het Huis der Afgevaardigden in Pruisseti de wet op
dc organisatie des legers uanhuiigig is, is een voorstel tot wijziging
daarvan, door een der leden ingediend, niet van belang ontbloot.
De voorsteller is een oud-generaal, wiens zienswijze nog al geza°"
heeft, zoodat er eenig uitzigt is op eene minnelijke schikking, indien
de haïtstogten ten minste niet al te zeer zijn ontvlamd.
De afschaffing der doodstraf is tegenwoordig een punt, dat
allcrwege aan de orde wordt gesteld en tot welks verwezenlijking
men schier geene moeite schroomt. Het is bekend, dat de beroemde
letterkundige Yictor Hugo een der grootste woordvoerders is voor
eene zaak, die zeker wel op algemeeue belangstelling rekening mag
maken. Dezer dagen ontving hij betrekkelijk genoemd onderwerp
twee belangrijke missives, 1. van het bestuur der vereeniging tot
bedoelde afschaffing te Milaan; 2. van een Engelsch philautroop,
den heer Lilly.
Uit eerstgeraeldcn brief bleek, dat te Milaan weldra eene groote
volksvergadering zal gehouden worden ter bevordering van de af
schaffing der doodstraf, c» men riep de hulp van Yielor Hugo in,
om door het toezenden van slechts weinige regelen, de geestdrift
voor de afschaffing tc vermeerderen, en die in heel het Italiaansche
koningrijk algemeen te maken. In zijn antwoord zegt dc beroemde
man van de doodstraf, dat zij is: „een altoosdurende misdaad, de
chandelijkste beleedigiiig der menschenwaarde, der beschaving en
van den vooruitgang."
Ook graaf Hussel!, minister vau buitenlandsche zaken in Engeland,
heeft zijne stem ter gunste van bedoelde afschaffing doen hooren.
Hij wijst er op, welk een toonecl van schaamteloosheid en gevoel
loosheid de uitvoering van een doodvonnis doorgaans oplevert, hoe
weinig benijdenswaard de taak is van den minister, belast om over
het verzoek om gratie een voordragt aan de kroon te doen, hoe
ernstig de aanmerkingen zijn van het publiek en hoe ligt het voor
werp van algemeenen afschuw een voorwerp van mededoogen, ja
van belangstelling wordt. Hij acht, op deze en meer andere gron
den, het uitoefenen van de doodstraf in strijd met de tegenwoordige
gesteldheid onzer eigene burgermaatschappij.
Iu eene herberg in België, kreeg een vader met zijn zoon
twist over een bedrag van vijf centimes. Die twist werd al heviger,
doordien zij beiden middelerwijl veel sterken drank gebruikten, eu
het einde daarvan was, dat de vader zijn zoon om het leven bragt.
Naar men zegt, bestaat er in Frankrijk kans op de aanneming
door den raad van state van hfct stelsel dat de ouders eu voogden
gedwongen zullen worden hunne kinderen of pupillen lager onderwijs
te doen genieten. Dc Staat zal door dezen maatregel met een uit
gave van 35 milioen fr. belast worden.
Op een eenzamen weg iir Frankrijk werd deze week eene
dienstbode aangerand door een sterken man, armoedig gekleed en
met een slok gewapend, die haar toeriep: „uw geld ol' uw leven!"
Oogenblikkelijk haalde de meid hare goedgevulde beurs uit den zak
en wilde zij die overhandigen. „Neen," zeide de arme man, „ik
ben geen dief, vergeef mij mijn stoutmoedigheid, ik ben zoo onge
lukkig en heb honger." De meid haalde een stuk geld uit haar
beurs, hetwelk zij hem overgaf. „Duizendmaal dank,," zeide hy,
„thans heb ik voor eenige dagen genoeg om mijn houger te stillen."
Op eeu bal bij den Franschen minister van oorlog is een
nieuwe cotillon uitgevoerdde militaire cotillou, waarbij een marseh
wordt gespeeld en de hoofdpersoon als tamboer-majoor figureert.
Abd-el-ICader wordt te Parijs verwacht.
Den 20 Maart a. s. zal eindelijk Meyerbeer's Africaine te
Parijs worden opgevoerd. liet wordt waarlijk tijdwant hoe
langer men wacht, hoe meer duizenden francs aan toebereidselen
zullen worden uitgegeven. Bijna ongeloofelijk is het bedrag reeds
aau de mise-en-scène besteedzie hier de cijlers van een paar dier
posten van uitgaaf: het schip, in het derde bedrijf, kost 200,000
frs.Xaudin is geëngageerd voor drie jaren, of liever voor 27
maanden, want van de 36 heeft hij 9 rust, om de hoofdrol in die
opera te zingen, en krijgt daarvoor 300,000 frs.; aan den directeur
der opera te Londen is de som van 200,000 frs. betaald, als afkoop
voor de dames Battu en dc Faure, die 1 Junij a. s. met verlof
derwaarts zouden vertrekken, om gastvoorstellingen te geven, maar
nu bij de opvoering van VAfricaine onmogelijk kunnen gemist wo/den.
Het Vrijdag bij het Lagerhuis ingekomen budget voor het
Engelsche leger bedraagt 179 millioen gulden, en, na aftrek van
hetgeen door de koloniën moet worden teruggeven, ruim 172 millioen,
of 24 millioen minder dan ten vorige jare. Dit is nog altijd ruim
18 millioen meer dan in 185S, maar men neme in aanmerking,
dat het budget in 1860 tot 212 millioen geklommen was.
Gedurende het jaar 1862 zijn te Londen 27,666 personen
wegens dronkenschap in verzekerde bewaring genomen en in 1863
slechts 25,333; van deze getallen waren twee derde mannen en de
overige vrouwen.
Op den avond van St. Valentinsdag werden door het post
kantoor te Londen verzonden 530,000 brieven.
Gedurende de verloopene week hebben te Londen 1567 sterf
gevallen en 2034 geboorten plaats gehad.
Even als in Amerika zal men ook te Londen het zoogenaamde
magnesium-licht in voeren
Deil 23 dezer heeft te Londen plaats gehad de plegtige ter
aarde bestelling van het stoffelijk overschot van den kardinaal
Wiseman. Al wat in Engeland onder de Catholieken groot is van
naam en krachtig van woord, zoomede de vertegenwoordigers, van
de edelste Caiholieke familiën, hebben zich aan den lijkstoet aange
sloten. Do aandrang iu dc straten was zoo groot, dat het betrek
kelijk aau slechts weinigen vergund zal geweest ziju, iets van de