1869. N°. 93.
Woensdag 4 Augustus.
27 Jaargang.
Uitgever A. A. BAKKER Cz.
Bureau: MOLENPLEIN, N°. 163.
DE SPOORWEGEN IN NEDERLAND.
BINNENLAND.
HELDERSCHE
EN NIEUWEDIEPER COURANT,
„W ij huldigen het goede/
Verschijnt Dingsdag-, Donderdag- en Zaturdag namiddag.
Abonnementsprijs per kwartaalf 1.30.
franco per post - 1.65.
Prijs der Advertentiën: Van 1—4 regels 60 cent,
elke regel meer 15 cent.
Groote letters of vignetten worden naar plaatsruimte berekend.
Honderdag den 5 dezer vertrekt de Oost-Indi-
gclie mail over Soutliampton.
Uittreksel uit het Yerslag van den
toestand der provincie Noordholland, over
het jaar 1868, gedaan aan de Provin
ciale Staten van dat gewest, door de
Gedeputeerde Staten, in de Zomerver
gadering van het jaar 1869.
IV.
Het achtste hoofdstuk van het Verslag handelt over
Onderwijs, Kunsten en Wetenschappen. Het aantal scholen
voor gewoon lager onderwijs vindt men daarin opgegeven als in
deze provincie te bedragen 292, waarvan 240 openbare.
Op 243 scholen in dit gewest wordt ook meer uitgebreid
lager onderwijs gegeven; 69 van deze zijn openbare scholen.
Het aantal onderwijzers, onderwijzeressen en kweekelingen,
aan de openbare en de bijzondere scholen werkzaam, bedroeg
in 1168 1995. Voor de kosten van het onderwijs zijn in
het vorige jaar o. a. de volgende subsidiën uit de provin
ciale fondsen toegestaan: Vlieland 475, Petten 400,
Terschelling 450, Texel 2376.41. Van Rijkswege
werden gelijke subsidiën verstrekt. Nieuwe schoollokalen
werden gebouwd o. a. te Schagen en te Oude Schild (op
Texel). De school te Nieuwe Niedorp onderging verbetering;
gelijk mede de meisjesschool te Alkmaar.
Een aantal inrigtingen worden in het Verslag genoemd,
waar onderwijs wordt gegeven aan personen, die reeds boven
den leeftijd der leerlingen van de gewone lagere school zijn.
Sommige dezer scholen voor volwassenen zijn openbare, en
de bijzondere zijn op enkele uitzonderinge na niet gesubsi
dieerde scholen. Zondagscholen worden door geen der
schoolopzieners vermeld; de scholen, onder die benaming
in de gemeenteverslagen voorkomende, schijnen uitsluitend
bestemd tot hetgeven van godsdienstig onderwijs. Een
aantal inrigtingen worden er opgenoemd, waar hulponder
wijzers en kweekelingen hunne verdere opleiding ontvangen.
De gemeentelijke teekenschool te Alkmaar telt 41 leer
lingen, waarvan 23 voor het timmeren en 18 voor ver
schillende andere handwerken worden opgeleid. Er werd
geklaagd over veelvuldig verzuim in de bijwoning der lessen.
Als eene der nuttigste inrigtingen van onderwijs in deze
provincie mogen zeker worden genoemd de beide Ambacht
scholen der Maatschappij van den Werkenden Stand te
Amsterdam. De eene school is uitsluitend bestemd voor
zoons van ambachtslieden. Er wordt aan deze beide scholen
Aan het stuk, hetwelk bovengenoemde titel draagt, voorkomende
in het „Antwerpsche Handelsblad," ontleenen wij het volgende:
„Haast u langzaam, zegt de Hollander in zake van spoorwegen. Wij
Belgen zijn dan ook den stellingen Hollander, die zeven keeren
denkt, wikt en weegt voor dat hij uitvoert, in het aanleggen van ijzeren
wegen, met stoom vooruitgeschoven. Wij hadden onze rails reeds
bijna in alle richtingen gelegd, toen hij nog slechts voor goed aan
vang maakte; onze locomotieven schoven reeds over de bergen en
onder de grond door, toen hij nog, gewapend met een lange pijp
en een bittertje, aan 't wikken en wegen was.
Die vertraging heeft echter haar voordeel gehad en de gelegenheid
gegeven om een schier algeheel plan op te maken, terwijl wij door
regts en links wegen te leggen menige vertakking van weg ganscli
anders, wij bedoelen veel nuttiger en voordeeliger zouden maken,
indien dit werk nog moest gedaan worden.
Er was echter eene andere hinderpaal voor den Hollander om
met zooveel spoed als wij vooruit te gaan; onze ligging werd niet
gedurig verhinderd door het water, hetwelk de noordergewesten
langs alle kanten doorkerft en verbrokkelt, en als het moeijelijk is
om onder den grond door te vroeten, dan is het oneindig moeije-
lijker en kostbaarder onder het water en in een drassigen grond
te werken.
Nu echter eens de Hollander voor goed aan het werk is, maakt
hij inderdaad reuzenwerken; hij werpt bruggen over rivieren en
diepten heen, waaraan vroeger niet durfde gedacht te worden, en wie
zich van de onmetelijke kosten en stoute ondernemingen overtuigen
wil, doe een reisje van een of twee dagen naar het door ons al te
weinig gekend en zoogezegd kaasland.
De spoorweg zal u van Breda naar 's Hertogenbosch brengen,
waar de lijn voor het oogenblik ophoudt, terwijl men van de an
deren kant der rivieren druk bezig is om de aansluiting der lijn te
voltrekken.
Van 's Hertogenbosch, om tot dc aansluiting te komen moet gij
u nog van de oud-vaderlijke diligence bedienen; doch het is een
reisje, dat gij u niet zult beklagen, vooral niet in dit saizoen, nu
Holland een wezenlijk friseh, levendig en schilderachtig gezicht
oplevert.
Begts en links van den klinkerweg, die u naar Waardenburg
brengt, strekken zich eindelooze weiden uit, met rundvee, paarden,
aan tal van jongelieden onderwijs gegeven in bouwkunde,
werktuigkunde, teekenen, rekenkunde, timmeren, smeden,
I draaijen, beeldhouwen, enz. De industrieschool voor de
vrouwelijke jeugd te Amsterdam werd door 80 a 100 meisjes
i bezocht. Er worden proeven genomen om eenige meisjes
onderwijs te geven in de artsenijmengkunde.
De plaatselijke teekenschool te Helder met 32 en de
lagere industrieschool, opgerigt door het Heldersche
Departement der Maatschappij tot Nut van 't Algemeen,
met 40 leerlingen, worden in het verslag niet vergeten.
De „stads" teekenscholen te Hoorn en te Purmerend
telden ieder 57 leerlingen.
De Rijks Hoogere Burgerschool te Alkmaar telde in
December 1868 59 leerlingen. De school werd door
onderscheidene leerlingen bezocht, wier ouders elders
woonden, t. w. door 4 die dagelijks heen en weder gingen
en door 11, die in de gemeente zich tijdelijk vestigden.
De Hoogere Burgerschool te Amsterdam werd bezocht
door 166 leerlingen, die te Haarlem door 120 leerlingen.
De meisjes-burgerschool in laatstgenoemde gemeente, die
een jaar te voren met slechts 17 leerlingen geopend werd,
telde in 1868 reeds 53 leerlingen. De Hoogere Burger
school te Hoorn telde 33, die te Zaandam 47 a. 55 leer
lingen. Nevens deze scholen wordt die voor uitgebreid
lager en middelbaar onderwijs te Helder genoemd, onder
de leiding van den heer C. J. Blok, met nog drie onder
wijzers.
Onder de scholen voor de Zeevaart, in deze provincie
bestaande, worden o. a. die te Helder en te Vlieland genoemd.
Die in laatstgenoemde gemeente wordt hoofdzakelijk des
winters door de leerlingen bezocht. De meesten toch ver
huren zich reeds vroeg in het vooijaar als stuurlieden voor
de kleine vaart.
Het instituut tot onderwijs van blinden te Amsterdam
telde 50 leerlingen, 34 jongens en 16 meisjes. De school
voor spraakgehrekkigen en doofstommen werd door 21 kin
deren met spraakgebreken, 15 doofstommen en 4 achterlijke
kinderen bezocht. Zeven der eerstgenoemden werden in den
loop des jaars als hersteld ontslagen.
Gymnastiekscholen bestaan in deze provincie: te Alkmaar
1 met 82 leerlingen; te Amsterdam 4 met 1068; te Haarlem
1 (tevens scherm- en dansschool) met 673 leerlingen; te
Enkhuizen 1 met 27, te Helder 1 met 46 (behalve nog de
kweekelingen der Normaalschool en de weesjongens); te
Medemblik 1 met 32 leerlingen.
Onder de gemeenten waar zwem- en badinrigtingen
bestaan wordt niet ééne gemeente van het Noorderkwartier
genoemd.
veulens en ook wel schapen bevolkt, de rijkdom van Holland en
die, wij begrijpen het nu, beter dan ooit, den door dat land
wandelenden Pruis, het water in den mond doen komen, even als
de Pranschman lekkebaart, wanneer hij onze rijke Waalsche en wel
hebbende Vlaamsche gewesten ziet.
Indien gij minder practisch en minder politiek zijt; indien gij
meer als dichter en schilder op reis gaat, zal het gezigt u niet
minder treffen; die afwisseling van ligtgroene weiden, lange en wijde
strooken als goud bloeijend koolzaad, heldere waterstrepen, boom
gaarden in bloei, welvarende dorpen, zouden zonder twijfel menigen
navolger van den ouden en lang vergeteu poëet Delille doen zingen
als een lijster.
Te Bommel, een stadje in het Geldersehe en terwijl men nog
gebruik maakt van de oude en heel practische gierbrug, die u met
diligence en paarden te gelijk over het water zet, ziet ge, op weinig
afstand van u, de eerste brug over welke binnen kort de treinen
zullen loopen. Het is reeds een reuzenwerk, want de brug is niet
minder dan 855 strekkende ellen lang. De schepen varen onder
de ontmeetlijk groote bogen door, het schijnt op zekeren afstand
een netwerk, dat in de lucht is opgehangen.
En dat is nog de grootste der bruggen niet, welke over die rij
van rivieren en waters moet gelegd wordendie van den Moerdijk
zal niet minder dan 1535 strekkende ellen lang en een der kolossaalste
bruggenwerken zijn die er in de wereld bestaan. Als wij het goed
voor hebben, is er slechts eene zoo groot of misschien iets of wat
grooter in Amerika.
De brug van Bommel is voltooiddoch nog niet aan de circulatie
overgeleverd.
Als men boven Bommel te Waardenburg, eindelijk weêr met den
spoorweg verder reist, snelt ge over de brug van Kuilenburg, die
665 strekkende el lang is. Deze is, op één na, de kleinste brug,
die er moet gelegd worden en zij is reeds grooter dan de Brittania-
brug in Engeland, welke tot nu toe als een wereldwonder aangezien
werd. Deze brug heeft 140 ellen spanning; de brug bij Kuilenburg
heeft er 150. Die van Keulen en Mentz bereiken de eerste 103,
de tweede 101 ellen spanning.
Met een ontzaggelijk gedruisch snelt de trein, in volle vaart, deze
brug op, en als men het hoofd uit het portier steekt en voor-
of achteruit ziet, zou men denken door eene onmetelijke gaanderij
van een glazenpaleis te rijden. De trein bleef ongeveer 2| minuut
op de brug.
De brug telt zeven openingen van 57 ellen of meters, eene van
80 en eene van 150. De ruimte op de brug is 8,25 el. Regts en
Ruimer plaats eischt daarentegen de opsomming van de
j bestaande Muziek- en Zangscholenonderscheidene scholen,
I aan die vakken van kunst toegewijd, worden opgenoemd,
sommigen met een groot aantal leerlingen.
Het negende hoofdstuk behelst opgaven betreffende het
Armwezen. De eerste paragraaph (Algemeene toestand)
vangt volgenderwijze aan:
„Het jaar 1868 was in vele opzigten een zeer ongunstig
jaar. De gezondheidstoestand was slecht; koortsenlieerscliten
algemeen, bepaaldelijk in de tweede helft des jaars; de
sterfte was groot. De prijzen van vele levensbenoodigdheden
waren hoog. Twee takken van landbouwbedrijf, die vooral
voor de mindere klassen van overwegend belang zijn, de
aardappelenteelt en de tuinderij leverden over het algemeen
slechte uitkomsten op. In het Gooi deed het mislukken
van den boekweitoogst zijn nadeeligen invloed gevoelen.
De visscherij had een schrale vangst; de ansjovischvangst
is als geheel mislukt te beschouwen. De staking der wer
ken aan het Noordzee-kanaal deed onder de daar aanwezige
arbeidersbevolking grooto armoede ontstaan, die slechts door
buitengewone maatregelen kon worden tegengegaan."
Onder de instellingen ter voorkoming van armoede worden
genoemd de banken van leening en de spaarbanken. Wat
de eerstgenoemden betreft valt op te merken, dat de ge
tallen, aanwijzende de geloste en verkochte panden geene
ongunstige verhouding opleveren, terwijl de opgaven der
deelnemers, van de ingebragte en uitbetaalde gelden der
spaarbanken duidelijk aantoonen, dat van deze gelegenheden
om kleine geldelijke overschotten tegen den kwaden dag
winstgevend te bewaren, hoe langer hoe meer gebruik
wordt gemaakt.
HELDER en NIEUWEDIEP, 3 Augustus.
Frankrijk is het eenige land niet, waar de vertegenwoor
digers des volks een zeer geruimen tijd noodig hebben om
de geloofsbrieven der gekozene wetgevers te onderzoeken.
Griekenland kan zich beroemen op een dergelijk feit. Niet
minder dan eene geheele maand is de wetgevende vergade
ring te Athene bezig geweest met bedoeld onderzoek. Van
de tegenwoordige regering hoopt men zeer veel goeds.
Men verwacht van haar onderscheidene ernstige en hoogst
noodzakelijke verbeteringen in de buiten- en hinnenlandsche
verhoudingen des rijks. Dat de regering in staat is iets
voor de welvaart des lands te doen, blijkt uit de omstan
digheid, dat de ministeriele candidaat voor het voorzitter
links loopt een voetpad. Een tweede spoor zal naast het eerste
worden gelegd, zoodra de gansche spoorweg aan de circulatie zal
worden overgeleverd.
De onderbouw en andere werken kosten 916,000
Lijnpad en kribwerken62,400
Bovenbouw- 1,814,000
Borstweringen- 46,000
Wanneer men ziet hoeveel guldens, op een na de kleinste der
vijf bruggen kost, dan kan men op eenige millioenen na, berekenen
wat de vijf bruggen zullen kosten, waardoor de noordelijke provinciën
directelijk aan Noordbrabant en verder aan de zuidelijk gelegen
landen zullen verbonden worden. Doch is het niet oneindig grootscher
en voordeeliger voor een volk, millioenen te besteden aan soortgelijke
werken, dan aan rentelooze, neenzelfs aan vernielende en ruïneerende
forten
Wij zijn geen vrienden van het militarisme. Sedert vijf-en-twintig
jaren, dat wij in de pers zijn, bevechten wij de noodlottige en altijd
grooter wordende soldatenmagt, en daarom deed het ons pijn,
toen wij vernamen, dat die prachtige reuzenwerken zelf de kiem van
hunnen ondergang in zich droegen. In die groote, reusachtige
steenen pilaren muren, zullen wij zeggen, welke uit de diepte
van het water opreizen zijn kruitkamers gemaakt, om op een
gegeven oogenblik, ganscli dat werk in de lucht te doen springen!
De zelfverdediging eischt het.
Men ziet dat Holland, hoe weinig oorlogsvuur het in vredestijd
aan den dag legt, ook op de toekomst bedacht is. Tegenovergesteld
van in Belgic, ziet men nu echter schier nergens soldaten, tenzij
in den Haag, waar ze zoo wat voor parade moeten dienen. Op
de buitenvestingen van 's Hertogenbosch zagen wij die landverdedigers,
lui en lekker in het gras liggen en visschende met een hengelroê,
er wandelen daar soldaten in de straten met een poedelhond als
leeuw geschoren, aan een touwtje, hetgeen ons deed denken aan
den tegenwoordig zoo vreedzumen Hollandschen Leeuw. In den Haag
in het bosch, sliepen de herten zoo vreedzaam onder het gapend
kanon, als of zij onder de hooireep lagen.
Doch dat uiterlijke bedriegt: Holland maakt kruidkamers in zijne
kostbare bruggen; vult zijne arsenalen op met Sniedergeweren en
kanonnen, metselt en hamert aan zijne weinige forten, en weet
daarenboven, dat er een nog veel vreeselijker wapen in het huis
van den boer staat, wanneer men het wagen zou, zooals nu zoo
druk besproken wordt, om naar dat vette en rijke land te komen
afzakken; en dat wapen is de eenvoudige schop van den dorpeling.
„Wij zullen de dijken doorsteken, zeide er ons een, als die moffen
naar hier durven komen.