1868. N°. 115.
Woensdag 23 September.
26 Jaargang
i BINNENLAND^
BUITENLAND.
Uitgever A. A. BAKKER Cz.
to
t e(
K,
"He
RELDERSCHE
-
EN NIEUWEDIEPER COURANT,
„Wli huldigen het goede."
•rr^ rl miiniinTrMMH—11MIM—
Verschijnt Dingsdag-, Donderdag- en Zaturdag namiddag.
Aboimementsprijs per kwartaal1.30.
franco per post - 1.65.
Bureau: MOLENPLEIN, N°. 163.
Pnjs der AdvertentiënVan 1regels 60 cent,
elke regel meer 15 cent, behalve 35 cent zegelregt.
Groote letters of vignetten worden naar plaatsruimte berekend.
r.r.an rTïïvyi^rurariT rianwiin
j Donderdag den 24 dezer vertrekt de Oost-Indische
Jmail over "larseille
4 HELDER en NIEÜWEDIEP, 22 September.
Nog altijd wordt de aandacht van hen, die acht slaan op de
voorteekenen op staatkundig gebied, gevestigd op Italië. Vooreerst
meent men bij de partij der Bourbons, bij de vrienden van Koning
Frans II, gezindheid op te merken om weer aan het roer van het
lto'bewind in Napels te komen. Nog altijd schijnt er bij die partij
aan de mogelijkheid der herstelling van deze dynastie gedacht te
worden. De minste aanleiding, die tot dat vermoeden beslaat,
et [Wordt door de vrienden der verdreven vorstelijke familie aangewend,
let.
lei
K<
>0
Sch
\OQ
per
40
om de gedachte daaraan levendig te houden.
De Fransche regering durft nog niet er aan denken, om hare
troepen uit Rome terug te roepen. Zij heeft bepaald besloten om
de bezetting daar te laten. De geruchten van revolutionaire woe-
Bojlingen, van voornemens om te eeniger tijd weder nieuwe pogingen
tot verwezenlijking van Italië's volledige eenheid aan te wenden,
dragen zeker er toe bij, dat Frankrijk voortdurend een wakend oog
op Italië gevestigd houdt,
f3, De opstand is in Spanje uitgebroken. Er is weder eene poging
gedaan om de dynastie omver te werpen. De generaals, welke
door de tegenwoordige regering onlangs met zooveel gestrengheid
^behandeld zijn geworden, hebben de hand in deze poging, die van
)U, -
i aa
de Progressistische partij uitgaat. Terwijl de Koningin Isabella II
zich gereed maakte bij Napoleon III een bezoek af te leggen en
van hem een tegenbezoek te ontvangen, werd te Cadix, een der
voornaamste plaatsen van haar rijk verklaard, dat zij, in het belang
•rdes lands niet langer op den troon behoort te zetelen. Van het
onderhoud kwam nu natuurlijk niets, en de Koningiu is naar hare
[^hoofdstad teruggekeerd.
Dat de toestand van een ernstigen aard is, blijkt uit eene mede-
deeling in den Franschen Moniteurwelk officieel blad zich uitlaat
op eene wijze die bekommering moet wekken, niettegenstaande er
bij gemeld wordt, dat de rust niet gestoord is geworden. Een
telegram uit Madrid dd. 19 dezer meldt o. a.:
„Gisteren is de sehout-bij-nacht Topeto, in de haven van Cadix,
n smet de geheele vloot in opstand gekomen. Gelijktijdig zijn aan
boord van de Spaansche handelsstoomboot Bonaventura in die
haven aangekomen de generaals, die naar de Kanarische eilanden
verbannen waren. Na een pronunciamento tot het garnizoen van
hap Cadix te hebben uitgevaardigd, zijn de generaals aan land gestapt.
t Maarschalk de la Torre, ex-voorzitter van den senaat, heeft zich
aan het hoofd der opstandelingen geplaatst. Men verzekert dat de
i opstand tegen het regerende vorstenhuis gerigt is, en dat de leiders
der beweging constituerende Cortes en een voorloopig bewind eischen.
De telegraafdraden in Andaluzië zijn onmiddelijk doorgesneden
geworden. In verscheidene steden is het oproer insgelijks uitgebroken.
Ten hove heerscht eene groote paniek. Uit Madrid zijn troepen
i vertrokken. Maarschalk Concha is tot kommandant der regerings
troepen in Andaluzië, en Calonge tot kapitein-generaal van Madrid
4i benoemd.
Zr. Ms. schroefstoomschip Djambi, onder bevel van den kapt.-luit.
ter zee J. E. Buijs, is gisteren van hier vertrokken, met bestemming
naar Oo3t-Indië.
Verder zyn aan boord van genoemden bodem de volgende
officieren: J. Tromp, lnit. ter zee 1ste kl., 1ste off.A. de Bruijne,
J. P. J. Lucardie, P. Heijning en G. J. Fischer, luits. ter zee 2de kl.;
L. Duper, VV. P. Aderaa, C. J. de Jong en P. H. Ter Meulen,
adelborsten lste kl.W. Dammann, off. van gez. 1ste kl.; G. P. J.
Theunissen, off. van gez. 3de kl.; P. H. Le Mahieu, off. van adm.
lste kl.; T. J. Olivier en H. B Poel, scheepsklerken.
De ramschepen de Buffel en de Stier zijn gisteren alhier uit
Engeland aangekomen.
In de vorige week vertrok de dirigerend off. van gez. lste kl.
.T. D. Sachse per ov-erlandmail naar Indië, om aldaar aan het hoofd te
staan van de geneeskundige dienst bij de Marine. Bij zijn vertrek uit het
het vaderland brengen we hem onze beste wenschen toe. We herinneren
ons zijn verblijf ter dezer plaatse, waar hij zich zoo vele vrienden
verwierf, waar hij zoo velen door zijne hulpvaardigheid aan zich
verpligtte. Moge hij na een nuttig verblijf in de overzeesche gewesten
in goeden welstand in den kring zijner familie terugkeeren en nog
langen tijd een sieraad zijn van de geneeskundige dienst bij de Marine.
Jl. Zaturdag namiddag keerden uit Hoorn alhier terug de
beide compagniën van het 3de bat. 7de reg. Inf., onder kommando
van den kapt. Jarraan, die het daar garnizoen houdend bataillon hebben
vervangen, tijdens het de oefeningen in het kamp te Milligen bijwoonde.
Men deelt ons mede, dat de brigadier-majoor der Rijks-veldwacht
B. Meeuwis, van hier naar Arasterdam is overgeplaatst.
De miliciens der ligtingen van 1864 en 1865, die bjj de
Infanterie en Artillerie alhier gedurende ruim eene maand in werke
lijke dienst zyn geweest, zijn succesivelijk gisteren en heden met
groot verlof naar hunne haardsteden wedergekeerd.
Naar aanleiding der verschillende bij de Synode ingezonden
adressen van adhaesie, in de zaak van den Haagschen kerkeraad
tegen dr. Zaalberg, heeft de kerkeraad' der Hervormde Gemeente
alhier, een adres aan de Synode gerigt, waarin hij tegen dergelijke
(naar zijne meening) onbevoegde eu ongepaste inmenging protesteert,
en als zijn oordeel uitspreekt, dat de beslissing in genoemde zaak
aan de wijsheid der Synode zelve moet worden overgelaten.
Is gewoonlijk ieder jaar de dag, waarop door Z. M. den
Koning de zitting der Staten-Generaal geopend wordt, een feestdag,
waarop groote drukte heerscht in de vorstelijke residentie, gisteren
was die drukte buitengewoon. Deze dag was tegelijk aangewezen
voor de feestelijke ontvangst der leden van scherpschutters-vereeni-
gingen, die aan den in den loop dezer week te houden Nationalen
Scherpschutters-Wedstrijd zullen deelnemen. Terwijl van onder
scheidene vereenigingen leden te 's Hage aankwamen, werden de 5
manschappen, die met den lsten luitenant Nvhuis van het Artillerie-
Vrijkorps alhier aan den wedstrijd zullen deelnemen, begeleid door
ruim een zestigtal leden en het geheele muziekkorps, dat 's morgens
ten 6-J ure van hier naar 's Hage vertrok, onder kommando van
den majoor D. P. H. Aberson. Te 's Hage werd het korps ver
welkomd door den heer C. A. Jeekel, luitenant ter zee lste kl.,
oprigter van het korps tijdens zijn verblijf in deze gemeente en met
het eere-lidmaatschap daarvan bekleed, 's Middags stond het korps
geschaard op het Binnenhof nevens het Haagsehe en de andere
vrijkorpsen, toen Z. M. naar en van het gebouw der Staten-Generaal
ging. Later was het tegenwoordig in de ridderzaal, waar Z. K. H.
een toespraak hield en aan het schoone doel der scherpschutters-
vereenigingen hulde bragt. Daarna nam het deel aan den optogt
door 's Gravenhage, gedurende welken togt ons muziekkorps her
haaldelijk marschen uitvoerde, blijkbaar tot groot genoegen der
menigte, die het begeleidde. Toen de verschillende vrijkorpsen het
paleis des Konings voorbijtrokken, verscheen Z. M. op het balkon
en hief de groote menigte een herhaald „hoerah!" aan. Z. M.
was toen gekleed in de uniform der Haagsehe scherpschulters-
vereeniging. Aan het einde van die promenade vertrokken de
leden die aan den wedstrijd zullen deelnemen naar het kamp, ter
wijl de overige leden van het Heldersche vrykorps zich weder naar
het station begaven, om denzelfden avond nog naar hier terug te
keeren. In goeden welstand arriveerden de manschappen alhier ten
11-J ure, met de aangename verzekering, dat ons korps te 's Hage
geen ongunstigen indruk heeft achtergelaten.
Tot voorzitter van de Eerste Kamer der Staten-Generaal,
gedurende de zitting van 18681869, is benoemd de heer mr. J. A.
Philipse, lid dier Kamer.
De minister van Binnenl. Zaken heeft jl. Zaturdag namens
den Koning, de zitting der Staten-Generaal gesloten. In de sluitings
rede wordt gewezen op de ongewone omstandigheden, waaronder
deze zitting geopend en voortgezet werd, waardoor op wetgevend
gebied niet veel kon tot stand komen. Intusschen wordt gewezen
op eenige tot stand gebragte wetten, waaronder, vooral die tot
wijziging der concessie voor het Noordzee-kanaal, waardoor eene
groote schrede is gedaan om de uitvoering van dit werk te verzekeren.
De vereenigde zitting der beide Kamers van de Staten-Generaal
werd gisteren door Z. M. den Koning met de navolgende troonrede
geopend
Mijne Heeren!
„Het verheugt Mjj, Uwe zitting te mogen openen met dankbare
erkenning van bet vele goede dat het Vaderland te beurt viel.
„Onze betrekkingen met de andere mogendheden laten Diets te
wenschen over.
„De middelen van internationaal verkeer worden aanhoudend uit
gebreid en verbeterd.
„De belangen van handel, scheepvaart en nijverheid worden door
Mijne gezantschappen en consulaten voortdurend met zorg behartigd.
„Zee- en landmagt, zoowel hier te lande als in de overzeesche
bezittingen, kwijten zich voortdurend loffelijk van hunne taak.
„Wat in Uwe vorige zitting onafgedaan bleef ter verbetering van
het regtswezen, zal, voor zooveel noodig gewijzigd, andermaal aan
Uwe beraadslaging onderworpen worden.
„Ook zullen U voorstellen worden gedaan, teneinde in gewigtige
leemten van de bestaande regterlijke organisatie te voorzien. Om
dat doel te bereiken mag gedeeltelijke invoering van de wet, houdende
de nieuwe regterlijke inrigting, wenschelijk geacht worden.
„De wet, houdende afschaffing van de tienden, zal wederom
worden ingediend.
„Bij het toenemen der bevolking de9 Rijks, vordert artikel 77
der Grondwet, vermeerdering van het getal leden van de Tweede
Kamer der Staten-Generaal.
„Van Mijne bijzondere zorg voor het onderwijs zal U blijken
uit de voordragt eener wet tot regeling van het hooger onderwijs.
„Met den aanleg van de werken voor de staatsspoorwegen zyn
groote vorderingen gemaakt. De verbinding langs de spoorwegen
met de noordelijke gewesten is tot stand gekomen.
„De aanleg vaD een aantal andere groote werken van openbaar
nut wordt regelmatig voortgezet.
„De landbouw mag zich over het algemeen in eeuen ruimen oogst
verheugen.
„Dankbaar erken Ik, dat de ziekte onder het rundvee geheel is
geweken. Toen men onlangs eenige zorg koesterde, dat zij zich op
nieuw zou vertoonen, zijn terstond de strengste maatregelen genomen
„De uitkomst der visscherijen was niet zeer bevredigend. Nieuwe
ondernemingen beloven meer uitbreiding aan de zeev isscher yen in
het bijzonder.
„Nieuwe wettelijke verordeningen op het krankzinnigen-wezen
znlleu U worden voorgelegd.
„Onze nijverheid blijft vooruitgaan.
„De ontwerpen van wet op den ijk der maten en gewigten, op
de begraafplaatsen en op de banken van leening zullen U op nieuw
worden aangeboden.
„Het uitzigt bestaat, dat in het volgend dienstjaar alle Staats
uitgaven, ook die voor de spoorwegen, zonder buitengewone hulp
middelen, bestreden zullen kunnen worden.
„By de raming der uitgaven is naauwkeurig gelet op de wensche-
lijkheid, om in alle eischen van de dienst te voorzien, met inacht
neming van die matiging, welke door de omstandigheden geboden wordt.
„Onder de wets-ontwerpen, met het financieel beheer in verband
staande, die U voorgelegd zullen worden, behoort het voorstel tot
afschaffing van het zegelregt op drukwerken en zjjne vervanging
door andere middelen.
„De toestand van Ons uitgebreid overzeesch gebied, is niet met
één woord aan te duiden. Door gewijzigde inrigting van het door
de grondwet voorgelegde verslag, dat U binnen weinige dagen zal
worden toegezonden, zullen de bijzonderheden aangaande elk gebied,
ook die volgens de laatst ontvangen tijdingen, beter ter Uwer keDnis
komen.
„Voor de regeling van vele groote belangen Onzer voornaamste
bezitting is Uwe ijverige medewerking onmisbaar. Ik reken daarop
voor de zoo tijdig mogelijke vaststelling der begrooting voor
Nederlandsch Indië voor 1869. Heeft zoodanige vaststelling plaats,
dan kunnen in de aanstaande lente wets-ontwerpen gereed zjjn
betreffende de suiker-cultuur en de uitgifte van gronden in Indië.
„Voor de vervulling der omvangrijke taak die U wacht, maak
Ik met vertrouwen staat op Uwe vaderlandsliefde en op eendragtig
zamenwerken.
„Mogen Uwe werkzaamheden onder Hoogereu Zegentot krachtige
bevordering van 's lands belangen strekken.
„Ik verklaar de gewone zitting van de Staten-Generaal geopend."
Het aan den minister van Binnenlandsche Zaken ingediende
verslag van den raad van den waterstaat, in zake de droogmaking
van de Zuiderzee, volgens het ontwerp van den heer J. A. Beijerinck,
is thans publiek verkrijgbaar gesteld. Aan het slot van het verslag,
trekt de raad den tegenwoordigen stand der zaak kortelijk zamen
en formuleert eindelijk zyne conclusie, waarvan de inhoud in korte
woorden hierop neder komt: dat het raadzaam is zich te bepalen
tot eene droogmaking van bet zuidelijk deel der Zuiderzee, zonder
uitsluiting van concessiën van kleineren omvang, zoo zich daarvoor
ondernemers mogten opdoen vóór dat concessie is verleend voor
eene droogmaking van het geheele zuidelyke deel; dat de uitvoering
van het ontwerp Beijerinck mogelijk is, doch dat het nog belangrijke
wijzigingen behoeft om uitvoerbaar te zijn zonder krenkiDg van vele
belangen; dat bet plan, met het oog op de thans bekende nade
rende begrooting van kosten, geen geldelijke voordeelen kan
opleveren, dat de raad de ondernemingen, om het te wachten aan
zienlijk verlies, niet aan den staat mag aanraden en evenmin aan
particulieren: dat nogtans de onderneming, onder behoorlijke waar
borgen, kan worden opgedragen aaD de Nederlandsche Maatschappij
voor Grond-krediet, zoo deze een ontwerp levert, waardoor al de
nog bestaande bewzaren opgeheven worden. Bij het verslag zijn,
als bijlagen, de berigten gevoegd van de besturen, welke met de
droogmaking der Zuiderzee in aanraking komen en daarvoor door
de Gedeputeerde Staten der betrokken provinciën zijn gehoord.
(Stoompod.)
Tot heemraad van den polder Oostzaan is benoemd de heer
D. Keyzer.
Tot president van het Prov. geregtshof in Overijssel is benoemd
mr. D. H. Wicherlink, thans raadsheer in gemeld geregtshof.
Jl. Vrijdag is uit de legerplaats bij Milligen te Amsterdam
teruggekomen het 4de bat. 7de reg. Inf., onder bevel van den majoor
Jhr. Leysius.
By de jl. Woensdag plaats gehad hebbende opening van
stembiljetten ter verkiezing van tien leden, tot aanvulling van het
kies-collegie der Hervormde gemeente te Alkmaar, zyn al de
candidaten der orthodoxe rigting met aanzienlijke meerderheid gekozen.
Van de 20 candidaten, die zich dezer dagen te Leiden hebben
aangemeld voor het examen van hulp-apotheker, zijn twee geslaagd.
Men verneemt, dat de persoon, die verdacht wordt schuldig
te zijn aan het schieten door het venster van den heer kaDtonregter
te Oud-Beijerland, en deswege reeds in voorloopig arrest is geweest,
maar weder in vrijheid gesteld, thans is gedagvaard tegen Maandag
e. k. Intusschen heeft hij zich de hem geschonken gelegenheid ten
nutte gemaakt, om spoorloos te verdwynen.
In de jongstverloopen week is te Utrecht aan het huis van
Z. D. H. den aartsbisschop Schaapman afgestapt en daar een paar
dagen verbleven Zijn Emin. den kardinaal Bonnechose, aartsbisschop
van RouaaD, en als zoodanig senator van Frankrijk. Van daar is
Zijn Em. naar Nijmegen vertrokken, waarvan geschreven wordt, dat
zijn vader, uit Frankrijk geëmigreerd, en die zich later aan het
nieuwe bewind had aangesloten, er gedurende de FraDsehe over-
heersching onderprefect was. De oude Nymegenaren roemen nog de
eenvoudigheid, goedhartigheid en godsdienstigheid van dien vreemden
ambtenaar. De Fransche onderprefekt was tjjdens zijn vroeger
verblyf te Utrecht in het huwelijk getreden met mej. S. M. Schass,
welke moeder van den tegenwoordige kardinaal de Protestautsche
godsdienst beleed.
Een detachement, ruim 100 man sterk, van het korps mariniers,
onder bevel van den kapitein van Es, dat te Millingen gekampeerd
heeft, is jl. Zaturdag avond met de stoomboot Stad Vlittingen u° 2,
te Vlissiugen teruggekomen. Dat gedeelte van het uitmuntende
korps moet uitstekend aan de verwachting hebben voldaan, en het
heeft Z. M. den Koning behaagd, als een hulde aan het korps, den
kapitein van Es te benoemen tot ridder van de Eikenkroon.
De kamer van koophandel te Veendam heeft besloten, een
adres aan den minister van Financiën te zenden, waarin wordt aan
gedrongen op het invoeren I. van een uniform briefport van 5 cents
voor binnenlandsche brieven2. van gedwongen frankering dier
brieven en 3. van het stempelen der brieven aan de hulpkantoren.
Verleden Zondag avond zou een familie van Sneek in twee
wagens van het station te Akkrum afgehaald worden. Toen, zoo
als de voerman van den voorsten wagen meende, alles gereed was,
vroeg hy: „Bennc jimme klaar?" „Ja!" werd er geroepen, en
voorwaarts ging het. Te Sneek riep de voerman „welkom hier!"
maar ja wel, er kwam geen antwoord uit den achtersten wagen.
Men deed onderzoek, en eindelijk bleek het, dat de bestemde
ingezetenen van genoemd rjjtnig in de kroeg van afrid waren
blyven zitten, maar dat het paard zoetjes aan meêgesukkeld was
naar Sneek.
De leden der Handelsvereeniging te Batavia hebben in eene
den 1 Aug. jl. gehouden vergadering besloten, dat de Java-Bode uit
de vereenigiug zal worden geweerd, zoo lang dit blad door den heer
Cd. Busken Huët zal worden geredigeerd.
8EN0EMINGEN EN VERPLAATSINGEN BIJ MARINE EN LEGER.
De adj.-adm. E. Fabios, beboorende tot de rol van Zr. Ma. wachtachip te
Willemsoord, ia met den 17 dezer op non-activiteit gebragt.
Aan den adelborst lste kl. J. C. van de Kasteele is, op zijn verzoek, met
den laatsten dezer maand een eervol ontslag uit de zeedienst verleend.
Een geneeskundig tijdschrift van Parijs berigt, dat in het Russische
rijk de toepassing der homoeopathische behandeling van zieken bij
een keizerlijk besluit is verboden, onder bedreiging met twee jaren
deportatie naar Siberic en met eene geldboete van 500 roebels, en
wel om reden dat vele menschen in Rusland het slagtoffer van die
behandeling geworden zijn.