Zondag 3 Januarij.
1869. N°. 2.
Uitgever
Bureau:
A. A. BAKKER
Cz.
BINNENLAND.
BUITENLAND.
HELDERSCHE
EN NIEUWEDIEPER COURANT,
,»Wij huldigen het goede."
Verschijnt Dingsdag-, Donderdag- en Zaturdag namiddag.
Abonnementsprijs per kwartaal1.30.
franco per po3t - 1.65.
MOLENPLEIN, N°. 163.
Prijs der AdvertentiënVan 1i regels 60 cent,
elke regel meer 15 cent, behalve 35 cent zegelregt.
Groote letters of vignetten worden naar plaatsruimte berekend.
HELDER en NIEUWEDIEP, 2 Januarij.
Toea jl. Donderdag avond het middernachtelijk uur een nieuwen
tijdkring aankondigde, bragt het muziekgezelschap Concordia sere
nades met fakkelicht aan den heer burgemeester en aan den heer
majoor-kommandant van het Artillerie-Vrijkorps alhier. Het
muziekkorps voerde te dier gelegenheid onder anderen het Volkslied
en den Vrijkorps-marsch uit. Een talrijke menigte was er op de
been om van deze muziekale uitvoeringen getuigen te zijn.
De zwaargeladene Engelsche stoomboot Huil, die gisteren middag
de haven alhier verliet, is tegen Zr. Ms. wachtschip Kortenaer aan
gevaren, met dat gevolg, dat aan genoemd wachtschip vrij wat
schade veroorzaakt werd. Janmaat zou juist gaan passagieren ter
viering van den nieuwjaarsdag, toen dit ongeval plaats greep. Het
spreekt van zelve, dat het sabbathskleed terstond met het werkpak
moest worden verwisseld.
Ter voorbereiding van de verkiezing van 14 notabelen in de
Hervormde gemeente alhier, zal de lijst der stemgeregtigde lidmaten
van Woensdag 6 tot Woensdag 13 Januarij e. k. ter inzage liggen
in de consistoriekamer der Nieuwe kerk van 's voormiddags 10 tot
's namiddags 2 ure.
Reeds vroeger hebben wij berigt, dat de stemming zal plaats
hebben den 27 dezer. Eene week voor den dag der verkiezing
worden de stembilletten zooveel mogelijk aan het adres van ieder
stembevoegde bezorgd. Bezwaren tegen de lijst der kiesgereg-
tigden moeten schriftelijk en onderteekend bij heeren kerkvoogden
worden ingediend.
Men deelt ons mede, dat het Engelsche schip, genaamd
Alarm, dat met den jongsten storm op den Zuidwal alhier is geraakt,
waarschijnlijk met eene gunstige gelegenheid zal worden afgebragt.
De Wekker, weekblad voor Onderwijs en Schoolwezen, vangt
haar eerste nommer van 1869 aan met een woord aan de groote
zaak der volksverlichting gewijd. Sprekende over het allezins betamelijke
van den strijd tegen onwetendheid en verdierlijking, om dien te
voeren tot in de geringe stulpen op het land en in de achterbuurten
der steden, spreekt de schrijver van dit hoogst belangrijk artikel
de verwachting uit, dat zulks in de toekomst steeds meer op den
voorgrond zal treden.
Vervolgens gaat hij voort op deze wijze
„Is dit reeds in 1868 merkbaar? In het buitenland, vooral in
Zuid-Europa, is zeker veel geschied tot verbreiding en verbetering
van het onderwijs, vooral voor de minder verlichte standen. In
Frankrijk gaat men voort, hoe schoorvoetend ook, de schoolinrig-
tingen te vermeerderen en het onderwijs te verbeteren in Italië,
waar zoo lang het volk in onkunde is gehouden, is de behoefte
levendig geworden om daartegen krachtdadig op te tredenin Spanje
durft men zich vleijen dat de botsingen, die men nu in dat land
kan voorzien, toch zullen medewerken om de vroeger reeds aange
vangen regeling van het lager onderwijs meer en meer te ontwikkelen,
daar elk der strijdende partijen het volksonderwijs in haar programma
voorop stelt. Al bepalen wij ons nu maar bij deze landen alleen
dan reeds zou de terugblik op 1868 genoegen doen aan den echten
volksvriend."
Verder zegt de schrijver: „Mogen Europa en ons dierbaar vaderland
in dit jaar de zegeningen van rust en vrede blijven geuieten, dan
kan vooral met kracht worden gearbeid aan de verspreiding van
nuttige kennis bij die standen vo«ral, die vaak vergeten zijn en
waartoe het openbaar onderwijs, zooals de Grondwet het voorschrijft,
het eenig middel is."
Bij de dienstdoende Schutterij te Beverwijk zijn benoemd: tot
lsten luit. C. E. Klumpes; tot 2den luit. mr. J. W. Mouton.
Gedurende het jaar 1868 heeft het Nederlandsch Zendeling-
Genootschap aan giften en legaten ontvangen 63,973.61.
Aangenomen het beroep naar de Hervormde gemeente te Rijswijk,
door ds. J. Verweij Jz., pred. te Zevenhoven.
Met genoegen wordt gemeld, dat de Pettemer zeewering by
het jongste stormweder ten eenenmale onbeschadigd is gebleven.
Daargelaten een gering nadeel aan het oude beslag voor de paal-
regels, hebben de hoofden weinig geleden; eenige golfbrekers zijn
door de kracht der golven uitgeslagen. Wij zien aldus dat de
bemoeijingen van het provinciaal bestuur en niet minder die van de
zaakkundige directie der waterstaats-ambtenaren, om het groote
werk, het maken van steenglooyingen tot versterking der ge
noemde zeeweringen, tot stand te brengen, de geweuschte uit
komsten hebben opgeleverd. Ook de aannemer, de heer D. Tool,
te Wognum, zal voorzeker eene zelfvoldoening hebben. Hem toch
komt even veel lof toe als de directie van den waterstaat, daar het
gebleken, is dat het werk weerstand heeft kannen bieden aan zulke
zware stormen, als in deze dagen gewoed hebben. AmslCrt.)
Gedurende het jaar 1868 zijn alhier binnengekomen 2052
schepen, te Helvoet 2739, te Brielle 382, te Brouwershaven 334 en
te Zierikzee 75.
In het afgeloopen jaar zyn ter Kaasmarkt te Alkmaar aan
gevoerd 18251 stapels, te zamen wegende 3,713,680 Ned. pond.
In het vorige jaar bedroeg die aanvoer 19072 stapels, wegende
te zamen 4,154,644 Ned. pond.
Volgens een te Amsterdam ontvangen telegram uit Terschelling
van 31 üec. jl., is aldaar aangebragt de equipage van de Russische
schooner Victoria, kapt. Scholte, van Riga met deelen naar Dublin
het schip was vol water, drijvende nabij Terschelling. Volgens telegram
uit Vlieland van gisteren, is genoemd schip voor het Schuitegat te
Terschelling gebragt.
Bij gelegenheid van den Nieuwjaarsdag is te 's Hage ten hove
groote receptie gehouden.
Gisteren morgen, zegt de N.R.Crt.,met het aanbreken van den dag
heeft te Rotterdam een zeer betreurenswaardig ongeluk plaats gehad.
Eergisteren middag ten 1 ure werd het Groningsche tjalkschip Vrouw
Grietje door schipper Cornelis Jannes Veldsema by den mond der
Leuvehaven aan wal gelegd, om uit de Engelsche stoomboot Marl-
borough eene lading van 16 lasten ijzer over te nemen. Zyne vrouw
en vijf kinderen, zijnde een dochter van 12 en vier zoons van 8,
6, 4 en 2 jaren oud, bevonden zich mede aan boord. De werk
zaamheden waren geregeld volbragt, terwijl er verder geene aanlei
ding scheen te bestaan om voor lek of andere averij te vreezen;
althans toen de schipper nog gisteren nacht voor alle zekerheid de
pomp wilde doen werken, bevond hij, dat er geen water in het
schip [was. Men kan zich dus voorstellen, welk eeu schrik het
teweeg moest brengen, toen hij gisteren morgen in de vroegte werd
gewekt door de hem toegeroepen waarschuwing, dat zijn schip aan
het zinken was en dat hy zelfs alle haast moest maken, om zijn
leven en dat der zynen te redden. Ijlings snelt hij met zyne vrouw
naar het dek, om te zien hoe het er mede stond, doch het was
reeds te laat. Wel mogt men er in allerijl in slagen om hem en
zijne vrouw langs de palen naar boven op den wal te halen, doch
er was geen denken meer aan om de kinderen te redden, doordien
het vaartuig te spoedig zonk, zoodat zij alle vijf den dood vonden.
De schipper en zijne vrouw zijn naar het ziekenhuis overgebragt.
De adj.-onderofficier van het regiment rijdende artillerie te
Amersfoort Marquine, die in September jl., na ingesteld onderzoek
wegens de staldienst kort na het uitbreken van den brand in den
langen stal, was gedegradeerd en zich toen in arrest had begeven
tot dat van hooger in zijne zaak zou zijn beslist, is in zynen
graad hersteld.
Dezer dagen zijn bij eene uitgraving van den spoorweg, niet
verre van de spoorwegbrug te Arnhem, een aantal geraamten gevonden,
hoogst vermoedelijk van Fransche soldaten, die in 1813 bij de
bestorming der stad aldaar, in het zoogenaamde geretrancheerde
kamp, in menigte sneuvelden.
Dezer dagen verscheen bij den boekhandelaar Thieme te Arnhem
de tweede jaargang van het jaarboek voor lager onderwijs, uit
gegeven onder redactie van den heer M. P. Lindo, inspecteur van
lager onderwijs in de provincie Zuidholland, met medewerking van
verschillende schoolopzieners. Evenals het vorige jaar is dit werk
zeer belangrijk voor allen, die met het onderwijs in eenige betrek
king staan. Het laatste gedeelte van het boek is ingeruimd aan
eenige opstellen, die voor onderwijzers hoogst belangrijke wenken
bevatten en het werk ook van dien kant zeer aanbevelingswaardig
maken. Wij hopen nog menigen jaargang van dit werk te zien, dat
voor allen, die met het schoolonderwijs in betrekking staan, van
groot nut kan zijn.
De laatste storm heeft de landbouwkolonie Mettray, nabij
Zutphen, zeer geteisterd. Het waschhuis is geheel vernield; van
het hoofdgebouw zijn 2000 pannen vernieldeen groote populier
boom werd door de ramen van de woonkamer des directeurs
geworpen. De jongens namen de wijk in de kerk, daar ook de
ramen der slaapzaal waren ingeworpen; men berekent de schade
op verscheidene duizenden guldens, zoodat krachtige hulp zal moeten
worden ingeroepen.
Aangekomen schepen te Batavia vóór 16 Dec.: Cornelis Gips,
Louise Kroonprinses van Zweden, Maria Adriana, Oceaan, Rotter
dam, Amstelstroom en Noach II. Vertrokken: Constance, Does-
borgh, Jacoba Helena, Kosmopoliet en Sindbad.
IVij ootleenen aan de Staatscourant de volgende opgaven van Zr. Ms
schepen in Oost-Indië, loopende tot 15 November jl.:
Prins Ak-xander der Nederlanden, kapt.-luit. W. C. Klis; Juno, kapt. jhr.
J. E. VV. E. van Raders; de Cachelot, kapt. A. J. Kroef en roeikanonneerhoot
No. 14, luit. 2de kl. F. H. Coblijn, wachtschepen'tc Batavia, Soerabaija, Ma-
cassar en Samarang; Amsterdam, kapt.-lnit. A. R. A. M. Clifford Kocq van
Breugel, maakt deel uit van de expeditie op BaliReinier Claeszen, kapt.-
luit. P. Koningj gest. ter O.knst van SumatraHaarlemmermeer, luit. 1ste
kl. J. W. F. Frucht, gestat, ter Z. en O. afd. van Borneo; Celebes, lnit. lste
kl. F. M. Parker Verboom gestat, in de Z. en O. afd. van BorneoBromo,
kapt.-lnit. H. P. van Booeval Fanre, maakt deel uit van de expeditie op Bali;
Onrust, luit. lste kl. J. C. H. Beeloo, gest. in de Z. en O. afd. van Borneo;
Ardjoeno, kapt.-luit. G. H. Bakker, ligt ter reede van Soerabaija; Stavoren,
luit. lste kl. C. J. Smith, wordt tc Soerabaija ingerigt tot opnemingsvaartuig;
Prinses Amelia, kapt.-luit. C. A. L. H. baron van Heeckeren, gest. in de
Molukscbe wateren; Coehoorn, luit. lste kl. jhr. J. H. P. von Schmidtnuf
Altenstadt, maakt dc-el uit van de expeditie op Bali; Madnra, luit. lste kl.
A. J. van Mansvelt, gest. ter W.kust van Borneo; Aart san Nes, luit. lste
kl. H. K. Koning, gest. in de wateren van Celebes; Bali, luit. lste kl. J.
K. L. Gey van Pittius, gest. in de wateren van Meuado; den Briel, luit.
lste kl. IV. F. van der Borg, ligt ter reede Batavia, maar zal naar Soerabaija
gaan, om te worden nagezien en gerepareerd; Maas en Waal, luit. lste kl.
C. P. van der Star, gestat.in de wateren van Menado, is naar Soerabaija opgeroe
pen; Cycloop, luit. lste kl. D. Schuurman, maakt deel uit van de expeditie
op Bali; Suriname, luit. lste kl. G. F. Servatius, gest. in de wateren van
Celebes; Adui'raai van Kinsbergen, luit. lste kl. G. Bijl de Vroe, gest. in
de wateren van Riouw en Linga; Willem, kapt.luit. J. K. vau de Kruysse
Pilaar, wordt te Onrust nagezien en gerepareerd; - Leeuwarden, kapt. J. W.
de ltuijter de Wildt, kruist in de Java-zee: Vesuvius, luit. lste kl. C. A.
B. D. Kijk, wordt tc Onrust nagezien en gerepareerdde Watergeus, kapt.-
luit. W. B. F. Escher, wordt te Soerabaija gereed gemaakt om naar Nederland
terug te keerenSumatra, luit. lste kl. A. Drookers, gest. in de wateren
van Celebes; Borneo, luit. lste kl. D. L. Feldman, gest. ter W.kust van
SumatraBanka, luit. lste kl. A. W. Keuchenius, gest. iu de wateren van
Riouw en Lioga; Timor, luit. lste kl. E. F. Hanel van Croneuthall, wordt
te Onrust voor de Indische dienst ingerigt; vau Speijk, tijdelijk commandant
luit. lste kl. J. J. de Hart, wordt te Soerabaija ingerigt tot wachtschip te Macassar.
De Volksvriend deelt een overzigt mede van de jeneverrampen
in 1868, waaruit blykt, dat zich in dat jaar hebben voorgedaan:
31 gevallen van gevangenneming en veroordeeling, waaronder 8
van moord en manslag (hierbij twee kinderen, jongentjes van 7 en
11 jaar, die door het werkvolk werden doodgevoerd met jenever),
68 gevallen van verwonding en mishandeling en 54 zelfmoorden.
Dit overzigt is alleen uit de gewone dagelijksche couranten-berigten
getrokken.
Volgens de Staats und Gelehrte Zeitung heeft prof. B. Karup
eene statistiek opgemaakt van de op aarde bestaande levensverzeke
ringen in het jaar 1868 en deelt daaromtrent het volgende resultaat
mede. Groot-Brittannië en Ierland tellen 170 maatschappyen met
een kapitaal van 3000 millioen thaler, hetgeen eene verzekering
per hoofd geeft van 100 thaler. De Vereenigde Staten 55 maat
schappijen, 1800 millioen thaler kapitaal, 56.25 th. per hoofd;
Frankrijk 16 maatschappyen, 415 millioen th. kapitaal, 10.92 th.
per hoofd; Duitschland en Oostenrijk 34 maatschappijen, 350 mill.
th. kapitaal, 7 th. per hoofd; het overige Europa 25 maatschappijen,
200 millioen kapitaal, 1.40 th. per hoofd; in de overige wereld 30
maatschappijen, 250 millioen th. kapitaal, 0,24 th. per hoofd. In
het geheel dus bestaan er volgens deze statistiek 330 levensverzeke
ringen, werkende met een kapitaal van 6015 millioen thaler, terwyl
de verzekerde som in doorsnede op 1350 millioen inwoners 4.16
thaler per hoofd bedraagt.
Bij besluit van den heer Rouher zal de Moniteur voortaan
zijn genoemd: Journal officiël de VEmpire Franqais.
Men beweert dat Keizer Napoleon III by de receptie van
het corps diplomatique het volgende heeft gezegd„Ik ontvang
met genoegen uwe gelukwenschen, en ik constateer met vreugde,
dat de verschillende mogendheden door een geest van verzoening
worden bezield, die het mogelijk maakt, de verwikkelingen, telkens
wanneer zij ontstaan, uit den weg te ruimen. Ik hoop, dat het
jaar 1869, even als het jaar 1868 heeft gedaan, de bezorgdheid zal
doen wijken en den vrede zal bevestigen, waaraan de beschaafde
volken zoo groote behoefte hebben."
Gustave Doré heeft van Keizer Napoleon een gouden potlood
houder, aan het eene einde voorzien van een prachtigen diamant,
ontvangen, onder het navolgende geleidend schrijven:
Monsieur Doré, Vous tirez de votre crayon de si belles choses,
gue je serais heureux que vous vouliez bien en demander quelques unes
a celui-ci, en souvenir de moi. Napoleon."
Volgens den Indépendant te St. Omer is in een vijver naby
Clairmarais een karper gevangen, die vyftig pond woog. Aan den
staart bevond zich een zilveren ringetje van 15 milimeters in
diameter, waarop stond gegraveerd: „Te water gelaten den 15 April
1697, door J. M., weegt 2 pond." Deze visch zou dus 171 jaren
oud zyn.
Onder de Fransche dagbladen, die vervolgd en opgeheven zijn,
is ook de Pavé, de Straatsteen, dus door zijn naam reeds voorbe
schikt om vertreden te worden. Het blad had nogtans geest, maar
juist daaraan schijnt het zyne veroordeeliug te wjjten te hebben.
De schrijver van het geïncrimineerde artikel stelde zich voor, dat
hij op het oogenblik dat hij schreef, een advocaat naast zich had,
een vriend dien hij raadpleegde.
„Ik kan toch wel melding maken van die arme vrouw, die om
komt van ellende?" vraagt hij aan zyn vriend.
„Gij zult het wel laten," is het antwoord, „om na de feesten
van Compiègne te spreken van hen die van honger omkomen. De
gevangenis zou u wachten."
„Maar ik mag toch spreken van dien man, die laat naar huis
ging en aangevallen werd door straatroovers
„Wacht er u wel voor, men zou zeggen dat gij aanmerkingen
op het bestuur maakt en over politiek spreekt."
„Mag ik dan zeggen, dat men eene inschrijving heeft geopend
voor een gedenkteeken voor Bcrryer?"
„Welk eene dwaling! Vat gy dan niet het boosaardig verband,
dat men zien zal tusschen deze inschrijving en eene andere? Men
zal zeggen, dat het eene vermomde kritiek is; dat gy u aan ma
noeuvres schuldig maakt."
„Mag ik spreken over den regen en het moojje weer?"
„Het hangt er van af wat gij zeggen zult."
„De waarheidik zal zeggen dat de hemel somber en de lucht
drukkend is."
„Dat is aanhitsing tot haat. Als gjj zegt dat de hemel somber
is, maakt gy eene toespeling op de bekende zwarte stippen; als gy
zegt dat de lucht drukkend is, erkent gij dan niet, dat het moeije-
lijk valt adem te halen? Het openbaar ministerie zal ongetwyfeld
in die weerkundige opmerkingen eene kritiek zien, die al de ge
strengheid der wet verdient."
Inderdaad is de schrijver van het artikel veroordeeld tot eene
maand gevangenisstraf en 100 francs boete, de drukker tot 100
francs boete, terwijl het blad is opgeheven. (Amh. Ct.)
De dagbladen deelen een van Parijs gedagteekend, aan het
voorloopig bewind te Madrid gerigt schrijven mede, hetwelk de
onderteekening draagt van Enrique van Bourbon (broeder van den
gemaal van Koningin Isabella), en waarin dat bewind verzocht wordt
aan genoemden Infant, „die den roem van Washington oneindig
hooger dan dien van Caesar schat," te vergunnen naar Madrid
terug te keeren, om daar zijne woning weder te betrekken, alsmede
om, even als de Hertog van Montpensier door de tegenwoordige
bewindslieden als kapitein-generaal erkend is geworden, door hen
weder in het bezit van zynen degen als marine-officier gesteld te
worden, die hem „door den haat en de dwingelandij van het minis-
terie-Narvaez" ontnomen is geworden. Dat schrjjven vloeit zoo
zeer over van de heftigste en grofste uitvallen tegen den Hertog
van Montpensier, die daarin een intrigant en indringer, een
verrader van Koningin Isabella genoemd, en de sympathie der
Spaansche natie, laat staan de candidatuur voor den Spaanschen
troon onwaardig verklaard wordt, dat velen het voor onecht
meenen te moeten houden. Le Siècle verklaart, met het republi-
keinismus van den Infant zeer weinig ingenomen te zijn, en geeft
aan de Spanjaarden den raad om in Enrique van Bourbon niet
meer vertrouwen te stellen dan in een der overige leden van zijn geslacht.
Op den middag van 31 December jl. hebben de gezamenlijke
muziekkorpsen en tamboers-compagniën van de Parijsche nationale
garde en van de regementen der bezetting der hoofdstad het keizerlijk
gezin, ter gelegenheid van den Oudejaarsdag, eene aubade gebragt,
welke door den Keizer, de Keizerin en den Keizerlijken Prins van
het balcon van het Pavillon de 1'Horloge is aangehoord. Het aantal
muziekanten en tamboers, die tot deze muziek-uitvoering hebben
medegewerkt, welke met een door het muziekkorps der turco's voor
gedragen nummer geëindigd is, bedroeg ruim 1200.
In Engeland is verandering in het weder gekomen. Op som
mige plaatsen heeft het gesneeuwd.
In een door Reuters-office ontvangen telegram wordt gemeld,
dat de raad der ministers van de Porte thans bepaald besloten
heeft deel te nemen aan de conferentie, nadat de vertegenwoordigers
van Engeland, Frankrijk en Oostenrijk ten stelligste verzekerd
hadden, dat de vijf punten van het ultimatum den grondslag der
beraadslagingen zouden uitmaken. De vertegenwoordiger vau Turkjjë
zal zich onmiddelyk uit de conferentie verwijderen, indien andere
kwestiën daarin ter spraak worden gebragt.