BUITENLAND.
en daarmede aan Horst drie slagen toebragt, twee op het
ligchaam en een, die heviger was dan de beide andere,
op het hoofd; dat Horst onmiddelijk daarop ineenzakte,
met het hoofd op zijde; dat zij hem naar de dorschschuur
hebben gebragt, waar hij des nachts ten drie ure is
overleden.
Uit het rapport van geneeskundigen is gebleken, dat
het aan Horst toegebragt geweld, op zich zelf, zonder
bijkomende omstandigheden, absoluut doodelijk was.
De beschuldigde, welke in zijne woonplaats gunstig
bekend is, zal worden verdedigd door den hem toegevoegden
advocaat mr. «T. J. W. Scholten. (Amst. Crt.)
Men schrijft ons van West-Terschelling dd. 8 Sept.
//Reeds spoedig is de waarheid bevestigd van hetgeen
ik, in mijn vorig schrijven omtrent den toestand der naar
Vlieland voerende Monnikensloot, gezegd heb.
Zoo even deelt men mij namelijk mede, dat eene aldaar
te huis behoorende tjalk, geladen met steen, bij het inzeilen
der sloot aan den grond is geraakt en reeds spoedig daarna
tot aan het dek onder het zand zat, zoodat het schip zeer
zeker weg zal zijn."
//In de gisteren alhier gelioudene raadsvergadering is her
benoemd tot wethouder de heer G. de Boer Dz. en in de
plaats van den heer II. Stobbe als zoodanig verkozen de
lieer J. C. Kooiman."
Het jaarlijksch feest te Schagen is jl. Donderdag door
een groot aantal bezoekers uit den omtrek bezocht. Acht
paarden dongen bij de harddraverij naar den prijs, die
behaald werd door den blaauwe bles Wisse, van den heer
G. Barendrecht, van Barcndrecht en de premie door de
bruine bles Snip, van J. Waal, van Spanbroek. De zang
uitvoeringen der liedertafels des namiddags in de kerk
waren niet onverdienstelijk; het vuurwerk, des avonds ten
9 ure, aangestaard door eene onafzienbare menschenmassa,
die over het prachtig effect der verschillende nommers eenstem
mig waren in hun gunstig oordeelde bals in de verschillende
inrigtingen van uitspanning; ziedaar in hoofdzaak genoemd
de aard en volgorde der verschillende feestelijkheden.
De Dam te Amsterdam is de laatste drie dagen het
tooneel geweest van onstuimige bewegingen. Jl. Dingsdag
middag is een man gearresteerd, die te veel het terrein van
het Koninklijk paleis naderde en zich na waarschuwing
niet schijnt verwijderd te willen hebben. Dit heeft aan
leiding gegeven tot zamenscholingen, die Woensdag avond
dermate zich herhaalden, dat cavallorie den Dam bezet
heeft. Het stilstaan is verboden en van tijd tot tijd wordt
het teiTein door huzaren schoon geveegd. Donderdag
avond heeft er herhaling plaats gehad van den oploop en
wederom is er cavallerie aangerukt. Er worden van tijd tot
tijd charges gedaan en enkele arrestatiën van onwilligen.
De burgemeester heeft het publiek tot rust vermaand.
In de vorige week werd te Amsterdam een persoon,
krachtens bevel der regtbank, gevangen genomen, verdacht
van, nu circa 5 jaren geleden, moedwillig brand te hebben
gesticht in een onbewoond gebouw buiten de Willemspoort,
nabij de Wester-begraafplaats aldaar. De toen te dier zake
genomen informatiën leverden geen genoegzamen grond op
om hem te dier zake verder te vervolgen. Sedert schijnen
verklaringen van personen omtrent die misdaad aan het
licht gekomen te zijn, welke men toen niet kende en waar
door de instructie weder geopend en de verdachte gear
resteerd is.
J1. Vrijdag nacht, circa 1 ure, ontstond er te Zaandam
brand in een klein perceeltje aan do westzijde dier stad;
daar de vlammen zich zeer spoedig aan de overstaande
gebouwen mededeelden en waaraan ook eene verwerij niet
gering voedsel verschafte, zijn vijf gebouwen totaal afge
brand en enkele zwaar of ligt beschadigd. Door de werking
van een twintigtal spuiten, was men den brand te 5 ure
meester.
Onder de leden van het statistisch-congres te 's Hage(
zijn o. a. prof. de Cossa van de hoogeschool te Pavia en
de hoer Chadwick, gedelegeerde van Engeland, belast met
het onderzoek van ons volksonderwijs. Met den inspecteur
van het lager onderwijs bezochten de beide hoeren de armen
scholen te 's Hage; toen de onderwijzer een blinde kaart van
Italië ontrolde, vroeg prof. de Cossa, of hij de kinderen
mogt ondervragen, daar hij wel enkele woorden Hollandsch
kende. Werkelijk examineerde nu een Italiaanseh lioog-
leeraar de Haagsche armen-kinderen over de Italiaansche
aardrijkskunde.
Te Hillegersberg is de tongblaar onder het rundvee
uitgebroken. Vele kalveren, die de melk hebben gedronken
van aan die ziekte lijdend vee, sterven. (N. R. C.)
Als eene bijzonderheid mag vermeld worden, dat bij
den landbouwer Jan Boer, te Berg-Ambacht, eene zeug van
19 biggen is verlost, van welke zij er 17 inliet leven beeft behou
den, welke nu reeds 6 weken oud zijn, en er kapitaal uitzien.
Het mag wel een zeldzaamheid genoemd worden,
wanneer men, na een reeks van jaren, voor een paard
dezelfde som bedingt, welke men er vroeger voor heeft
gegeven. Dit had dezer dagen te Zuidbroek, gemeente
Berg-Ambaclit evenwel plaats. Door Andries van der
Lit, werd namelijk een paard van ongeveer 30 jaar
oud, dat hij voor 25 jaar tegen 50 gulden kocht, aan
den vorigen eigenaar tegen denzelfden prijs terug ver
kocht. De prijs der paarden is dan ook sinds die jaren,
enorm gestegen,
Te Amersfoort is den 9 dezer een paartje in den
echt getreden; waarvan de man is 72 en de vrouw 65,
dus een gecombineerd getal van 137 jaren.
In de nabijheid van Nisse (Zuid-Beveland) had den
7 dezer een droevig ongeval plaats. Een rijtuig, beladen
met mensclien, die de Gocssche kermis bezocht hadden en
te Ellewoutsdijk te huis behoorden, keerden des nachts
huiswaarts. Omstreeks middernacht geraakten de paarden
op hol, met het gevolg, dat de vrouw van den logement
houder L., die vooraan zat, uit het rijtuig viel en
tegen een boom te land kwam, het welk onmiddelijk
den dood ten gevolge had. De paarden holden door, tot
dat zij een eind verder tegen een boom stieteneen der
paarden stortte den dijk af; overigens bekwam men geen
letsel. Zoo werd de kermisvreugde in een oogenblik door
diepen rouw vervangen.
In de vorige week wilde een boer te Almelo met
het spoor een reisje doen. Niettegenstaande het oogenblik
van vertrek was aangebroken, scheen hij nog geen haast
te maken, om plaats te nemen, toen op eens het sein ge
geven werd. Ons boertje van meening, dat men wel op
hem zou wachten, zei zeer bedaard: //Fluit maar; ik heb
het kaartje in mijn zak." Doch hij stond niet weinig ver
slagen, toen hij merkte dat de trein voortstoomde, zonder
zich aan zijn kaartje te storen.
Jl. Dingsdag nacht is te Sneck, uit de Lemmer ge
vankelijk binnengebragt zekere D. van Amsterdam. Ge
noemde persoon was matroos op een vaartuig, dat gereed
lag te vertrekken, en nog even aan den wal gegaan om
schoon linnengoed te halen. Hij heeft zich echter door de
kermisvreugde laten verleiden en kwam vrij beschonken aan
boord terug. De broeder des schippers ried dezen daarop
aan zulk een knecht niet op reis meê te nemen, hetgeen
een woordenwisseling tengevolge had, die zoo hoog liep,
dat de knecht in woede ontstoken, met een handspaak zijn
schipper eene gevaarlijke wonde toebragt, waaraan deze,
zoo als het gerucht hier loopt, reeds overleden is. Nadere
bijzonderheden ontbreken tot nog toe, daar het geregt nog
niet is teruggekeerd.
Te Meppel en te Ruinerwold heerschen de mazelen,
in laatstgenoemde gemeente zijn zelfs zoo veel lijders, dat
de onderwijzer er geen school kan houden.
Men schrijft aan het //Algemeen Dagblad" uit Har-
lingen
//Er is dezer dagen veel geschreven over een congres of,
wil men liever, eenvoudig over eene bijeenkomst van
dagbl ad-redacteurs
t Denkbeeld heeft veel goeds, maar of het is te verwe
zenlijken zal moeite kosten.
//De personen niet de aard der verschillende dagbladen
leveren een beletsel, 't Zou er mee gaan als in een //na-nut//,
waar mevrouw A niet zitten wil naast mevrouw B, en
waar bijna al de mevrouwen zich op distantie houden van
de jufvrouwen. Dat wil niemand hard-op zeggen, maar
die er zoo over denkt, bestrijdt, onder een voorwendsel,
het plan, of zou, als het er toe kwam, zich niet aanmelden,
of iets anders voorgeven en 't huis blijven.
//Die nergens niet gaarne wezen wil ontdekt, met Salomo's
luiaard, al ligt een leeuw op den weg.
//Hier zijn er, die als een Nederlandsch congres nog tot
de vrome wenschen mogt blijven belmoren, een begin wil
len, maken met een congresje van redacteurs uit Groningen,
Friesland en Drenthe. Ook Overijssel zou kunnen mee
doen als er de inclinatie niet te sterk zuidelijk is.
In het //Utr. Dagblad" komt een schrijven voor van
de heeren Harting, waarin verzekerd wordt, dat het ge
opperde plan tot oprigting van een schoolverbond reeds
zooveel deelneming en dat wel bij personen van de meest
verschillende partijen en gezindheden vindt, dat men aan
het welslagen niet meer behoeft te twijfelen. Ter beant
woording van sommiger bezwaren en wantrouwen stellen
de ontwerpers nogmaals deze beginselen op den vooi'grond
1. Het schoolverbond heeft uitsluitend ten doel het
bezoek der scholen, waar lager onderwijs gegeven wordt,
door alle gepaste middelen te bevorderen.
2. Het schoolverbond onthoudt zich zorgvuldig van al
wat de godsdienstige meeuingen van dezen of genen
krenken kan.
Ten slotte geven de ontwerpers te kennen, dat om ver
schillende redenen de dag van zamenkomst is uitgesteld
tot Woensdag 25 October e. k., en verzoeken allen, die
haar wenschen bij te wonen, hun daarvan zoo mogelijk
voor het einde dezer maand berigt te geven.
De //Gelderlander" een Ultramontaansch blad begint
aldus een hoofdartikel:
i/IIet mag niet onopgemerkt worden gelaten, dat de
meeste ijveraars voor de afschaffing der doodstraf liberalen
zijn en daaronder soms liberalen, wien, als de wetten van
hun land op hen streng waren toegepast; de levensdraad
reeds lang zou zijn afgeknipt."
Een neger op het eiland Trinidad heeft een spraak
kunst geschreven voor de West Indische Kreolentaal. In
dat werk komen o. a. de volgende spreekworden voor
«In het oog van den haan heeft een wurm altijd ongelijk-"
//De schoenen alleen weten of er gaten in de kousenzijn." „Lee-
lijk beest, zegt men tot den hondachter zijnen rug;
wie voor hem staat zegt: mijnheer de hond
Omtrent den neef van Napoleon III lezen wij het volgende
„Ik heb Prins Napoleon maar eens in mijn leven gezien.
Zijn hoofd is dat van Napoleon I in de laatste jaren van diens
leven.
Hij heeft niets van dat fijne, diepdenkende, ambitieuse gelaat van
den eersten consul.
Maar de volle wangen, het kort gesneden haar, het breede voor
hoofd van den man, wien het leven toelacht.
Toch ligt er iets van den overheerscher in dit gelaat, als hij
kalm en bezadigd is.
Maar dit gebeurt Prins Napoleon niet altoos.
Het standbeeld wordt weer spoedig mensch, in de marmeren
trekken komt bloed en leven, zoo als bij de Galathea van den
beeldhouwer der oudheid.
De Prins staat op.
Hij zal spreken.
Dadelijk drukt hij zijn glaasje tegen zijn regter oog om zijne
toehoorders beter te kunnen overzien en te herkennen.
Hij verbergt, op de wijze van de onderofficieren der kavallerie,
een zijner handen in zijn wijden broekzak, als of zij ten gunste der
andere, volslagen afstand deed.... van de magt der gebaren!
De vrij gebleven hand, wijst aan, interpelleert en valt met kracht
neder op het spreekgestoelte.
BENOEMINGEN EN VERPLAATSINGEN BIJ MARINE EN LEGER.
De luitenant-generaal W. J. Knoop, bevelhebber in de 2de militaire I
afdeeling, is eervol uit die betrekking ontheven en op non-activiteit
gesteld, terwijl hein 's Konings tevredenheid en dank betuigd wordt
voor de vele en gewigtige diensten door hem tot dusver bewezen.
Bij den grootcn staf van het leger is benoemd tot generaal-majoor i
en bevelhebber in de tweede militaire afdeeling de kolonel W. K. J.
baron van Dedem, eomm. van het reg. huzaren.
Bij het wapen der infanterie is benoemd: bjj het 7de reg., tot
lsten luit. (naar ouderdom van rang), de 2de luit. A. J. A. A.
Rothpletz, van het korps.
De 1ste luit. M. Riegen, van het 7de reg. is op non-activiteit
gesteld, en zulks in afwachting dat omtrent hem nader zal worden
beschikt.
De navolgende officieren, enz. worden geplaatst, als: met 26 Sept.
a. s.op het transportschip met stoomvermogen Java, de luit. ter
zee 1ste kl. M. O. de Kanter; op het wachtschip te Hellevoet-
sluis, de luit. ter zee 1ste kl. W. F. H. Cramer, als 1ste officier;
en met 6 Oct. daaraanvolgende: op het transportschip met stoom
vermogen Java, de luits. ter zee 1ste kl. C. A. W. Halverhout,
J. Spanjaard, G. Kruijs en W. van Oorschot; de luits. ter zee 2de kl.
J. J. Stooker. R. Wijmans, E. Siinon van der Aa, C. J. Marinkelle,
P. Holtzapffel en B. T. W. van Hasselt; de adelborsten 1ste kl.
W. H. van Braam, M. J. P. Westveer, L. G. Koster en H. van
der Sande; de off. van adin. 3de kl. H. Kits van Heijningen, F. D.
Clarkson en F. 11. A. Pool; de adj.-adm. D. J. van Oosterzee; de
scheepsklerken W. A. van Ouwerkerk, K. J. van den Busschc en
F. Lensing; op het wachtschip te Ilellevoetsluis, de luits. ter zee
lste kl. G. Doorman en D. J. A. D. van den Steen; op het
wachtschip te Amsterdam, de luit. ter zee 2de kl. J. Schouw Sant
voort; op den monitor Heiligerlee, de luits. ter zee 2de kl. P.
M. W. T. Kraijenhoft' van de Leur en C. Hoffmann; op deu
monitor de Tijger, de luit. ter zee 2de kl. J. Haremaker; en op
het ramschip de Buffel, de luit. ter zee 2de kl. F. J. Beekman.
De luit. ter zee lste kl. G. F. Servatius, de luit. ter zee 2de kl.
J. W. F. ridder Hiujssen van Kattendijke en de off. van adm. 2de kl.
J. A. Kruijt, laatst behoord hebbeude tot het escader in Oost-Indie,
en vandaar respect, den öden, 3deu en lsten dezer maand in Neder- i
land teruggekeerd, worden met die datums op non-activiteit gebragt.
De luit. ter zee lste kl. jhr. N. A. Holmberg de Beckfelt is met
den 11 dezer benoemd tot adjudant van Z. K. H. Prins Hendrik.
Itelgië,
Een ongehoord feit heeft jl. Zondag te Elsene plaats
gehad. Jongens vermaakten zich met wat zij gendarmspel
noemen. Zij bonden armen en beenen van een kleinen
jongen, zoon van eenen varkenslagter zamen; legden hem
op eenen hoop stroo, en om het spel te volmaken, staken
zij het stroo in brand. Toen zij de vlammen zagen op
stijgen en het noodgeschrei hoorden van het kind, namen
zij de vlugt. Bij geluk waren er voorbijgangers die, het
geschreeuw hoorende, het ongelukkig slagtoffer verlostten
en bij zijne ouders bragten. Het kind is tengevolge zijner
bekomene brandwonden onder de verschrikkelijkste pijnen j
overleden.
Het is onbegrijpelijk dat dergelijke feiten kunnen voor
vallen, op klaarlichten dag, en wel in de onmiddelijke
nabijheid van het gemeentehuis, in eene plaats van 25,000
zielen, zonder dat er de politie tusschen is gekomen. De
schuldigen zullen niet zonder de noodige straf vrij komen.
Frankrijk.
De Madridsche correspondent van den Parijschen „Con-
stitutionnel" zegt in een schrijven van den 6 dezer, dat
de jongste berigten uit Cuba schier geen hoop meer op
duurzaam herstel van het Spaansche gezag laten bestaan.
Zijns oordeels zou Spanje zich dienen te haasten, die kolonie
tegen vergoeding af te staan, dewijl het ze anders weldra
zonder vergoeding zou verliezen.
De Parijsche tabaksverkoopers schijnen het er tegen
woordig op toe te leggen de vreemdst mogelijke combinatiën
en contrasten voor hunne deuren te plaatsen, met de pijp,
de sigaar, of de snuifdoos in de hand. Zoo ziet men bijv.
bij den een: een beroemden domkop en een minister of
iemand die op het punt staat het te worden; bij den ander
een dikken geldman en eene brandmagere danseres madlle
Theresa en een monnik, of Veuillot en een zouaaf; dan
weêr den Groothertog en de Groothertogin van Gerolstein,
Bismarck en Oftënbach, enz.
Engeland.
In deze maand is het een soort van schande, om in
Londen gezien te worden. Iedereen is op reis, op de jagt,
of uit zeilen, en zij die in Londen moeten blijven, en toch
het air willen aannemen tot de „upper ten thousand" te
belmoren, leven in hunne achterkamers, dateeren hunne
brieven uit Zwitserland of de Schotsche Hooglanden, en
om niet ontdekt te worden, gaan zij slechts uit, als het
schemert en sluipen als misdadigers langs de huizen.
De dagbladen schrijven op zulk een lusteloozen toon, alsof
zij denken „niemand leest ons."
I> u i t s c li 1 a n d.
Het Berlijnsch Medisch Genootschap heeft eene petitie
aan den Rijksdag gerigt, waarin het o. a. de opheffing van
het verbod der kwakzalverij voor den geheelen Noord-
Duitschenhond verzoekt, omdat daarmede de bescherming der
openbare gezondheid toch niet bereikt wordt, en zulk een
verbod een nuttelooze inbreuk is op de handelsvrijheid.
Het Carmelieter-nonnen-klooster te Krakau heeft aan
zegging ontvangen, dat de subsidie van staatswege, welke
1800 ff. bedroeg, met 1 October a. s. ophoudt. De anti-
clericale partij in Oostenrijk zal zich zonder twijfel daar
over verheugen, maar de tegenpartij zal welligt en
niet zonder grond aanmerken, dat deze handelwijze op