Hcldersche en Meuwediepcr Courant
B IJ VOEGSEL
1JEJIOORENDE TOT DE
van Zondag' 3 Maart 1807, N3. 18.
Vcrvolo BUITENLAND.
Als ccnc bijzonderheid betredende den grooten componist Ycrdi
wordt uit Parijs gemeld, dat hijbij het hooren van een dissonant, op
een vreeselijke wijze aan zijnen neus trekt eu bij de repetitiën zijner
operas zóó ingespannen en zenuwachtig is, dat hij uu geheele wereld
om zich heen vergeet. Zoo ontving hij verleden weck op een morgen,
dat er eene repetitie vau de nieuwe opera Don Carlos moest gehouden
worden, een zeer grooten wissel, die hem door den directeur der opera
moest worden uitbetaald. Toen hij in de rue le Pelletier kwam, vroeg de
heer Perrin hem den wissel om dezen terstond tc kunnen voldoen,
maar Ycrdi zeidc: „Eerst de repetitie en dan komt de wissel aan
de beurt." Dc repetitie marcheerde dien morgen niet zeer goed, de
componist had herhaaldelijk aan zijnen neus getrokken eu met
zijne handen in den zak heen eu weer gewandeld. Na au wel ij ks
was de iinale afgespeeld, of dc directeur kwam op nieuw
naar hem toe eu zeide-. „Welnu maestro, mag ik u nu vol
doen?" - „Ah zoo, juist," antwoordde deze, „de wissel; waar
hebt gij dat ding nu'?" Yerdi zocht in al zijne zakken, maar kon
het kostbaar papier niet vinden. Eindelijk riep hij liet klassieke:
„Ik heb gevonden!" uit en haalde een duizendtal zeer kleine snip
pertjes uit den zak van zijnen pantalon. Tijdens de repetitie had
hij den wissel onder de vingers gekregen en in zijne zenuwachtig
heid zoo toegetakeld, dal dc wissel niet alleen onkenbaar was
geworden, maar dat men zelfs drie uren noodig gehad heeft om den
wissel op te plakken. liet lijdt echter geen twijfel of de heer
Perrin zou hem toch betaald hebben, al ware hij niet meer presentabel
tc maken geweest.
Ziellier de vertaling van een niet reusachtige letters gedrukte, nut zwaren
rouwrand omgeven advertentie iu dc New-York-Heiald
„Ik, JAMES BROAVN,
fabrikant van doodkisten, doodgraver cn aannemer van begrafenissen. Broadwny,
No. 1108, tc Ncw-Yorlc, heb dc eer aan mijne gcccrde begunstigers en vrienden
aan mijn stadgenooten en aan de gnnsclie bevolking der Ycrceuigde Staten tc
beriglcn, dat ik heden uit mijn fabrieken lieb ontvangen ccn keurige, rijke
sortering van doodkisten van alle mogelijke kwaliteiten, lengten cn prijzen.
Nooit werd u zulk een ruime keuze aangeboden. Ik heb ze van niahony-,
van eiken- en vau gréèncnhout, van ijzer cm van lood en gij kunt ze gevoeld
krijgen met saliju, heel- of half—linnen, katoen of met welke slof gij maar
bedenken kunt, en ik zal ze versieren met zilveren, koperen of gepolijst ijzeren
hengsels cn platen, cn de wapens of opschriften die gij op dc kist verlangt,
worden gegraveerd door de eerste kunstenaars iu Amerika. Voor liefdadige
instellingen lever ik zo per 100 of per 50, niet eu zonder bekleedsel, van
deugdzaam vurenhout, zonder scheuren of kwasten, eu tot een spotprijs. Ik
bezorg u ook hermetisch gesloten kisten. "Wilt gij wijs zijn, hccien eu dames,
dun voorziet gij u reeds bij uw leven vau een doodkistdan zijt gij verzekerd
van een goede woning na uw dood; hebt gij er tehuis geen ruimte voorvoor 1
dollar per jaar nec-m ik ze voor u in bewaring. Let op uw einde! "Wie mijn
uitgestrekt etablissement met een bezoek gelieft te vereeren, zal ik kisten laten
zien met hoofdkussens die het iijnste dons bevatten. Nooit zaagt gij ze zóó
schoon, zóó voortreffelijk, zóó aanlokkelijk; op het zachtste fluweel kan liet hoofd
niet zachter rusten. Ik heb ook gezorgd dat gij er goed uitziet na uw dood;
ecu ruit vau roodachtig gekleurd glas is in het deksel aangebragt, en bij het
aanschouwcu van uw stoffelijk overblijfsel zal ieder moeten bekennen dat gij
meer op een slapende dan op een doode gelijkt; dat gij ceu mooije doode zijt
in den volsteu zin des woords. Iu ecu woord, mijne heercu cn dames, ik heb
kisten die ware paleizen zijn in 't klein en die alle verschrikking vau den dood
wegnomen. Door niemand wordt gij zoo goed bediend cu tevens zoo goedkoop
als door James Brown, Broadwny, New-York. Komt, ziet en oordeelt."
INGEZONDEN.
DE STRAATPREDIKER TE LOKDEN.
Het gemeen dut Twister's nlley, Seven Deal, Ken test reet, Spitalfields en
Kantstrook, Southwark bewoont, gaat nooit naar dc kerk. Open de portalen zoo
wijd «la mogelijk is, laat het incest uitlokkcndsle gelui van dc klokkelorens
hooren, vermeldt op een groot billet dat er een bisschop zal prediken, en op
een nog grooter billet dat er voor hen collecte zal worden gehouden; noodig
het gemeen in 't bijzonder door hen niet den naam van „waarde broeder" aan
to spreken en verkondig zoo luid gij leunt dat de bijwoning van dc werkende
klasse „in buutte jekkerts", van hunne vrouwen en kinderen iu 't bijzonder
wordt verlangd het baat alles niets. Het gemeen zou als één man zulk
eene poging beschouwen als druaijoiij of iels om hen voor den gek te honden
hoewel zij erkennen, dat uwe kunstgrepen buitengewoon listig zijn aange
legd. Zij zijn om hunne eigene spreekwijze te bezigen „niet Le pakken."
Neem vrij hunnen schouwburg op den uenigen avond van de zeven die zij kunnen
missen iu beslag, verg van hen geeue betaling van dc gewone drie stuivers,
geef hun vrijen toegang tot het parterre cn dc galerijen, laat dc voetlichten
helder op branden eu vul het orkest niet godsdienstige muziek, toch toont Jan
Rap zijlui meerderheid boven uwe welgemeende pogingen en toont u den rug
vau zijn verscheurde jas. Jan Rups gowone levenswijze bevalt hem, zij is erfelijk,
gemakkelijker op te volgen cn zij vcrciseht geencrlci oefening of inspanning.
Zondags morgens kan hij tot tien ure toe te bed liggen eu zieh vermaken tot
etenstijd daarenboven als hij 't. verkiest du weelde van een ongewasschcn
cn ongeschoren uangezigt cn tabak naar welgevallen. Als hij duiven licefl
kan bij uitgaan oin ze vliegen le laten; heeft hij honden, dan kan hij ze
medenamen naar de jolige hondengevechten (er is bijna altijd een hondengevecht
iu zulk eene huurt) om hunne ooien te laten verscheuren of de staart af te
laten bijten. Of wel zijn ezel moet het haar gekuipt worden, of er moet een
spaak in het wiel van ziju kruiwagen worden gemaakt, of hij heeft ecu slag-
vink (een goudvink die hij togen ccn ander laat zingcu voor geld). Dit is oen
weinig van het goede waarmede Jan Rap zich bezig houdt gedurende den kerk
tijd. Hebt gij hem iets aan te bieden,' breng het hein dan voor do deur. Hij
kan u immers niet naloopen'? Gij zijt dc verkooper cn gij moet afwachten of
hij koopen wil.
Wie zal dat doen? "Waar is (le man die den moed bezit om zijne tent op
te zetten tc midden vau dc buurten van het gepeupel om de inwoners nieuwe
lampen aan tc bicden in ruil voor dc druipende, slinkende dingen, die gclijk
tcn gloeijende spijker glimmen op plaatsen waar Je zonneschijn os-bekend is
waar men liet licht schuwt uit ongevoeligheid voor het gaode, en waar hij
gecne koopcf vindt voor zijne waar cu er zei is geenc berging voor kan vinden,
voor dat de grootc massa vau het kwade, gedurende langen tij.l opeengehoopt
cu gemakkelijk aangewend er met geweld wordt uitgedreven of vernietigd,
Yvie is de stoute schansgiaver, die geheel alleen tol in het hart van deze
broeinesten vau misdaad en schelmerij durft door te dringen cn daar stand
houden om te verklaren aan de stuursche «augt/.igleii en dreigende oogen
eu dc grijzende van ccn pijpje voorziene monden, die zich rondom hem verza
melen, dat zij allen slecht ziju eu zich moesten schamen? Telkens uls gij zulk
een man ontmoet dan aanschouwt gij een held, cn de schaarste van helden iu
aaumerkiug genomen in dezen drukkende», duren, eu menschenroovendcn tijd,
dan is zulk ecu man uwe nehLing waardig. Daarom wil ik u echter geenszins
beloven dat gij onveranderlijk iu den straat-predikant een persoon zult out-
dekkcu van beschaafde opvoeding en als geestelijke aangekleed.
Ongetwijfeld heeft hij wel het onmisbare zwarte kleed c-n dc witte das aau,
maar tien tegen één, dat de vingers die dc bladen vau lut Beste Boek omslaan,
vcrccld zijn door hamer en bijtel of verschroeid door den gednrigen omgang
niet „eindjes kanis" of dat de top van den middelste» vinger van zijn regturhand
schooncr en jonger schijnt dan geheel het overige gedeelte van zijn vingertal,
omdat deze immers nut een vingerhoed is bekleed.
Het zijn ook gauseh geen gesuikerde pillen die door hem aan het laaghartige
gemeen worden toegediend. liet harde bekleedsel van het begrip van Jan Rap
is even onkwetsbaar als de taajjo opperhuid die ziju gebeente bedekt, hetwelk
dan ook de reden is, dat een prediker dour hel janhagel wordt over
schreeuwd iu uitgejouwd. E'.no goed gestelde fraaije redenering zal op het
geweten van '1 gemeen geenc andere uitwerking doen dan dal die hem doet lagchen.
Men moet hein gevoelig aantasten, de verharde korst der zonde inoet van hem
worden afgescheurd, gelijk men dc ruwe harde rotsen door buskruid laat
springen, liet deugt in ;t geheel niet om het gemeen te vlcijcu eu te streden
eu hem met een zwakke minzame stem cm nieuw leven aan te bieden voor
liet oude; dit zou hij beschouwen als een gedeelte van den kunstmatige» dwang
om hem naar do kerk te kiijgen eu zich er tegen verzetten. Neen, gij moet
hem aantasten op zijn eigen gebied, gij moet hem met beide banden in den
kraag pakkeu en hein flink in 't aangezigt zien en zeggen (veronderstel dat
gij over lut vieren vau den Zondag wilt spreken); „lloor eens hier vriendje.
Mol ii eens voor, dat gij op eenmaal hongerig en naakt waart en hulpeloos in
de wereld, en iemand, die niets niet u tc maken had, u beide dc handen vatte eu
zeide „ziedaar, hnr zijn zeven guiujes. Neem daar zes vau cn voorzie u van
voedsel en klccding cn eone goede huisvesting, dc zevende guiuje is voor mij-
zelve, daar moet gij mij niet om vragen." Zoudt gij niet denken dat gij een
grootc deugniet zijn zoudt, als gij giugt inbreken bij dien goeden man om
hem van dim laatsleu guinjc te berooveu „Zulk een kerel zou ik mollen
als ik er een wist" antwoordt Jan Rap met een dreigend gebaar. „Niemand
zou dat doen dat strijdt tegen de natuur" mompelde dc vergaderde menigte,
het hoofd schuddende lot dat hunne haren, nog koit geleden door de schaar
in de gevangenis gekort, Le hergen rijzen. „Ik weet dat zulks tegen de natuur
strijdt" geeft de prediker berispend ten antwooid met luider stern, „niette
min doet gijlieden nog erger, in elke week dat gij leeft. Waar dc Grootc
Gever vau ;il het goede alle weken van bestolen wordt is inilliocncu malen
meer waardig dan guinjcs. llicr staat liet bevel geschoven: Zes dagen zult gij
arbeiden, enz." Dergelijke redenen, waarvan de bovenstaande slechts een voor
beeld is, vinden ingang bij het gemeen. De onmïddelijkc uitwerking is. dat
hij u aanziet uu l dezelfde woeste bewondering als bij „Detective Tvvitcher"
(speurhond der policie?) aanschouwt, als deze bewonderenswaardige fijne bespie
dende ollicicr een sleutel vindt zoo fijn als een haar, die naspeurt en zaïnen-
knoopl en zamenweeft, tot zijn man in ecu uct verward is waarvan de mazen
zoo sterk zijn als kabeltouwen.
Dan kau het zijn dat Jan Kap zich huiswaarts begeeft cn naar bed gaat, en
het gesprokene bij zichzclvc overdenkt liet komt er maar op aan een onder
werp te bespreken dat hem aanstaat, maar al vindt gij het regte onderwerp,
m al behandelt gij dil ook nog zoo rondborstig, er blijft toch altijd genoeg
vau zijn aangeboren ruwheid iu z.ijn gemoed over om n te trotseren en te gaan
slapen om als een verfrisehle 1'oovcr van gister te ontwaken.
liet is echter verre van de waarheid; als zouden dc zumcuscholingen om ccn
slraat-prcdikcr onveranderlijk uit het gepeupel beslaan. 11c weet verscheidene
plaatsen iu Bondon waar hij even geregeld stand houdt als een geeste
lijke in een dorpskerk en wel voor eene vergadering even zedig en godsdienstig
als er ooit in de kerk komt.
Men moet niet veronderstellen dal deze vergaderingen in de open lucht ontstaan
door gebrek aau gemak iu de kerk. 11c kan do stellige verzekering geven, dat
bijna altijd iu dc oumiddelijke nabijheid vau het spreekgestoelte van den prediker
op de openbare straal, er ten minste één kerlc is (dikwijls twee of drie), die
met meer dan voor drie-vierde gevuld is. lloe komt dit? Dezelfde godsdienst
wordt verkondigt vuu den predikstoel als door den straat-prediker, cn dc
hoorders bij dc eerste worden tot huu gemak van zitplaatsen voorzien. Als zij
geen gebedenboek hebben, krijgen zij een te leen. Als het koud weder is wordt
het gebouw heerlijk verwarmd, cn bij warm weder is liet er koel onder de
schaduw van hare gewelven, terwijl de vergadering bij den straat-prediker
is blootgesteld aau onverwachte stormvlagen, koude wiudcn of aau de lastige
brandende hitte van den zomerzonneschijn. Waarom gaat do verhitte en ver
moeide menigte niet door de vrije kerkportalen en hooit daar liet Evangelie
op hun gemak? Welligt komt het omdat er onder ziju met zulk
eene grootc liefde voor de vrijheid, dat één uur iu een kerkgebouw
onder liet lastige gevoel, voornl stil te moeten zijn en waar het geluid zelfs
van het kraken der laarzen van een geregtsdienaar met een stolc op de eftene
vloer lastig is, om niet to zeggen ouverdriigelijlc. Mogelijk zijn er ook
enkelen, die evenmin zondig als dc beste onzer, maar alleen wat beschroomder
ziju, cn die zoolang niet in de lcerlc zijn geweest, dal zij te schuw ziju gewor
den om met hunne langopgehoople zoudenlast den drempel der lcork te over
schrijden, daarom liever vuu ter zijde de troost vau het Evangelie willen
ontvingen eu boete doen met hut outbloolc hoofd iu den feilen zonneschijn.
Ik vraag verschoouing aau (le gluotc massa anlivroinc bedriegers, dat ik hier
zooveel woorden over geschreven heb, maar ik kan waavlijk niet geloovcn, dat
du prediking op de openbare straat alleen in lage huichelarij bestaat, wiens
mond luide bidt cn lofzangen zingt, alleen om vau de menschen te worden
gezien. Doch hiervan beu >k zeker. Meer dan eens meer dan twee- of
driemalen heb ik rondom den stoel van den prediker oude verzwakte waterige
oogen zien ophelderen door een licht, dat hen vreemd was en als 't ware ver
jongen, gelijk de knoppen in de lente, cu door zorgen verouderde, gerimpelde
aangczigteii, betooverd door eene geheimzinnige uitdrukking, gelijk de klimop
den dorren hagodoor» versiert.
De werkzaamheden vau den prediker langs den weg zijn ook geenszins
uitsluitend aau hel daglicht gebonden. Men heeft opgemerkt, dat toen cr een
avonddienst plaats had iu een afgelegen hoek eu het schemerlicht tot duisternis
overging, cr als ter sluiks iu de buitenste kringen van de vergadering ccni"c
zeer schuwe lieden kwamen opdagen, die nog geen half uur geleden roudslopen
om de aauplak-billcUcn te lezen, met hunne pijpen iu den mond bij muren cn
schuttingen rondslenterden of met grootc ernst dc winkelramen stonden aan te
gapen alsof de EvnugêlSe-prediking het laatste was waar zij aau inocstcu denken.
Noglhnus, zooals ik reeds opmerkte, niet zoodra begon er duisternis tc heerscheu
of deze schuwe lieden naderden met voorzigtigc treden tot den kring van op
lettende menschen om ecnige goede woorden op te rapen, voor dat do leeraar
zijn boek sloot cn zijne hoorders goeden nacht wensehte. liet scheen wel, dat
deze lieden van den buitenstcu kring te vreden waren als zij, oin zoo tc spreken,
slechts den zoom der GoJsdicust konden kussen; duuro.n kwamen de openbare
predikers tot liet besluit om ook in lat donker ccnc vergadering te houden.
De uitslag was buiten verwachting, lu du Mile and road, iu Roscuiniylauc, iu
White Chnjtl, in Shepberdcrslivld Isliiigtou en ccn half dozijn andere" plaatsen
in cn bij Londen, bestijgt de prediker des Zondags avonds en somtijds ook
op andere avonden zijne standplaats en verkondigt daar het Evangelie voor
ccnc vergaderde menigte, wier nangezigtcn door de duisternis nnauwclijks te
zit» zijn. (Naar liet Engclscli.)