hi Zondag 16 Augustus. 26 Jaargang. 1868. N°.99. V A C C1N A TIEN. BINNENLAND. BUITENLAND. tu RF HELDERSUHE ri EN VIEUWEDIEPER COURANT, „Wij huldigen het goede." Verschijnt Dingsdaq-, Donderdag- en Zaturdag namiddag. Abonnementsprijs per kwartaalf 1.30. franco per post - 1.65. U i t g* e v e r Iturcau: A. A. BAKKER MOLENPLEIN, r. 163. C^j. Prijs der Advertentiën: Vau 14 regels 60 cent, elke regel meer 15 cent, behalve 35 cent zegelregt. i Groote letters of vignetten worden naar plaatsruimte berekend. Belanghebbenden worden verwittigd, dat door den Plaatselijkcn Heelmeester, op Donderdag den 20 dezer, des namiddags van 4 tot 5 ure, in de Werk- jnrigting op de Kcrkgracht, eene zitting zal worden gehouden tot het KOSTELOOS VACCINEREN van behoeftigen, en dat daarmede eenigc weken, op den bij elke zitting te bepalen dag, zal worden voortgegaan. Helder, De Burgemeester der gemeente, den 15 Augustus 1868. STAKMAN BOSSE. HELDER en NIEUWEDIEP, 15 Augustus. Omtrent den staatkundigen toestand van Europa zegt de Standard eDi het volgende: Tenzij onvoorziene gebeurtenissen voorvallen, zal de rrede van Europa gedurende dit jaar niet worden gestoord. Keizer Napoleon verzoekt de bewoners van Champagne, vau eene pro vincie namelijk, welke meer dan eenige andere in Frankrijk lijden jon onder het uitbreken van een oorlog, omdat indien de oorlog in Frankrijk zelf gevoerd werd, zij daarvan waarschijnlijk het tooneel jou worden, de Keizer verzoekt hun, te volharden in het ont wikkelen hunner nijverheid: „want niets bedreigt den vrede van Europa 11e Keizer is de eenige persoon ter wereld, die dit weten kan. Welke plannen Pruissen koesteren moge tot uitbreiding van zijne raagt in Duitsehland, op het oogenblik zal die mogendheid geene maatregelen tot het verwezenlijken dier plannen nemen, daar jij aan Frankrijk reden of een voorwendsel geven zouden om zijn veto uit te spreken. Oostenrijk heeft behoefte aan vrede; Rusland kan geen oorlog voeren; en de beduchtheid voor een oorlog, die nog altijd ais een onweerswolk boven Europa hangt, is te danken aan de overtuiging, dat de Keizer der Franscben geen vrede heeft met de veranderingen van grondgebied, welke laatstelijk in Europa hebben plaats gehad, en dat hij slechts eene gelegenheid afwacht tot het doen eener poging om voor Frankrijk het overwigt te herwinnen, hetwelk het verloren heeft. Men kan gerustelijk aannemen, dat geen oorlog zal uitbreken, tenzij Frankrijk hem begint; en daarom is op dit punt eene verklaring van Frankrijks Keizer de eenige, welke waarde heeft. Andere Souvereinen en ministers mogen verklaren, dat zy geene reden zien om het uitbreken van vijandelijkheden te »reezea, en het spreekt van zelf, dat men hun oordeel moet op prijs stellen, doch Keizer Napoleon weet, of er al dan niet oorlog zijn zal, en indien hij den vrede belooft, behoort het meusch- dom gerustgesteld te zijn," Voor eenigen tijd hebben we reeds melding gemaakt van het bestaaude plan om een wedstrijd te houden in het schijfschieten, waaraan door de werkende leden van het Artillerie-Vrijkorps alhier, die minstens een 30tal patronen in het afgeloopen saizoeu zullen verschoten hebben, kan worden deelgenomen. Thans zijn wij in staat te kunnen berigten, dat dit concours bij goed weder op Zondag 30 Augustus e. k. des namiddags ten 1 ure op het schietterrein in de duinen nabij het fort Kijkduin zal plaats hebben. Uit den boezem van het bestuur van het Vrijkorps zijn comraissiën gevormd, die, aangevuld door hh. officieren, voor de rigtige uit voering van den wedstrijd en de daaraan verbonden feestelijkheden zullen zorgen". Deze commissiën zijn volgenderwijze zamengesteld 1. Commissie van orde op het terrein van den wedstrijd: de heeren: Aberson, de Meijer, Wijs, Vries, van Spall en ZurMuhlen; 2. Commissie voor het in orde brengen van het terrein en voor de feestelijkheid 's avonds: de heeren Janzen, Mooy, Polak, Nijliuis, Marinkelle en Snooij3. Commissie voor den aankoop van prijzen en het bijeenbrengen van geldelijke bijdragen, de heerenBosch Reitz, Verhey, de Breuk, van Boozendael en Bouricius. Er zullen, be halve den rozenprijs, negen prijzen worden toegekend. Op het terrein zal aan de contribuerende leden en hunne dames gelegenheid worden gegeven, om zoo nabij mogelijk het concours bij te wonen, binnen eene afgezette ruimte. Er bestaat gelegenheid voor belangstellenden om door het verleenen van geldelijke bijdragen of van prijzen het doel van den wedstrijd te bevorderen, 's Avonds van den genoemden dag zal de uitdeeling der prijzen in het lokaal Titoli plaats hebben. Deze plegtigheid zal door muziekuitvoering opgeluisterd en met een bal besloten worden. Alleen de werkende en contribuerende leden met hunne dames hebben tot deze feestelijkheid toegang, op vertoon van hun diploma. Met genoegen vernemen wij, dat vooral in de laatstverloopene weken door een vrij groot aantal leden van het korps aan de oefeningen in het schijfschieten is deelgenomen. Wij vernemen, dat het plan bestaat om door het Artillerie- Vrijkorps alhier, na het ophouden der oefeningen in het schijfschieten, een of meer algemeene exercitiën in het vuur te doen houden. Gisteren morgen is van hier vertrokken een detachement Mariniers, onder bevel van den lsten luitenant A. H. W. de Gelder, met bestemming naar het kamp van Milligen. Den 23 dezer vertrekt nog een SOtal manschappen derwaarts onder bevel van den 2den luit. J. J. Reeringh. De equipage van de op de Haaks gestrande sehooner is gis teren alhier aangebragt. De lading, uit zout en teerolie bestaande, wordt geborgen. Men berekent het aantal branden, door het onweder in den nacht van 11 op 12 dezer in de noordelijke provinciën teweeg - gebragt, op ruim 30. Aan mr. J. Heemskerk Azn., afgetreden minister van Binnenl. Zaken, is verleend een pensioen ten laste van den Staat ten bedrage van 2547 's jaars. Uit Utrecht wordt gemeld, dat de rang van officier van gezond heid der 3de kl. by de Marine zal vervallen en dat de officieren van gezondheid, in het vervolg te benoemen, alsdan terstond den rang vun 2de klasse zullen verkrijgen. Ook bij het leger zal tot dezen maatregel worden overgegaan, om den militairen geneesheer de noodige achting en invloed te verzekeren. De Vereeniging voor Christelijk Nationaal Schoolonderwijs te Zaandam is als regtspersoon erkend. Tot breedvoerige beschouwingen heeft het gerucht der alliantie tusscheu Frankrijk, België en Nederland dezer dagen aanleiding gegeveu. Door de Arnh. Crt. o. a. is de aandacht gevestigd op eene voor eenigen tyd in het licht verschenen brochure, getiteld: „De Unie der Vereenigde Nederlanden." De schrijver van dit vlug- schrift wijst daarin op het groote belang, dat er voor België en 1 Nederland gelegen zoude zijn in eene naauwe aaneensluiting van beide landen, waardoor hunne onafhankelijkheid tegenover Frank rijk en Pruissen een waarborg zoude erlangen, die, met het oog op het gebeurde in den jongsten tijd wel noodig wordt geacht. Zoo als echter dit plan is uitgewerkt, is dit niet zoo voortreffelijk te achten, dat men de verwezenlijking zou kunnen te gemoet zien. Maar toch is de hoofdzaak, een waarborg voor het zelfstandig be staan der beide rijken, de belangstelling overwaardig. Wel is er niet meer aan te denken om eene herstelling te bewerken van het in zichzelven verdeelde koningryk, zooals het van 1814 tot 1830 be stond. Maar eene Unie voor enkele hoofdbelaugen, met een zelf standig bestaan der beide huishoudingen voor hunne louter binDenlandsche aangelegenheden, is op dit oogenblik hetgeen wij voor beide volken van groot en overwegend belang oordeelen. Het eerste nommer van den tweeden jaargang der Katholieke Illustratie is dezer dagen in het licht verschenen. De uitvoering van dit werk mag uitmuntend heetende gravuren zyn zoo keurig, als men ze zelden in ons land ziet. De uitgaaf van zeven cents per we-k voor de aanschaffing van dit werk, zal zeker bijdragen om zeer velen te doen besluiten er op in te teekenen. Beroepen bij de Doopsgezinde gemeente te Zuid-Zijpe de heer J. F. Bakker, proponent bij de Alg. Doopsgezinde Sociëteit. Op de jl. Dingsdag te Noord-Schermeer gehouden harddraverij dongen 12 paarden, allen bekende harddravers, naar den prij=. 2 stukken fraai bewerkt zilver ter waarde van 140 waren tot dat doel door eenige liefhebbers vereerd. De prijs werd behaald door het vospaard Eva, van den heer J. A. de Wit, te Zijpe en de premie door het paard de Witvoet Moerkop, van den heer C. Eecen, van Oudkarspel. Dit nationaal feest is in de beste orde afgeloopen waartoe de stipte handhaving der reglementen door heeren keurmeesters veel heeft bijgedragen. Uit Oost— en West-Graftdijk wordt dd. 9 dezer gemeld: „Onze geachte leeraar, de heer D. Hnizinga, nam heden afscheid van ons met eene rede over Hebr XIII 8. Yóór acht dagpn werd in zijne plaats benoemd de heer G. Vrycr, proponent bij ■Ie A'g. Doopsgezinde Sociëteit, die tevens een beroep heeft naar Mensingweer. De 83ste algemeene vergadering der Maatschappij Tot Nut van 't Algemeen is jl Woensdag ochtend te Amsterdam in het kerkgebouw der Doopsgezinde gemeente voortgezet en gesloten. In ■lie vergadering zijn geene belangrijke besluiten genomen Eergisteren is in de Doopsgezinde kerk te Amsterdam de algemeene vergadering van het Nederl. Bijbelgenootschap gehouden De voorzitter mr. Messchert van Vollenhoven wees in de openings rede op den arbeid van het genootschap zooals de bijbelvertalingen voor de Indische bevolking, het reviceren van de stilten-vertaling naar den oorspronkelijken druk, enz Aan het slot zijner rede waarschuwde hij tegen de door verschillende oorzaken afnemende belangstelling in dit gewigtige werk en wekte hij op tot meerdere belangstelling in het vervullen van den nationalen pligt, om den bijbel verstaanbaar te maken voor de bewoners van Indië. Uit het verslag bleek o. a., dat de herdruk te wachten was van het laag Maleische Nieuwe Testament; dat de heer Neubronner van der Tunk zijn arbeid voor de bijbelvertaling in het Batakseh geëindigd heeft; dat een afzonderlijke druk van de Maleische vertaling van het Mattheus-evangelie van den heer Klinkert te wachten is; dat door den heer Engelman, zoodra zijne gezondheid het gedoogde, eene proeve van vertaling in het Soendaneesch was toegezegd. Tot voorzitter werd, in plaats van den aftredenden, niet herkiesbaren heer Messchert van Vollenhoven, met bijna algemeene stemmen gekozen de heer jhr. mr. H. H. Roëll, commissaris des Konings in Noordholland; tot onder-voorzitter de heer P. J. J. Mounier; tot leden van het hoofdbestuur de heeren K. T. Ter Nooij Apèl, mr. P. J. Ploos van Amstel, G. D. Uhlenbroek, prof. J. G. de Hoop Scheller en H. A. G. Brumund. Tot algemeene bibliothekaris de heer P. van Limmik. Op Donderdag 20 dezer zal voor de Arrondissements-Regtbank te Utrecht, de zaak worden behandeld van den machinist v. Z., beklaagd van het veroorzaken van het ongeluk op den Rijnspoorweg aldaar, waarvan de dood van een der passagiers het gevolg is geweest. Een aantal getuigen zal worden gehoord, terwijl mr. H. J. van Lier als verdediger zal optreden. De zoogenaamde roodhuiden, die op zoovele kermissen het schouwlustige publiek bij den neus hebben gehad, zijn door toe vallige omstandigheden te Oudewater ontmaskerd. Een der rood huiden had namelijk, als gewoon Hollander gekleed en met een blank aangezigt, den laatsten avond der kermis een uitstapje gedaan, en toegevende aan den trek tot misbruik van geestrijke vochten, die aan dien volksstam eigen is, kwam hij beschonken en naar de raeening van zijn chef wel wat laat te huis. Een hierdoor ontstane twist had ten gevolge, dat de chef eenvoudig zijn weder gekleurde onderhoorige opnam, de tent uit- en tegen een stoep aanwierp, waar deze bezwijmd en eenigszins bebloed bleef liggen, tot de om standers hem opnamen en naar het ziekenhuis vervoerden. Tot hunne verwondering zagen de dragers, dat, waarschijnlijk door bloedverlies, sommige deelen van het ligchaam van den roodhuid van kleur begonnen te veranderen en veel overeeukorast kregen met de kleur van een Hollander; terwijl de kleederen der dragers met roode verw werden bemorst. Doch wat nog grooter wonder was, de roodhuid van het eiland Banga op de Zuidkust van Afrika, die kort te voren eene voor ieder onverstaanbare taal sprak, had in den tijd van een paar uur Hollandsch geleerd, zoodat hij den doctor behoorlijk op diens vragen kon antwoorden. Naar wij vernemen, werd de vorige week eene geheele lading schapen van Rotterdam naar Londen gezonden, op de plaats van ontscheping, op last der autoriteit onmiddellijk geslagt, met hevel om de huiden dier schapen te desinfecteren. Deze maatregel is genomen, alleen omdat bij het onderzoek dier schapen bevonden werd, dat één daarvan hevig door de pokken was aangetast Hieruit 'dijkt op nieuw welke gevaren den veehandel van hier op Engeland bedreigen, wanner men niet naauwkeurig zorg draagt dat slechts gezond vee, en niets anders, daarheen verscheept wordt. Buitendien zou men in Engeland alligt tot maatregelen jegens het vee uit Holland kunnen overgaan, die den handel nog oneindig meer treffen. Naar men verneemt, bestaat te Tiel het voornemen om half September een réunie te doen plaats hebben van de voormalige Jagers van van Dam. Eene commissie heeft zich daartoe gevormd, die uitnoodigingen aan de nog in leven zijnde Jagers heeft doen toekomen. De réunie zou met een dinée en concert gepaard gaan. In een paar Geldersehe gemeenten heeft de verkoop van aard appelen op eigenaardige wijze plaats. Zoo bestaat er in elk der drie dorpen van de gemeente Haaften eene aardappelbeurs met een schout aan het hoofd, die als zoodanig door de aardappelbeurs wordt aangesteld en die tevens als meter fungeert. Volgens aan genomen bepaling nu, mogen voor 1 Oct. geene aardappelen buiten de beurs verkocht worden. In 1867 werden per beurs ruim 200,000 mudden aardappelen naar Holland verscheept. De schout-meter ontvangt 1 cent per mud Te Vuren vangt de verkoop bij afslag aan zoodra met het rooijen der aardappelen een aanvang is gemaakt. Jl. Dir.gsdag avond, ongeveer 7 ure, sloeg in de nabijheid van het dorp Hcerde de bliksem in eene arbeiderswoning, waarin zich behalve man en vrouw ook elf kinderen bevonden; allen wer den tegen den grond geworpen en vyf der kinderen door den bliksem getroffen, zij bekwamen brandwonden doch verkeeren buiten gevaar. Het huisje stond onmiddellijk in lichtelaaije vlam. De man, vrouw en kinderen werden uit de vlammen gered; doch men had geene gelegenheid twee geilen te redden. Men schrijft uit Dokkum, dat de gemeenteraad van Kollumer- larid zich genoodzaakt heeft gezien om de honden-kardienst tusschen Kollum en Dokkum te doen staken. Het gevaar voor menschen- levens, dat uit deze dienst ontstond, luid onderscheidene ingezetenen aan gespoord om den raad door schriftelijke verzoeken tot verbod tebewegeu. Te Oudega (in Hemelumer Oldepltaert) vond dezer dagen eene dienstmeid, aan wier zorg een kind van 2 a 3 jaren was toe vertrouwd geworden, in den stal een kleine pistool, die zy, om er mede te spelen, aan hel kind gaf. Welligt heeft zij het voor speel goed aangezien. Getrouw aan den haar opgedragen last, bleef zij het kind steeds ter zijde; althans men moet dit opmaken uit de meiledeelingen van het kind en uit de wond, welke door liet afgaan van de pistool terstond haren dood heeft veroorzaakt. Onvoorzigtig- heid van een volwassene deed alzoo een klein kind een manslag begaan. Menigmaal werd er in den laatsten tijd op gewezen, hoezeer Ie bezigheden der burgemeesters en gemeente-secretarissen als met den dag toenemen, daar van hen, èn door de hooge regering, en door alle overige autoriteiten de meest uiteeuloopende opgaven en inlichtingen van den meest verschillenden aard worden gevraagd. Dit schijnt evenwel nog niet voldoende te zijn, want ook particulieren beginnen thans dit voorbeeld na te volgen en schynen een gemeente bestuur aan te zien voor een soort vau „bureau de renseignements." Ten bewijze hiervoor moge onderstaanden btief dienen, die weinig dagen geleden door den burgemeester eener aanzienlijke gemeente werd ontvangen van eene hem geheel onbekende dame, aan welke hij even zoo weinig, niet eens bij name, bekend was; terwijl het in den brief bedoelde dienstmeisje, zoo als men anders alligt zou ver moeden, volstrekt niet ten zijnen huize dienstbaar geweest was of is. „WelEdelgeboren heer burgemeester van Zoude u de goedheid willen hebben mij eenige inlichtingen te geven omtrent het dienstmeisje J. B. Is zij goed en zedig van gedrag? Hoe oud is zij? Hoe is hare kleeding en uiterlijkvriendelijk en goedaardig? Heeft zij eene middelmatige lengte? Zeer zoude u mij verpligten mij spoedig te antwoorden, tot wederdienst ben ik voor u bereid. Is zij lidmaat Met achting heb ik de eer mij te noemen Y, 10 Augustus 1868. Mevr. XX." BENOEMINGEN EN VERPLAATSINGEN Bli MARINE EN LEGER. De olT. van gez. 2de kl. D. Matak Fontein, wordt met 1 Sept. geplaatst op liet raratoreuschip Prins Hendrik der Nederlanden. Een bloedverwant van den jongen Cavaignac heeft een brief openbaar gemaakt, waarin hij zich volgettderwijs uitlaat over de redenen, die dezen belet hebben om zijn prijs te gaan ontvangen: „De erfgenaam van den naam Cavaignac heeft gemeend, den prijs niet te mogen gaan ontvangen van den zoon van hem, die zijn vader ongekleed heeft doen opligten, hem in een cellulair rijtuig heeft doen werpen en als een misdadiger opgesloten van Mazas naar het fort Ham doen vervoeren." De Presse melding makende van het incident van den jongen Cavaignac, heeft den zoon van den generaal en diens weduwe lof toegezwaaid. Ten hove heeft dit groote verbittering gewekt, en het heeft weinig gescheeld, of men had het blad voor dit feit gestraft. Men verzekert evenwel, dat de Keizer zelf, door den heer Duruy onderrigt van hetgeen aan de Sorbonne heeft plaats gehad, verklaard heeft, dat hij daaraan weinig waarde hechtte en dat hij het overigens niet kwaad vond, dat zijn zoon reetls jong het verdrietelijke onder vond van eene positie, die niet uitsluitend eene aangename zyde heeft. Er worden te Parijs thans zakdoeken verkocht met eene lantaarn in een der hoeken geborduurd. Dit is eene manifestatie tegen de vervolging, waarvan de heer Rocliefort en zijn blad la J.au terne de slagloffers zijn. Bij gelegenheid der tentoonstelling te Havre zijn aldaar proeven genomen met een onderzeeschen verrekijker, waarmede men vele ellen onder het water even goed zien kan als in de lucht. Deze proeven gelukten volkomen De Morning-Post vertelt de volgende anecdote, daterende van het scherpschutierefeett te We nen: De directeur van het Karl-theater, de heer Ascher, fungeerde bij den optogt als aanvoerder der afdee- liDg Noord-Oost-DuitBchland. Bij die afdeeling bevonden zich ook

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Heldersche en Nieuwedieper Courant | 1868 | | pagina 1