DE OVERWINNING RIJ WATERLOO. BINNENLAND. Art. 1.50. Het Crimineel Wetboek ca bet Reglement van krijgstocht voor het krijgsvolk te lande zijn op dc manschappen der militie te land, die zich ouder de wapenen bevinden, van toepassing cn met opzigt tot dc verschillende gevallen van desertie op al de bij de militie te land ingeliji'dcn. Die manschappen worden geacht onder dc wapenen te zijn 1°. zoo lang zij zich bij hun corps bevinden; 2o. gedurende den tijd, dien het in art. 188 bedoeld onderzoek duurt; 3°. iil het algemeen, wanneer zij in uniform zijn gekleed. Helder6 Junij 1865. Burgemeester en Wethouders der gemeente nelder, STAKMAN BOSSE, Burgemeester. L. VERHEY, Secretaris. i. Nog eenigè weinige dagen en er zal ccnc halve eeuw verloopcn zijn, sinds op den 18 Junij 1815 in dc velden van Waterloo ecuc beslissende overwinning werd bevochten op het Fransch-kcizerlijke leger door dat der verbondene Engelschc, Duitschc cn Nederlaiidscho troepen. Groot was de verrassende in druk, innig de dankbare blijdschap nu voor 50 jaren geleden, toen de blijinnar door ons Vaderland weerklonk: „Nederland is vrij, de oveihecrscher is over wonnen!" 's Jaarlijks werd die immer gedenkwaardige gebeurtenis herdacht met dankzegging aan God, die cene zoo blijde uitkomst iu den nood deed komen. Eu thans, op het gouden feest van die zegenrijke overwinning, worden dc roemrijke gebeurtenissen dier veelbewogen dagen levendiger dan ooit voor do verbeelding teruggeroepen. Ter bevordering hiervan willen we in dc volgende regelen in korte trekken de aanleiding tot cn het verhaal van het gebeurde bij Waterloo schetsen. Keizer Napoleon I, aan wicn door de vorsten van Europa iu 1814 het eiland Elba, nabij de Italinansebc kust iu dc Middellandsclic zee gelegen, was toege kend, kwam den 1 Maart van liet volgend jaar uit zijne ballingschap terug, landde bij Cannes op do Eransehe kust en kreeg in een ongeloofclijk korten tijd het leger weder aan zijne zijde, gelijk ook een groot deel der bevolking des lands. Koning Lodewijk XVIII, die iu liet vorige jaar door den val en de voruedering van Frankrijk en de zegepraal der vreemde legers was op den troon gekomen, vond, tegcuover zijnen beroemden tegenstander, weinig sympathie bij zijne onderdanen en vlugttc naar dc Nederlanden. De togt des keizers naar Parijs was, ondanks den eed door het leger aan het Stamhuis van Bourbon gedaan, veeleer ecu zegepraal dan een kruistogt. Do krijgsbenden, afgezonden ter bestrijding van den terugkeerenden balling, schaarden zich bij diens eerste toespraak aan zijne zijde cn de drickleurvlag van het keizerrijk wapperde weldra van de Fransche torens. De vorsten van Europa zagen helder in, dat zelf verdediging het gebood Napoleon te bestrjjdcn. Reeds had koning Willem I, gedurende den korten tijd zijner regering, ecu eigen krijgsniagt gevormd, die thans uitmuulend te stade kwam, om met de Eugelsehe en Duilscbe leger scharen, die zich in de vlakten der Zuidelijke Nederlanden hadden gelegerd, do magt van Napoleon te wederstaan cn Europa te beveiligen voor liet dreigend gevaar. Het Frausche leger, met grootc inspanning in korten tijd bijccngcbragt, telde bij den aanvang van de maand Junij uiet minder dan 200,000 man, voor een groot deel oud-gedienden, met moed bezield om den kamp met het sterke leger der geallieerden te bestaan. Spoedig trok Napoleon met 120,000 man over de Nederlnndschc grenzen. Hier bevond zich een Pruissiseh leger onder bevel van Bliiolier, 117,000 man sterk; een Engclseh-Noderlandsch leger, onder Welling ton, 90 a 95,000 man tellende. Ofschoon het leger der boudgeuootcn in getal van manschappen het Fransche legerkorps ver overtrof, waren er onderschei dene omstandigheden, die tot Napoleon's voordeel strekten. Vooreerst toch waren de troepen der geallieerden zaïnengestcld uit verschillende natiën, waar door dc noodige eenheid, zoozeer bij de Fransche krijgsmagt op te merken, in vele opzigten ontbrak. Ten anderen bestond dc Nederlnndschc krijgsniagt voor het grootste deel uit soldaten, die weinig of in het geheel gceno ondervinding van den oorlog hadden. Eindelijk was het leger van Napoleon zamengcsteld grootoudecis uit oude beproefde soldaten, gehard door vroegere oorlogen, gewoon aan krijgsgevaren, die met geestdrift voor de zaak van hunnen keizer waren bezield. Slaan wij echter den blik op de bevelhebbers, die over dc verschil lende legers het bevel voerden, dan zien wij, dat Napoleon in dezen bekwame onderbevelhebbers miste, zoo als Wellington die iu den Prins van Oranje en generaal de Perponchcr, en gelijk Bliicher in don generaal Gneisenau, een ollicier die door groote militaire bekwaamheden uitblonk, bezat. Alleen Napo leon's meerderheid als veldheer en dc mogelijkheid, dat hij dc geallieerden, die zeer verspreid hunne kwartieren iu dc Zuidelijke Nederlanden hadden betrokken, bij gedeelten kon aanvallen en verslaan, gaven hem kans om op liet sterker leger der geallieerden te zegevieren. Den S Junij trok de keizerlijke garde op marsch naar de Nederlanden, ter wijl de keizer zelve den 12den zijne hoofdstad vorlaat. Den 14dcn plaatst hij zich aan het hoofd van hot leger, waarvan hij iu ecne legerorder aan zijne troepen kennis geeft. Napoleon herinnert daarin aan de roemrijke veldslagen van Mareugo en Friedland, van welke overwinningen de 14de Junij de verjaar dag is. „Daar," zegt hij, „daar werd het lot van Europa beslist, doch wij zijn te edelmoedig geweest; wij hebben geloof geslagen aan de eeden en beloften der vorsten, die wij op den troon lieten cu die zich tlmns tegen Fraukrijks onafhankelijkheid en heiligste regteu ten strijde begeven. Soldaten! die Pruissen, thans zoo opgeblazen van trots, licht gij overwonnen te .Tena toen zij driemaal, te Montmirail toen zij zesmaal talrijker waren! Voor ieder Franschman, die moed liecft, is het uur gekomen om te overwinnen of te sterven." Den volgenden dag, den 15 Jnnij, rukte het Fransche leger in drie afdce- lingen naar de Sarahre op, met bestemming zich te vcrccnigen tussehen Mar- chieunes en Charleroi en om aan de overzijde der rivier den vijand aan te vallen. Met eeue nfdecling zijns legers tastte Napoleon op den IC Junij de Pruissen aan bij liet dorp Ligny. Na een lievig gevecht drong hij hen tot den terngtogt en Bldchcr was genoodzaakt naar Wavrc tc wijken. Het doordringen van cene andere afdccling des Franschen legers, onder maarschalk Ncy bij Qnatre-Bras, werd echter belet door de onverschrokkenheid der Ncdcrlandsche, Engelschc cn Duitselie troepen, onder aanvoering van den Prins vim Oranje. Ilicr streed de prius tegen cene bijna dubbele overmagt der vijanden een geruimen tijd met afwisselenden kans, cu hield den vijand zoolang tegen, totdat eindelijk versterking kwam opdagen. Ncy was genoodzaakt om tegen den avond den strijd op te geven en terug te trekken. Deze strijd kostte den bondgenooten groote verliezen; van de Nederlanders alleen waren bij do J00 man gesneuveld, gewoud of vermist. De verdediging van Quatre-Bras was voor het lot van don strijd van het uiterste gewigt. Indien do vijand hier had kunnen binnendringen, hot Pruissischc leger had als het ware afgesneden geworden en vernield en eeue beslissende slag ware onmogelijk geworden. Wellington gebood nu den terugtogt cn vestigde zijn hoofdkwartier tte Waterloo, ten einde gemeenschap te hebben met het op Wavre teruggeweken Pruissiseh leger. Waterloo is ceu dorp aan den uitgang van het boscli van Soiguies, ten Zuiden vau Brussel. Vandaar breidt zich eene golvende vlakte uit, doorsneden vau dcu grootcn straatweg tussehen Brussel, Charleroi en Ni- velles cn bedekt met dorpen, gehuchten cn pachthoeven, waaronder Mont- St. Jcan, Brainc 1'Alluid, dc herberg Ia belle Alliauce, dc hoeve J,a Hnyc- Sainte cu het kasteel Hougoumont, allen namen, welke in dezen strijd grootc vermaardheid verkregen hebben. In die vlakte had den 18 Junij 1S15 de veldslag plaats, die, naar Wellingtons hoofdkwartier, de slag vau Waterloo genoemd wordt. HELDER en NIEUWEDIEP, 7 Junij. In de feestelijke vergadering door het gezelschap Ernst en Scherts, op Dingsdag 13 dezer te houden, zal, behalve het reeds door ons vermeld tooneelstnk„Mirt en Lauweren," worden opge voerd: Onthoudt wo dag!" volksst.uk, voor deze feestelijk vergadering van Ernst en Scherts bewerkt naar het volksstuk van dien naam. Het 1ste tafereel van laatstgenoemd stuk speelt te Leeuwarden in November 1S13, het tweede nabij het slagveld van Waterloo in Junij 1815. Hit stuk zal in costuum worden opgevoerd. Naar wij vernemen, is er besloten om de alhier woonachtige oude strijders uit het tijdperk 18131815 uit te noodigen tot bijwoning der feestvierende vergaderingen van het gezelschap Ernst en Scherts en van de zangvereeniging Nut en Genoegen. Wij vernemen, dat het gecombineerd bestuur der zangvereenigingen alhier besloten beeft dc gelegenheid tot bijwoning van het Concert, tc geven op Woensdag 14 dezer, open te stellen voor hen, die tot heden toe nog niet op de inteekenlijst van hunne deelneming hebben doen blijken. Daartoe zal op den avond der uitvoering gelegenheid zijn, om zich aan den ingang van het locaal van entree-kaarten te voorzien. Tekstboekjes zijn aan het lokaal Tivoli en aan het Bureau van deze Courant tegen betaling van ƒ0,15 te verkrijgen. Naar men verneemt, zal H. M. de koningin omstreeks het laatst van deze maand met Zr. Ms. stoomschip Cycloop naar Enge land vertrekke.n, waar II. M. circa 8 weken zal vertoeven. Het vertrek van Z. M. de koning naar Lucern is bepaald op 1 Julij a. s. Dr. J. A. Lampiug komt voor op het twaalftal predikanten te Hoorn. Naar men verzekert, zou een adres aan Z. M. den koning onder de officieren van het leger rondgaan, ten einde de epauletten, die met de nieuwe uniform in klein tenue vervallen, te mogen behouden. De luit. ter zee 1ste kl. J. W. Visser wordt met 11 dezer op het wachtschip alhier geplaatst, en belast met de policie der adelborsten. Bij besluit van den 3 dezer heeft Z. M. benoemd tot ridders der orde van den Nederlandsellen Leeuw de hecren dr. J. Penn, dr* L. Ali Cohcn, dr. T. H. Blom Coster en dr. L. J. Egeling. De bekende Siameesche tweelingen zijn thans vijftig jaren oud. Een hunner is sukkelend; men heeft dus onderzocht, of zij, indien men den band, die hen zamen snoert, los maakte, nog I konden leven. Toen men nu den band afbond om den omloop des blocds tc voorkomen, vielen de tweelingen in zwijm. Het is dus klaarblijkelijk dat, wanneer een hunner sterft, zij niet kunnen gescheiden worden, en dat dan beiden moeten sterven. Hunne ademhaling is gelijktijdig (synchronisch), wanneer zij kalm zijn; hunne uren van slapen, waken, vreugde, smart en begeerten zijn dezelfde. Gisteren eindigde te Amsterdam het vijftal dagen, ter feestelijke bijeenkomst in het Paleis voor Volksvlijt bestemd bij gelegenheid der opening van den tuinhet aantal belangstellenden was zeer groot. Algemeen is de lof over den aanleg van den tuin, en na verloop van tijd, als het geboomte zal zijn gewassen, is daar ter plaatse een hof te verwachten, die met de fraaiste tuinen in het buitenland zal kunnen wedijveren. De predikant te Arnemuiden, de heer Gobius du Sart, die in dc vorige week cenige stervende poklijders bezocht had, bezweek 11. Maandag aan dezelfde ziekte. Het getal oude strijders van 1S1315, die men te Leiden tegen den 25 dezer verwacht, begroot men thans op 1500, waar voor van 's Rijks wege behoorlijk zal worden gezorgd. Wie Zondag en vooral Maandag heeft gadegeslagen de onge- mcene beweging welke van den vroegen morgen tot den laten avond binnen de straten van 's Gravenhagc plaats had, vooral in de rigting waar de stroomende menigte zich bewoog van liet spoorwegstation naar het Boschwie in dat lusthof dc bonte rijen vermogt te overzien die daar gevormd werden door een onafzienbare filée van équipages door een niet onder cijfers te brengen schaar van duizenden en duizenden stadgenooten en vreemdelingenhij moet wel tot de over tuiging gekomen zijn, dat hoogst zelden, misschien nimmer te voren bij dergelijke gelegenheden, het vooruitzigt op het geuot van een tijdelijk verblijf binnen de bekoorlijke residentie en in hare verruk kelijke omgeving, de voorgalm van de muzicktoonen waarmede Dunkler's wïjdbcroemd corps ons oor pleegt te streelen, en het prachtige weder, eene zoo groote menigte hadden uitgelokt om de beide Pinksterdagen binnen dc hofstad door te brengen. Alleen Maandag zijn van en naar het station 's Gravenhage, ruim 6000 personen vervoerd, waartoe, behalve de vele gewone treinen, meer dan 30 buitengewone treinen hebben gereden. Maar waarlijk duizelingwekkend was bet gewoel der menigte, t,ocn reeds het. vroege middaguur die duizenden en duizenden naar Sckeveningen riep. De aanblik van die omnibussen en rijtuigen, - sehoonc equipages even goed als „snorren", - op die vele gondels welke bet kanaal afvoeren, op die honderden en bonderden voet gangers. Op het dorp zelf gekomen, moest men evenzeer tot de overtuiging komen dat, naarmate in de behoefte wordt voorzien, de aanvraag grooter wordt. Geen enkel établissement, van bet geringste tot het voornaamste, zoowel in als buiten het dorp, of het was tot stampens toe bezet, en wat het Badhuis betreft: toen wij die massa's daar uren achtereen zich zagen voortbewegen, als de kalme zee daarginder, scheen bet ons een oogenblik toe alsof het uitgestrekte terras vooruitweek naarmate van zijne ruimte werd gevergd, om allen zooveel mogelijk van de heerlijke en door geen koeltje bewogen buitenlucht in den waren zin des woords te doen genieten. {Dhl!) De heer L. te Amsterdam bezocht voor cenige weken zijne buitenplaats in den omtrek van Arnhem. Het was eene heldere,

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Heldersche en Nieuwedieper Courant | 1865 | | pagina 2