ADVERTENTIËN.
BUITENLAND.
Effecten-Beurs te Amsterdam.
Weerkundige Waarneming-en te Helder,
koeren om met den buit de plaat te poetsen, toen hem twee krach
tige handen bij den schouder vatten. „Hola, vriend", riep de man
hem toe, „waar gaat gij heen?"
Men zou denken, dat de dief zich nu verloren achtte, om ver
giffenis smeekte en alles bekendein het geheel niet, men vergist zich.
„Mijnheer," zeide hij met eene voorbeeldelooze schaamteloosheid,
wees zoo goed om eenige ophelderingen aan te hooren. De man
die daar gerust slaapt is mijn vader. Zooals het zijne gewoonte is,
heeft hij een weinig te veel in het glas gekeken. Vruchteloos heb
ik gepoogd hem wakker te maken, en opdat een behendige dief
hem niet bestelen zou, heb ik voorzigtig alles wat eenige waarde
had van hem genomen. Thans kan mijn vader gerust slapen en
de dieven mogen komen."
Men heeft echter menschen, die niet ligtgeloovig zijn en dit was
de reden, dat de man onzen dief nog steeds met zijne sterke handen
vasthield. Een ander persoon, die er bij was, maakte den dronkaard
wakker en stelde hem zijn gewaanden zoon voor; doch de vader
herkende zijn zoon niet. Een voorbij komende policie-agent haastte
zich dit veelbelovende jongmensch naar eene plaats te brengen, waar
men hem gewis voor eenigen tijd een goedkoop logement zal geven.
De zoon eener rijke familie uit de wijk Montmartre te Parijs
had eene bijzondere liefde voor eene dienstbode zijner ouders opge
vat. Het jonge meisje bood lang wederstand aan haren minnaar;
doch Hendrik was zoo lief, zoo bevallig en wist zoo goed te praten,
dat hij ook eindelijk weder bemind werd. Langen tijd bleef deze
liefde voor de ouders van den jongeling verholen, maar op den
duur kon dit zoo niet blijven. Eindelijk werden de betrekkingen
der beide jongelieden ontdekt en de arme Rosalie werd door hare
meesteres rampzalig de deur uitgejaagd.
Wat zou er nu van Rosalie worden, zij die alleen en onbekend
in het groote Parijs moest dwalen? Na langen tijd nam zij haren
intrek op een klein zolderkamertje, alwaar zij door middel van eenig
handwerk gedurende eenigen tijd in hare eerste levensbehoetten kon
voorzien. Maar ach! dit duurde niet lang; Rosalie werd moeder.
Geruimen tijd had de ongelukkige moeder gehoopt dat Hendrik
zou wederkeeren, doch deze, door zijne familie opgesloten, kon haar
niet ontdekken. Daarbij hoe zou hij het meisje in zulk een groote
stad teruggevonden hebben.
De wanhoop bragt het meisje tot een noodlottig besluit; zij
sloot zich in hare kamer op, maakte vensters en deuren digt, ont
stak een komfoor met kolen en wachtte gerust den dood at. Wat
was haar het leven, indien zij Hendrik, dien zij zoo teeder
beminde, niet meer bij zich had. Den volgenden dag vonden de
medebewoners van het huis haar lijk zielloos naast dat van haar
wichtje uitgestrekt.
Hendrik, wien het uitgaan verboden was en wiens voetstappen,
wanneer hij eens uitging, immer werden bewaakt, werd moede zulk
een droevig leven te leiden. Hij maakte zich meester van een pistool
zijns vaders, sloot zich 's nachts in zijne kamer op, schreef nog
een laatst vaarwel aan zijne ouders en schoot zich daarna voor het
hoofd. Op het gerucht ontwaakten zijne oudersde deur werd
opengebroken, doch te laat Hendrik was een lijk.
België.
Een zeer brutale diefstal is jl. Zaturdag middag tegen
5 ure te Brussel gepleegd. Men heeft bij een wisselaar
een grooten spiegelruit met een steen ingeworpen en van
de verbazing en het gedrang, dat het gevolg was van het
gerinkkink, geprofiteerd om een pakje van 20 bankbriefjes
van duizend francs mede te nemen.
Volgens een der Brusselsche bladen, is tot dusverre
geene enkele arrestatie in de zaak van den moord in de
Rue de Brabant geschiedt. Er bestaan, naar men meent,
gegronde vermoedens ten aanzien van iemand, die op het
tijdstip, waarop de misdaad gepleegd is, plotseling uit
Brussel is verdwenen. Daar er evenwel acht dagen tus-
schen het bedrijven en de ontdekking daarvan verloopen
zijn, heeft die persoon alle gelegenheid gehad om zich tegen
de nasporingen der justitie in veiligheid te stellen.
Bij het concours van liedertafels te Gent, dezer dagen
gehouden, heeft Amstels Mannenkoor, directeur de heer
R. Hol, de tweede gouden medaille benevens fr. 150 behaald,
welk eerbewijs haar door den jury met algemeene stemmen
is toegekend.
Het Belgische stadje Argenteau leverde Maandag het
bewijs, hoe weinig soms in de hitte van een verkiezing-
strijd de middelen gewikt worden, wanneer zij slechts ter
bereiking van het gewenschte doel kunnen dienen. Een
inwoner had, om een kiezer van de stembus af te houden,
hem daags voor de verkiezing bij zich in huis gelokt en
in een soort van bakhuis opgesloten. De vrouw, haar man
's avonds niet ziende terugkeeren, had zoolang door de
straten zijn naam overluid geroepen, tot zij uit het bakhuis
zijn stem vernam, haar uitnoodigende, hem te komen ver
lossen. Hiertoe echter kon zij zonder de hulp van den
burgemeester niet geraken, die daarenboven nog verpligt
was, de deur met geweld te doen openbreken, daar de
verblinde kiezer had geweigerd, zijn gevangene voor den
afloop der verkiezing vrijwillig te ontslaan. Van een en
ander is proces-verbaal opgemaakt, waarvan de uitslag waar
schijnlijk den verkiezingsijver bij bedoelden kiezer wel wat
zal doen bedaren.
Frankrijk.
Omtrent Raspail, die dezer dagen te Parijs meermalen
van zich heeft doen hooren, vindt men het volgende vermeld
Raspail, de roode republikein, heeft, naar men zegt, als
apotheker en chemicus een groot fortuin bijeengezameld.
Hij is een gezond en sterk man van 75 jaren. Op zijn
prachtig buitengoed nabij Parijs leeft hij als een kluizenaar;
liij ontvangt en bezoekt niemand. Raspail was in zijne
jeugd bestemd om geestelijke te worden. Werkelijk stu
deerde hij verscheidene jaren in een kerkelijk seminarium.
Ten laatste verkreeg zijn waar karakter de bovenhand.
Op een goeden dag zocht hij zijn bisschop op en zeide:
„Monseigneur, ik kan niet langer blijven; ik geloof geen
woord van hetgeen ik predikeu moet."
De Fransche dagbladen maken melding van een zeer
buitengewone grève te Ivry-la-Bataille, een plaatsje in het
departement de 1'Eure. De herbergiers aldaar hadden den
wijn 10 centimes per flesch opgeslagen. De drinkebroêrs
hebben zich eenstemmig daartegen verzet en besloten geen
glas meer te drinken, zoo lang die onredelijke verhooging
zou worden volgehouden. Hoe ongeloofelijk die algemeene
onthouding scliijne, zij is een feit en de afspraak strikt werd
nageleefd. Na eenige dagen hun nering totaal stil te
hebben zien staan, zijn de tappers de minste geweest, en
hebben zij den wijn weder op den ouden prijs gesteld.
De heer Em. Ollivier houdt zich nog steeds in het
door hem vertegenwoordigde departement van de Var op
en rigt aldaar van tijd tot tijd tot zijne kiezers het woord.
Bij een hem in de vorige week in de zeeplaats Saint-
Tropez aangeboden banket heeft hij de landbouwers gewe
zen op de langzame ontwikkeling van den graankorrel tot
koren-aar, en de zeelieden, die onder zijn gehoor waren,
op het langzaam aanbreken van den dag en het opgaan
der zon, ten einde hen te doen beseffen, dat de staatkun
dige hervormingen, insgelijks slechts langzaam tot stand
kunnen komen. „Wij," zeide hij, „behooren bij ons werk
de natuur na te volgen. Langzaam, geduldig, zonder
schokken en zonder omwentelingen moeten wij naderen
tot het doel, het voorwerp onzer bestendige pogingen:
de vrijheid, de zedelijke vrijmaking, het stoffelijk welzijn
van allen."
Engeland.
In Engeland begint de commissie, die belast is met het
onderzoek der omkoopingen bij verkiezingen, aanstoot te
geven, omdat zij, naar velen beweren, de grenzen harer
bevoegdheid te buiten gaat. Zij heeft, zoo oordeelen de
dagbladen, eigentlijk niets meer te doen, dan te onderzoeken
en te constateren er heeft al of niet omkooping plaats
gehad. Maar het is haar niet opgelegd tot in de kleinste
Bijzonderheden af te dalen en eene soort van inquisitie over
personen en persoonlijke aangelegenheden in toepassing te
brengen, die dubbel hatelijk is, naarmate zij voor geheel
onnoodig is te houden. Het gouvernement behoeft niets
meer te weten dan het bestaan, den omvang en de gewone
wijze van werking der omkooping bij de verkiezing, maar
of Pieter en Paulus twee of drie pond hebben ontvangen,
en waartoe zij het ontvangen geld hebben besteed, en eene
regterlijke bespiegeling over een en ander is voor de regering
zonder eenig belang. Het doel behoort te blijven, de noodige
gegevens tot eene hervorming, door kennis van de bestaande
toestanden te vergaderen, maar niet, om een aantal burgers
aan de kaak te stellen, en van hun goeden naam te berooven.
Dnitschland.
Z. M. de Koning van Pruissen heeft tegen 10 Novem
ber a. s., den geboortedag van Luther, een algemeenen
bededag uitgeschreven. „De groote bewegingen (zoo vangt
het Koninklijk schrijven aan den minister van eeredienst
aan) van den tegenwoordigen tijd in het godsdienstige leven
der volken en der bijzondere personen, bewegingen,
die tot ernstige beslissingen dringen en de taak, die zij
aan de Evangelische kerk in ons vaderland opleggen, treden
een ieder voor oogen en vermanen ons om 'den bijstand
van den almagtigen God in te roepen. Daar deze bededag
van zuiver kerkelijken aard is, is er geene onthouding op
dien dag van openlijken arbeid voorgeschreven.
Dezer dagen bevond zich de trein van den spoorweg
van Reichenberg, tusschen Jaromer en Jozephstadt, toen
plotseling de reizigers van den wagen n°. 20 tusschen zich
een zwarte massa met de snelheid des bliksems zagen vliegen.
Langs een der spiegels van den waggon ingevlogen, welke
zij in duizend stukken verbrijzelde, vloog zij langs den
anderen spiegel uit, zonder ongelukken te veroorzaken.
Het was eenvoudig een kanonskogel van zwaar kaliber.
Men nam op dit oogenblik artillerie-proeven op de glacis
der sterkte, en ten gevolge van een slecht uitgevoerde
manoeuvre was de kogel langs den kant van den spoorweg
gevlogen. Het is onmogelijk de ontroering van de reizigers
te beschrijven. Slechts eenige oogenblikken later begrepen
zij het gevaar, aan hetwelk zij als door een wonder waren
ontsnapt.
Wanneer, zoo leest men in eene correspondentie uit
Weenen, vorst von Metternich jr., de bijtende ironie,
waarop de N. Fr. Presse hem onthaalt, overleeft, dan kan
men hem een taai diplomaten leven niet ontzeggen, en mag
hij in dat opzigt met zijn zaligen vader wedijveren. Maar
als Frans Jozef verstandig is, dan roept hij dien heer zoo
spoedig mogelijk terug. De vorst is meer dan gezant, hij
vertegenwoordigt niet alleen het ministerie von Beust,
maar ook den persoon des Keizers. Zijn vóór het duel
aangevraagd ontslag beteekent niets, te minder, daar het
niet is aangenomen. Hij heeft dus geduelleerd als ver
tegenwoordiger van zijnen souverein, en dat niet om diens
eer te redden, niet uit politieke beweegredenen, maar ter
wille eener liefdeshistorie, die onder de rubriek overspel
behoort. Wat wordt er, vraagt het volk, onder zulke
omstandigheden van de vertegenwoordiging eener groote
mogendheid? Wat van de eer en het fatsoen van een
der magtigste souvereinen? Wat hebben wij van de
bezigheden en de roeping onzer zoo peperduur betaalde
diplomaten te denken? Moet daarom zooveel geld te Parijs
worden verspild? De vorstin von Metternich was, met de
Fransch-Keizerlijke gunst en de bijzondere onderscheiding,
welke haar te St. Cloud en in de Tuileriën wordt bewezen,
reeds sedert lang een voorwerp van spot en ergernis;
maar tegenwoordig overtreft zij nog haren gemaal, en
toont zich in het openbaar met den verdachten stralenkrans
der losbandigheid. Alleen de diplomaten zelve zijn met
eerbied, velen hunner zelfs met kwalijk verborgene jaloezy
voor dat Oostenrijksch vorstenpaar vervuld. Men zegt
dan ook, dat zij bij den Keizer ten hunnen behoeve petiti-
oneeren, een petitionement, dat, volgens de ingewijden, niet
noodig is.
Denemarken.
Het bruilofts-geschenk van het Deensche volk aan den
Kroonprins en diens gemalin, werd onlangs door een daartoe
afgevaardigd comité aan het vorstelijk paar overhandigd.
Het bestaat uit een zilver tafelservies, wegende 21,207 lood
(Kopenhager gewigt), waarbij behoorende: 4 candelabres,
2 terrinen met borden, 8 caserollen, 12 sauskommen,
6 suikerschalen, 2 tafelbellen, 30 zoutvaten, 28 schotels,
4 presenteerschalen en 120 borden. De voorwerpen zijn,
volgens teekening van prof. C. Peters, door 12 goudsmeden
in de residentie vervaardigd.
Rusland.
De stad St. Petersburg wordt op dit oogenblik bedreigd
door eene groote overstrooming van de Newa. Algemeene
ontsteltenis heerscht onder de bevolking. Men ducht eene
herhaling van de catastrophe van 1824, die toen zulke
groote verwoestingen in de hoofdstad heeft aangerigt.
Azië.
Uit Bangkok berigt men de volgende plegtige ceremonie,
ter gelegenheid van het overhandigen van een eigenhandig
schrijven van den nieuwen beheerscher van Siam, aan den
Koning van Denemarken, met welks bezorging de Deensche
consul Köbke belast werd. Er kwam nl. eene formeele
prosessie bij den Deenschen consul aan. Aan de spits
van den optogt bevond zich eene afdeeling Siamesche
troepen; op hen volgde de gouden troonzetel, gedragen
door hof-bedienden, en omgeven door knielende pages,
welke door deze houding hunnen eerbied te kennen gaven
voor het koninklijke handschrift, dat op den troonzetel was
neergelegd. Dit handschrift bevond zich in een in zijde
gewikkeld kistje, dat op eene gouden schaal geplaatst was,
en tegen de zonnestralen beschermd werd door de koninklijke
„staats-zonneschermen," en afgekoeld door de koninklijke
staatswaaijers. De troepen marcheerden voor het consulaat
op, en presenteerden het geweer voor de Deensche vlag,
terwijls het muziek-korps de nationaal melodie speelde.
Amerika.
Een telegraphisch berigt, langs den Franschen kabel uit
New-York verzonden, meldt, dat de stoomboot Stonewald,
van St. Louis naar New-Orleans, is verbrand. Meer dan
200 personen, waaronder een groot aantal vrouwen en
kinderen, zijn verbrand of verdronken.
2 Nov.
3 Nov.
Nederland, Werkel. Schuld
63&
581
dito
3 ii
62f
62*
4
841
84H
Spanje, Obligatiën
2f„
261
261
Portugal, Obligatiën 1853
s
32*
311
Rusland, Obligatiën 1798/1816.
5
931
93
dito bij Stieglitz
5 ii
75Ü
751
dito 1864
6 ii
901
91
dito 1860
4+„
811
81*
dito 1867
4
65
65
dito Poti Tiflis
5
821
821
dito Spoorw. aand.
ii
212
2091
dito Loten 1864
u ii
220
219
dito 1866
ii u
2141
213
Oostenrijk, Obligatiën Metalliek
5
471
471
dito dito
dito Nationale
5
62*
52*
dito rente Amst.
5 ii
601
dito 1864.
5 ii
671
dito 1865.
5 ii
dito 1866.
6 ,i
461
Mexico, Obligatiën 1851
3
121
dito 1864
3
61
61
Griekenland, Obligatiën
6
7
Turkije, Obligatiën
5 ii
40*
40*
Amerika, Obligatiën
3 ii
87|
871
dito 1882
6 ii
88*
88tf
dito 1885
6 ii
871
87«
Debentures Ohio
8 ii
251
25tf
Gecons. Atlantics
7
231
St. Paul en Pacific, le sectie
7 u
ii u ii n 2e
7
70
70
(Landskeet).
Novemberj
Uren. J
Windrigting
en
Kracht.
Barometer
mm.
Thermometer
C.
Vochtigh.l
procent.
Toestand
van
de
zee.
Stand.
Afw.
Stand.
Afw.
3
12
nw. 20k.
754 91
- 4.04
9.2
-0.2
0.76
Holwater
4
8
w. 8
740.76
-18.18
9.4
tl.»
0.92
Golvend.
4
12
wnw. 65„
740.02
-18.92
9.9
+0.7
0.75
Zeer holw
Weersgesteldheid: 3 Nov. 12 u. Onst., wind, buijig weer, losbew.
4 Nov. 8 u. Digtbewolkt, winderig.
4 Nov. 12 u. Stormweer, regenbuijen, zw.bewolkt.
De stand van den barometer was het laagst in den nacht tusschen
Dingsdag en Woensdag ten half drie ure, toen hij 748.6 m. M.
aanwees. De thermometer teekende Woensdag morgen ten 8 ure
9° 6' Celsius. De grootste winddruk werd waargenomen in den nacht
tusschen Dingsdag en Woensdag ten 12 ure 40 minuten, namelijk
64 kilogramme per vierk. meter. De rigting van den wind was
toen Z.W.t.W.
Heden beviel van een welgeschapen Zoon JOHANNA
BERTHA MARIA KRUSE—HÜVETT.
Texel, den 1 November 1869.
Bevallen van een Zoon JOHANNA CORNELIA
HESTERMAN, geliefde Echtgenoote van
Dr. J. RIET.
Eijerland op Texel, 2 November 1869.
Algemeene kennisgeving.