BUITENLAND.
De diplomaten zijn thans aan den arbeid om, na al den strijd,
die er heeft plaats gegrepen, voorbereidende maatregelen te nemen,
opdat de vrede weder aaubreke. Men verwacht dat nu weldra eene
wapenstilstand voor den tijd van eene maand zal tot stand komen,
ten einde de oorlogvoerende partijen zich dien tijd ten nutte maken
om onderling overeen te komen over de schikkingen die van het
sluiten des vredes moeten vergezeld gaan. De wapenschorsing, die
thans bestaat, heeft zoolang gewacht eer zij tot stand kwam tenge
volge van Itallie's wenschen naar verlevendiging van het uitzigt om,
behalve Ycnetie ook Triest en het district Trente van Oostenrijk
in bezit te krijgen. Die eisch werd door Italie's bondgenoot, door
Pruissen, niet ondersteund en Italië, dat alleen den oorlog niet kan
voortzetten zag zich eindelijk, vooral ook op aandrang van keizer
Napoleon, wel genoodzaakt om toe te geven en de wapenschorsing
in beginsel aan te nemen.
Men verwacht nu dat Fraukrijks bemiddeling wel in staat zal
zijn om de onderhandelingen tot een goed einde te voeren en gelooft
aan het tot stand komen van een congres of eene conferentie te
Parijs, opdat de mogendheden van Europa in staat kunnen zijn om
de gemaakte beschikkingen, voor zooveel zij er belang bij hebben,
te bekrachtigen.
De overwinning, door de Oostenrijkers by Lissa op de Italianen
behaald, heeft de gemeenteraad van Zara (Dalmatië) aanleiding
gegeven om in een adres aan den keizer zijne gehechtheid en die
van de Dalmatiërs in het algemeen, te betuigen.
Volgens geruchten zou de overeenkomst betrefFcnde de op den 22
dezer aangevangen vijfdaagsche wapenrust, eerst den 25 dezer, des
morgens, formeel onderteekend zijn, zoodat de wapenrust alsnu tot
30 dezer zal duren.
Het, militaire dagblad der Kamerad hoopt, dat uit de wapenschor
sing de vrede niet zal voortkomen. Een zoodanige vrede zou geen
geluk aanbrengen, zou niet duurzaam zijn. Een vrede gesloten op
dit oogenblik, alvorens een nieuwen slag te hebben geleverd, alvorens
nog eenmaal het wnpcngeluk te hebben beproefd met de geheele
strijdinagt van Oostenrijk, zou het hart van duizenden dappere
soldaten met de grootste ontmoediging, met de grootste smart ver
vullen." Ten aanzien van de conditio siuc qua non, de uitsluiting
van Oostenrijk uit den Bond, zegt het blad verder van zijn stand
punt: wOns leger is niet alleen een Oostenrijksch leger, maar het
is en was altijd een Oostenrijksch-Duitsch leger. De commandant
is een Duitscher; de commando's hebben in het Duitsch plaats;
de kern van het leger en het corps der officieren bestaan uit
Duitschers; eu dan zou er sprake kunnen zijn van een vrede,
gegrond op de uitsluiting uit Duitschland, en dat wel op een
oogenblik waarop het leger met den besten geest is bezieldwaarin
de sympathiën van gansch Oostenrijk, ja van Europa, ons zijn!
Dat komt ons onmogelijk voor!
De Constitutionnel wenscht Europa en de menschheid geluk met
de aanneming der vredespraeliminairen door al de drie oorlogende
mogendheden. Die groote uitkomst is door Frankrijk in drie weken
tijds verkregen; een spoed waarvan volgens dat orgaan der Fransche
bewindslieden welligt geen weerga in de geschiedenis te vinden is.
De Pruissen staan zoo digt bij Weenen dat men met een vlug
paard in twee uren tijds ze bereiken kan. Van den toren der
St. Stephanus-kerk kau men de bewegingen van het Pruissische
leger langs den Donau en den spoorweg zeer duidelijk waarnemen.
De toegang tot den toren is dan ook gesloten cu thans door de
officieren der artillerie bezet.
Men schrijft uit Frankfort, dat de omstandigheden waarin de
stad verkeert op den burgemeester Fellner zoodanigen iudruk hebben
gemaakt, dat hij, na de geheime vergadering over de contributie en
en na een onderhoud, dat hij, teugevolgc van het in die vergadering
genomen besluit, met den Pruissische kommandaut gehad heeft, 's
nachts een einde aan zijn leven heeft gemaakt. De tyding hiervan
bragt 's morgens in de stad een hoogstsmartelijken indruk te weeg.
Omtrent de vordering van generaal von Manteuffel, verneemt men
dat de stad bepaald geweigerd heeft de 24,000,000 fl. tc betalen.
De heer llothschild moet tegen den Pruissischen generaal gezegd
hebben: „Wij zullen niet betalen. Gij kunt gerust onze kelders
plunderen, maar gy zult uwe 24 millioen floryncn niet vinden.
Mogt gij echter tot dergelijken maatregel overgaan, dan geef ik u
mijn woord dat ik al mijne wissels op de Pruissische bankiers zal
laten protesteren. Gij zult dan de schoone uitwerking van uw
geweld ondervinden." Het gevolg dier krachtige houding van baron
llothschild was, dat generaal von Manteuffel zijn eisch tot 18 mil
lioen heeft verminderd, die binnen 24 uren moeten worden betaald.
Ter nadere beoordecling van de positie waarin de stad Frankfort
door Pruissen is gebrugt, diene dat de stad niet meer dan (50,000
zielen teltdat zij ecu zeer beperkt budget lieeft en eigenlijk slechts
7000 personen in de belastingen bijdragen. Twee derde van al de
directe belastingen worden door slechts 700 personen bijeengebragt.
De meerderheid der Frankforters is zeker niet rijk cn de burgerij
is bovendien uitgeput, o. a. door de inkwartiering van 60,000 man.
Volgens latere berigten is de toestand nog niet verbeterd, en naar het
schijnt heeft de Pruissische opperbevelhebber van zijnen eisch, om
betaling der bekende oorlogsschatting, niets laten vallen. Van officiële
Pruissische zijden wordt niets onbeproefd gelaten om den maatregel
te verdedigen; zoo b. v. bevat de Staatsameiger een vormelijke akte
van beschuldiging tegen de vrije stad, die voor de volgende in het
oog van Pruissen strafwaarde handelingen behoort te boeten: stel
selmatige vijandigheid van het stadsbestuur tegen Pruissen; het
niet beletten dat de Frankfortsche dagbladen den koning hoonden
cn beschimpten; schennis der verdragen; beschadiging van Pruis9isch
eigendom; deelneming aan deu oorlog van Oostenrijk en zijne, bond-
genooten tegen Pruissen. Voorts verklaart het kabinet van Berlijn,
dat de oorlogsschatting niet bedraagt 25 millioen boven de reeds
gevorderde 5,800,000 gulden, maar niet meer beloopt dan het eerst
genoemde cijfer, vertegenwoordigende ongeveer 2| pCt. van het
vermogen der ingezetenen. Of het gedane voorstel tot het sluiten
eener leening, ten einde aan het verlangen van generaal Manteuffel
gevolg te geven, is of zal worden aangenomen, weet men nog niet.
Inmiddels zijn de regeringen van Frankrijk, Engeland en Itusland
met de schandelijke handelwijze van Pruissen ten aanzien van
Frankfort bekend gemaakt.
De vau verschillende zijden inkomende berigten omtrent de ver
pleging der gekwetsten in de Boheemsche en andere hospitalen luiden,
naar omstandigheden, bevredigend. De officieren van gezondheid zijn
gedeeltelijk afgelost door pleegzusters, behoorende tot^Protestautsche
diakonessenhuizen en lioomsch-Katkoliekc klooster-orden. Deze
pleegzusters zullen eerlang bijgestaan worden door eene vereeniging
van jonge mannen, meerendeels studenten in de theologie, welk zich
daartoe, tengevolge eener oproeping, ten getale van 200 aangemeld
hebben bij den heer Wichern, hoofdbestuurder van het Bauhe-Haus
te^ Hamburg. Voorts zijn sedert het bcgiu van den veldtogt, nog
vóór de aankomst van pleegzusters in de hospitalen, op de slagvelden
zeiven uitmuntende diensten bewezen door de heeren van Sint-Jan.
Afgevaardigden van deze ridderschap, wier hoofdzetel te Berlijn
gevestigd is en welke over het geheele land hare vertakkingen heeft,
hebben menigmaal in liet heetst van den strijd, of onmiddelyk na
afloop daarvan, het werk van hospitaal-bedienden verrigt.
Men weet dat de Jtaliaanschc vloot onder bevel van den admiaaal
Persano den 18 dezer Lissa gebombardeerd heeft. De vloot bestond
uit 20 bodems, waarvan 12 gepantserden en 8 die deel hadden
uitgemaakt der voormalige scheepsmagt van den koning van Napels.
Bij het bombardement van den 18 hadden eenige schepen zeer
geleden. Merkwaardig was het daarbij dat de gepantserde schepen
juist het krachtigst den nadeeligen invloed van het schokken en
kraken van het geschut hadden ondervonden en daardoor nog meer
dan door het doorboren schade verkregen.
Persano meende evenwel den strijd te moeten voortzetten en zulks
met het doel de haven te kunnen binnenvallen en de afsluiting te
forceren, ten einde een 2000 man te ontschepen, wier operatien uit
de verte door het vuur der kanonnen zouden kunnen worden gesteund.
Dit geschiedde den 17. Het binnenvallen der gepantserde schepen
slaagde niet; zij konden zich uiet staande houden, na in het Kanaal
Saint-Gcorge te zijn binnengedrongen, hetwelk zij forceerden. De
Italianen konden maar geen vasten voet krijgen. De soldaten van
de vloot werden door het garnizoen van het eiland, grootendcels
zelf uit Italianen bestaande, niet als vrienden ontvangen. Bedoeld
garnizoen, hoewel weinig talrijk, wist den aanval te land met eene
energie schier zonder wedergade te weerstaan eu was zeker mede
oorzaak van het haastig weder-inschcpen der compagniën van de mariniers.
Men nam eene brcede positie in. De Oostenrijksche vloot die
Pola verliet bestond uit 11 schepen, waaronder slechts 5 gepant
serden. Die raagt is daarenboven geheel de zeemagt die Oostenrijk
in de Adriatische Zee bezit. Doch haar materieel is uitmuntend,
nieuw, solicdc en bemand met zeelieden, zooals men ze maar zelden
zal aantreffen. En wat alles zegt, het is de admiraal Tegetlioff die
de vloot tot bevelhebber verstrekt.
Ware Tegethoff, met zijn onuitputtelijke krijgsgave en dien takt
en militairen blik, die voor den veldheer onmisbaar is, soldaat in
plaats van zeeman, dan had Oostenrijk in zijne jaarboeken de
treurige nederlaag van Sadowa niet te vermelden cn bovenal zouden
de Pruissen de grenzen van Boheme niet overschreden hebben.
Den 20sten in den morgen, kondigde de wacht van de Italiaan-
sche vloot de nadering aan van het Oostenrijksch escader. Het
vertoont zich in volle zee, onmiddelijk zich voortbewegende naar
de plaats van den strijd. Persano schorst thans zijn aanval om
den vijand te gemoct te zeilen en den strijd te aanvaarden.
De strijd ving den 20sten aan in den morgen. Persano voerde
het bevel op de Affondatore en Tegethoff op de Perdinand
Maximiliaan.
Na eenige manoeuvres, waaromtrent de tijdingen geene bijzon
derheden meldden, en na eenige uren van hevige kanonnade, is cr
op de Italiaansche vloot de grootste verwarring aangerigt. Van de
Affondatoredie met TegethofTs schip het eerst slaags raakt, is de
achtersteven reeds vernield en het schip trekt zich terug ua een
hardnekkig gevecht.
Het gepantserde schip Ré d'Iialia, door de kogels geheel door
boord, krijgt van alle zijden water in en slaat weldra om, met
man en muis wegzinkende. Eindelijk vat de gepantserde kanonneer
boot Palestro vuur en springt uit een.
De strijd voerende vloten hebben een voor Oostenrijk schoonen slag
geleverd. Ditmaal was het lot ongunstig voor de Italiaansche
wapenen, wat daaromtrent de Italiaansche bladen ook zeggen mogen,
die ook deze nederlaag willen verbloemen.
Eene dépêche uit Weenen vau den 21 dezer heft tc dien opzigte
allen twijfel op, waar zij berigt dat het overgebleven gedeelte der
Italiaansche vloot den aanval tegen Lissa heeft vernieuwd, doch
zonder succes. Tegethoff was toch nog daar en op nieuw werd er
eene hardnekkige strijd, van vijf uren, gevoerd. Ditmaal was
Tegethoff wel degelijk de vervolger; eene vervolging die hij voort
zette, tot dat hij stuitte op de afsluitingen van Ancona, waarachter
de Italiaansche schepen, cén voor één cn met vliegende haast, de
vlugt namen.
De Ré d'Italia wa3 een groot pantserschip van 54 stukken, dat
in Amerika gebouwd was en bijua 8 millioen frs. gekost had. De
Palestro was van minder belang. Men zegt dat de Oostenrijkers
alleen stalen kogels gebruikt hebben die met het grootste gemak de
pantsers doorboorden.
De naam van Tegethoff, zegt de Wiener Zeilung, is op aller
lippen. Hij is de eerste vlootvoogd die den zeekrijg met de strijd
middelen van den nieuwen tijd heeft gevoerd. Het gewone denkbeeld
is, dat pantserschepen onder alle omstandigheden sterker dan houten
schepen zijn; doch het is een feit, dat on3 linieschip Kaiser den strijd
tegen vier pantscrschcpcn alleen gevoerd cn roemrijk volgehouden
heeft; of dit feit het onjuiste van dat deukbeeld bewijst, mogen de
mannen van het vak overwegen; in alle gevallen getuigt het van
uitstekend beleid bij den aanvoerder en van volkomen zamenwerking
van alle onder zijn bevel staande strijdkrachten.
De schout-bij-nacht Tegetthoff, die de Oostenrijksche zeemagt in
het gevecht bij Lissa aangevoerd heeft, is door den keizer tot
I vice-adrairaal bevorderd.