i
N°. 116.
Zondag 26 September.
27 Jaargang.
AANBESTEDING.
Ja en Neen!
sij
Uitgever A. A. BAKKER Cz.
Bureau: MOLENPLEIN, N°. 163.
2®!* provincie noordholland.
STATEN-GENEHAAL.
BIN NENLA N D.
53}
62
84||
27
33
93|]
76 i
66J
82*
230^1
240i
2354
47
HELDERSCHË
EN NIEUWEDIEPER COURANT,
53fe
„Wij huldigen het goede."
Verschijnt Dingsdag-, Donderdag- en Zaturdag namiddag.
Abonnementsprijs per kwartaal1.30.
franco per post - 1.65.
Prijs der Ad verte ntiënVan 14 regels 60 cent,
j elke regel meer 15 cent.
j Groote letters of vignetten worden naar plaatsruimte berekend.
Woensdag den 29 dezer vertrekt de Oost-Indi-
§che mail over ülarseille.
40i I Woensdag 89 dezer vertrekt de West-Indische
87 mail.
87|
Op Donderdag den 14den October 1869, des namiddags ten half
drie ure, zal, onder nadere goedkeuring, aan het lokaal van liet
Provinciaal Bestuur te Haarlem, namens en voor rekening van de
j nagenoemde gemeente-besturen, worden overgegaan tot de aan
besteding van:
1. Het bouwen van eene School en Onderwij zerswoning
te Noordscharwoude, bij Alkmaar.
2. Het uitvoeren van eenige werken tot vergrooting
der School en verbetering van de Onderwijzerswoning
te Coeksdorp, op het eiland Texel.
Be aanbesteding zal plaats hebben bij enkele inschrijving, inge
volge art. 18 en 14 van de bestekken.
De bestekken zijn tegen betaling van 25 cents per exemplaar te
verkrijgen aan het lokaal van het Provinciaal Bestuur voornoemd;
aan bet bureau voor bnitenlandsche paspoorten op den Dam, te
Amsterdam, en aan de gemeente-secretariën van Naordschartcoude
en Texel, voor zooveel het bestek die gemeenten aangaat.
Gegadigden worden er aan herinnerd, dat de lilletten van inschrij
ving des middags ten twaalf ure vóór den dag der besteding in de
bus moeten gestoken lijn, zooals art. 63 434 der algemeene voor
schriften bepaalt.
Nadere inlichtingen zijn te bekomen bij de burgemeesters der
gemeenten Noordicharwoude en Texel, voor zooveel ieder der ge
noemde werken aangaat, en bij den ontwerper der bestekken, den
heer F. J. KRIEGER, provinciale opzigter van den Waterstaat te
Alkmaar.
De aanwijzingen in loco zullen geschieden te Noordscharicoude
op Maandag, en te Texel op Zaturdag vóór de besteding.
Audi et alteram partem! Hoort en wederhoortvertaal
den onze voorouders; weest niet eenzijdig! zouden wij
zeggen. Op grond van die spreuk gevoelden wij warme
belangstelling in de sints eenigen tijd aangekondigde courant
z,de Noordstar.'' Eene conservative courant in de noordelijke
provinciën! Dat was iets nieuws, eri dat zou iets nuttigs
kunnen worden. Want het is niet te ontkennen, dat in
deze provinciën de stem der overgroote meerderheid de
stem der minderheid tot nog toe geheel heeft gesmoord.
Toch heeft die minderheid, even als elke andere, regt om
gehoord te worden, regt om te trachten proselieten te
maken door woord en schrift, regt om, als zij kan, door
alle eerlijke middelen, meerderheid te worden. Het instand
houden van eene eigene courant is zeker eene der krach
tigste middelen, die eene minderheid kan aanwenden om
zich te versterken en uit te breiden.
Elke politieke partij, als zij iets anders zijn wil dan
eene eigenbelangzoekende factie, behoort stellige, duidelijk
geformuleerde beginselen tot grondslag te hebben. Al
noemt men nu de conservativen dikwerf schertsend//krui-
pende liberalen", al is het waar, dat de liberale beginselen
van vóór 1848 de conservative beginselen zijn van heden,
toch kan men ter goeder trouw niet ontkennen, dat de
conservative partij in enkele punten zich karakteristiek
onderscheidt van elke andere. Zij heeft niet het scherp
afgeronde van de anti-revolutionaire rigting, niet het alles
beheerschende leerstuk van het gezag, dat der ultramontanen
logica uitmaakt, niet het onwrikbare geloof aan staats-
regterlijke en staathuishoudkundige waarheden, waarin der
liberalen kracht zetelt, maar zij heeft genoeg eigen wil om
«partij" te heeten, en den naam //factie" met verontwaar
diging van de hand te wijzen.
Een goed geredigeerd dagblad, dat in de noordelijke
provinciën het woord der overtuigde conservativen zou
hebben gesproken, mogt een nuttig werk heeten. En ook
de tegenstander had daarvoor niet dan dankbaar kunnen
zijn. Zonder tegenwigt toch verandert zich ligt eene zege
vierende partij in eene overheerschende partij, en treedt
het afschuwelijke vae victis! in de plaats van de overtui
ging, dat ook de minderheid regten heeft, die geëerbiedigd
moeten worden.
In deze stemming wachtten wij met belangstelling en
ingenomenheid de verschijning onzer noordelijke zuster. In
haar hoopten wij te zienfrissche krachten in de dienst
van frissche gedachten, en wij hadden hoop, dat deze
courant zoude medewerken om Nederland te zuiveren van
die insinuerende, met woorden strijdende, zich zelf opheme
lende unfaire litteratuur, van welker toppunt het //Dagblad
van Z. H. en 's Gr." zijne nagemaakte verontwaardiging en
welgemeende haat lucht geeft.
Met leedwezen lazen wij liet programma in het eerste
nummer der nieuwe courant, dat onze lioop den bodem
insloeg. Hoe kalm en fatsoenlijk de toon ook zij, waarin
deze geloofsbelijdenis is gesteld, zoo is het toch weêr de
oude strijd om en over woorden, dat zelfde onbepaalde
redeneren, dat ter naauwernood het gebrek aan eene vaste
overtuiging bedekt.
De eerste grief van het nieuwe blad is de oude, tot
ziek wordens toe herhaalde grief tegen de liberalen, dat
zij aan allen, die van hen in meening verschillen, den
naam van vrijzinnig ontzeggen. Geeft ons den naam, dien
gij wilt, noemt ons progressisten, noemt ons democraten,
noemt ons zoo als ge wilt, maar als wij eens een naam
hebben, sluipt dan niet onder onze vlag meê naar binnen,
tracht ons geen zieltjes af te winnen, door u te dekken
met lappen van onze kleuren. Wij ontkennen volstrekt
niet, dat er onder u vrijzinnige mannen zijn. Maar wij
ontzeggen u het regt, den naam liberaal te voeren als
partijnaam, en dat om de eenvoudige reden, dat dit nu
eenmaal onze naam is. Kiest voor u een even fraai, een
even aantrekkelijk uithangbord, noemt u, zoo als gij reeds
gedaan hebt: //constitutionelen", en wij die au fond
even veel regt hebben op djen naam zullen u dien
laten behouden, wij zullen uw regt eerbiedigen, uw jus
primi occupantis. Laf is het en kinderachtig, en niets
dan verwarring en verbittering kan het geven, die doel-
looze, hersenlooze strijd, wie vrijzinnig moest heeten, wie
liberaal is! Politiek is geen spelletje met woorden, en
wij bekennen onze minachting voor die politici, wiens ge-
lieele bibliotheek uit een woordenboek schijnt te bestaan.
„Het is ons vooral te doen", zegt de //Noordstar", „om
op te komen tegen het misbruik, dat dikwerf van het schoons
vrijheidswoord wordt gemaakt."
Ziet, hoe wij ons bedrogen! Wij hoopten eene courant
te zien, die het vooral te doen zou zijn om conservative
beginselen te verdedigen, en wat krijgen wij Een blad,
dat er zijn eer in zal stellen om met den een of anderen,
liefst liberalen publicist, eenen Don-Quichote-achtigen strijd
te gaan voeren over de beteekenis van het woord vrijheid!
,iOok wij wensclien vrijheid, maar niet onbeperkt!"
Mijn hemel! gelooft ge dan, naïf zusje Noordstar! dat
wij de vrijheid om te moorden, te rooven, te stelen en
oproer te maken wenschen?
bOnze leus is: vrijheid en gezag!"
Ook goed: water en vuur, zwart en wit. Zoudt gij niet
liever zeggen, onze leus is: eene snelvlietende stroom,
maar zonder water?
uGeen vrijheid zonder gezag; geen gezag zonder vrijheid!"
Geen dief zonder politie-agent, geen politie-agent zonder
dief. Of meent gij: geen stroom met water, geen water
in den stroom?
i/Ontvalt de grondzuil aan het gezag, dan heeft ook het
laatste uur der vrijheid geslagen!"
Bij de begrafenis van den laatsten politie-agent, hebben
de zakkenrollers vrij spel! O, zusje Noordstar! hebt gij
z/de sympathie voor uw streven" aangeroepen, om zulke
axiomata te zeggen en zulke brommende woorden?
De Noordstar behoort tot de gematigde vooruitgang!
Heerlijke bijvoegelijke naamwoorden. Wij willen voor u
knielen, redders in nood! Bevredigers van elk en een
iegelijk; zoogzusters van de Noordstar! Vooruitgang?
Ja, maar.... gematigd. Voorwaarts?.... ja, maar niet blind!
Vooruitgang schuwen? Niet angstvallig. Nieuwigheden
invoeren? Ja, maar niet doldriftig. Snelle vooruitgang?
neen, dit is tegen ons volkskarakter!! Reactie? evenmin.
Is er nu iemand, die weet wat de //Noordstar" wil?
Zij wil niet doldriftig wezen, niet onbesuisd, niet angstvallig,
en een beetje op ons volkskarakter passen! Zijn uwe
beginselen dan alleen negatief?
Over drie punten zal de //Noordstar» hare meening
zeggen: de koloniale quaestie, de scheiding van kerk en
staat, het onderwijs. Goddank, dat wij nu eindelijk een
positief beginsel zullen hooren. Verheugt u niet te vroeg;
hoort die orakeltaal; men moet niet //plotseling Wester-
sche begrippen op Oosterschen bodem overplanten." Be-
teekent dat iets; wie heeft voorgesteld om //plotseling"
den toestand in Indië om te keeren? Alweer die strijd
tegen windmolens! En dan, zou de Noordstar niet een
hoogst nuttig werk doen, als zij eens in haar woordenboek
zocht naar het kenmerkend onderscheid tusschen een
Oostersch en Westersch begrip? Gelooft men in't Noorden
aan begrippen in nachtbroek en kahaaij, en aan begrippen
in een zwarte rok?
Onze zuster wil de cultures zij noemt ze natuurlijk:
de op hoog gezag ingesteldehandhaven. Goed. Maar....
met wegneming van hetgeen daarbij voor de bevolking te
drukkend kan worden geacht. Hoe, als eens het heele
stelsel, op hoe hoog gezag ook ingesteld, te drukkend
blijkt voor de bevolking?
Zij wil ze instandhouden; omdat ze goed zijn? Neen,
totdat proefondervindelijk!! zal zijn bewezen, dat de
inkomsten op andere, even zekere wijze kunnen worden
verkregen. De hemel beware ons voor zulk een.... beginsel!
Diesem die hehre Göttinn, jenem die tüchtige Kuh, die
ihn mit Butter versorgt! Scheiding van kerk en staat?
z/IIethaast u langzaam moet hier in dubbele mate gelden."
Dat staat er letterlijk; o, staatsmanswijsheid!
Onderwijs? Behoud van de neutrale school; goed; daar
naast vrijheid, volkomene vrijheid van de bijzondere school;
uitstekend. Juist zoo als wij het thans hebben. Maar te
gelijker tijd wijziging van de wet van 1857. Hier vat
zelfs de //Noordstar" moed en spreekt, zonder verzachtend
adjectief, van: „geheel verdwijnen."
En zoo lot den einde toe. Altijd water en vuur, ja en
neen, niet vooruit, niet achteruit, niet blijven staan!
't Spijt ons van harte. Maar onze noordsche collega
schijnt in een druk bezocht koffijhuis te worden gere
digeerd; koffijliuis-politiek, altijd woorden, altijd medepraten,
altijd schrikken voor de gevolgen zijner eigene gedachten.
Toch zeggen wij en roepen wij de Noordstar toe: hierna
heter! Eens worde uw licht uw naam waardigGij kunt veel
goeds doen, mits gij anders werkt, dan gij begonnen zijt!
Kerste Kamer.
Zitting van Donderdag 23 September. Aan de orde
is de beraadslaging over het ontwerp-adres van antwoord
op de troonrede. Wij onthouden ons dit ontwerp mede te
deelen, omdat het geheel kleurloos is en niets dan een
weerklank op de troonrede bevat. Bij de beraadslagingen
over het adres is door den heer van der Lek de Clercq
de vraag tot de regering gerigt of er ook uitzigt bestaat
dat in den loop van dit zittingjaar een nieuw ontwerp van
wet tot afschaffing der tienden bij de Kamer zal worden
ingediend. Daar er ten vorigen jare van zulk een wets
ontwerp in de troonrede sprake was en die belofte alsnog
niet is vervuld, terwijl in deze troonrede dit ontwerp in
het geheel niet wordt aangeroerd, vraagt hij of de regering
in dit jaar tot de opheffing der tienden eene wetsvoordragt
gereed zal maken. De minister van justitie wijst op de
enorme bezwaren waarop men stuit bij de vernietiging der
tiendregten, doch verzekert, dat hij onafgebroken het oog
gevestigd houdt op deze zaak en dat hij zoo spoedig doenlijk
een wetsvoorstel daartoe in gereedheid zal brengen.
De Kamer heeft het ontwerp-adres na eenige discussie
en na de verwerping van enkele amendementen in zijn
geheel en onveranderd aangenomen en is daarna tot nadere
bijeenroeping gescheiden.
Tweede Kamer.
Zitting van Donderdag 23 September. De heer W. H.
Dullert, door Z. M. tot voorzitter benoemd, heeft zijne
betrekking aanvaardt met eene rede, waarin hij aller mede
werking inroept tot bevordering van liet algemeen belang.
De voorzitter zeide o. a. ook: //Verschil' van meening en
inzigt heerscht er ongetwijfeld onder ons; maar daar wij
allen slechts één doel mogen hebben: behartiging van de
waarachtige belangen van Vaderland en Koning, zal dat
verschil eerder een weldadigen dan een storenden invloed
op onze werkzaamheden uitoefenen."
Een 16tal wetsontwerpen zijn bij deze Kamer ingekomen,
waaronder de begrooting voor Ned. Indië, dienstjaar 1870,
en een ontwerp tot regeling van het hooger onderwijs.
Tot leden der commissie voor de zamenstelling van het
adres van antwoord op de troonrede zijn gekozen de heeren
van Kuyk, de Brauw, Thorbecke, van Delden en Jonckbloet.
Onderscheidene verslagen en ministeriëele missives zijn
in handen gesteld van verschillende commissiën.
Zitting van Vrijdag 24 September. Aan de orde is
de indiening der staats-begrooting van 1870, door den
minister van Financien, daartoe door Z. M. den Koning
gemagtigd.
In zijne rede heeft de Minister aangetoond, de niet-
wenschelijkheid om het te ontstaan tekort door verhooging
van belasting te dekken, en heeft hij het denkbeeld ont
wikkeld van het opnemen van geld door uitgifte, zoo noodig,
van schatkist-billetten. De Minister stelt deze begrooting
voor als een bewijs van de mogelijkheid eener geleidelijke
vermindering van onze afhankelijkheid van de Indische
baten.
Heden zou het ontwerp-adres van antwoord op de troon
rede in de afdeelingen worden onderzocht.
HELDER en NIEUWEDIEP, 25 September.
Heden is door Heeren Burgemeester en Wethouders dezer
gemeente afkondiging geschied van het Raadsbesluit van
1 Junij 11., tot heffing eener eigen plaatselijke belasting op