BUITENLAND.
„Niet omdat (linktrtgcen ijzeren plaat van 4.V duim doorboorden,
noch omdat ze het daaraan verbonden houtwerk in brand staken,
want wij hebben geen kennis genoeg van die dingen om te bcoor-
dcclen van hoeveel beteekenis dat boor- en brandvermogen is, maar
omdat die kogels hol zijn en met hun inhoud zulk een verschrik-
kelijkeu stank verspreiden, dat niemand het in den omtrek kan
uithouden; alleen om dat laatste vermogen achten wij die uitvin
ding der aandacht van alle volken die oorlog voeren, of lust hebben
te voeren, volkomen waardig en wcnschen haar gaarne alom
bekend, namelijk alleen voor zoover het staukvermogen betreft.
Wij zouden de lioop voeden, dat elk gevecht in plaats van een
mcnschonteereud cu ellendig schouwspel, oen hoogst vermakelijk spel
zou zijn, natuurlijk kort van duur, waarbij na het eerste salvo van
stank, de beide legers eenparig met digtgeknepen neuzen zoo snel
mogelijk een goed heenkomen moesten zoeken.
Als vreedzame burgers kunnen wij r.ict anders dan de vinding
van den lieer de Frcmery toejuichen, fuet den wensch, dat hij van
de beide eerste eigenschappen zijner kogels een diep, diep geheim
wil maken."
Men leest in dc Köln. Ztg.:
„l)c cholera neemt in Italië zoowel als in Europeesch Turkije
toe en men zou zeker wei doen, wanneer men in de groote steden
van Duitschhuul, Frankrijk en Engeland, en, voegen wij er bij,
van alle andere landen, ook het onze, zoodanige maatregelen van
voorzorg wilde nemen, welke dc wetenschap op grond van onder
vinding, niet de blinde vrees, aan dc hand geeft. Wij bedoelen:
de verwijdering van alle onreinheden in de straten, van dc dikke
lucht in do huizen, van drinkwater, dat door de nabijheid van ver
giftigde plaatsen bedorven is en van ongezonde, onrijpe voedings
middelen. Vooral herinnere men zich wat door Beijersche genees
kundigen, betreffende de cholera en hare oorzaken, te Neurenburg
en Munchen is medegedeeld, cn wat zij tot verhoeding dezer ziekte
aangeraden hebben. Het zou zeker zeer dwaas zijn, wanneer men
het gevaar wilde overdrijvenhet betaamt echter de regeringen van
alle beschaafde landen, bij tijds te doen, wal gedaau, kan worden,
om den kleinmoedigen den doodc-lijken angst te besparen eu menschen-
levens te behoeden, voor zoover wetenschap cn openbare maatregelen
van gezondheid dit vermogen.
Men kent thans het aantal slagtoft'ers, welke de cholera in
Egypte heeft geëischt. Te Alexandrië, dat 200,000 inwoners telt,
stierven 12,000 raenschen; te Caïro, met cene bevolking van 400,000
inwoners, 30,000 en in liet overige Egypte 40,000, in het geheel
derhalve S2,000 menschen in den tijd van 40 dagen. Te Marseille
heeft dc cholera thans weinig onheil aangerigt, daar, gelijk de bladen
uit die stad melden, sedert dc laatste weken dagelijks niet meer
dan 3, 4, 5 tot 10 menschen daaraan gestorven zijn. Te Parijs
hccrscht dc eigenlijke cholera niet, maar de zoogenaamde cliolerine,
waaraan vele personen lijdende zijn.
Bij het personeel voor den aanleg van Staats-spoonvegen zijn
o. a. bevorderd: tot opzigter lste kl. .T. de Vries Jr.tot opzigters
3de kl. J. M. Breebaart cn F. II. van Etteger; tot opzigter 4de kl.
G. A. Escher.
Beroepen bij de Herst. Evang. Lulh. Gemeente te Amsterdam,
ds. J. P. G. Westhoff, pred. bij de Evang. Luth. Gemeente te
's Hage.
De minister van Finantiën heeft o. a. bepaald dat het kantoor
der directe belastingen en aceijnsen te Schagen zal overgaan van de
zesde in de vijfde klasse.
De kaasmakerij te Hoorn, was in langen tijd zoo ruim niet
als tegenwoordig. Op alle markten in Noordbolland worden thans
wekelijks ruim zooveel stopels aangevoerd als in de beste grastijden
een bewijs van de goede weide, die het vee nu eu in de laatste
weken gehad heeft. Kaas en boter wordt veel gewonnen en daarvoor
worden hooge prijzen gemaakt.
De naald 'tot herinnering aan de komst van Willem I te
Schcvcningcn is thans opgerigt. Zij staat tegenover hot punt aan
zee, waar Willem I in 1813 uit Engeland aan wal kwam. De
hoogte is niet onaanzienlijk, 15 a 16 voet boven het duin; men
heeft er thans een koperen bal op geplaatst, zeker om de aandacht
te lokken. Hot voetstuk rust op 3 trappen van blaauwen steen;
dc naald is van grijs blaauwachtigen steen.
Den 24 dezer zal dc plcgligc onthulling plaats hebben. De
handeling zal geschieden onder de leiding van Z, K. II. prins
Frederik, voor wien eene verhevene estrade wordt opgerigt, om van
daar tot de aanwezigen het, woord te rigtcnvoor de vorstelijke
personen, de genoodigden, de plaatselijke commissiëu, enz. worden
tribunes, en voor het korps van den heer Dunkler een muziektempel
opgerigt.
In de omstreken van Breda, kwijnt dc bloemkool, aldaar een
belangrijk produkt. Ook hccrscht er eene ziekte onder de kalveren.
Den 12 dezer had in het gehucht Calenberg, bij Blokzijl, een
hoog bejaarde vrouw, alleen bij den haard zittende, het ongeluk
voorover te vallen tn het vuur; zich niet kunnende redden, is zij
genoegzaam geheel verbrand.
Het 7de nationale zangersfeest is dezer dagen in Nijmegen
gevierd. De matinéë-musicales cn de voordragten der licdertafels
zijn den 12 eu 13 dezer door een overgroot aantal belangstellenden
bezocht geworden. De uitvoeringen hebben over 't algemeen zeer
voldaan en verscheidene zijn op verlangen herhaald. De verlichte
tent op de Ruïne, voor orchest ingerigt, heeft een prachtig gezigt
opgeleverd. Bij die gelegenheid is besloten, dat het 8ste nationale
zangersfeest in 1S(>7 tc Dordrecht zal plaats hebben.
In dc berigtcn van het eiland Java tot den 30 Junij jl.
wordt gemeld, dat den 18den dier maand te Poermoredjo eene
tentoonstelling van levend vee heeft plaats gehad, die bij uitstek
aan de verwachting cn het daarbij beoogde doel schijnt te hebben
voldaan. Voor de beste paaiden, runderen, geiten en schapen waren
prijzen uitgeloofd, die dadelijk aan dc bekroonde inzenders zijn uit
betaald i)c resident heeft de talrijke aanwezigen in eene gepaste
toespraak indachtig gemaakt om, in hun eigen belang, mede te
werken tot de uitbreiding en verbetering van den veestapel.
Geruststellende berigten zijn er in de jongste dagen uit Duitschland
vernomen. De vrees voor eene botsing tussclien Pruissen en Oos
tenrijk ter zake van de qurestie der Elbe-hcrtogdommen is geweken;
Omtrent de militaire vraagstukken in deze is cene overeenstemming
tusschen beide kabinetten tot stand gekomen, terwijl het uitzigt op
eene zamenkomst der beide vorsten verlevendigd wordt. De concessiën
door Pruissen gedaan, schijnen voor Oostenrijk zeer aanneembaar te
zijn. Men heeft echter op deze wijze nog niet te verwachten, dat
de toestand in de hertogdommen vooreerst eenige verandering zal
ondergaan, alles zal wel voorloopig op denzelfden voet blijven, totdat
hei mogelijk is in alle opzigten ccnc définitive regeling in te voeren.
Het behoeft naauwelijks herinnerd te worden in hoe een bedroe-
venden toestand Pruissen verkeert ten opzigte van de staatkundige
rigting der regering. Toch wil men weten, dat er bij liet kabinet
meerdere vrees schijnt te ontstaan nopens de gevolgen eencr volhar
ding op het ingeslagen pad. Wel is waar is de heer von Bismarck
vol ijver en mot volharding bezield leu opzigte van hetgeen hij noemt
een sterke regering, maar in onderscheidene gevallen wordt er reeds
ook ten liovc cene ernstige stem van waarschuwing vernomen, die
men toch niet geheel en al in den wind kan slaan.
Mededeelingcn uit Parijs verzekeren, dat Napoleons invloed wel
degelijk werkzaam is geweest ter bevordering van Italie's erkenning
door de regering van Spanje. Bij de ervaring echter, dat die erkenning
in hevige mate de verbittering der geestelijkheid heeft opgewekt,
wil de keizer zich gaarne buiten schot houden. Hiertoe is de keizer
des tc meer bereid, omdat hij niet gaarne zelve onder verdenking
van voor Spanje niet wcnschelijkc regeringsdaden wil leggen en
vooral omdat de tegenstanders der erkenning thans luide roepen,
dat de minister-president O'Donnell aan Frankrijk verkocht is. Het
nieuwe ministerie is daardoor in groot gevaar gekomen, want met
bliksemsnelheid is die aantijging van Franschgezindhcid over heel
het schiereiland verspreid, zoodat dc zedelijke kracht van het nieuwe
bewind al dadelijk is gebroken.
Volgens ccn schrijven uit Parijs zou reeds tusschen Frankrijk,
Engeland en Rusland onderhandeld zijn - naar men wil, door toedoen
van Oostenrijk - omtrent hetgeen te doen ware ingeval dc verhouding
tusschen Pruissen en Oostenrijk raogt verergeren.
Volgens een berigt van dc Indcpendance Beige zal de Bel
gische zeemagt ook vertegenwoordigd zijn bij het schouwtooneel
hetwelk de vereeniging van een Engelscli en een Franscli eskader
ter recde van Cherbourg op den 15den dezer zal opleveren. Het
stoomschip la Belgique, hetwelk thans nagenoeg de gansche zeemagt
van België uitmaakt, is van Ostcnde derwaarts vertrokken.
De Hertogin van Brabant is eene stoute en elegante amazone.
Zij doet niet onder voor den besten pikeur. Dezer dagen wilde zij
met alle geweld een paard berijden, dat uitermate schichtig en wild
was en dadelijk begon te steigeren zoodra het een ruiter op zijn
rug voelde. Dc stalmeester, graaf de Grime, deed de hertogin eer
biedig opmerken, dat hij haar dit waagstuk niet durfde aanraden;
ik durf het dier naauwelijks zelf berijden, voegde hij er bij. Maar
zijn verzoek, ja zijn smeeken baatte niets; de hertogin bleef bij haar
voornemen; zij besteeg het dier; dit begon te steigeren; maar on
middellijk diende de hertogin het eene goede dosis ransel met de
karwats toe en binnen een kwartier tijds was het paard zoo zacht
geworden als een lam: het had niet zijn meester gevonden, maar
zijne meesteres.
Eene kleine brochure, zeer geestig geschreven, ofschoon van
Katholieke kleur, is te Parijs verschenen, getiteld: „Circulaire van
den duivel," aan zijne ambassadeurs, consuls, enz.
De weduwe van dr. Couty de la Pommerais (dezer dagen
hertrouwd) en haar minderjarige zoon hebben, met vergunning van
den keizer, en krachtens decreet in het Bulletin des Lois opgenomen,
hunnen familienaam veranderd in die van Noal.
Volgens berigt uit Parijs van 13 dezer zijn dien en den
volgenden dag driehonderdduizend vreemdelingen aldaar aangekomen,
ter bijwoniug van de feesten (den 15 dezer) op Napoleonsdag.
Aan liet stuk, getiteld: „Echo's uit Parijs," voorkomende in
het TJtr. Dagblad, ontleenen wij o. a. het volgende:
„Nog altijd zij 11 hier de procureur-generaal Dupin en de emir Abd-cl-Kader
de twee helden van den dag, gene door zijn veel gerucht makondo brochure
over de buitensporige weelde der vrouwen en deze door het prestige, aan zijn
naar» verhonden. De grijze rcgtsgeleerde, die zich op bijna taehtigjarigen leeftijd
als puritein heeft opgeworpen cn de sehoone sekse op duchtige wijze de les leest,
nu hy zich op een leeftijd bevindt, wanrop hij dit ougestraft kan doen, is niet
dc eerste geweest, die geineend heeft de vrouwen over haar zocht naar weelde
tc moeten" te regt wijzen. Immers, wij lezen reeds in het Oude Testament,
dat Jercmia dc jonge vronwen berispte, omdat zij door buitensporige kleeding
de aandacht der mannen tot zich trachtten te trekken, en hij verweet haar in
liet. bijzonder, dat zij schoenen droegen met belletjes er aan. Zoo ver zijn wij
heden ten dage nog niet gekomen en in het algemeen kunnen wij gerust ver
zekeren, dat, indien de weelde der vrouwen thans meer opvalt dan vroeger, dit
het gevolg is van de betere uiode-toepassing en van den lijueren smaak onzer
dames, maar dat al wat zij dragen, reeds van oude uitvinding is, cn ook in
deze het gezegde van koning Salomo waar schijnt te zijn: „Niets nieuws onder
de zou." De karicaturistcu en onder dezen in het bijzonder Chnra (Vicomte de
Noé) van de Charivari hebbbeu ccn aantal spotprenten geteekend, waarop
do mcrcurialc van baron üupiu allergeestigst vrovdt aan de kaak gesteld. Zoo
ziet men in den Charivari van 9 Aug. cene prijsuitdeeliug op eene meisjes
kostschool, waar de prijs Dupin wordt uitgereikt door de gebrildo Jufvrouw
aan het meisje, dat gedurende het afgeloopcn jaar het meest linar toilet heeft
verwaarloosd cn er dan ook alles behalve bekoorlijk nitziet. De senator, die
bekendis door zijne echt Gallische geestigheid, kon deze voorstelling niet anders
dan zeer satirisch vinden.
De 15 Aug. is nogtans een gedenkwaardige cn ccn sehoone dag voor Frankrijk
en het verwondert ons, dat hij door dichters van naam geen zang wordt waardig
gekeurd. Nooit toch verkoel de Frankrijk in ecu meer bloeijendcn toestand cn
was zijn magt buiten 's lands meer erkend, dan ouder de regering van den
man, die met zoo vaste hand dat wufte volkje bestiert en niet zoo vaderlijke
zorg zijn welzijn behartigt. Oppositio is overal, en in eeu land waar do souvercin
nlleou alle verantwoordelijkheid der regering op zich neemt, concentreert zich
die oppositie natuurlijk alleen tegen hem, maar voor ons en voor allon die
Frankrijk bewonen of bewoond hebben, is het duidelijk dat dc oppositie tegen
Napoleon III veel minder sterk is in Frankrijk dan in het buitenland,
