1868. N°. 145. „jy. Woensdag 2 December. 26 Jaargang. binnenland. buitenland! Uitgever A. A. BAKKER Cz. Bureau: MOLENPLEIN, N°. 163. HELDERSCHE W EN NiEUWEDIEPER COURANT. „Wij huldigen het goede." Verschijnt Dingsdag-, Donderdag- en Zaturdag namiddag. Ahonaementsprijs per kwartaal1.30. franco per post - 1.65. Donderdag den 3 dezer vertrekt de Oost-Indisclie mail over Marseille. HELDER en NIEÜWEDIEP, 1 December. In Engeland is de verkiezingsstrijd nog niet geëindigd. Er wordt bij de stembus gevochten dat het een lust is; de krijgsmagt is overal op de been, om de orde te handhaven. De eerste proef met de uitbreiding van het kiesstelsel heeft Amerikaansche gevolgen. Tot heden zijn gekozen 380 liberalen en 260 conservatieven. De belangstelling in de verkiezing is tot alle standen door gedrongen en bijna zoo groot als in Amerika. Als een zeldzaam voorbeeld van de belangstelling aan gene zjjde van den Atlantischen Oceaan verhaalt een Amerikaansch blad, dat te Baltimore een jonge heer en dito dame eene weddingschap hadden aangegaan. Wanneer Grant wordt verkozen, zou de dame genoodzaakt zijn den heer te huwenwerd integendeel Seymour president, zoo zou de heer de dame huwen. Men kent den uitslag en weet dus, dat de dame verloor. Bismarck's lijden openbaart zich in eene geheimzinnige ziekte. Hij heeft namelijk zijn eetlust verloren en brengt menigen slapeloozen nacht door. Is het niet opmerkelijk dat de man, die de rust van Europa zoo heeft gestoord en die in het hart van velen nog vry wat onrust zaait, daar neder ligt en te vergeefs na eenige oogenblikken rust zucht I De man, die provinciën verslond en die, wanneer men hem niet had weerhouden, een keizerrijk zou verzwolgen hebben, kan thans schaarsch eenig yoedsel tot zich nemen. Het schijnt eene ongesteldheid te zijn die hem meer heeft gekweld. Vroeger overwon hij zijn kwaal door hevige beweging, paardrijden, jagen, rooken en zoo kreeg hij eetlust en een weinig slaap, nu echter verdubbelen deze middelen zjjne malaise. Zijn zenuwgestel, zegt men, is zoo overspannenzoo verward dat hij niet kan slapen, indien hij al eens sluimert, dan wordt bij gekweld door droomen en wordt weder met schrik wakker; de klank van een bel of het verplaatsen van een stoel doet hem verschrikt opspringen en ontlokt hem een pijnlijken kreet. Het Oostenrjjksche Fremdenblatt zegt, dat von Bismarck door gewetens-wroeging is aangegrepen. Wie kan, zegt genoemd blad, de visioenen en wrekende schimmen, die zijne slapelooze nachten vergallen, opnoemen? Hoe moet hij rust gevoelen, wanneer de Vorsten, die hij in ballingschap heeft gezonden, de soldaten, die hij ter slagtbank geleid heeft, voor hem oprijzen en hem zijne mis daad verwijten P De Oostenrijksche premier schijnt nog al gerust te kunnen slapen althans men heeft hem bij nacht al zijne ridderorden ontstolen. Zoo als onzen lezers echter bekend is zijn ze den volgenden dag terug- gebragt door een uitdrager, bij wien ze voor fl. 230 verpand waren. Naar wij vernemen heeft zich een commissie gevormd, bestaande uit de heereu Buhse, Dyserinck, Egberts, Krol, Laurey en Weckesser, om, in vereeniging met sommige leden der verschillende muziek gezelschappen en verdere dilettanten, een vocaal- en instrumentaal concert te geven, ten voordeele van de achtergeblevene weduwen en weezen op Terschelling, bij gelegenheid van den laatsten zeeramp. Een menschlievend doel maakt in hooge mate aanspraak op aanbeveling en ondersteuning voor de poging die wordt aangewend om dit doel te bereiken. Het letterminnend genootschap: Liefde tot Kunst alhier maakt zich gereed om binneu eenige dagen eene tooneelmatige voorstelling te geven, ten voordeele der weduwen en weezen van de omgekomen loodsen te Terschelling. De gunstige bekendheid van Liefde tot Kunst en het schoone doel, dat met de uitvoering wordt beoogd, maakt verdere aanprijzing onzes inziens overbodig. Reeds gaan de lijsten ter inteekening rond, die wij hopen, dat spoedig met een zeer groot aantal inteekeningen voorzien mogen zijn. Door ds. Grottendieck, van Alkmaar, zal Vrijdag avond a. s. de spreekbeurt in de vergadering der Maatschappij tot Nut van 't AlgemeenDep. Heldervervuld worden. Met goed gevolg zyn Zaturdag II. geëxamineerd te Rotterdam de heer H. B. Bienhoff, als opperstuurman en te Amsterdam de heeren A. J. Dalmeijer, als opper-en A. Dijker, als tweede stuurman; leerlingen van de school voor de zeevaartkunde van den onderwijzer A. J. Leijer alhier. Tot hoofdingenieur van den Waterstaat 2de kl. is benoemd de ingenieur 1ste kl. J. F. W. Conrad. Te Hellevoetsluis is jl. Zondag van Newcastlc over Brouwers haven aangekomen het ramschip Schorpioenkommandant kapt.-luit. ter zee W. K. van Gennep. Het schroefstoomschip de Amstel, onder bevel van den luit. ter zee late kl. J. B. Everwijn, laatst komende van de Kust van Guinea, is in den namiddag van den 27 Nov. te Cowes (Engeland) aangekomen en heeft den 29sten de reis naar Nederland voortgezet, om te Hellevoetsluis binnen te vallen. Aan boord was alles wel. Z. M. de Koning is jl. Zaturdag morgen met gevolg op het paleis het Loo aangekomen, om een groot gedeelte van den wiuter aldaar door te brengen. De begrooting voor bet Departement van Justitie is gedurende de jongste zittingen der Tweede Kamer bij haar aan de orde ge weest. Een der punten van bespreking bij de algemeene beraad- slagingen over dit hoofdstuk was de afschaffing der doodstraf. De '*hèef Godefroi verklaarde zich niet voor het behoud dier straf, maar zou nooit tot de afschaffing willen besluiten, of er moet voor sommige misdaden levenslange gevaugenisstraf of deportatie zijn, omdat hij er van overtuigd is, dat er een middel moet zijn om zekere soort van misdadigers onschadelijk te maken. De heer van Eek merkte op, dat de noodzakelijkheid van de doodstraf door de statistiek is tegengesproken. Straf moet ook geen kwaad zijn. Men heeft gezegd, dat moordenaars moeteu beginnen met den moord af te schaffenhij_ zegt, dat de staat moet beginnen met een goed voorbeeld te geven. De minister zeide, dat hem het verwijt had getroffen,- dat hij, ofschoon een voorstander der afschaffing van de doodstraf, daartoe trog niet wil overgaan. Men kan echter, zoo merkte de minister op, voor de afschaffing gestemd zijn en toch de bedreiging der doodstraf iu sommige gevallen nuttig achteu. Het afschrikkings-stelsel is des ministers systeem niet. Naar zijn oordeel moet de doodstraf in de militaire wetgeving behouden blijven. De heer van Goltstein vond het vreemd te wachten met de indiening van een wetsontwerp tot afschaffing, als men van de noodzakelijkheid dier afschaffing overtuigd is. Ofschoon zelf geen bijzonder groot ij veraar voor de afschaffing der doodstraf, merkte hij toch op, dat zulks voor hem, die bedoelde straf moet oudergaan, wel degeljjk eene levensvraag mag worden genoemd. In de zitting van gisteren werd Hoofdstuk A. (Dep. van Justitie) met algemeene stemmen aangenomen. Tegenover den heer Heemskerk is te Gorinchem als kandidaat gesteld de luitenant-generaal Knoop. Wjj vernemen, dat Donderdag den 26 November door het doorsteken van den dam op het strand, het kanaal door den Hoek van Holland voor den nieuwen Rotterdamschen waterweg met de Noordzee in gemeenschap is gebragt, zoo dat het kanaal thans aan weerszijden voor de stroomen is geopend. Stoompost De internationale conferentie ter bespreking van de afschaffing der ontplofbare kogels, heeft beslist, dat de contracterende mogend heden bij oorlogen te land en ter zee het gebruik van ontplofbare kogels, die minder dan vier honderd wigtjes wegeu en met brand makende stoffen gevuld zijn, zullen opgeven; dat deze verpligting ophoudt, zoodra aan den oorlog staten deelnemen, die het tractaat niet mede onderteekend hebben. Het voorstel van Pruissen, om de quaestie in ruimer omvang weder in behandeling te nemen, is ver worpen. De protocollen zijn geteekend door de vertegenwoordigers van Oostenrijk, Frankrijk, Beijeren, België, Groot-Brittannië, Wurtemberg, Nederland, Griekenland, Denemarken, Italië, Pruissen, Perzië, Portugal, Rusland, Turkije en Zweden. Bedankt voor het beroep naar Appeldoorn, door ds. Jorissen, pred. te Rotterdam; beroepen te Goes ds. W. Vliegenthart, pred. te Vreeland. Op de 11. Donderdag te Schagen gehouden najaars-paarden- en veulenmarkt waren aan de lijn gebragt 90 paarden en 40 veulens. Uitgezonderd eenige rijpaarden, bestond het meerendeel uit werk paarden van middelmatige kwaliteit. De prjjzen liepen voor de rijpaarden van 200 tot 275 en voor de werkpaarden van 20 tot 100; de veulens vonden nog al aftrek, ofschoon geene bijzon der schoone aanwezig waren; men besteedde 20 tot 70. De handel was over het geheel niet zeer vlug, zoodat de markt lang aanhield.] Den 26 Nov. heeft in de groote nieuwe breischool te Schellink hout eene soiree musicale et dramatique plaats gehad. De liedertafel Sappho, van Hoorn, daartoe door den burgemeester, mede namens het bestuur van de daar bestaande vereeniging Tot Nut van 't Algemeen uitgenoodigd, verschafte door de voordragt van verschil lende degelijke zangstukken voor mannenkoor, afgewisseld door solo- voordragten, trio's voor strijkkwartet en reciten in proza en poëzy, een waarlijk genotvollen avond. In de vereeniging Nut en Genoegen te Giessendam en Ncdcr- Hardinxveld werd 11. Donderdag de spreekbeurt vervuld door mt jufvr. C. A. Bogaardt, hoofdonderwijzeres aan de jongejufvrouwenschool. Zij sprak eene hoogst nuttige en practische rede uit over de „op voeding van de vrouw," welke met belangstelling en genoegen door de talrijke vergadering van dames en heeren werd aangehoord. De nacht van Dingsdag op Woensdag was voor vele arme lieden in de omstreken van Oudewater en andere plaatsen langs IJssel en Maas zeer voordeelig. Volgens eene oude gewoonte mogten zij namelijk de koeijen, die zich dan nog in de weide bevinden, melken. Die lieden hebben daarvan dit jaar een ruim gebruik kunnen maken, door het vele vee, dat nog buiten loopt. Op St. Nicolaas hebben zij weder dezelfde vergunning. Dezer dagen werd te Breda gearresteerd een persoon, genaamd A,, die, met een soldaat io twist zijnde, eensklaps van onder zijn jas een geladen pistool te voorschijn haalde en liet a bout portant loste op den soldaat, die nog in tjjds bukte, zoo dat het schot hem over het hoofd sloeg en slechts zijn chakot eenigszins beschadigde. Door pensionnering van den luit.-kolonel Bn. van Wassenaer St. Pancras, magazijnmeester der Artillerie bij 's Rijks arsenaal te Maastricht, en het overplaatsen van de verdere geëmploijeerden dier inrigting naar andere établissementen, is genoemd arsenaal thans geheel ontruimd. De jl. Zondag van Java ontvangen berigten loopen tot 21 Oct. Het voornaamste nieuws bepaalt zich tot bijzonderheden aangaande de Balische expeditie. Die bijzonderheden luiden over het algemeen niet gunstig. Den 18 Oct. was het 11de bataillon infanterie, onder bevel van den majoor Bloem, te Batavia ingescheept om naar Bali te worden overgebragt. Het opperbevel over de expeditie was voorts opgedragen aan den commandant der 3de militaire afdeeling op Java den kolonel de Brabant. BENOEMINGEN EN VERPLAATSINGEN BIJ MARINE EN LEGER. De off. vaa gez. 3de kl. M. C. Pannevis, laatst behoort bebbeade tot het eskader ia Ooat-Iadië, ea vaa daar dea 23 Nov. io Nederland teraggekeerd, is met dat tijdstip op non-activiteit gesteld. Tot havenmeester te Hanjoewangie is benoemd de op verzoek eervol ontslagen loit. ter zee 1ste kl. D. H. Bnijs. Door den gonveraear-geoeraal vaa Nederl. Iodië is verleend, een tweejarig verlof naar Nederland, wegens ziekte, aan den off. van gez. 2de kl. A. Ledeboer, De Pall Mali zegt: „De bezorgdheid over de gezondheid van Keizer Napoleon schijnt wel gegrond te zijn. Hij onthield zich wel niet van te paard te stijgen en de honden te volgen bij gelegenheid van de groote jagt te Compiègne, doch, in strijd met zijne gewoonte, nam hjj hulp aan bij het in- en uitgaan van het rijtuig. Bij gelegenheid van de jagtpartjj merkte men op, dat hij zeer moejjelyk ging en zijne beenen, die vrij ver van elkander verwijderd waren, met moeite nasleepte, als waren zij min of meer verlamd, terwijl hij zijne armen uitstrekte om zich op de been te houden, 's Avonds bij de „currée" zette hij zich in een leuningstoel, tot dat de party afgeloopen was, ofschoon de Keizerin en de Prins van Wallis stonden. Ook zag men dat hij, een paar avonden geleden, in den schonwbnrg het hoofd op de borst liet zinken en onbewust scheen van hetgeen gebeurde," Prijs der Advertentiën: Van 1i regels 60 cent, elke regel meer 15 cent, behalve 35 cent zegelregt. Groote letters of vignetten worden naar plaatsruimte berekend. Omtrent de grootte van het vermogen, hetwelk door den Baron von Rothschild wordt nagelaten, zijn dc geruchten uiteenloopend. Volgens de verzekeringen van velen, zou het 2000,000,000 francs bedragen. Het ontbreekt niet aan lieden, die becijferen, dat de Baron vou Rothschild alzoo, tegen een interest van 6 pCt., een dagelijks inkomen van 328,760 francs gehad heeft. Dat de vermaarde bankier dit verbazend inkomen niet enkel ten bate van zjjn huis, zijne familie en zijn persoon aanwendde, was voorlang van algemeene bekendheid en blijkt na zijn dood nog meer. Uit de lijkrede, door den heer Cohen, president der Parjjsche commissie van wel dadigheid, uitgesprokeo, verneemt men, dat onder het tal van wel dadige instellingen die hij stichtte, ook vjjf Israëlitische scholen te Parys behoorden, en dat hjj tot instandhouding van al die instel lingen bij zijn uitersten wil de vereischte kapitalen beschikbaar heeft gesteld. Men zal zich van zjjne vorstelijke weldadigheid een juister denkbeeld kunnen maken, wanneer men weet, dat hij in zjjn hotel een afzonderlijk bureau had ingerigt, waar men zich enkel onledig hield met het behandelen der verzoeken om onderstand, die dagelijks door honderden ongelukkigen tot den rjjken man gerigt werden. Bjj zyn dood zijn, volgens zijnen wil, 100,000 francs onder de armen der verschillende stadswijken verdeeld geworden; en daags na zijn begrafenis is aan iederen arme, die zich aan het sterfhuis kwam aaumelden, een louis (20 francs) uitgereikt. Op die wijze is aan 15,000 behoeftigen eene som van 300,000 francs geschonken. De meuschlievendheid van den bankier bepaalde zich echter niet enkel tot goeddoen in stoffelyken zin. „Steeds," zeide de heer Cohen, „was hij er op uit om ryk en arm, Jood en Christen, hen die zijne hulp niet, zoo wel als hen, die ze wel behoefden, maar dezen laatsten het meest, het leven aangenaam en gemakkelyk te maken." Ook aan zjjnen godsdienstzin deed die redenaar regt wedervaren„Zoo wel te midden van zynen grooten wereldschen voorspoed, als onder de beproevingen, die hem werden opgelegd, hoorde men hem betuigen: „Op Uwe hulp, o Heere! verlaat ik mjj Het ingediende budget van het Fransche ministerie van oorlog voor 1870 is 2,000,000 francs hooger dan de voor 1869 vastgestelde begrooting der uitgaven van dat departement. Sedert een paar dagen is Parijs in zulk een zwaren mist gehuld, dat zelfs op den vollen middag de gaslantaarns op de straten en de gaslichten in de huizen en winkels moeten branden. Jl. Zondag ochtend is de heer Pierre Antoine Berryer te Angerville overleden. Het Engelsche transportschip the Crocodile heeft jl. Vrydag, bij het uitzeilen van het Kanaal, overzeild een koopvaardijschip, hetwelk vau Callao kwam en naar Antwerpen op reis was. Vier der opvarenden zyn verdronken. Dc acht overigeu zijn behouden te Devonport aangekomen. De armoede in Londen is, volgens eene onlangs openbaar gemaakte berekening, het laatste jaar 50 pCt. toegenomen en het getal armen wordt op 150,000 of een twintigste der bevolking ge schat. Daarbjj wordt opgegeven dat 100,000 kinderen rondloopen, die geen bepaald onderkomen hebben en geen verzorging genieten. Verder stelt men het getal misdadigers, dat jaarlijks na ondergane straf wordt vrijgelaten, op 100,000 en dat der ontslagenen uit dc strafkoloniën op 2000. De International deelt mede, dat iu één week tijds 2 kiudereu te Londen, één van zeven en één van negen jaren, beiden in koelen bloede een moord op kameraadjes begaan hebben, daar zjj de lot gevallen van Dick Turpin en van Jack Sheppard in een penny papier gelezen hadden en, volgens bunue eigen verklaring, schrejjende voor den regter afgelegd, zoodanig vau bewondering vervuld werden over de heldenfeiten der bandieten, dat zjj den lust niet konden weerstaan, om eokele dier feiten, naar zij meenden uit jokkernij, ua te bootsen. Eene dier schrikbarende rampen, welke zoo menigvuldig voor komen, ondanks hare uitgebreidheid en de ellende waarvan zij ver gezeld gaan, namelijk eene ontploffing in de kolenmijnen, heeft weder aan een groot aantal menschen het leven gekost. Ditmaal gebeurde de ontploffing in eene kolenmijn te Wigan, en 60 van de 120 mijn werkers, die aan het werk waren, kwamen om. Daarenboven zjju zeer velen gewond. Jl. Vrjjdag avond ten 6 ure berigtten de twee wachters, die de veiligheid betreffende vuur en licht onderzoeken, dat alles in orde was, eu ten 8^ ure viel de ontploffing voor. De oorzaak is, zoo als gewoonlijk, onbekend. Het is echter helaas eene bekende zaak, dat de mijnwerkers zelveu, niettegenstaande het bewustzijn van het groote gevaar waaraan allen bloot staan, in geval van nalatigheid, zich nogthans daaraan schuldig maken, of in ligtzinnighci d hunne lantaarns openen, somtijds, naar men zegt, om een pjjp aan te steken en daardoor het gas doen ont vlammen. Het denkbeeld aan den dood schijnt by het weinig aan trekkelijke, dat hun het leven aanbiedt, veel te verliezen van het verschrikkelijke, dat er anders aan verbonden is. In 1867 hebben op de spoorwegen in het Vereenigd Koningrjjk 209 personen het leven verloren en 795 anderen kwetsuren bekomen. Dit is een ontzettend getal, hoewel men in aanmerking moet nemen, dat nagenoeg 300 millioen personen in dat jaar per spoor zjjn vervoerd. Terwjjl dezer dagen te Sheflied een 300tal personen, de knnst- verrigtingen stonden te aanschouwen voor eene kermistent, welke was opgerigt op een terrein, waar huizen hadden gestaan, doch waarvan men de benedenvloeren had laten liggen, bezweken eensklaps de planken en kwamen allen op de vaten van een bierkelder neder gelukkig heeft slechts een 12tal mannen en vrouwen onbeduidende wonden bekomen. Disracli verhaalt dat Rousscan, toen hij zich in een dorp vestigde, leeren moest, om de gesprekken der inwoners met geduld te verdragen. Hy zeide: „Wanneer ik alleen beu, ken ik geen verveling, zelfs wanneer ik niet werkmijne verbeelding was voldoende om mijne ziel bezig te houden. Het gesaap der gezelschappen, waar men niets dan de tongen beweegt, kan ik maar niet leeren verdragen." Corneille, de groote dramaschrijver, was stil en teruggetrokken. Molière sprak zeer weinig en Tasso was zoo stil in gezelschap, dat iemand zeide: „zijn stilheid grensde aan krankzinnigheid." Tasso vroeg hierop of de spreker ooit een gek)had gezien, die wist wanneer hij zijn mond moest houden. De gewoonte van sommige schrijvers, om slechts hnnne gedachten te schrijven, verzwakt hunne kracht, om voor de vuist te spreken.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Heldersche en Nieuwedieper Courant | 1868 | | pagina 1