BUITENLAND.
jarigen, is door de Hoogc Regering na rijp beraad niet voor
goedkeuring vatbaar geacht. De kamerbewoners zijn dus voorloopig
van de betaling van die belasting vrijgesteld.
Te Schcveningen is het zeer druk. Op vele aanvragen van
nieuwe badgasten moet afwijzend worden beschikt.
Gedurende de laatste dagen hebben zich te Rotterdam acht
gevallen van cholera voorgedaan. De gemeenteraad heeft, het voorstel
van den heer Pincoffs, om voor het oogenblik geene beslissing te
nemen, ter zake van eene vervroegde sluiting tier kermis, tengevolge
van het uitbreken der ziekte, aangenomen, De ingezetenen zullen
van wege.hct stedelijk bestuur met het bestaan der cholera worden
bekend gemaakt en tot voorziglighcid aangemaand.
De heer de Lesseps, de bekende voorstander van de door
graving der landengte van Suez, wordt eerstdaags te Rotterdam
verwacht. Hij zal naar men meldt, hier te lande ecnige couferenticn
houden in het belang dier grootschc onderneming.
Te Barradeel in Friesland is, bij de jongste verkiezing van
een lid voor den gemeenteraad, de bakker II. niet herkozen, maar
in zijn plaats benoemd, de kastelein v. d. M. In een ingezonden
stukje in de Friese/te Courant wordt met deze verkiezing de draak
gestoken en gezegd, dat zij juist volgens de schrift is geschied
De schenker was vrij en werd in de plaats der cere hersteld, maar
de bakker moest haugen,
Eenc bijzonderheid mag het genoemd worden dat bij den
landbouwer R. D. H., to Ocnc, een varken in viermaal 59 jongen
heeft; geworpen; de eerste maal II, de tweede maal 15, de derde
maal 16 en de vierde maal 17.
In de gisteren ontvangen Bataviascho dagbladen, loopende tot
30 Juuij, komen geene nieuwe bijzonderheden omtrent den aardbeving
voor. Uit Samarung wordt geschreven, dat, blijkens eene meer
uaauwkenrigc opneming, op Passar Gcdch, te Djocja, in bet geheel
ongeveer 1100 huizen ingestort zijn.
Aau een particulier schrijven van clou heer J. W. v. d. H., uit Holland
(Noonl-Amorilca) dd. 15 .Tulij jl., ontleeuen wij nog het volgende:
„Wat echter het artikel stoombooten en spoorwegrijtuigen aangaat, staat
Europa (met Engclaud en Frankrijk daarbij) tot, Amerika iu verhouding als de
zeven cents kraam tot den winkel van Brandou. Eenc Amerikaausche rivierboot,
zoo als ik had van New-York naar Albany, moet men hebben gezien om er
zich ecu denkbeeld vuu te kunnen maken. Het schijnt geen vaartuig, maar
een drijvend kasteel met z.es étages. Bovenop ziet men een paar smalle schoor-
stcencn, anders niets; op het dek loopen kan men niet, want dat is er niet,
wel omgangen als balcons. Ook van scheepsvolk of commando bespeurt de
reiziger niets. Het tussehcudek is een ontzaggelijke ruiinte, verbazend hoog,
afgedeeld in ecu gedeelte voor vrachtgoederen, ecu voor paarden (die er een
40tul waren) en een voor rijtuigen, waarvan ook ecu heele hoop medegingen,
en ecu zeer groot gedeelte voor passagiers. Alles is in porcclein geschilderd,
met banken met ledereu zittingen en nette nuliouijhoutcn tafeltjes voorzien en
verdeeld door pilaren met vergulde ornamenten. De eerste kajuit bestaat uit
enorme zalen boven elkander, verbonden door prachtige wenteltrappen van
mabonijhout, ware kunstwerken. De onderste zaal is voor leeszaal ingerigt,
daar viudt men de Amerikaansehc, Eugelsche, Frunsclie en Duitsche couranten
en tijdschriften: de tweede is de convèrsatïczaal, de bovenste de eetzaal. Ieder
is ;s avonds, behalve de vele lichten aan dc zijden, verlicht door 4 groote
kristallen krooncn, alles met gas, want liet reusachtig gevaarte heeft zijn eigen
gasinrigling. liet ameublement is de prachtigste verzameling tapijtwerk, zijde, i
fluweel, damast, spiegelglas, mozaik, marmer, mahonij en palisander, die men i
zich kan denkcu. Op dc marmeren tafels zijn prachtige bloemen aangebragt en 1
in het midden van iedere zaal is een fontein, omgeven door grotwerk en cascades, i
Op verschillende plaatsen op de boot hoeft men kranen, waaruit verscli rivier-
water getapt kan worden, dat men kan drinken; vier salons met keurig
ïugcrigtc bulfets, waar men alles kan krijgen, de dranken allen met ijs toe
bereid, en in het midden der boot eene prachtige salon de coiffure et pour la
roupc des chcvcux, naar do fijnste cischeu der mode ingerigt, waarin men door
negers wordt bediend. Rondom do groote kajuiten zijn cenigc houderde hutten,
verscheidene étages boven elkander, allen even keurig ingerigt. Men kan gerust
van de eerste kajuit gebruik maken al heeft men voor de tweede betaald, mits
men maar als gentleman gekleed is. Wat zegt gc van zoo eene inrigting?
ongelooflijk niet waar. Teinaml vertelde mij dat binnen kort eene nieuwe boot
voor dc Missisippï-rivior gebouwd was, die in pracht van inrigting alle Euro-
pcsche vorsten paleizen verre achter zich liet. 's Morgens waren tien zwarte
knechts bezig om do schoenen der passagiers te poetsen. De passage (eerste
kajuit) van New-York tot Albany, een traject van 12 uren, kost slechts 2
dollars papier 4.00 Hollundsch).
De spoorweg-inrigtingen zijn ook met het grootste comfort daargcsteld, met
kleiuc canapés voor twee personen, iu dc lengte van het rijtuig, 15 aau iedere
zijde, dat is 30 in liet geheel, voor CO personen; zij zijn met keurige trijptcn
zittingen en ruggen bekleed. Ilc spreek uil van de tweede klasse, derde klasse
heeft men niet. De wagens zijn zoj hoag dat de grootste persoon er met zijn
hoed op in kan wandelen. Tussehen de rijen canapé's heeft men den doorloop,
en inen kan van den ccnen wagen in don andoren loopen. Ieder wagen heeft slechts
een duur van vorcu en een van achturen, dat voor don conducteur het voordeel
hoeft dat ze niet telkens buitun langs du wagons bolioeven, zoo als iu Europa,
en daar du zitplaatseu in du lengte van dun wagon zijn, veul gemakkelijker dc
passagiers kunnen hulpen. led re wagon hoeft ceu groote kagchel voor den
winter, een ruim geheim gemak mot urinoir en een groote filtreerraachine met
ijswatcr. Drie zaken van groot gemak voor deu reiziger en toch zoo
eenvoudig. Hut prachtigste echter zijn do slaapwagcus (sleeping-cars). Een
plaats daarin kost cén dollar; zij zijn met canapé's voorzien van het fijnste
fluweel. De wagen zelf is van buiten prachtig mot verguld en schilderwerk
versierd. Op dun grond is een zwaar tapijt, cai aan het eenc einde ceu vrij
groote salon voor liccreu en aau de andere zijde eene voor dames, voorzicu vnu
marmeren wnseh tafels, privaat, verscli water-toestellen en allerlei fijne toilet
artikelen. spiegels, enz. Het rijtuig zelve is kwistig met sierlijke lampen
verlicht. Worde het nu tijd om Le gaan slapen, dau komt een neger en schuift
groote mahoaijhouteu borden boven op du canapé's en legt daartusselien weder
een mahonij houten vloer. Zoo doet hij twee boven elkander. Vervolgens ontsluit
hij een kistje, dat zich beneden in iedere canapé bevindt, waarin matras, kus
sens, spreijeu, dekens, euz. (allen even keurig), haalt vervolgens schoon bedden
goed, bekleedt er matras en kussens m:de en maakt uwe slaapplaats. Ieder
passagier ontvangt elke reis schoon beddengoed. Voor de kooijen, die groot
genoeg zijn voor twee personen, op deze wijs daargcsteld, komen zware damasten
gordijnen te hangen."
IIet honden—Oï'Korn te kotter dam. Als een donderslag klonk liet
dc honden in de ooren, dut zij tengevolge der veeziekte niet meer op straat
mogten verschijnen, zonder hunne meesters of meesteressen aan een touw meê
te voeren. De tijding was vrecselijk, liet lijden groot; maar voor de orermagt
bukkende, onderwierpen zij zich eene poos iu hun lot. Dc ontevredenheid steeg
echter met deu dag cu was ten laatste niet meer te bedwingen. De. gisting
werd nlgcmccn; zoowel de aristocratische sehoothoudcu, als de burgerstand der
jagt- cu poedelhonden eu dc arbeidersklasse die onder wagens loopt, werd door
den zwijinclgeest der revolutie aangetast. Een mops, die jaren lang een school
meester tot baas had, kon zóóveel schrijven, om eene oproeping aan het honden
volk op papier te brengen
„Vertrapte natuurgenootenzoo luidde het in die oproeping, „de tirannie
heeft weer haar afschuwelijk hoofd opgestoken! De camarilla grijnst ons tegen
cu toont ous hare hyenn-tnndenDc aristocratie vertrapt alles met loodcu
rocts'ap. De honden zijn gedoemd om hunne meesters op straat mee te nemen.
En dc aarde beeft niet! En dc Nieuwe Rottcrdamschc Couraut bewaai-t liet
stilzwijgen! Helpen wij ous zclfcn! Vereenigen wij ous! Laten wij in het uur
vau middernacht onze woningen ontsluipen cu ons verzamelen op de Groote
Markt! Komt allen, die liet algemeen welzijn der houden ter harte gaat!
Poedels! Bloeddoggen! Fannics! KeeshondenNewfoundlanders! Moppen! Patrijs
honden! Komt allen die blaffen kunnen en huilen! Vrijheid! Gelijkheid!
nondensehnp I"
Deze oproeping was dc lont in het kruid geworpen. Den gnnschcu dag deden
dc houden niets dan onrustig heen cn weer loopen, terwijl zij, die hunne
meesters met touwen of kettingen op straat meevoerden, elkander blikken van
verstandhouding toewierpen cn ir.ct den staart eene beweging mankten, die
zoo\ci'l als een ted van geheimhouding moest bettekenen.
Het i< Zaturdag den 3den Augustus. Het middernacht-nur dreunt van deu
kerktoren cn van dc acht toegangen, die naar de Groote Markt voeren, ziet
men dc honden als spoken aankomen. De Groote Markt ias zoo vol cu er was
zoo'n gedrang, als rertijds bij ei uc wapenschouwing van dc schutterij. Hel vrije
i viervoetige volk was in massa opgekomen. Men blafte aanvankelijk in hot
1 wilde, totdat een reusachtige hond op een wagen klom, naast hem staande, die
eenmaal deu lof der zotheid had verkondigd.
Ben gemurmel van goedkeuring doorliep dc vergadering. „Turk gaat spreken I
Turk gaat een redevoering houden!" klonk het uit houderde kceleu. Turk blikte
van zijn verheven standpunt op dc vergadering neder, streek met den linker
poot langs oor cn muil, broindc driemaal en sprak
i „Geachte houden en hondinnen! Eindelijk zal dan de dag aanbreken, dat de
mishandelde, vertrapte hond zijn regteu zal doen gelden. (Bravo!)
„Niet langer moeten wc liet dulden, dat de mcuschen ons omncnsclielijkc
wetten opdringen! Op ous gemor hebben ze geen acht geslagen. Wie zich niet
onderwierp werd zonder mededoogen omgebragt. Ik vraag liet u allen, welke
vlijmende smarten onze harten hebben doorboord, als wij de binnen-en buiten
wateren passeerden en ons oog liet lijk zag drijven van een bloedverwant, een
vriend of eenc geliefde (men hoort hier en daar luidkeels snikken), waarmee
we den vorigen avond hadden gesoupeerd, geschertst of gekust!
„Maar de maat is thans vol! Stem in met den kreet: Vrijheid of de dood!
(Een oorverdoovend geblaf van goedkeuring doet zich liooreu.) Wij honden, wo
moeten honden blijven! Aan ons het regt van bluffen, het regt van lieencn
kluiven, het regt om in het vrije tc flaneren. Ann den mensck gunnen wij dc
spraak, de belastingen cn het regt om aau touwtjes le loopen. Mon hooft
bevolen dat wij aan banden moeten liggen, maar dat is dwang! dat is misbruik
van gezag! dat is een aanslag op liet maatschappelijk hondenhok! Wij zouden
liet regt niet meer hebben de menschen tussehen de beenen tc loopen, kinderen
omver te werpen cn met ons geblaf ons misnoegen over den stand van zaken
kenbaar tc maken? Deze heilige rcglen der honden-maatschappij wil mon ons
ontnemen! Die heilige regten, ons door de natuur gegeven!
(Een Keeshond springt op den wagen en besnuffelt deu spreker vol geestdrift.)
„Broeders en zusters! Geachte honden en hondinnen! Ik stel voor om een
voorloopig bewind le benoemen, ten einde al datgene voor te bereiden, wat ons
goed regt kon doen zegevieren."
Onder aanhoudonde bravo's siijgt dc redenaar van de tribune. De, houden
steken daarna do koppen bij elkaar om elkander omtrent dc keus van leden
vau hot voorloopig bewind eens to polsen.
Dnnr gaat plotseling een juichtoon op langs dc Hoogstraat en iu vliegende
vaart komt een bulhouil aanzetten, die in een wij» op den wagen plaats neemt
eu uitblnft; „Heb je T Zondagsblad al gelezen?" - „Neen, neen!" klonk liet
vau alle kanten. - „Mijn baas, de melkboer, is er op geabonneerd; bij ontving
daar straks liet eerste nummer cn las aan zijne vrouw er uit voor, dat Maan
dag, 5 Augustus, de bepaling, dat we niet los mogen loopen, zal worden ingetrokken."
Een hoezee! door al de honden met een bewonderenswaardig ensemble aan
geheven, galmde door dc lucht. De vergadering besloot rustig huiswaarts le
lccercn cn, indien het bcrigt van het Zondagsiilad zich mogt bevestigen
gelijk het zich werkelijk bevestigd heeft de kwestie vau het instellen van
een voorloopig bewind onbeslist te laten.
Zoodoende dreven de doukcrc onweerswolken voorbij, die zich aan den .staat
kundigen hondcnhcmcl hadden opeengepakt. (Zondagsblad.)
Welk een lal vau bcriglcn komen ons den laatslen tijd tegemoet
betreffende de wereldtentoonstelling te Parijs! Zelfs de staatkundige
berigten ontkiemen uit het bezoek door hooge personen aan het
feest des vredes gebragt. Alles vereenigt zich om ditmaal alleen
met den lof van den vooruitgang in tc stemmen, waartoe het bezoek
der tentoonstelling zoo nadrukkelijk opwekt. «Vooruitgang op stoffelijk
en zedelijk gebied!" «Kennis is magt!" //Tijd is geld!"
ziedaar de leuzen van den tegenwoordigen tijd cn bij bet licht dor
Parijsche wereldtentoonstelling worden die leuzen krachtige roep
stemmen tot werken eu handelen, met al den spoed en al die
voortvarendheid die thans worden gccischt.
Als eene parodie op die rigting van den geest des tijds vermelden
wij de volgende beschouwiug, die aan een Britsch tijdschrift is
ontleend«Een van de voornaamste kenmerken van dezen lijd is
spoed. Vooruitgang is de leus. Ieder snelt dan ook met ongeloo
felijken spoed vooruit. In regte of verkeerde rigting, naar dc
veilige haven der fortuin of den afgrond van onherstelbaar verderf,
dat komt er weinig op aan, de spoed is de hoofdzaak. Voort
gaat men, hals over kop, deze de eer, gene de schande tegemoet;
maar ieder bezield door dezelfde vurige begeerte om vooruit te
komen. Gelijk dc jongen uit het verhaal, heeft men geen tijd om
op te houden. Goen stilstand is er voor de gedachte, geen gelegen
heid tot nadenkenvan daag hier, morgen ginds, verwaarloozend
wat er was, voorbijziende wat er is, zelfs bijna niet lettend op dc
toekomst, is vooruit, dc cenige leus. Voort! voort! regt of ver
keerd; veilig of gevaarlijk, zoo moet men voort, doof voor de
waarschuwingen, die men geen tijd heeft te onderzoeken; de lessen
van liet verledone, die men zijn aandacht niet heeft waardig gekeurd,
vergelende; blind voor de onvermijdelijke gevaren, die een bedaarde
blik iu de toekomst zou doen ontdekken. Het is een koortsachtig
opgewonden wedloop, een overspannen worsteling, een vooruitgang
op den tast, waarin orde, vooruitzigt, schikken en voegen uit het
oog verloren wordenwaarin de mensch niet meer den weg terug
ziet, dien hij heeft afgelegd, zijne bruikbare middelen niet opeet,
niet meer zijn tegenwoordigen toestaud zorgvuldig weegt, maar
blindelings eu overijld voortsnelt, op den weg, waarop hij bij
toeval geraakt is, eerlang op eene of andere wijze, het toppunt zijner
kwalijk berekende verwachtingen hopende te bereiken. Onze eeuw is
trotsch op dit kenmerk. Zij beroemt, zij verboovaardigt zich er op.
Men kan iemand, met haren geest vervuld, geen groolcre beleediging
aandoen, dan iicra langzaam te noemenzelfs al herinnert men hem
de goede oude spreekwijs: langzaam gaat zeker! Voorzigtighcid,
kalme berekening, toeleg om deu vooruitgang liever zeker dan snel
te maken, liet zijn allemaal zaken waarnaar volstrekt geen vraag is.
Hij, die alles waagt op één worp met de kans plotseling rijk te
wordenhij, ten minste zoolang zijn waagstuk niet is mislukt,
hij is dc man, dien liet onze eeuw behaagt te eeren. Deze geest
van onbesuisde» haast heeft min of meer ons geheel maatschappelijk
loven aangetast."
Volgens een brief van doctor Bulkens, is er sedert de terugkomst
van keizerin Charlotla in Belgie voortdurend verbetering in haar
toestand
Men spreekt le Parijs veel van een gezegde van een commis
saris-generaal voor de Pruisische afdeeling der tentoonstelling.
Toen hij hoorde dat dc Pruissische paarden geen prijs hadden