BUITENLAND. Aangehoudene burgerlijke personen29 mannen, S vrouwen en 2 jongens. Gestrafte verlofgangers der Militie. 1. Veroordeelden door het KantongeregtS9 mannen, 8 vrouwen en 1 jongen. Gegijzelden om boete ten bate der gemeente: 2 vrouwen. Doortrekkende gevangenen: 14 mannen. Elders veroordeelden, die hunne gevangenisstraf in het Huis van Bewaring alhier hebben ondergaan: 63 mannen, 9 vrouwen en 9 jongens. Voor de voeding der gevangenen en het onderhoud van het ge bouw, benevens van het mobilair, is zorg gedragen. {Wordt ver volf/d). De 48ste verjaardag van H. M. de koningin werd jl. Zondag alhier op gebruikelijke wijze gevierd. Jl. Maandag, voormiddag 10 ure, ontstond er brand in de woning van mejufvrouw de wed. B. Verhey, in de Wachtstraat alhier. Gelukkig dat er zoo spoedig hulp bij de hand was. Een aantal manschappen van het corps Mariniers waren, onder bevel van den kapt. Gcill en den lslen luit. Zaal, juist bezig met exercitiën op den Zeedijk en waren als in een oogwenk tot brandblusschen gereed. De gemeentespuit No. 1 werd met allen spoed ter bestemder plaatse aangevoerd en deed goede diensten. De brand werd weldra in verderen voortgang gestuit, terwijl vooral ook door de aanwe zigheid der militairen eene goede orde bleef heerschen en voor den eigendom der bewoners werd zorg gedragen. De jaarlijksche collecte voor het Fonds tot aanmoediging en ondersteuning van de Gewapende Dienst in de Nederlanden, in deze gemeente gehouden, heeft opgebragt de som van 80.024. Volgens particulier berigt zou Zr. Ms. fregat met stoomvcr- raogeu Adolf va» Nassau den IS dezer van Lissabon vertrekken. Genoemde bodem kan in het begin van de volgende week alhier worden verwacht. Zr. Ms. schroefstoomschip Soestdijk is den 16 dezer ter reedc van Hellevoetsluis aangekomen. De bescherming der Oostcnrijksche onderdanen in Pruissen en Italië is aan de Nederlandsche gezantschappen te Berliju en te Elorence opgedragen. In de legerplaats te Millingen zullen van 24 Augustus tot 17 September 1200 man kavallerie kamperen. De Staatscourant meldt betreffende de cholera het volgende: Sedert het begin der Den 17 en 18 Junij zijn: epidemie zijn: aangetast overleden aangetast overledeu Leiden 66 59 965 608 's Graven hage 34 23 315 196 Delft 37 24 521 303 Botterdam 39 21 804 491 Dordrcoht 50 20 328 175 Gouda 10 2 131 62 Utrecht 96 73 568 321 In de week van den 3 tot den 9 dezer zijn door den veety phus aangetast in Zuidholland 163 runderen, gestorven 56, afgemaakt 9, hersteld 7, aan het einde der weck nog ziek 91; in Utrecht aan getast 86, gestorven 48, afgemaakt geene, hersteld 49in Noord holland aangetast 72, gestorven 13, afgemaakt 43, hersteld 15, aan het einde der week nog ziek 4. Van 20 Mei tot 9 Junij zijn in Zuidholland, Utrecht en Noovdholland te zamen aangetast 1107 runderen. Sedert het begin der ziekte zijn iu Noordholland aangetast 1741 runderen, gestorven 533, afgemaakt 515, hersteld 6S9, nog ziek 4; in Utrecht aangetast 5051, gestorven 2754, afgemaakt 128, hersteld 3126, nog ziek 43; in Zuidholland aangetast 50,124, gestorven 20,209, afgemaakt 9742, hersteld 19,69S, nog ziek 475. Door Z. M. is vernietigd het besluit van den Baad der gemeente Vaals, waarbij aan den onderwijzer der openbare school te Vijlen ontslag was verleend. Genoemd raadsbesluit, genomen op voorstel van burgemeester en wethouders, was in st rijd met de wet op het lager onderwijs van 13 Augustus 1857, die in art. 22 voorschrijft, dat de hoofdonderwijzers bij openbare scholen worden ontslagen door den gemeenteraad, op voordragt van burgemeester en wethouders en den districts-schoolopziener. De Tijd hoopt, dat de regering zal bedenken, dat op dit oogenblik geen staat in Europa veilig isdat binnen weinige dagen de Pruissen aan onze noord-oostelijke grenzen kunnen staan, indien zij namelijk begrijpen dat zij geheel Ilannovcr moeten bezetten dat bij een oorlog, gelijk nu aanvangt, geen regt of tractaat heilig is, en de zelfstandigheid van kleinere volken vooral zal afhangen van de strijdkrachten, welke zij, ter verdediging hunner neutraliteit, aan de grenzen kunnen zamenbretigeu. Op de Jl. Maandag te Schagen gehouden paardenmarkt waren p. ra. 250 paarden aan de lijn, waaronder zeer goed soort. Werk paarden weinig in trek, waarvan de prijzen liepen van 50 tot 100; de handel in rijpaarden was vlugger, en liepen de prijzen van 200 tot 440. Jl. Zondag werd te Zaandam door ds. J. W. Kramers aan de gemeeutc bekend gemaakt, dat hij het beroep naar Leeuwarden bad aangenomen. Uit den eijerenwinkel, aan don hoek van de Oude Molstraat te 's Hage, werden in de maand Mei achtereenvolgens niet minder dan 200 eijeren ontvreemd. Men wist do dader of de daders daarvan maar niet op te spoven, tot dat, op zekeren dag, nu vier weken geleden, een kleine jongen in den winkel op heeterdaad werd betrapt en in handen der policie overgebragt. Al spoedig werd men toen gewaar, dat hij drie medepligtigen had, tegen alle welken proces-verbaal werd opgemaakt, cu dientengevolge stonden zij jl. Dingsdag voor de regtbank teregt. Deze vier jongelingen, waarvan geen nog den ouderdom van 16 jaren bereikt heeft, bekenden volkomen hunne schuld en op de vraag wat zij met al die gestolen eijeren gedaan hadden, was hun antwoord, dat zij die in verschillende buurten aan voorbijgangers onder de waarde verkochten en het daarvoor ontvangen geld versnoepten. Na ailoop van het getuigenverhoor heeft het U. M. gerequireerd schuldigverklaring voor twee hunner aan diefstal cn de beide anderen aan medepligtigheid aan dien diefstal, en veroordeeling van allen tot gevangenzetting iu een huis van verbetering voor den tijd van twintig maanden. De uitspraak is bepaald op Dingsdag a. s. (Z).) Op den 14 dezer gehouden wolmarkt te Mcppel waren de prijzen tegen den afloop buitengewoon dalende. In 't begin bepaalde de handel zich grootendeels tot particulieren voor eigen gebruik en werd alstoen voor de witte wol eerste kwaliteit tot zelfs 75 a 80 et. het halve Ned. pd. betaald, tegen 90 ct. a/ 1 de puik beste zwarte. Later daalde zulks aanmerkelijk, als wanneer onderscheidene koop lieden min of meer belangrijke partijen aankochten, tegen 50 tot 60 ct. het halve Ned. pd. De volgende marktdag is evenwel voornamelijk aan den handel in dit artikel gewijd. De lage prijzen, door de kooplieden besteed, schrijft men algemeen toe aan stremming in den handel met het buitenland, door den oorlog te gemoet gezien. Dr. M. J. de Goeje, schoolopziener in het 3de district van Zuidholland, heeft dezer dagen eene brochure in het licht gezonden, getiteld: „Kosteloos Onderwijs." De schrijver vond aanleiding tot het zamenstellen van dat boekske in een opstel van den heer Buys, geplaatst in het Jauuarij-nommer van de Gids, waarin de meening uitgesproken wordt, dat de heer Groen van Prinsterer in zijn strijd tegen het kosteloos onderwijs door alle liberale elementen behoort ondersteund te worden. Tot de 226 gemeenten in ons vaderland, waar kosteloos onderwijs wordt verstrekt, behoort ook onze gemeente, die daarom belang heeft te vernemen, wat door een voorstander van het kosteloos ouderwijs wordt aangevoerd. De heer de Goeje toont aan, dat de vraag: „zullen de kinderen de openbare of de bijzondere scholen bezoeken?" bebeerscht wordt door eene audcre, namelijk: „zullen de kinderen eene school bezoeken of in onwetendheid opgroeijen In vele gemeenten hangt de beantwoording dester vraag af van het al of niet heffen van school gelden. Het bewijs te leveren dat men niet in staat is het onder wijs zijner kinderen te kostigen dit heeft plaats in gemeenten waar schoolgelden geheven en alleen onvermogend en worden vrij gesteld; daartegen komt het gemoed van den man in verzet. Is hij minder dan zijn buurman, die eenige stuivers daags rijker is Zal deze het regt krijgen om hem uit de hoogte te behandelen? Neen dat kan en dat mag niet. Hij stuurt zijne kinderen dan maar liever niet naar de school. Volgens den schrijver is er maar één weg, waarop de weldaad kan worden bewezen, zonder den beweldadigdc te vernederen het is de naar zijne mcening zoo onregtvaardig beoordeelde kosteloosheid van het onderwijs. Europa zal in den eerstvolgeuden tijd weder een oorlog 2ien gebeuren, die reeds lang aan den staatkundigen hemel zich door onweerswolken liceft aangekondigd. De koning van Pruissen heeft zich met zijn eersten minister naar het leger begeven en de Pruissen rukken op, den Oostenrijkers te gemoet. De middelen van gemeenschap zijn gestremd en alle ellenden van den oorlog staan voor de deur. Italië, mede geheel in krijgsdosch wachtende op een gunstig oogenblik, heeft zich onder de bevechters van Oostenrijk geschaard en met vrees voor de toekomst staart ieder die den vrede en zijne zegeningen lief heeft, de uitbarsting gade van een krijg, die zooveel offers van geld en bloed komt eischen. Men berekent, dat door het Bondgenootschap der Staten, welke in de zitting der Bondsvergadering van 14 Juuij vóur het Oosten- rijksche voorstel gestemd hebben, aan die mogendheid de hulp van een corps van 175,000 man gewaarborgd is. Daarvan worden door Beijeren ruim 65,000, door Wurtembeig ruim 25,000, door Saksen 22,000, door Hannover 24,000, door Hessen-Darmstadt ruim 11,000, door Keur-IIesscn ruim 10,000, door Nassau bijna 7000 en door de 16de curie iets meer dan 3000 man geleverd*. Daaren tegen bedraagt de getalsterkte der Bondstroepcn, waarop welligt door Pruissen rekening kan gemaakt worden (die van Mccklenburg, van de Saksische Huizen enz,), in het geheel niet meer dan 75,000 man. Ouder dagteekening van den 10 dezer wordt aan den Weener Kaïnerad van de Italiaanschc grenzen geschreven, dat het Italiaansche operatie-leger op dat tijdstip bestond uit vier corpsen, te zamen 165,000 man sterk, waarbij nog ongeveer 30,000 vrijwilligers gerekend moesten worden. Het eerste legercorps, sterk 40,000 man cn bestaande uit vier divisien, werd gecommandeerd door generaal Durando; het tweede, zaamgestcld uit drie divisien, en 30,000 mau, benevens 2500 ruiters van de reserve tellende, door generaal Cuechiari het derde, 40,000 man en vier divisien sterk, door generaal Della Rocca; het vierde, uit vijf divisien en 50,000 man bestaande, door generaal Cialdini. In Toscane werd een reserve-leger van 30 a 40,000 man gevormd, en de gezamenlijke Italiaansche strijdkrachten konden, met inbegrip der vrijwilligers en der schutterijen, op 265,000 man geschat worden. De Kamerad noemt dit „eene niet te verachten legermagt." Pruissen en Italië hebben den 18 dezer aan Oostenrijk den oorlog verklaard. Dit berigt wordt door den Franschen Moniteur bevestigd. Het is echter niet bij oorlogsverklaringen gebleven, maar op twee punten zijn de tegen elkander overstaande partijen reeds aan het schermutselen geweest. Bij Friedberg, tusschen Frankfort en Gieszen, is een Ilessisch infanterie regement door de Pruissen uiteen gejaagd daaveutegen moet op de Rumburger straatweg, aan de Bohcemsch-Saksischc grenzen, een eskadron Pruissische kavalleristen zijn teruggedreven. Het geldt hier wel slechts schermutselingen, maar 't zijn toch de eerste feiten. De hoofdstrijd zal echter in Saksen, in welks vlakten zoo dikwerf de groote legers slag leverden, worden gestreden, welligt onder de muren van Dresden. Pruissen, dat geheel open ligt aan den kant van Saksen, had er het grootste belang bij, daar den oorlog over

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Heldersche en Nieuwedieper Courant | 1866 | | pagina 2