Heden lieeft op het bureau van don kommandant van het 3de bataillon van liet 7de regiment infanterie alhier de aanbesteding plaats gehad van: de levering van spek, over het tijdvak van 16 Nov. 1869 tot 15 Nov. 1870, en van aardappelen, over het tijdvak van 16 Nov. 1869 tot 15 Mei 1870, ten behoeve van gemeld bataillon. Voor het spek werd het laagst ingeschreven door den heer Evelein, voor de som van 0.85 per kilogramvoor de aardappelen door den heer Koningsbrugge, voor de som van 1.79| per hectoliter. Te Rotterdam is tegen iemand proces-verbaal opge maakt, omdat hij binnen den bepaalden afstand van het station van den Hollandschen spoorweg op een spoorfluit floot, hetgeen door den machinist als een signaal werd beschouwd, waarop hij den trein in beweging bragt. On gelukken werden hierdoor echter gelukkig niet veroorzaakt. Dr. van Overbeek de Meijer, adjunct-inspecteur voor de geneeskunde te Utrecht, deelt in het Utr. Dagblad tot geruststelling van het publiek mede, dat de zoogenaamde tongblaar of het mondzeer bij het rundvee door eenvoudige aanraking der zieke dieren voor den mensch in den regel niet gevaarlijk is. De kans van besmetting wordt echter grooter, vooral voor zeer jeugdige kinderen, wanneer de melk der zieke beesten gedronken wordt, zonder vooraf gekookt te zijn. Sommigen achten ook het vleescli en de van de melk der zieke dieren bereide boter en kaas schadelijk voor den mensch; de waarnemingen van lateren tijd leiden evenwel tot sterken twijfel aan de juistheid dezer opgaven. De melk der zieke beesten is dik, slijmerig, witgeel, bevat weinig room, stremt gemakkelijk bij het koken en is weinig geschikt ter bereiding van boter en kaas; zij is dus van gewone melk gemakkelijk te onderscheiden, wanneer de aangegeven kenmerken niet gemaskeerd worden door eene vermenging der slechte met cene min of meer groote hoeveelheid goede melk. Een stalknecht van het paardenspel, onder directie van Gebr. Blanus, dat zich op de kermis te Bergen op Zoom bevindt, heeft zich met de kas, of, volgens eene andere lezing, met f 150 uit den koffer van een der kunst rijders uit de voeten gemaakt. Hij is echter aan de Bel gische grenzen aangehouden en in het huis van arrest te Bergen op Zoom overgebragt. Zekere Jozef van Mierlo, oud 24 jaar, wonende te Kuijk, jl. Donderdag onder Beugen op de jagt zijnde, had een haas geschoten, waarna zijn hond dien achtervolgde, doch, in stede van hem bij zijn meester te bezorgen, hem ver scheurde en gedeeltelijk oppeuzelde. Van Mierlo, die zoo het hoofdbestanddeel van den hazepeper, waarop hij zich in den geest reeds vergast had, zag verdwijnen in de maag van zijn trouwen medgezel, werd driftig, nam zijn geweer met den loop in de hand en gaf met den kolf den hond eenige slagen; het geweer ging daardoor af en van Mierlo kreeg het schot in den buik zoodanig, dat hij weinige oogenblikken daarna levenloos huiswaarts werd gebragt. In de vorige week stond te Arnhem teregt een slaapsteêhouder uit Wageningen, die, toen hij, wegens verregaande dronkenschap en daardoor veroorzaakte onge regeldheden, door een rijksveldwachter werd gearresteerd, eindelijk geen middel meer zag om zich tegen den dienaar der openbare magt te verdedigen, dan door zijne tanden in diens vleesch te drukken. Hij maakte daarbij zoodanig gebruik van dit verdedigingsmiddel, dat hij, ware hem de gelegenheid niet ontnomen het langer toe te passen, den veldwachter waarschijnlijk voor den tijd van eenige dagen zou verhinderd hebben op zijn gemak te gaan zitten! De regtbank heeft hem wegens dit bloeddorstig verzet ver oordeeld tot eene gevangenisstraf van eene maand en betaling eener geldboete van 8, of twee dagen subsidiaire gevangenis. Als een bewijs, hoe fel de heerschende ziekte onder het rundvee, de tongblaar, hot beest aangrijpt, kan dienen, dat een vet beest, te Zuilichem, in niet langer dan twee dagen tijds, approximatief 50 pond ligter geworden was. Te Wetering, bij Steenwijk, is eene 38jarige vrouw gestorven, die het eenigst overgebleven kind van 22 broers en zusters was. De ouders zijn nog in leven. De raad der gemeente Vollenliove heeft in zijne jongste zitting besloten tot afschaffing der kermis aldaar. In de plaats van het aloude volksfeest zullen alsnu volks feesten plaats hebben, opgeluisterd door muziek-uitvoeringen. Onlangs had het volgende te St. Annaland plaats. Iemand komt bij den heer W. met verzoek hem 300 in bankpapier eens klein te maken. De heer W. neemt de schaar en knipt het midden door. De onthutste man slaakt een diepen zucht, waardoor de heer AV. de 4 stukken nog eens doorknipt en deze nu, den reeds in tranen diep ont roerden man teruggeeft, zeggende, ziedaar mijn goede man ik heb gedaan, wat gij mij gevraagd hebt. OMijnheer ik ben een totaal geruïneerd man, gilt hij uit dit had ik zoo niet bedoeld. Ik verlangde daarvoor zilvergeld. Zoo, zegt AV. maar ik kan niet raden wat uwe bedoeling is, geef dan terug, dan zal ik u gpld daarvoor geven. Te Schcrpenissc en te St. Maartensdijk zijn twee personen gearresteerd door de politie, die gelukwenschen voor een bankbiljet van 40 wilden uitgeven. Moge de regtbank niet al te toegevend zijn, maar zulke sujetten voorbeeldeloos straffen. Kon ook de hooge regering, de makers, verkoopers en verbreiders van zulke papieren, dit niet beletten Dat was een weldaad aan de maatschappij bewezen. Nog vele onkundigen en onnoozelen zijn er in Nederland, die onnadenkend en in vol vertrouwen daardoor worden misleid. Te Groningen is jl. Maandag in den ouderdom van 64 jaar overleden dr. I. van Deen, hoogleeraar in de genees kundige faculteit aan de universiteit aldaar, ridder der orde van den Nederl. Leeuw. Door den heer S. Kool, te Knijpe, is het portret geschilderd van Tjitte H. de Vries aldaar, die in Maart a. s. den ouderdom van 103 jaren telt. j^jHet portret is levensgroot, de oude man rookt zijn pijpje en leest (zonder bril) de Friesche Courant, hetgeen geheel met de waarheid overeenkomt. De gelaatstrekken zijn juist gelijkend teruggegeven, zoodat het portret vol komen geslaagd is. Ook uit het oogpunt der kunst, ver zekeren kenners, dat de schilderij hooge waarde heeft. Men schrijft aan het Dagblad van Nederland: //Drenthe is het land der schilders en jagers. //De eersten hebben er hunne dorpjes en gehuchten, in eikenloof verscholen de langooren, de palrijzen en het adelijk korhoen, hunne heidevelden en veenen, hunne uitgestrekte korenakkers en struiken. z/AVas het eene goede gedachte, die men van het jagt- veld had, welke in dit najaar met zooveel ijver naar het jagtgeweer deed grijpen? «AVaren er diep doordenkende jagers, die begrepen, dat het hijkans permanente vastliggen der Drentsclie honden in anno 1868 en 1869 bijzonder gunstig moest geweest zijn voor de multiplicatic onder de hazen? //Misschien maar zeker is het, dat er druk gejaagd wordt en dat van Gend en Loos en de Centraal van hier tallooze bewijzen medencmen, dat ieder schot wel geen patrijs is, maar dat in Drenthe toch dikwerf raak wordt geschoten. //Ook de lange jagt wordt in het noorden der provincie met meer ambitie uitgeoefend, en onlangs hadden wij zelfs een paar Amsterdamsclie windhonden in 't veld, die even te voren op de tentoonstelling te Altona, onder meer dan 600 broeders en zusters, veel attentie hadden getrokken, en waarvoor, als wij ons niet bedriegen, hier te lande een zak guldens is geboden. ,/'t Is ook een prachtig paar, bijkans gelijk van kleur en onberispelijk van vorm. Een van hen, Snel geheeten, werd te Altona bekroond, en al had zijn broeder van die onder scheiding kennis gedragen, er zou tusschen de beide hard- loopers geen jaloezie zijn ontstaan daartoe zijn zij blijkbaar te veel aan elkander gehecht. //En welke rol speelden nu die Ilollandsche windhonden in het Drentsche veld? Die ieder speelt als hij op onbekend terrein komt. //De Amsterdammers kenden de heide niet met hare oneffenheden, hooge struiken, wagen- en schapensporen en dus ook niet de finesses der Drentsche hazen, virtuosen in de kunst en duikelen. Vervolgd door een corps windhonden en vreezende dat hun laatste uur nabij is, werpen zij zich eensklaps in een bijna onzigtbaar schapenspoor, een soort van goot, met heidestruiken bedekt. z/IIonden, met die liazentaktiek niet bekend, vliegen als 't ware over den vlugteling, die verstoppertje speelt, heen, en als ze nu in die vaart ettelijke schreden vooruit zijn, springt de haas op en galoppeert in tegenovergestelde rigting zijne vervolgers uit het gezigt. ,/De Drentsche windhonden zijn op die kunstjes van langoor bedacht, maar hunne Amsterdamsclie collega's stonden verwonderd over die wonderlijke verdwijning van den vervolgde. z/Intusschen zij liepen goed en een weinig oefening in de Drentsche jagt-velddienst, zal hen wel spoedig met de knepen van ons //hazendom» bekend doen worden. //Men hoopt de beide Amsterdamsclie jagtlief hebbers, die zich hier spoedig vrienden maakten, met hunne honden op een ander jaar weer te zien. z/IIet jagtgenot zal er door winnen en de hazewinden zullen in één cursus op de heide leeren loopen en onze hazen niet alleen in vollen loop gevangen nemen, maar zich ook niet meer door hunne goocheltoeren laten verschalken." Het Dagbl. v. Ned. levert als staaltje van //grappige» taktiek der ultramontanen, die met brutaliteit meer en meer het hoofd opsteken en alles aantasten, en dat wel in een vorm, toon en inkleeding, die tegen de eerste regelen van smaak en aesthetiek strijdt, het volgende artikeltje uit het laatste nommer der //vermaarde» Dietsche AVarande: //Officiëele iippigkeit." In de oostelijke provinciën van ons land schijnt, meer en meer, eene soort van officiëele vrolijkheid te gaan heerschen; eene zekere dartelheid, die wel niet beminnelijk is, maar toch de holronde blijgeestig heid onzer vaderen zoo wat tracht na te grijnzen. Men herinnert zich dat, tot //de schriftelijke werkzaamheden bij het eind-examen,» voor onze hoogere burgerscholen ook vertalingen uit George Sand en dergelijke hoog-zedelijke schrijvers belmorenmaar ook op het plastiesch gebied wordt aan het litterarische niets toegegeven. Men zie, b. v. de proeve van bekwaamheid, onder de leiding van den heer M. F. O. Scholten, op de /,boetseerschool» te Deventer, geleverd door den leerling Jan Striener. Het beeldje is op de //Internationale Tentoonstelling» in het zoogenaamde Volkspaleis gebragt, waarschijnlijk opdat toch vooral aan de vreemdelingen blijken moge, hoezeer de bloei der bordeelen de Nederlandsche schooljeugd ter harte gaat. Het werk toch waaraan de arme jongen vele dagen heeft moeten besteden, is niets anders dan eene der bekende hoogst lubrieke nymfen van Ruder. Zoo'n naakt schepsel, dat met de armen boven het hoofd, met doorgebogen ligchaam opzweeft naar het paradijs van Mahomed. Maar laten wij den geestrijken wetgever der nieuwe oosterlingen niet lasteren, die, ten minste, zoo lang de vrouwen op aarde onder het bereik zijn der ontuchtjagers, met eene schijnbare onverschilligheid langs's Heeren straten flaneerende, haar de striktste maskeering en sluijering tot voorschrift maakt. AVij westersche Europeëers hebben blijkbaar de beschaving in pacht. Ontleenen wij het zedig vormenstelsel der middeleeuwen al grootendeels aan het oosten, sedert de XVde eeuw staat ons de geheele friperie, de volledige beschrijving van de slechte tijden des wes- terschen keizerrijks meer en meer ten dienste en wij weten niets beters te doen dan de jeugdige verbeelding onzer leerlingen op de openbare school in de heiligheid van hun schaamtegevoel te verontreinigen, mot de gemeenste beelden in litterarische voorstellingen, de bekende inhoud der eerste recepten van het moderne huishoudboek, sluitend met cubebe, copaiva, biscuits olliviers een stinkend ziekbed en een vergiftigd nakroost. Bien vous fasse!» Jl. Zondag in den vroegen avond en Maandag in den vroegen morgen, werden te Frankfort, Darm3tadt en Mainz schokken van aardbeving gevoeld. Door geheel Rijnhessen en in de provincie Starkenburg werden de trillingen waargenomen. Te Darmstadt hield de schok 10 sekonden aan en had hij een rigting van het zuiden naar het noorden. Te Gross-Gerau zijn eenige sclioor- steenen omgevallen en vlugtten de menschen uit hunne woningen. Volgens de Sport zou door een gelukkige inspiratie weder een nieuwe verandering in het dames-toilet zijn ver zonnen, namelijk een wijziging of liever een algemeene af schaffing van den hoed. En geen wonder, want nadat de hoed in alle mogelijke en onmogelijke vormen is veranderd, dan hoog, dan laag, dan met en dan zonder rand, en opgetoomd met bloemen, veeren, schelpen en wat niet al, werd het eindelijk tijd iets geheel nieuws te bedenken. Dat nieuwe hoofddeksel (men weet dat er eigenlijk niets nieuws onder de zon is) is de //Capulet," in goed Nederlandsch zou men welligt zeggen: //kaper of huik.» Het is een ele gante dragt, waaraan door de Sport het grootste succes wordt voorspeld, maar evenals de Spaansche dames niet allen de mantille weten te dragen, zoo zal de capulet ook alleen de draagster sieren door eigen goeden smaak. Zelfs zegt de Sport dat de dames, die er mede zijn geëncapu- chonneerd, bijna zeker zijn van er allerbekoorlijkst uit te zien! AVat de capulet is, is in alle mode-journalen te lezen. Dezer dagen verwekte te Parijs een man op een der boulevards een grooten oploop, omdat hij aankondigde dat hij, tegen betaling van een paar sous, aan zijne geëerde toehoorders een onfeilbaar middel kon geven, om bij een oproer zich tegen de doodelijke werking van knuppels, sabels en chassepot's te beveiligen. Het regende op zijn tafeltje sous, en toen hij een aardig sommetje bijeen had, zeide hij: //Heeren en dames, als gij in een opstand, tot welks onderdrukking alle maatregelen zijn genomen, on gedeerd en zonder eenig letsel wilt blijvenBlijf dan t huisEr ging een schaterend gelach op, en het //Blijft dan t'huis! Blijft dan t'huis!» ging van mond tot mond. Het bevestigt zich, dat de ontwerper en uitvoerder van het plan tot doorgraving van het kanaal van Suez, de heer de Lesseps, een nieuw huwelijk zal aangaan, en wel met eene zeer jeugdige vrouw. //Gisteren (schreef dezer dagen een Parijsch berigtgever van het Journal de Bruxelles) is aan de maire van het 8ste arrondissement dezer hoofd stad wettelijk afgekondigd, dat de heer Ferdinand de Lesseps, geboren te Versailles, in 1805, in den echt treedt met mejufvrouw Louise Autard de Bragard. De bruid, dochter van een zeer rijken grondbezitter, is 24, de bruidegom is 64 jaren oud. Het schijnt dat de zoon van den heer de Lesseps, op denzelfden dag als zijn vader, met eene zuster van mejufvrouw de Bragard in het huwelijk zal treden.» Als in Noorwegen de winter goed ingetreden is, koopt de huishoudster eene koe of schaap en hangt die eenvoudig in de buitenlucht op. Het vleesch wordt hard bevroren en voor het gebruik hakt men slechts zooveel daarvan af, als men noodig heeft, doch moet zorg dragen, naarmate van de mindere of meerdere koude, dat men het stuk, hetwelk men noodig heeft, 12 of 24 uren van te voren afhakke en niet met het koken beginne, voor dat het vol komen ontdooid is. Zoo worden ook in de ijskelders of groeven het beste wild, zooals korhoenders, houtsnippen, enz. uitmuntend bewaard, hetwelk van veel waarde is, daar zij in het gunstig jaargetijde voor eenen zeer geringen prijs verkrijgbaar zijn. Een zeer doorslepen politie-inspecteur had vernomen, dat op zekeren avond omstreeks 11 uur een juweliers winkel door inbraak zou bestolen worden. Hij nam diens volgens met den eigenaar de noodige voorzorgen, en alles ging op den bewusten avond in het huis zijn gewonen gang. Tegen 10 uur sloop de inspecteur naar binnen, en wachtte de dieven in den winkel af. Een uur verliep, toen er zachtjes op het vensterblind geklopt werd, en zich eene verdachte stem van buiten deed hooren. //Mijnheer de inspecteur, zijt gij ook daar binnen?» z/De inspecteur meende uit voorzigtigheid te moeten zwijgen, doch daar de vraag al dringender en angstiger werd, zoo kon hij zich niet langer meer bedwingen, maar antwoordde zacht: //Ja wel, ik ben hier.» //Hartelijk dank,» antwoordde de stem buiten, //dan zal ik de inbraak maar tot later uitstellen Een rijke gierigaard te Brussel gaf een groot dinée. Juist op liet oogenblik dat alle gasten gezeten waren, hoorde men een ijsselijk geschreeuw beneden op de plaats. De gastheer ging terstond naar bene den en kwam een oogenblik daarna terug met een bleek, ontsteld gelaat. „AVat is er gebeurd?» was de algemeene vraag. „Helaas!" zeide hij, „een armen arbeider, vader van een groot gezin, is door een verschrikkelijk ongeluk getroffenhij is van een wagen gevallen en ernstig gewond. Laat ons hem bijstaan!" Terstond werd er eene collecte gedaan en de gasten bragten 1200 francs te zamen. Edelmoedige zielen! Het was eene list van den gierigaard om zijn middagmaal betaald te krijgen. Een dronkaard, welke als naar gewoonte dezer dagen van af den vroegen morgen zijne rondte in de herbergen van Parijs gemaakt had, bevond zich omstreeks den middag in een toestand, die zeker niet te benijden was. Na geruimen tijd van de eene kroeg in de andere gesukkeld te zijn, geraakt hij eindelijk al struikelend op den Boulevard des Italiensonze man liet zich op eene bank vallen, doch rolde er af en bleef bewusteloos op den grond liggen. Onze dronkaard bleef een geruimen tijd liggen. Zekere jongen heer die daar voorbijging en wiens zak niet te best voorzien was, dacht in zich zeiven, dat dit eene goede gelegenheid was om dien in een beteren staat te brengen. Na eenigen tijd heen en weer gewandeld te hebben, nadert hij den slaper en verlost hem van zijn gouden horologie, van zijne ketting en van zijn geldzak, welke nog menig vijf-frane-stuk bevatte. Dat de dief lachte, laat zich raden; maar het spreekwoord zegt, wie het laatste lacht, lacht het best. Onze dief zou zich juist om-

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Heldersche en Nieuwedieper Courant | 1869 | | pagina 2