Pruisscn is uitgevallen, tegen den wenscli van den Duitschcn Pond is gevoerd, en dat zijne noodzakelijkheid betwistbaar was en betwist werd uit het oogpunt van het regt, gevestigd door de wetten die van kracht waren, en door de verdragen die bestonden, tijdeus bet bcin vnu den krijg. Wapengeweld doet Pruissens wil bovendrijven. °Indieu Pruissen misbruik van zijne zege wilde maken, zou het dan niet kunnen gebeuren, dat er, met het oog op de bepalingen van de vergeten of verscheurde verdragen, mogendheden waren die insgelijks zekere haar nadeelige of hinderlijke verdragsbepalingen zouden willen vernietigen? Wierd Europa's evenwigt gesloopt, zou Europa dan gedoogen dat dit tot uitsluitend voordeel voor de zede lijke en stolfclijke magt van Pruisscn geschiedde? En indien Europa's evenwigt niet meer door het onderlinge overleg der mogendheden te behouden ware, zou het alsdan niet natuurlijk zijn, dat elke van haar voortaan enkel met haar eigen belang te rade ging? „Van Pruissen's gedrag kan thans dc instandhouding der inter nationale regelen, die als eenc overlevering zijn geworden, of hunne volslagen verandering afhangen. „Indien dc leer: „een ieder zorge voor zich", en de leer: „wee den overwonneling" door Pruisscn worden aangenomen, dan zijn wij nog niet aan het eind der politieke verwikkelingen en der ver anderingen in de grondgebiedsvcrdeeling. Indien het regt van den sterkste vooortaan elk ander regt moet vervangen, en indien het oordeel over het regt eeniglijk toekomt aan hem die het regt neemt, dan vangt er voor Europa een nieuw tijdvak aan, en wordt verovering voor de mogendheden een punt, hetwelk enkel van persoonlijk regts- bescf en van de gunstige of ongunstige tijdsomstandigheden afhangt. Dit is ons bescheiden oordeel." De geheelc Ooslenrijksche vloot, met uitzondering van het linie schip Kuiserhetwelk nog in reparatie is, is jl. Zaturdag middag te Triest aangekomen. De nieuwe constitutie der Vereenigde Donau-vorstendommen is door den prins van Hohenzollcrn, zonder raadpleging van de Porte of van de mogendheden, welke de in 185S aan die landen gegeven inrigting gewaarborgd hebben, bekrachtigd, afgekondigd en in wer king gebragt. De wetgevende vergadering heeft bij het herzien der constitutie eenige conservatieve elementen behouden, bepaaldelijk de vcrdceling der volksvertegenwoordiging in twee kamers en de traps gewijze verkiezingen. Maar zij heeft dc doodstraf afgeschaft, van het schoolgaan der kinderen eenc wettelijke verpligting gemaakt en be paalt, dat van liet onderwjjs op de openbare volksscholen om niet kan gebruik gemaakt worden. Verder waarborgt de nieuwe constitutie aan de ingezetenen al de volksvrijhedpn, die de constitutionele regeringsvorm medebrengt. Zij verklaart, dat Wallachye en Moldavië cénen staat uitmaken, onder den naam van Rumanie. De licho du Parlement, het regeringsblad te Brussel, bevat de volgende telegram uit, Berliju „De koning der Nederlanden heeft aan koning Eriedrich Wilhelm van Pruisscn te kennen gegeven, dat hij zich verzetten zal tc-geu de opname van het groothertogdom Luxemburg in den Noord-Duitschen Bond, alsmede dat Z. M. van oordcel is dat de stad Luxemburg heeft opgehouden eene Bondsvcsting te zijn. Hierop heeft de Pruis- sische regering geantwoord, drt Pruissens regt om die vesting met troepen te bezetten, niet voortspruit uit het Duitsche Bondsregt, maar uit de Europesche tractaten vau 1S15, en dat Pruissen niet voornemens is van dat regt afstand te doen." De koning van Belgic is aan de betere hand. Aan het paleis worden toebereidselen gemaakt voor de ontvangst van keizerin Charlotte, zuster des konings. Keizer Napoleon lijdt aan het graveel; hij moet het bed houden. Dc kroonprins is nog lijdende aan de gevolgen van zijn val, die heviger was dan men in de officiële berigteu deed voorkomen. De prins nam les iu dc gymnastiek, werd, terwijl hij bezig was met een zeer mocijelijke oefening, duizelig, en viel van een hoogte van eenige ellen op den grond. Ilij geraakte buiten kennis, doch kwam spoedig weder bij. Hoewel niet bezeerd, is de prins toch sedert dien dag niet welvarende. „Ach, mijnheer, koop een potloodje van mij, voor vijfcenten; 't zal u geluk aanbrengen," riep een arme vrouw te Parijs een geruimen tijd achtereen een klerk toe, dien zij iederen morgen hare standplaats op een der pleinen zag voorbijgaan. De jongeling gaf aan die bede gehoor cu het was voor hem reeds een gewoonte iederen morgen aan de arme vrouw een stuiver te geven, waarvoor hij een potlood ontving, en telkens bedankt werd met de woorden„het zal tot uw geluk zijn." Op zekeren morgen weder met zijn stuiver in dc hand voorbij de standplaats der koopvrouw gaande, was zij tot zijne groote verbazing verdwenen. Hij deed nasporingen, doch kon geen inlichting ontvangen. Maanden verliepen er en onze jongeling hoorde niets racer van zijne koopvrouw. Onlangs echter werd hij bij een notaris ontbodcu, die hem te kennen gaf dat hij eene erfenis voor hem in zijn bezit had. „Voor mij ceue erfenis?" vroeg dc verbaasde jongeling. „Ja," antwoordde de notaris, „van eene vrouw, die er het volgend briefje bij heeft gevoegd„Ik ben aan het einde vau mijn levenik heb noch ouders, noch bloedver wanten. Ik benoem daarom tot mijn ecnigen erfgenaam den heer L., die van mij een jaar lang 's morgens een potlood kocht en wien ik had gezegd, dat dit hem tot zijn geluk zou strekkeu." De jongeling was verstomd. Hij had altijd om de woorden van de koopvrouw gclagchen. Dc erfenis bestond uit vele vaste goederen en eene som van 36,500 francs ongeveer aan effecten. Toen Abd-cl-Kadcr verleden jaar te Parijs logeerde, kreeg hij ook eene uitnoodiging van deu vermaarden belletrist en journalist Emile de Girardiu, om aan ecu diner deel tc nemen, waarop de voornaamste Fransche schrijvers wareu genoodigd. In den loop der gesprekken guf de gastheer tc verstaan, dat het hem aangenaam zou zijn, indien het den cx-emir mogt behagen, zijne „twee zusters" als een geschenk aan te nemen- De Afrikaan boog hoffelijk glim- lagcheud en gaf tc kennen, dat hij getroffen was door het onwaar deerbaar blijk van hoogachting, maar dat zijn harem op dit oogenblik geheel bezet was en hij dus, vóór hij overging tot de aanvaarding van dit geschenk, nog wat moest laten timmeren, om der dames een behoorlijk verblijf te kunnen aanbieden. Do vrolijkste verrassing was op aller aangezigt leesbaar, er werd geglimlacht, ja, eindelijk barstte het gezelschap in een luiden lach uit. Dc „twee zusters" van Emile dc Girardiu was de titel van een door hem geschreven werk. In het jaar 1865 zijn in Engeland voorgekomen 185 moorden, 8 daarvan in Londen54 pogingen tot moord, 5 daarvan in Lon den en 279 gevallen van manslag, 57 daarvan in Londen. De getallen zijn over het geheel grooter dan het vorige jaar. In de met 4 Aug. geëindigde week zijn in Groot-Brittannië 221 nieuwe gevallen van runderpest ter kennis des gouvernements gebiagt, dat is dertien meer dan in de vooraf gegane week. In de door den Slaats-Angzeiger medegedeelde oproeping van van den kroonprins van Pruissen tot het oprigtcn vau een nationaal invaliden-fonds, zegt die vorst, dat de wonden, die de oorlog geslagen heeft, onmogelijk alleen door den staat geheeld kunnen worden. „Het is derhalve de pligt des volks (gaat hij voort), door vrijwillige liefdewerken de toekomst van de dappere zonen onzes vaderlands, die hun leven voor ons gewaagd hebben en door ver minking ongeschikt voor den arbeid geworden zijn, zoo veel mogelijk te verzekeren, en voor de nageblevenen der gesneuvelden op voldoende wijze te zorgen. Met goedvinden van Z. M. den koning wensch ik mij aan het hoofd te plaatsen van een nationaal Invaliden- fonds, 'twelk zich de verwezenlijking vau een en ander ten doel stelt." Aan de correspondentie uit Berlyu van den heer J. Viloort, dd. 8 Aug., aan den Siècle, is het volgende ontleend: „Gisteren avond ben ik afscheid gaan nemen van den heer von Bismarck, die mij zeer wilwillend ontvangen had tc Berlijn, te Horzitz, bij Sadowa, te Nicolsburg, overal. Het familieleven van den staatsman moet geen glazen kast zijn, en toch moet ik u zeggen dat die vreeselijke minister, die door de Weener illustratiön met eene zeis in de hand wordt voorgesteld, in zijn privc-lcven de vriendelijkste en zachtste man der wereld is, goed echtgenoot en vader. In zijn salon ademt men een Eranschen atmosfeer met een geur van oudvaderlijk germanisme. „Toen ik den heer von Bismarck ging verlaten, vroeg ik hem: Neem ik nu vrede of oorlog meö naar Parijs? Vriendschap, duurzame vriendschap met Frankrijk! antwoordde hij. Ik heb de hoop dat Frankrijk en Pruissen voortaan het dualisme zullen vormcu van intellektualiteit cn vooruitgang. En ik ben bepaald van plan eerstdaags Biarritz, mijne verjongingsibntein, te bezoeken." Te Berlijn heeft zich uit de aanzienlijke klasse een comité gevormd tot het verkrijgen van inschrijvingen, met oogmerk om uit de zoo verkregen gelden aan graaf von Bismarck, generaal von Moltke en generaal von Rooi), namens de ingezetenen, een prachtig feestmaal aan te bieden. Daar het comité een spoedigen toeloop van inschrijvers verwacht, heeft het besloten, dit feestmaal reeds Donderdag a. s. te geven. Op grond van de ondervinding in den jongstcn krijg opge daan, zullen voorlaan eenige onderofficieren van het Pruissische leger onderrigt ontvangen in de behandeling van locomotieven enz., opdat zij des gevorderd als machinisten, 9tokers of conducteurs werkzaam kunnen zijn, en het leger onafhankelijk worde van per sonen, die men in 's vijands land niet altijd volkomen kan vertrouwen. Naar men verneemt zal Oostenrijk geen deel nemen aan de Parijsche wereldtentoonstelling in 1867. De oorlog heeft zijne industriële provinciën zoodanig geteisterd dat het niet bij raagtc is zich op die tentoonstelling waardig te doen vertegenwoordigen. Een knaap van nog geen 13 jaren volgde in den onlangs geleverden slag bij Custozza onophoudelijk een huzaren-regiment, totdat hij eindelijk op den stijgbeugel van een der huzaren sprong en hardnekkig weigerde dien te verlaten, uit vrees, zcide hij, dat hij anders zou worden overreden. Al dc gevechten door dat regi ment geleverd, woonde hij zonder angst of klagen bijja zelfs toen men terugkeerde drong bij cr op aan om dienst te nemen. Men maakte hem opmerkzaam dat hij nog te klein cn te jong was om soldaat te worden, maar met stoutmoedigheid antwoordde hij„Om te trommelen zal ik toch wol oud en groot genoeg zijn!" Desniet temin bragt meu hem in de eerste plaats naar het policie-bureau, alwaar men het voornemen opvatte hem tegen zijn wil op een voornaam haudelskantoor eene plaats te bezorgen. Er bestaat echter veel kans dat hij van daar zal deserteren om zich weder naar het leger te begeven. Ten vervolge op hetgeen reeds is medegedeeld met betrekking tot de reis der keizerin van Mexico, diene dat de politieke zending, waarmede deze vorstin zich belastte, dc volgende drieledige strekking heeft: bij keizer Napoleon aanzoek te doen, 1. ora eenc verlenging met zes maanden van het verblijf der Fransche troepen in Mexico, ten einde keizer Maximiliaan tijd hebbc zijn leger tc organiseren cn de kaders der bataillons eu zelfs der compagnicn aan tc vullen door het in dienst uemen van Fransche officieren en onder-officiercu, tot wrelke aanwerving vergunning is verleend; 2. om de terugroeping van maarschalk Bazaine, wiens betrekkingen met het Mexicaanschc hof zeer netelig zijn geworden, cn, in verband met zijn vertrek, om eene verandering iu de wijze waarop het Fransche leger in de provincie des rijks opereert; 3. om uitstel van betaling der uit verschillenden hoofde aan Frankrijk schuldige sommen. Een der Parijsche correspondenten van de Iudcpcndance Behje meldt het volgende aangaande het vertrek dezer moedige vorstin: „Den 6 Julij had keizer Maximiliaan zich zoo laten medeslepen door moede loosheid en vertwijfeling, dat hij het vaste besluit nam een akte van afstand te ontwerpen. Keizerin Charlotte, wier zeldzame geestkracht algemeen bekend is, rukte haren gemaal de pen uit dc hand en verscheurde de akte welke hij reeds bezig was te schrijven. Uit vrije beweging zeide zij tot den keizer: „Welnu, nog een laatste poging kan gedaan worden, cn ik zelve zal zc doen. Alleen van Frankrijk kunnen wij redding verwachten; ik zelve ga naar Parijs en zal den keizer der Franschen onzen toestand blootleggen en hem de concessien vragen, die het Mexicaanschc keizerrijk voor ondergang kunnen behocdeu."" Het bedrag van de staatsschuld der Unie was den 1 dezer 2750 millioen dollars zijnde er 137 millioen dollars in de schatkist.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Heldersche en Nieuwedieper Courant | 1866 | | pagina 3