1868. N°. 140. Vrijdag 20 November. BINNENLAND. BUITENLAND. Uitgever A. A. BAKKER Cz. HELDERSCHE EN AIEUWEDIEPER COURANT, „Wij huldigen het goede.1 Verschijnt Dingsdag-, Donderdag- en Zaturdag namiddag. Abonnementsprijs per kwartaal1.30. franco per post - 1.65. Bureau: MOLENPLEIN, N°. 163. Prijs der Advertentiën: Van 14 regels 60 cent, élke regel meer 15 cent, behalve 35 cent zegelregt. Groote letters of vignetten worden naar plaatsruimte berekend. HELDER en NIEUWEDIEP, 19 November. In het Yereenigd koningrijk Groot-Brittannië en Ierland hebben dezer dagen de verkiezingen plaats voor het Huis der Gemeenten. De uitslag is nog in zijn geheel niet bekendin onderscheidene districten hebben de liberalen de overwinning behaald. In sommige districten heeft men een gelijk getal conservatieve en liberale can- didaten gekozen. (Dat is op de manier van het kiesdistrict Alkmaar in Nederland Op verscheidene plaatsen hebben ernstige ongeregeldheden bij de verkiezingen plaats gehad. Uit Italië verneemt men de tgding, dat de heer Mazzini, de bekende aanvoerder der republikeinsche partij daar te lande, zeer ernstig ziek ligt. Zijn geneesheer wanhoopt aan zijn behoud. Scherpe tegenstellingen treft men aan in hetgeen dato 16 Nov. uit Brussel wordt berigt: „De naamdag des Konings is gisteren op gebruikelijke wijze gevierd. De graaf van Vlaanderen was het eenige lid der Koninklijke familie, die het Te Deum in de St. Gudula- kerk bijwoonde. Het gerucht, dat de gemalin van dien vorst in gezegende omstandigheden verkeert wordt bevestigd." Wij merken^ hierin op1. feestviering wegens 's Konings naamdag en droefheid wegens de gevaarlijke ziekte van den naamgenoot; 2. vrees voor het uitsterven der vorstelijke familie en hoop op de instandhouding van het Koninklijk geslacht. De Rederijkerskamer Olympia gaf gisteren avond in het lokaal Tivoli hare eerste buitengewone wintervergadering in dit saizoen. De leden gaven eene voordragt van het drama Salomon von Caus, dat blijkbaar tot genoegen der talrijke aanwezigen werd opgevoerd. Naar men veroeemt, wordt de heer J. L. von Leschen, ingenieur bij de scheepsbouw alhier, in die betrekking verplaatst naar Oost-In dië Te Utrecht worden door den commissaris van politie mr. Vernède bijdragen ingezameld voor een blijvend aandenken aan J. Breemer, Marinier op Zr. Ms. wachtschip alhier, als blijk van goedkeuring voor zijn gehouden moedig gedrag, door het zich vrjjwillig met levensgevaar scharen aan de zijde der politie tot handhaving der orde, in den avond van 31 Oct. jl. te Rotterdam. Reeds zgn enkele giften ingekomen. Wij willen hopen, dat de inschrijving voor bedoeld aandenken een gunstigen uitslag moge hebbeD, ter verbetering vooral van het niet ruime geschenk van 2,50 voor het doorslaan van levensgevaar. Bij koninklijk besluit zijn de voor het loopend jaar toegestane sommen voor het militair onderwijs bij de verschillende korpsen des legers verhoogd, ten einde te voorzien in meerdere uitgaven van het schoolonderwijs en tevens in bet aankoopen van brandstoffen voor het verwarmen van kazerne-localen. Tot auditeur bij den schuttersraad te Wormerveer is benoemd, de heer rar. M. Donker. Aan C. Alles, te Beemster, is vergunning verleend tot het aannemeu en dragen van het kruis Fidei et Yirtuti, hem door Z. H. den Paus geschonken. De heer W. Broers is door den gouverneur-generaal van Nederlandsoh Oost-Indië benoemd tot secretaris der residentie Zuid en Oosterafdeeling van Borneo, tevens vendumeester aldaar. Men deelt ons mede, dat er niet minder dan 67 sollicitanten zgn voor de zes opene plaatsen als hulponderwijzer bij de openbare scholen in Nederl. Oost-Indië. Het vergelijkend examen heeft dezer dagen te Rotterdam plaats. Aao de inschrijvers in de door den staat gegarandeerde 4 pCt. leeuing der Amsterdamsche Kanaalmaatschappij ad 61 millioen, zijn 80 pCt. hunner inschrijving toegewezen. De minister van Ooriog heeft zich (bij de schriftelijke gedachten- wisseling over zijne begrooting) bereid verklaard tot de wettelijke regeling van liet vesting-stelsel, nadat vele bezwaren zullen zijn op geheven, die daartegen nog in den weg staan. Sterk verklaart de Minister zich daarentegen tegen een wettelijke leger-organisatie. Breda, als vesting, en de forten bij Breskens, behalve het havenhoofd, zullen worden opgeheven. Een nieuw wetsontwerp op de Schutterijen wordt voorbereid, en evenzoo eene gewijzigde militie-wet, waarin de nummerverwisseling zal worden afgeschaft en de remplacering beperkt. Een nieuwe organisatie der Yesting-Artillerie zal waarschijnlijk in het begin van het volgende jaar plaats hebben. Het onderwijs aan de Militaire Akademie te Breda zal hervormd worden en eene aansluiting daarvan plaats hebben met het onderwijs aan de Rijks hoogere burgerscholen. Een tegen-geschrift is dezer dagen in het licht verschenen tegen de brochure van den kapitein de Roo van Alderwerelt over de Cavalerie. De schrijver, de kapitein A. Pompe, bestrijdt de beschouwingen van den heer de Roo en geeft niet toe, dat de Cavalerie niet meer als hoofd- maar als hulpwapen moet worden behouden. De heer Pompe noemt de brochure van den heer de Roo van zonderlingen inhoud, vol onbewezen en onjuiste beweringen, veelvuldige tegenspraak en nevelachtige denkbeelden. De schrijver dringt aan op versterking en bestrijdt de voorgestelde verminderiog vAn hét wapen der Cavalerie. Uit een mededeeling, door den heer A. R. Blommendal in de vergadering van het Kon. Instituut van ingenieurs gedaan, is gebleken, dat de laatst gedane peilingen op de Schelde op nieuw bejrezen hebben, dat voor de afdamming geen schade aan het vaar- wateiMvordt toegebragt. Te Dordrecht is bij de Waalschc Gemeente beroepen de heer Bon'et,' (iulp-prediker te Leiden. Be'dankt voor het beroep naar Vlissingen door ds. Rijnders te Hazerswoude. Gelijk bekend is, is dit jaar op den gedenkdag van Alkmaars ontzet in 1573 eene plegtige redevoering uitgesproken door mr. W. van der Kaav. Deze redevoering is thans, onder den titel van „Voor qf;na 1565?" bij den boekh. H. Coster en Zoon, te Alkmaar, in het licht\ersehenen. De redenaar heeft vooral getracht, helder te doen uitkoiqen, dat de 80 jaren vóór 1565 ons het schouwspel voor oogen hebben gesteld van een volk, dat zijne vrijheid verliest, -i'^ en de 80 jaren na 1565 dat van een volk, hetwelk zijne vrijheid herwint. Ontegenzeggelijk heerschte hier te lande welvaart vóór 1565; maar dit juist strekt het volk tot eer en toont, dat het niet opzag tegen opoffering van eigen welvaart voor den zwaren vrijheids kamp. Daarbij verdient opmerking, dat die welvaart zich niet alleen heerlijk heeft hersteld, maar na 1565 allezins is toegenomen. Nog heeft de spreker in het licht gesteld, dat de strijd niet is gevoerd tegen de kerk maar tegen den beschermer der kerk: „het wereldlijk gezag," tegen „de inquisitie." Hij is er van ver zekert, dat de gezonde volkszin krachtig bevorderd zal worden door de beschouwing van den worstelstrijd met Spanje. Jl. Zaturdag morgen werd van den huize Velsenbeek naar hare laatste rustplaats te Overveen overgebragt, het stoffelijk over schot van vrouwe douairière E. L. baron van Tuyll van Serooskerken van Vleuten, wier overlijden de gemeente Velsen in diepen rouw heeft gedompeld. Wel mogt de heer Roëll aan de geopende groeve op hartelijke en welsprekende wijze betuigen, dat niet alleen hare kinderen eene brave en zorgvolle moeder verloren haddenzij was ook tot steun en hulp voor hare talrijke onderhoorigen en de traan, die blinkt in het oog van armen en behoeftigen, is de welsprekende getuige van hare onbekrompen milddadigheid. Veel, zeer veel heeft die gemeente door haar afsterven verloren cn 'erwijl wij hare na gedachtenis in zegening houden, moge haar edel voorbeeld, ieder in zijnen kring, aansporen gelijkerwijs ten zegen voor de maatschappij te leveb. Te Velsen is jl. Maandag uitbesteed: het bouwen van een nieuw schoollokaal te Santpoort, aan den heer Brugman, te Alkmaar, voor 10,973. Den 14 dezer is te 's Hage overleden de generaal-majoor R. F. baron van Raders, oud-gouverneur van Suriname enz. Gisteren is te 's Hage na langdurige ongesteldheid overleden de heer dr. G. Simons, lid van de Tweede Kamer der Staten- Generaal, voor het hoofd-kiesdistrict Gorinehem, en oud-minister van Binneulandsche Zaken. Jl. Zondag avond had te 's Hage in de groote zaal Diligentia de feestvergadering plaats, belegd door de commissie tot aanbieding van een blijk van sympathie aan dr. J. C. Zaalberg. De zaal bleek met hare boven-gaanderijen niet ruim genoeg te zijn, om het aantal opgekomenen te bevatten. Op de estrade had de commissie met hare dames en de familie-betrekkingen van den heer Zaalberg plaats genomen, terwijl regt tegenover op de bovengaanderij een plant- en bloemenversiering was aangebragt, waarachter gedurende de binnen leiding van dr. Zaalberg eene statige koraal-muziek werd aangeheven. Naar de voor hem bestemde plaats geleid, werden hem uit handen der commissie twee kransen aangeboden: een lauwer- en een eiken- krans, welke hij aannam, waarna de eigenlijke feestviering een aanvang nam, vooreerst met een toepasselijk inleidingswoord van den president der commissie, daarbij kortelijk wijzende op deaanleidiug en het doel van dit huldigings-bljjk. Dit woord werd gevolgd door eene redevoering van den heer J. C. de Jager. Na eene afwisseling van koraal-muziek, werd dr. Zaalberg door den secretaris der com missie, namens allen die er toe hadden bijgedragen, het prachtig album aangeboden, bevattende al de namen der vrienden en vrien dinnen. Bij deze aanbieding werd van de overzijde der zaal onder orgelbespeling een solo-zang aangeheven, zijnde het Psalmvers: Zoo ik niet had geloofd," enz. Na de daarop gevolgde toejuiching trad de prediker op om dank te zeggen voor het ontvangen hulde- bewijs. Hij verklaarde, dat het hem zou sterken op zijn weg, misschien nog met doornen en distelen bezaaidbet zou bem een zoete beker zijn, waar in de toekomst welligt nog menige bittere drank zijn deel zou wezen. Na deze korte toespraak werd weder van tusschen de bloemen op de gaanderij een solo-gezang aange heven, waarna de bejaarde vader van dr. Zaalberg optrad, tot een woord van dank voor al hetgeen hij dien dag en avond in de kerk en deze vergadering had ondervonden en bijgewoond. Met eene gepaste afscheidsgroete door den president en het zingen van Psalm 134, vs. 3, door de aanwezigen staande gezongen, werd deze vergadering gesloten, die van 8 tot circa 11 ure had voortgeduurd. Onder Walsoorde, nabij Vlissingen, is den 16 dezer een betreurenswaardig ongeluk gebeurd. Kapitein Smith van het aldaar gestationeerde vuurschip begaf zich met een welgesteld landbouwer en één roeijer in een boot naar Hauswert, om het zoontje van den landbouwer aldaar af te halen. Het kind heeft gelukkig niet mede kunuen gaan. Om spoediger wcêr te huis te zijn hechtten zij zich bij den terugkeer vast aan een voorbijzeilend Deenscb jacht; door den schok kwam er veel water in de boot en kantelde die geheelom, zoo dat de schipper en de landbouwer hun dood in de golven vonden, en de roeijer alleen zich door naar den wal te zwemmen het leven heeft kunuen redden. AmstOrt.) De heer R. J. M. Tengnagel vestigt in de Groninger Courant de aandacht op eene, ook voor de kerkhistorie in Nederland hoogst merkwaardige doopvont te Eenrum aanwezig, van frankischen oor sprong en in ieder geval vóór de elfde eeuw vervaardigd. De heer Tengnagel moest deze belangrijke antiquiteit zoeken in een bock der timmerloots van de Hervormde kerk, dienende als bergplaats van oud ijzer, terwijl hij tevens vernam dat zjj vroeger was gebruikt om er cement voor metselwerk in te stampen. De heer Tengnagel wenscht, naar aanleiding van deze zijne ervaring, dat ook in Groningeo gelijk in Noordbrabaut, Zeeland, Dreuthe, enz. een provinciaal museum gesticht worde, om dergelijke merkwaardigheden tegen het wan- dalisme te beveiligen. Volgens de Winschoter Courant hebben eenige visschers te Finstcrwold gevangen een scbier-aal van 7 voet lengte, 89,95 pond zwaarte en 75 duim dikte. Men rekent den ouderdom op 145 jaar. Het dier zal te Winschoten ter bezigtiging worden gesteld. De gevangene uit het huis van verzekering te Maastricht, die onlangs, toen hij naar de geregtszaal overgebragt werd, ontsnapt is en zich twee dagen in de Pietersberg heeft schuil gehouden, heeft dezer dagen met drie andere in dezelfde cel met hem opge sloten gevangenenen, eene poging tot ontvlugting gedaan; hij had met de koperen spil van zijn spinuewiel een gat in den muur ge broken, waardoor hg in den tuin van het aangrenzende Minue- broeder-klooster zou hebben kunnen komen. De poging is echter verijdeld, doordien de in de belendende cel bewaarde gevaDgcnen, die met het plan bekend waren, door geschreeuw de aandacht der wachters bg tgds hebben opgewekt. BENOEMINGEN EN VERPLAATSINGEN BIJ MARINE EN LEGER. Dc scheepsklerken J. C. van Reijn en S. J. A. Dcijll, worden met den 21 dezer geplaatst, eerstgenoemde op het wachtschip te Hellevoetsluis, en laatst genoemde op het ramtoreuschip Prins Hendrik der Nederlanden. Het Fransche hof houdt zich veel met wetenschappelijke onderzoekingen bezig, vooral ten opzigte van het clectrische licht. Ook de chemie is een liefhebberij van de Keizerin. De Lamartine is in een hoogst treurigen toestand. De beroemde dichter is geheel kindsch geworden. De overleden baron James van Rothschild, de vjjfde en laatst overgebleven zoon van Meijer van Rothschild, werd den 15 Mei 1793 te Frankfort geboren en was sinds 1812 te Pargs gevestigd, waar hij in 1814 KK. Oostenrijksch consul-generaal werd en bleef; de restauratie stond hij bij het sluiten van ieeniugen met raad en daad bij, doch gaf ook in 1830 12000 fr. voor de gewonden bg de Julg-revolutie, terwgl hg met Pcreire den noorder-spoorweg ondernam, die sedert een zijner meestwinstgevende melkkoetjes bleef. Bij de duurte in 1847 had hij het hard te verantwoorden en bg den aanvang der omwenteling van 1848 plunderde het landvolk zijn slot Suresnes, doch baron James vlood niet uit Parijs, maar vond in Caussidière een beschermerhg gaf 50,000 fr. voor de offers der Februarg-omwentellng en werd niet meer lastig gevallen. Emil de Girardin prijst hem als „philantroop, die veel goeds gedaan, een synagoge en een hospitaal gesticht heeft", evenals hg „ontwik keld "kunstvriend" was en daar veel geld voor over had, kortom, dat patriarchale leven voerde, dat eeuen „prcteur des rois" of, om met de France te spreken, den koning der baukiers en den bankier der koningen past, die ook de eischen gedachtig was, waarnaar de rgke man heeft te leven, want; Richesse oblige. Natuurlgk bezat baron James het grootkruis van het Legioen van Eer en tal van vreemde orden. „Nooit werd een koningschap zoo lang algemeen gehuldigd als dat van dezen koning der bankiers", roept de France boven zijn lgk uit, terwgl ze hem huldigt als een „braaf man van een buitengewoon fijnen geest en vau een aangeboren aristocratische waardigheid", die ter zijde werd gestaan door „een engel der barm hartigheid, zgne vrouw, die hem onderrigtle en aanvuurde tot alles, wat nuttig, edel en waarachtig philantropisch was." Gioachimo Antonio Rossini, Itaiië's grootste toonzetter uit onze eeuw, had den ouderdom van 76 jaren bereikt, toen hg jl. Donderdag op zijne villa in het Bosch van Boulogne te Parijs overleed. Hij werd te Persaro, in de Romagna, geboren, in nederigen stand, maar uit ouders, iu wie de kunstzin reeds leefde, die zich in den zoon in zulk eene buitengewone mate ontwikkelde. Zgn vader was stadstrompetter, en zijne moeder, eene bakkersdochter, bezat eeue voortreffelijke stem, die baar, toen haar echtgenoot ter zake zijner republikeinsche gevoelens in den kerker geraakte, een engagement als prima donna aan de opera te Bologtia deed ver werven. Op zijn elfde jaar dirigeerde de jeugdige Gioachimo reeds orchesten, en op zijn zestiende jaar werden onder zgne leiding opera's opgevoerd. Zgn eerste eigen zangspel La Camhiale di Matrimonia werd door hem op zijn achttiende jaar vervaardigd en aldra te Venetië voor het eerst ten tooneele gebragt. Zes jaren later had hij de muzikale hervorming van Italië reeds voltooid, cu werden van hem in een en hetzelfde jaar (1816) twee nieuwe opera's te Rome en drie te Napels opgevoerd, waaronder zgn Barbiere be hoorde, dien hij in dertien, en zijn Otello, dien hij in drie en twinti» dagen componeerde. Hg kwam in 1833 in Frankrijk, waar hem terstond de directie der koninklijke schouwburgen werd opgedragen, tegen eene jaarwedde van 20,000 fr.bovendien werd hij in 1825, tot loon voor de vervaardiging eener opera ter gelegen heid van de krooning van Karei X, tot „eersten componist des Konings" en tot „inspecteur van den zang in Frankrijk" benoemd. Hier compoueerde bij in 1828 le Comle Ory en spoedig daarna de Guillaumc Teil. Dit laatste doorwrochte werk, hetwelk met den Barbiere tot zijne meesterstukken behoort, was zgn zwanenzang. Alleen volgden op Guillaume Teil nog het beroemde Stabat Maler (1841), de Mis (1864) en eene reeks van vocale compositiën (waar onder de Soirees musicales), maar geen enkel tooneelwerk meer. Dat de vermaarde meester sedert 1829, en dus van zgn 37ste jaar af, zoo goed ais geheel op zijne lauweren rustte, wordt aan de opkomst van eenen geduchtcn mededinger, Meyerbeer, geweten. Om zgnen roem tegenover dezen te handhaven, had bg moeten worstelen, „en (zegt de heer Xavier Aubryet, in den Moniteur du Soir) daarvoor schrikte de verheven vadzigheid van Rossini terug; hij sluimerde op zijue lauweren in, doch zgn slaap was zoo onvast, dat zijne mededingers alles te vreezen hadden." Rossini is twee malen gehuwd geweest. Zijne eerste cchtgenoote, de Italiaansche zangeres Isabella Colbrand, verloor hg in 1845 en twee jaren later verbond hij zich met mej. Olympe Pélissier in den echt, die hem de liefderijkste zorgen wgdde. Rossini's lgk is gebalsemd geworden volgens de wijze daartoe gebruikt door een zijner laudgenooten, wiens methode bewonderens- waarde resultaten oplevert, gelijk meo op de Parjjsche wereld tentoonstelling in 1867 heeft kunnen zien; het ligchaam wordt als het ware versteend. Heden geschieden de lijkplegtigheden. Rossini heeft in zijn testament bepaald dat hij op Père-Lachaise moet be graven worden. Ofschoon Italiaan, wil hij, uit erkentelijkheid voor de gastvrijheid, door hem op Fransche bodem genoten, daar zgne laatste rustplaats hebben. Het aantal legaten is niet groot. Een van deze is vermaakt aan bet „Institut de France," welke instelling bet kapitaal krijgt, vereisckt om twee prgzen, van 3000 francs elke, uit te loven jaar om jaar: de eene voor den dichter die het beste opera-libretto, de andere voor den componist die de beste partituur vervaardigd zal hebben. De componist, aan wieu de prijs wordt

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Heldersche en Nieuwedieper Courant | 1868 | | pagina 1