BUITENLAND. Ter nuauwei'uood hebben onze oude olielampen plaats gemaakt voor petroleum-lampen, of er komt reeds weder eene nieuwe licht- j stof voor den dag, die de zoo spoedig geliefde, maar daardoor even spoedig duurder geworden aardolie wil verdriugen. Nigroin is de naam van deze nieuwe lichts!of, die naar alle waarschijnlijkheid uit Breslau in den handel wordt gebragt. Het verlichtingstoestcl bestaat uit een blikken kannetje; vóór de opening is een zeer lijn gevlochten draad aangebragt, daar is een spons bijgevoegd en een los gedraaid dun lampkatoentje wordt door het blikken pijpje gedaan. Het nieuwe eu eigenaardige dezer nieuwe soort van verlichting bestaat nu daarin, dat uiet de lichtstof zelve brandt, maar een gas er zich uit ontwikkelt, dat de vlam levert. Men giet nl. het lampje vol en laat de spons volzuigen, het overblijvende giet men weer in de flesch. Het katoentje wordt droog iu de lamp gebragt eu blijft ook gedurende het branden droog. De lamp geeft zeven uur een fraai wit licht en heeft het voordeel, dat ze omver geworpen kan worden, zonder iets te bemorsen, daar ze geene vloeistof bevatook brandt de lamp verder, wanneer men haar direot omkeert. Deze i Nigroin-lampen worden ook wonderlampen, genoemd. Een na deel kunnen wij echter ook niet verzwijgen, namelijk dat eene gereed gemaakte lamp na verloop van zeven uur, ook zonder gebrand te hebben, haar gas heeft verloren; er ontbreekt nog eene hermeti sche sluiting aan en wanneer men er in slaagt ook deze aan te brengen, dan zal deze nieuwe stof, die zoo helder als bronwater is eu volgens den reuk uit steenkool schijnt vervaardigd te zijn, reeds een toekomst hebben, daar deze wijze van verlichting de goedkoopste van alle bestaande is. Dagblad De bijeenkomst der Internationale Associatie voor de bevor dering der sociale wetenschappen blijft voor dit jaar bepaald op 23 September, te Turin. liet dirigerende comité heeft eene circulaire uitgevaardigd, waarin de belangstellenden worden uitgenoodigd, eene vergadering bij te wonen, waarvan men de gelukkigste uitkomsten mag verwachten. Eugelschen, Belgen, Nederlanders, Franschen, Duitschers cn Zwitsers kunnen staat maken op de meest gastvrije ontvangst. Gelukkig wordt de staatkundige hemel hoe langs hoe meer helder en komen van tijd tot tijd bemoedigende berigtcn aan, die op de zekerheid van een te wachten Congres heenwijzeu. lteeds zijn de officiële uitnoodigingen tot het bijwonen van een Congres door Engeland, Frankrijk en ltusland tegelijk aan Oostenrijk, Pruissen en Italië verzonden, terwijl men meent verzekerd te zijn, dat Oosten rijks toestemming kan verwacht worden of alreeds ontvangen is. Bovendien houdt men zich verzekerd, dat de mogendheden voor het uitzenden der noodigingen het reeds eenigermate met elkander eens zijn geworden om eenige hoop te hebben, dat het Congres goede resultaten zal opleveren. Te midden dier vredelievende stem ming in de buitenlandsche politiek, verneemt men het zeker niet minder vredelievende gerucht als zoude op de aftreding van von Bismarck als president-minister in Pruissen eenige kans bestaan. En in ieder geval is het eene zeer aangename tijding te vernemen, dat de kabinetten vau Parijs, Petersburg en Londen eenparig er naar trachten ora den oorlog in ons werelddeel tegen te houden. Men verneemt nog de volgende oorlogsberigten Te Weenen vindt men bij voortduring twijfelaars aan het tot stand komen van een Congres en in ieder geval aan gunstige resul taten daarvan. Voor de Oostenrijksche marine worden officieren van gezondheid gevraagd. Op de grenzen van Oostenrijk worden de reispasscn geviseerd. Te Ancona in Italië wordt een vloot geformeerd. In onderscheideue kleinere Duitschc staten worden schikkingen getroffen voor het doortrekken van troepen. De Pruissische regering heeft den uitvoer van granen, hooi en stroo beperkt. In Beijeren zijn 100 officieren bevorderd en 381 tweede luitenants benoemd. De Vlanrasche Koophandel gelooft niet aan een oorlog tusschen Pruissen en Oostenrijk om het bezit van de Elbe-IIertogdomraen. Zoolang die twee mogendheden krakeelen „om een appel en een ei", zou er niet veel kwaad te duchteu zijn, dat er ergens onweder broeit. Immers, de Staat wapent zich niet uit zicli zeiven. Victor Emmanuel weet zeer wel, dat hij niet tegen den Vierhoek is opge wassen. Zelfs de neef uit Parijs durfde zich daaraan niet wagen. De Koophandel gaat zoo ver, van te gelooven, dat Venetie slechts voorwendsel, maar Rome het doel is. Het blad vreest altijd, dat de algemeene vrede ten slotte, schipbreuk zal lijden op Frankryks eisch om compensatie langs den Rijn en in Belgie, op grond, dat Italië zich uitbreidt eu Pruissen het bezit bekomt van provinciën en zeehavens. De jl. Woensdag avond verschenen uitgave van den officielen Moniteur behelst in het wekelijksch overzigt van het buitenlandsche nieuws het volgende: „Frankrijk. Engeland en Rusland wijden hunne zorg aam den stap, dien zij overeen gekomen zijn te beproeven ter verhoeding eener botsing. Ten einde hun voorstel waarlijk nuttig te maken, hebben zij noodig geacht dadelijk de vraagstukken aan te wijzen, welke in behandeling zouden worden gebragt bij de con ferentie die zij aanraden te houden. Het doel der drie kabinetten is geenszins zich als scheidsregters op te werpen in de geschillen, wairover Duitsohbuid en Italië onder de wapens staan, maar enkel cpnen bepaalden grondslag voor de beraadslagingen aan te bieden en de gedachtenwisseling te rigten op die punten, welke huns oordeels redenen van strijd uitmaken: De mogendheden bepalen thans in onderling overleg de bewoordingen der nota, die zij naar Weenen, Berlijn, Frankfort en Florence denken te rigten; en er bestaat grond om te denken dat zij onverwijld in staat zullen zijn ora die gewigtige mededeeliug te doen geworden aan de gouverne menten, voor welke zij bestemd is." De toestand van het oogenblik wordt door la France aldus geka rakteriseerd: Tydperk van afwachting; toeuemende zekerheid nopens hel bijeenkomen van eeue vredesconferentie; onzekerheid omtrent hetgeen zij zal uitwerken." Het blad doet voorts uitkomen, dat tusschen Frankrijk en Engeland de meest gewenschte overeenstemming heerscht, en leidt daaruit nogmaals de gevolgtrekking af, dat, zoo de oorlog al niet zal kunnen vermeden worden, de tegenwoordige onderhan delingen toch een grondslag zullen opleveren voor latere pogingen om den vrede te herstellen. Men denkt algemeen dat het congres zal bijeenkomen; de tjjding van het aannemen van het congres door de betrokken kabinetten is echter nog niet ontvangen. De Mornivg Fost meldt, dat de uitnoodigingen tot het congres ziju verzonden, en dat dit in de tweede helft van Juuij waarschijnlijk zal bijecnkomcu. Prins Karei van Hohenzollern is in het begin dezer week, geheel onverwacht in de Douau-vorstendommen aangekomen en hield, ondanks de afkeuring door de Parijsche conferentie en inzonderheid door Turkije en Rusland tegen zijne benoeming geopenbaard, zijne plegtige intrede in de hoofdstad van Rumanië, onder den tilel vorst Karei 1. Men kan slechts vragen wat de groote mogendheden nu zullen doen eu of zij, zoo noodig, gewapenderhand zullen tusschen- beide komen om de bewoners der hertogdommen cn hunnen nieuwen vorst lot reden te brengen. Te midden der bestaande verwikkelingen iu Europa ziet men in de handelwijze van prins Karei (hij is een neef vau Pruissens koning) een gewaagde poging om Oostenrijk te fnuiken, dat immers bij de voorgestelde schikking Rumanië in ruil tegen Venetië zou verkrijgen. Dezer dagen meldde zich tegen den avond een persoon aan hij de echtelieden J., woonachtig te Ben-lez-Huz, en gaf voor, dat hij dezen weg passeerde en op zich genomen had, hen de groeten te brengen van hun zoon, die zich te Antwerpen in garnizoen bevindt De gelukkige ouders waren daarmede zóó opgetogen, dat zij van blijdschap alles aanwendden om den vriend huns zoons een heerlijk souper aan te bieden, terwijl zij tevens verlangden, dat dezen ten hunnent nachtverblijf zoude houden. De onbekende persoon voldeed zoowel aan het een als aan het andere. Den anderen morgen klop ten zij reeds vroegtijdig aan de kamerdeur van den geïmproviseerden gast aan, ten einde hem te verrassen met een heerlijk ontbijt, dat voor hem gereed was gemaakt; maar ach! zij klopten te vergeeefs, er volgde geen antwoord; ten allerlaatste, de slaapkamer binnen getreden zijnde, kwamen zij tot de droevige overtuiging, dat zij te doen hadden gehad met een volleerden gaauwdief, die gedurende den nacht de woning wist te ontvlugten, medenemende verschillende kleederen cn andere goederen, tot een waarde van ongeveer 80 francs. Alexander Dumas, die zelf zich tot geschiedschrijver van Gari baldi benoemd heeft, is naar Italië voltrokken. De Fransche Moniteur berigt, ter wederlegging van daarmede strijdige beweringen, dat de wereld-tentoonstelling te Parijs op het bepaalde tijdstip van 1 April 1867 zal worden geopend. Een Frausch geleerde, de heer Audigier, heeft eene nieuwe methode uitgevonden om lijken te balsemen, zonder aan het ligchaam eenige uitwendige bewerking te doen ondergaan, ja zelfs zonder het te ontkleeden. Zij bestaat eenvoudig in het ingieten in den raoud van een vloeistof, die het ligchaam geheel cn al doet versteenen. De prijs van dat middel is zeer gering, zoodat men eene algemeene toegepassing dezer methode te gemoet ziet. Op een der laatste receptiën op de Tuileriën zou een elzasser, lid van het Wetgevend Ligchaam, den moed hebben genomen, tot den keizer te zeggen: „Sire, Uwe Keizerlijke Majesteit behoort wel waakzaam te zijn en de Rijnprovinciën niet te veel te vertrouwen zij zouden het fransche Venetië kunnen worden." Napoleon III zag den Elzasser strak in het gelaat, sprak zeer bedaard„ik zal er aan denken," en keerde den volksvertegenwoordiger den rug toe. De parijsche studeuten hebben aan de studenten in Duitsch- land en Italië een adres gerigt, waarin zij zeggen, met leedwezen te hebben gezien, dat het opkomend geslacht van Duitschiand en Italië de wapenen opvat tegeu zich zeiven. Zij beweren verder, dat nationaliteiten, vaderland, verschillende rassen en evenwigt niet anders zijn dan zinledige uitdrukkingen, welke nooit tot iets anders hebben gediend dan tot masker voor de eerzucht en den trots van enkele despoten. Zij nemen als eenige leidsvrouw de rede aan, eu verlangen ook slechts één vaderland, de menschheid, te erkennen. De eenige vijanden, tegen welke men in de tegenwoordige eeuw uog behoort te strijden, zouden zij zijn, die de slavernij, de onwe tendheid en de ellende der volken willen bestendigen. Zijn deze vijan den eenmaal overwonnen, dan zouden de volken hun doel: - vrede, eensgezindheid en broederschap, - hebben bereikt. Men meldt uit Parijs dat Roger, de bekende tenor, plotseling krankzinnig is geworden. Bij gelegenheid van de laatst gehouden wedrennen in het Bosch van Boulogne werd tusschen twee schatrijke Eugelschen eene weddenschap aangegaan, waarbij de verliezer verpligt zou zijn 24 in verschillende gestichten van weldadigheid te Parijs verpleegd wordende behoeftigen, aan zijne tafel te noodigen. Lord R. bleek de verliezer te zijn. Deze, een toonbeeld zijnde van Eugelschen trots en hooghartigheid, en alzoo niet anders gewoon dan met voor name personnaadjes om te gaan, kon nu moeijelijk tot het besluit komen om met 24 arme menschen, in zijn hotel en aan zijn tafel plaats te nemen. En toch was bij gebonden door de aangegane weddingschap, waarom hij dezer dagen het daartoe gekozen 24tal eerst liet brengen in een voornaam kleedermagazijn en hen aldaar van top tot teen naar den laatsten smaak liet kleeden, terwijl ver volgens dienzelfden avond de 24 aldus geïmproviseerde dandys in de prachtige salons van het hotel in den Faubourg St. Honoré van dien Engelschman verschenen, rondom den gastheer zich plaatsten en zich aan spijs en drank uitmuntend te goed deden. In de diergaarde te Marseille gebeurde er onlange het volgende een krokodil was, ten gevolge der onvoorzigtigheid eens oppassers, uit het voor hem bestemde waterbassin ontsnapt, en had in de afdeeling der gazellen en in nog andere gedeelten der diergaarde verschrikkelijke verwoestingen aangerigt. Groote ontsteltenis heerschte er onder de bestuurders der diergaarde. Wat was er te doen tegenover zulk een gevaarlijken vijand? Gelukkig was men meester van het water in een oogenblik waren al de bassins, uitgenomen

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Heldersche en Nieuwedieper Courant | 1866 | | pagina 2