ADVERTENTIËN. INGEZONDEN. Correspondentie. Effecten-Beurs te Amsterdam. Weerkundige Waarnemingen te Helder, De door den heer de Villemessant in het leven geroepen knuppel-vereeniging, die zich belast om met stok slagen elke poging tot oproer te beletten, wordt door Louis Blanc in den Rappel op deze wijze gevonnisd //Zal Frankrijk dus onder het bestuur van den stok komen Wil het //liberale keizerrijk" door knuppelslagen de burgers leeren, wat zij in het besef hunner waardigheid behooren te doen en te laten Is Frankrijk, het classieke vaderland der eer, zoo ver achtelijk gevonden in de oogen van zijne regeerders, dat, naar hunne meening, de eerbied voor de openbare rust en orde den stok tot waarborg dient te hebben? Heeft in een land, als het onze, een land met zulk eene grootmoedige en ridderlijke bevolking, de openbare orde geenen anderen grondslag meer dan een onwaardig verbond tusschen vrijwilligers met knuppels gewapend, en policie- agenten met schedel-verbrijzelaars voorzien? Waar toch, en wanneer, burgers van Parijs, hebt gij de beleediging verdiend om als policie-agenten uit liefhebberij te worden beschouwd? En toch op deze uwe onderstelde zelfverlaging, rekenen in den vreemde de vijanden van Frankrijk, en in de aller eerste plaats hun groot orgaande Times." De heer Loyson, de ex-pater Hyacinthe, gaat een Christelijk blad oprigten, getiteld la Concorde, en dat tot medearbeiders zal hebben, bijna al de uitstekende priesters die thans in openbare vijandschap met Rome zijn. De rijkste burger van geheel Frankrijk, baron Nathaniel de Rothschild is overleden. Hij bezat paleizen en tuinen; ekwipages, bedienden bij menigte; bibliotheek en galerij van schilderijen, ja wat niet? Hij was de eigenaar van een fontuin van een milliard. En met al zijn weergalooze weelde, met al zijn rijkdom, was Nathaniel de Rothschild's lot niet benijdenswaardiger dan dat van een gewoon sterveling en was hij zelfs zeer ongelukkig. Hij was lam en blind. Al de pracht van zijne salons diende slechts om anderen te behagen; de heerlijke dreven van zijne bloemgaarden, alleen om door anderen te worden betreden. Hij moest gedragen of gereden worden en zelf sprak hij eenmaal, toen hij den val van zijn broeder in het bosch van Boulogne vernam //Mijn geheele vermogen gaf ik gaarne om zoo gelukkig als hij te zijn, om te kunnen vallen, om, als voor 20 jaar, vijf minuten slechts, te kunnen loopen. De arme schatrijke man had een voorlezer. Een voornaam acteur, Alfred Baron, kwam hem des avonds den MoniteurOfficiel, delndépendance, de Petites Affiches en somtijds ook nog den Figaro voor lezen. Dan sluimerde hij, op zijn schitterend nachtleger uitgestrekt, in, wanneer de zorgen het hem mogelijk maakten. De zorgen, ja, hij had ze meer dan de bedelaar, die heden niet weet of hij morgen nog in zijn schamele woning kan blijven, die niet weetlwaar hij een bete brood vinden zal voor vrouw en kind hij had ze meer dan de gewone burger, die onder huiselijken druk gebogen gaat. De Rothschild bezat een helder hoofd en niets werd door de schatrijke bankiers-familie ondernomen, of hij moest eerst geraadpleegd zijn. Dit gaf hem zorgen, die hem (en dit was er misschien de goede zijde weder van) het droevig lot, hem beschoren, soms deden vergeten. Gij, die soms met afgunst op den rijker bedeelde neder- ziet, die steeds fortuin en weelde najaagt, maar die in het volle genot uwer zintuigen en eener volmaakte gezondheid leeft zegt, zoudt gij met dien armen Rothschild uw deel hebben willen ruilen? In het laatst der vorige week is te Parijs in het oude Nijverheids-paleis de jaarlijksche tentoonstelling van den nationalen landbouw geopend. Het aantal tentoon gestelde runderen bedraagt 358, dat der schapen 350, dat der varkens 210. Onder de eerste bevinden zich een aantal koeijen en ossen van eene zeldzame fraaiheid. In die afdèeling der tentoonstelling is de eerste eereprijs behaald door den inzender van een witten os van gekruist Durhamsch ras, die een gewigt van 1037 kilogr. heeft. Het Fransche regeringsblad, van deze tentoonstelling verslag gevende, brengt in herinnering, dat op de eerste tentoonstelling van slagtvee, in 1844 op de markt van Poissy te Parijs gehouden, slechts 30 ossen en 18 koppels wolvee inge zonden waren. De heer Paul de Cassagnac eindigt een hevig artikel in de Pays tegen den heer de Fonvielle met deze tirade: vWij moeten een schuldige hebben, en tot eiken prijs. Of de Prins is een moordenaar of Fonvielle heeft gelogen. Is de Prins een moordenaar, dan eischen wij het schavot. Maar blijkt het, dat Fonvielle gelogen heeft, dan moet men hem ter teregtzitting arresteren, en als een valschen getuige vonnissen. Plooijen zou hier onvoldoende, zou hier dwaas zijn. Als men iemand doodt, heeft men gelijk of ongelijk. Geen juste millieudat mag niet. De Prins zegt, dat hij gelijk heeft. Fonvielle beweert, dat hij schuldig is. Oordeelt en geeft ons een schuldige, laat het denkbeeld om dezen of dien te sparen toch de weegschaal der justitie niet partijdig maken noch vervalschen. Speelt open spel, en pleegt geen bedrog met de kaarten. Bonaparte te heeten is nog geen reden om opgeofferd te worden. Geregtigheid, schitterende geregtigheid wordt geëischt. Wij zien haar te gemoet." E ngeland. Het echtscheidingsproces van sir C. Mordaunt, dat zoo pikant was en waarin bijna de Prins van Wallis als getuige was opgetreden, zal, naar te Londen in geregtelijke en hoogstfatsoenlijke kringen verteld wordt, worden gestaakt. In de Londensche dagbladen leest men het navolgende berigt, ontleend aan een van de Engelsche nieuwsbladen die in de Chiuesche zeehavens verschijnen//Eene over eenkomst voor den aanleg eener spoorweglinie in Japan is aangegaan door den heer Lay, een Engelschman die vroeger in de dienst van het Chinesche gouvernement de admini stratie der in- en uitgaande regten heeft bestuurd. Hij is de vertegenwoordiger van kapitalisten, die hem geld hebben toevertrouwd om aan het Japansche gouvernement te worden geleend voor het aanleggen van openbare werken van productieven aard; en aan het Japansche gouvernement wordt door hem eene som van 1,000,000 pd. st. voorge schoten voor eene spoorweglinie van JeddoOsakka, een afstand van een 300tal Engelsche mijlen, aan te leggen door Engelsche ingenieurs. Die spoorweg zal het eigendom des gouvernements zijn." Dnltschland. Twee Munchener heeren gingen met een der schoonste jonkvrouwen van Beijeren's hoofdstad, de 18jarige freule Reusenbach, en verder gezelschap, op het Stamberger-meer schaatsen rijden. De drie genoemden waagden zich op een pas bevroren plek, hoewel door de visschers gewaarschuwd; zij zakten door het ijs. De heeren werden nog geredhet schoone meisje was reeds een lijk. Spanje, Terwijl de republikeinen in Spanje op afschaffing van de conscriptie en van het staande leger aandringen, is van regeringswege aan de Cortes een nieuwe regeling van het krijgswezen voorgedragen, wier hoofdbepaling is: dat ieder Spaansch burger, wanneer hij den ouderdom van 20 jaren bereikt, onder de verpligting komt om de wapenen voor het land te dragen. Verder wordt daarin bepaald, dat er een staand leger en een reserve zal zijnhet staande leger wordt gesplitst in een dienstdoend deel en in verlofgangers die den eersten ban der reserve zullen uitmaken. Élk jaar zal door loting onder de dienstpligtigen een door de Cortes te bepalen aantal jongelieden worden aangewezen om het staande leger voltallig te houden; zij zullen vier jaren werkelijke dienst moeten doen en vervolgens voor 2 jaren bij de rererve worden overgebragt. De tweede ban der reserve zal bestaan uit al die jongelieden, welke niet door de loting tot werkelijke dienst bij het staande leger zijn verpligt; zij zullen slechts een jaar behoeven te dienen, en niet anders dan krachtens eene bijzondere wet tot werkelijke dienst kunnen worden geroepen. Plaatsvervanging en vrijwillige dienstneming voor vier jaren worden bij de wet veroorloofdgratificatiën, zoo als de Spaansche soldaten dikwijls buiten en behalve de soldij ontvangen, worden verboden. De hertog van Montpensier heeft, naar aanleiding van de nederlaag, die hij bij de verkiezingen in Oviedo en Aviles leed, een open brief aan zijne aanhangers geschreven, waarin hij zijne toegenegenheid tot zijne landgenooten betuigt. Hij zegt daarbij. //Hoewel niet in Spanje geboren, acht ik het eene groote eer, te mogen roemen op mijne Spaansche voorouders. Ik vind mijn geluk in het huwelijk met eene Spaansche Prinses en in het besef dat mijne kinderen Spanjaarden zijn. Ofschoon geen partijganger, geloof ik, dat, indien men de constitutie van 1869 opregt toepast, die toepassing Spanje geluk zal aanbrengen. z/Ik vereenig mij met het gevoel van nationalen trots en vroomheid, dat het Asturische volk bezielde, toen het een eenvoudig standbeeld voor zijn held Pelagus oprigtte, ten bewijze dat het hem, uit eerbied voor de volkssouvereiniteit, als Koning erkende. «Een volk, dat zelfs in zijne fueros de gedenkteekenen zijner heldendaden bewaart, en altoos erkentelijk blijft voor de weldaden van hen, die het beschermde tegen vreemde indringers, die het hielpen in het handhaven zijner onaf hankelijkheid, mag afdwalen door het verhevene zijner inzigten; maar het zal nooit de achting der beschaafde wereld derven." Rusland. Het Chinesche gezantschap is den 16 dezer door den Keizer van Rusland plegtig ten gehoore ontvangen, en eenige dagen daarna is de heer Burlingame, de bekende Amerikaan, hoofd van dit gezantschap, te St.-Petersburg overleden. Amerika. De heer P., die ten vorigen jare een reis in de Ver- eenigde Staten deed, verhaalt, dat hii te New-York op een morgen een barbier liet ontbieden, om hem te scheren. Deze verscheen weldra, vergezeld van een grooten zwarten poedel, die, nadat de reiziger was ingezeept, terstond ging opzitten. //Wat scheelt dien hond toch", vroeg de heer P. //O", zeide de barbier, //als ik scheer valt er wel eens een stukje vleesch af en dat lust hij zoo graag. Het is anders een lobbes, die geen mensch kwaad doet. Hij doet als de recensenten, hij leeft van den afval.» De heer P. gevoelde geen lust meer, om zich aan de Amerikaansche scheerkunst te onderwerpen. TEXEI.SCHE SCHEERWINKEL,. (Vervolg.) Zaturdag avond. Het getal begunstigers was ditmaal middelmatig; algemeen wordt gemist een der begunstigers, gekleed met een hoed, gewoonlijk rookende een lange pijp en luisterende naar het woord Baron. Het schaatsenrijden schijnt de oorzaak te wezen zijner af wezigheid. I)e President verzocht den spreker der vorige vergadering gevolg te geven aan zijne belofte om een verhaal te doen van zijn schipbreuk en- overwintering in Straat Davis. Deze nu beloofde zulks te doen, mits dat aan hem eerst de gewone inzeeping en schering wordt verrigt, waaraan gevolg wordt gegeven. Door velen nu wordt staande die schering gesproken over verschillende onder werpen, als: handel in vee, toevallige winter, welke sommige leve ringen ondoenlijk maakte, zooals Jan het bij ondervinding had met den verkoop van een os aan een Israëliet, die dat beest nu niet kon leveren wegens de toevallige vorst, en zoo voort. Eindelijk, nadat de schering aan den verwachten spreker was volbragt, begon deze aldus: Ik hoor hier gedurig het woord toeval sprekenik wil u drie gevallen mededeelen, welke gedurende mijn schipbreuk en over wintering in de Noordpoolstreken mij zijn overkomen. Wij bevonden ons na het verlies van ons schip op 71 graden noorderbreedte, slechts 4 uren dag. Wij waren in drie sloepen, tellende te zamen 46 manschappenwij trachtten over ijs en water het land der Exkimo's te bereiken. Op een oogenblik geraakten wij zoo door geduchte ijsbergen en ijsschollen ingesloten, dat, volgens ons, geen redding mogelijk was. Onze toestand was verschrikkelijk, ieder oogenblik konden wij door het kruijende ijs vermorseld worden, terwijl wij allen wegens uitputting den moed als 't ware opgaven, en ziet op het onverwachts, onder een donderend gedruisch, scheurde het ijs in de rigting onzer sloepen en gaf ons voldoende ruimte onze riemen te gebruiken. Wij avanceerden dien dag 5 a 6 mijlen naar land, het ijs, naar gelang wij avanceerden, steeds scheurende en achter ons weder sluitende en opstapelende tot hooge bergen. Ik vraag u, vrienden, is dit toeval? Vier of vijf dagen daarna bevonden wij ons na veel inspanning in ruimer waterde vorst was streng, zoodat onze sloepen, wegens het daaraan vriezende ijs en hun zwaren last, geen 2 palm (midden- scheeps) uitwatering hadden. In dezen hagchelijken toestand over viel ons een storm, vergezeld van sneeuwjagt. De twee andere sloepen dwaalden af en geraakten uit ons gezigt. Wij waanden hun reeds verloren. Onze toestand was mede hopeloos en onze moed klein. Op eens zien wij ijsbergen vooruit; wij vatten weder moed en het gelukte ons, na onze laatste krachten ingespannen te hebben, die te bereiken. Wij hadden vlak water. Wij betreurden het gemis of liever verlies onzer medgezellen. Wij roeiden onze sloep in een kloof of inham nabij een rots van ruim 1000 voet hoog en ziet op het onverwachts en tot onze groote vreugde vinden wij ook daarin onze medemakkers, die wij allen dood waanden. Was zulks nu toeval? En eindelijk. Nooit was nog de nood zoo hoog gerezen, als toen wij, nadat reeds eenigen onzer makkers bezweken waren, we gens aanhoudende vermoeijenissen en ontberingen, gebrek, niet alleen aan voeding, maar een totaal gebrek aan drinkwater hadden. De sneeuw werd door ons gegeten, maar zulks werd eindelijk onmogelijk wegens de opzwelling van den mond; honger en dorst, daar aan waande men te moeten sterven. Men bereikte een ijsvlakte en eenige rotsen en zag daarop een troepje rendieren bijeen; de com mandant maakte zich gereed op deze beesten jagt te maken ten einde met hun bloed onzen dorst te lesschen, maar eer ze onder schot waren, vlugtten deze beesten in allerijl; men begaf zich naar de plaats, waar zij zich vereenigd hadden en ziet tot onze groote vreugde vonden wij daar heerlijk zoetwater, hetwelk instinct matig door die beesten was opengehouden. Wij leschten dus onzen dorst en vulden onze kruiken. Wij waren alweder op het onver wachts gered. Ik vraag u, vrienden, is dit toeval? De President-Barbier bedankte daarop den geachten spreker, en noodigde hem uit op een volgende vergadering de aanwezigen nog eens op zijne verhalen te vergasten. De beantwoording echter der vragen liet hij aan meer bekwamer mannen over; spreker kon daarin direct geen conclusie nemen. (Wordt vervolgd.) Het stukje van „Bram", van Texel, ter plaatsing in de rubriek „Ingezonden" ontvangen, wordt door ons daarvoor ongeschikt geacht. „Bram" gelieve op te geven of hij het onder de advertentiën wil opgenomen zien in een volgend nommer. Red. 24 Febr. 25 Febr. Nederland, Werkel. Schuld 24% 644 54ft dito 3 ii 66 A dito 4 n 844 85 Spanje, Obligatiën H„ 264 26A Portugal, Obligatiën 1853 3 ii 324 324 Rusland, Obligatiën 1798/1816. 5 92| 924 dito bij Stieglitz 6 75| 76tf dito 1864 S 894 894 dito 1860 44,/ 81A 814 dito 1867 4 ii 66| 664 dito Poti Tiflis 6 834 834 dito Spoorw. aand. f n 2194 2174 dito Loten 1864 u II 2264 2254 dito 1866 ii n 2304 2294 Oostenrijk, Obligatiën Metalliek 5 48A 484 dito dito 24» dito Nationale 5 dito rente Amst. 5 dito 1864. 6 dito 1865. 5 dito 1866. 5 Mexico, Obligatiën 1851 3 dito 1864 3 64 Griekenland, Obligatiën 5 94 Turkije, Obligatiën 6 i, 44 44 Amerika, Obligatiën 6 93 93| dito 1882 6 944 94tf dito 1885 6 93 94ft Debentures Ohio 8 Gecons. Atlantics 7 29 St. Paul en Pacific, le sectie 7 674 n ii ii n 2e 7 674 (Landskeet). Februarij Uren. J Windrigting en Kracht. Barometer mm. Thermometer C. Voclitigh.il procent. Toestand yan de eee. Stand. Afw. Stand. Afw. 25 26 26 12 8 12 zwtw. 0.4k. zzw. 5.0„ zwtz. 8.0„ 754.30 747 44 747.77 - 5.64 -12.51 -12.18 2.4 0.4 2.4 -2.1 -2.4 -2.2 0.85 1.00 0.96 Vlak. wein. golv Weersgesteldheid: 25 Febr.12 u. Helder, bijna stil, mooiweer. 26 Febr. 8 u. Dikke natte mist, koude lucht. 26 Febr.12 u. Digtbetrokken, vochtige lucht. jp Vijf-en-Twintigjarige Echtvereeniging u VAN JAN SMIT EN TRIJNTJE DE LANGE. Burg op Texel, 27 Februarij 1870. j, Namens hunne dankbare kinderen, y.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Heldersche en Nieuwedieper Courant | 1870 | | pagina 3