STATE X-GE K RA AL Een brief uit Amerika. goedgekeurd. Op art. 17 (port op dagbladen, enz.) wordt door den heer Lenting een amendement voorgesteld, strek kende om het artikel volgenderwijze te lezen: //Het port van dagbladen of nieuwspapieren, ééns of meermalen in de week uitkomende, bedraagt voor elk nummer of exemplaar, met of zonder bijvoegsels, één cent. Bij afzonderlijke ver zending der bijvoegsels is voor elk bijvoegsel een port van één cent verschuldigd." De beraadslaging hierover zou heden worden vervolgd. L. B. VIII Junii MDCCCLXX. Den hofmeister va sy Excel, de Grave va Leicester doe cont en te weten op ordre va sy Excel, voirnoempt, dat sy Excel, op dato de VHen van Somermaand ten II |uyre na de noen particulierlyck sal ten hove in gehoire ontfen sy furstelyke Excel. Prince Mourick, ende vordere Edeluy ende jonkers, voirts die gedeputeerden van My heere de State, die van den hove ende Raiden ende die manhafte heere Cornelle Capitaine en de Seriante van de armee van my heere die Staten ende der manhafte Schutterie tot Leyden, als oock den erntfeste achtbare ende voorsienige heere borgemeister ende die van den Raide der stede Leyden ende die erntfeste ende hoichgeleerde Recteur mitsgaders Curateurs, Professeurs ende Studenten der Universiteit tot Leyden. De Hofmeister voirnoempt, Gistjes. Op het adres jleest men: „van wege Syne Excellentie den Grave." Uit Leiden wordt berigt, dat de Graaf van Leicester volkomen hersteld is van het hem bij den optogt over komen ongeval. Zijn paard echter is bezweken. De gedurende den optogt door de studenten voor Bode graven gehouden collecte heeft opgebragt de somma van ruim duizend gulden. De voor dat doel aan de huizen gehouden collecte bragt 2570,17 op. De stationschef aldaar heeft gedurende 42 uren onaf gebroken dienst gedaan, en alles gedaan wat hij kon om het publiek van dienst te zijn. Te 's Hage is jl. Woensdag op 78jarigen ouderdom overleden de heer C. H. F. baron Nahuys, lid der Alge- meene Rekenkamer, en ridder der orde van den Neder- landschen Leeuw. De heer de Breij, te Rotterdam, was! voor 405,000, de minste inschrijver voor het dempen van een gedeelte van de Blaak en andere werken te Rotterdam. Een schutter te Schiedam had den 6 Mei 11., na te hebben deelgenomen aan de oefeningen der schutterij aldaar en na te zijn afgedankt, den lsten luitenant der schutterij, onder wiens bevel de exercitie had plaats gehad, in de openbare Drilschuur beleedigende woorden toegevoegd. Te dier zake is hij bij vonnis van jl. Donderdag door de regtbank te Rotterdam schuldig verklaard aan het wan bedrijf van beleediging met woorden en dreigementen tegen een bevelhebber der gewapende magt, gepleegd ter gele genheid van de waarneming zijner bediening, en is hem eene gevangenisstraf van 8 dagen opgelegd. Het dorp Bodegraven is, blijkens de inscriptie op een steen in de kerk, in den loop der eeuwen viermaal ver brand; in 1489 door de Hoekschen, in 1507 door de Gelderschen, in 1672 door de Franschen en thans in 1870. In de algemeene vergadering van het Schoolverbond, jl. Woensdag te Utrecht gehouden, is het hoofdbestuur benoemd als volgt: de heer professor P. Harting, eere voorzitter, en als leden de heeren ds. D. Harting, G. B. Lalleman, Th. H. Nahuys, L. Mulder, mr. W. J. baron van Weideren Rengers, mr. J. A. Fruin, jhr. M. C. J. Th. van Nispen tot Sevenaer. Ook te Tilburg, schijnt het, zijn de verkoopers van eetwaren en dergelijken, niet zoo keurig en kiesch op hunne artikelen als de koopers wel zouden wenschen. Vleesch, onlangs verkocht, bleek later toebehoord te hebben aan twee koeijen, die 's nachts ziek waren ingevoerd. Een ander geval: een jongentje van 5 jaren was bijna gestorven aan de gevolgen van door hem genuttigde muisjes, die ver giftige bestanddeelen bevatten. De kwalijk riekende riolen dragen er zeker ook het hunne toe bij om de gezondheids toestand aldaar verre van bevredigend te doen zijn. Een korporaal van het 3de bat. 5de reg. infanterie, te Geertruidenberg in garnizoen, omstreeks 20 jaar oud, heeft jl. Dingsdag morgen tegen 10 ure getracht zich den hals af te snijden. Wel is er een groot bloedverlies ontstaan, doch, door een der manschappen ontdekt, werd er spoedig door den officier van gezondheid geneeskundige hulp ver leend en de man tot het bewustzijn teruggebragt. Tegen zin in de dienst schijnt oorzaak van deze noodlottige daad te zijn. Het hooigras wordt te Capelle (Langstraat) en om streken thans tot eene ongekende hoogte verpacht. Men berekent, dat de pachters gemiddeld 36 h 40 per 1000 kilogram betalen. Ook de boeren uit het zuiden der provincie, gewoon om hun hooiland van de landeigenaars uit de hand te huren, betalen een derde meer dan jn het verloopen jaar, terwijl er naar berekening een derde minder te velde staat. Op vele plaatsen is het hooigras door de vele droogte rijp en moet men beginnen met hooijen, op enkele perceelen heeft men reeds een begin gemaakt. Te Goes is tot lid der Provinciale Staten van Zeeland gekozen de heer J. P. Kakebeeke, inet 386 van de 706 uitgebragte geldige stemmen. Te Velp heeft men verandering gebragt in de school uren, daar het schoolverzuim hoofdzakelijk veroorzaakt werd door het brengen van het middagmaal door de kinderen aan hunne vaders, die op de werkplaatsen den schafttijd doorbragten. De bepaling der schooltijden is thans daarnaar ingerigt. Het regenwater is te Harlingen zoo schaarsch, dat eene vrouw, hare buurvrouw met een emmer ontmoetende, op de vraag: „Hebt gij regenwater?" ten antwoord kreeg: „Ik wenschte dat het waar was; 't is maar karnemelk", en dezer dagen een emmer water voor 30 cents werd geweigerd. Het wild te Opsterland is zoo overvloedig, dat vele landbouwers er aanmerkelijk schade door lijden, zoo zelfs, dat men daar geen stamboontjes, waarop de hazen zeer verlekkerd zijn, meer kan verbouwen. De landbouwer J. H. de V. telde gepasseerde week op een zijnerakkers, groot 600 are, niet minder dan 30 hazen. Een en ander moet de landbouwer maar met leede oogen aanzien, alleen opdat een zekere stand in den jagttijd zich naar hartelust kan vermakenheerlijk' uitvloeisel der jagtwet voor hen, die hun bestaan in landbouw en veeteelt moeten vinden. In zake de na het spookuur feestvierende dames te Arum is eindelijk door den kantonregter te Bolsward uitspraak gedaan. Al de beklaagden, ieder afzonderlijk, zijn veroordeeld tot eene geldboete van 4 en de kostende logementhouder M. in vier geldboeten, als twee van 4 en twee van 6 met de kosten van den processe. Of men tegen dit vonnis met grond zal appelleren?? Te Groningen is gisteren aanbesteed, het graven van het kanaal naar Delfzijl. Minste inschrijver was de heer H. Schram de Jong, te Sliedrecht, voor 1,148,500 en de hoogste de heer R. Zwolsman, te Kuinre, voor 1,530,000. De raming bedroeg ongeveer 1,193,000. Bij Garnwerd aan den oostelijken oever van de Hunse, in Groningerland, zijn in den voet van den dijk p. m. 500 kilogrammen koeijen-horens gevonden, en men zegt, dat d« raadselachtige voorraad nog niet uitgeput is. De hoolanden, die jl. Dingsdag te Meppel naar ge woonte verhuurd werden, hebben ruim een derde meer opgebragt dan in 1869. Er is niet half zooveel gras als het vorig jaar aanwezig. Deze schaarschte heeft den prijs aanmerkelijk doen stijgen. Te Maasbracht, bij Roermond, zijn dezer dagen 17 huizen door brand vernield. In een brief uit Batavia, geplaatst in de Samar. Locomotief, leest men het volgende,': „Onze jeunesse dorée, die reeds vroeger werd afgeschilderd als zich tot hoogste levensdoel een volkomen meesterschap in de edele danskunst te hebben gesteld, handhaaft dien roem met eere. Eene soiree musicale, bestaande uit strijkinstrumenten, dezer dagen in deD planten- en dierentuin gegeven, liep niet ten einde, zonder dat aan hunne danswoede was bot gevierd. Ja, wat meer zegt, er heeft zich thans een club onder hen gevormd, welke zich „pleiziermaken" in het algemeen ten doel stelt, schoon al weder dansen de hoofd zaak is. Niets evenaart hunne danswoede; of het moest zijn hunne ongekende mate van geestigheid. Pironetter, pirouette, pierewiet ziedaar de afleiding voor den naam Pierewiet-club. Een stok met gouden knop is het onderscheidingsteeken, waaraan men de leden van het gezelschap herkent. Even onafscheidelijk als de Oos terling zijn talisman met zich omdraagt, vergezelt deze Pierewiet- stok (sic) onze jeunesse dorée. Op hunne wandelingen en in de opera, op concerten en recepties, overal vertoonen zij zich met hun modern insigne, waaraan zij eene tooverkracht toeschrijven, niet ongelijk aan die van het bekende reukfleschje van Bettemie, dat van Lennep ons in zijn „Klaasje Zevenster" beschreef. Geen twijfel dus meer, of Batavia kan op eene jeunesse dorée wijzen. Jeunesse! ja jong zijn ze, Goddank; sommigen zelfs ter naauwernood aan hunne bonnes ontwassen. En dorée? wie er nog aan twijfelt, wanneer hij de oogen op de knoppen hunner elegante rottingen houdt gerigt!" Tweede Kamer. Zitting van Woensdag 8 Junij. De wetsvoordragt tot wijziging der postwet komt in behandeling. Onderscheidene leden opperen bezwaren tegen het ontwerp, inzonderheid tegen de bepaling, waarbij wordt voorgeschreven, dat het port der dagbladen voortaan zal worden berekend naar het gewigt, terwijl bij overschrijding van dat gewigt het port dubbel wordt geheven. De minister van Financiën heeft de algemeene strekking van zijne voordragt verdedigd, zich voorbehoudende om de bijzonderheden bij de afzonderlijke artikelen te behandelen. Zitting van Donderdag 9 Junij. De Kamer zet hare beraadslagingen van gisteren voort en gaat nu over tot de behandeling der artikelen. Art. 1, luidende: „Het port van een gefrankeerden brief, het gewigt van 15 grammen niet te boven gaande, die, onverschillig den afstand, van de eene plaats binnen het Rijk naar de andere met de post wordt verzonden, bedraagt vijf centenwordt aangenomen, nadat het amendement van den heer Lenting, strekkende om te bepalen, dat het port ook van ongefrankeerde brieven niet hooger dan vijf cents zou zijn, met 38 tegen 28 stemmen verworpen was. Bij zijne verdediging van het eerste art., deed de minister van Financiën opmerken, dat door de gedwongen frankering de behandeling der brieven aan de postkantoren ontzaggelijk vlugger geschieden zal, en dat er, inzonderheid in het belang van grootere gemeenten, een groote winst van tijd op de postkantoren zal ontstaan. De minister verzekerde, dat hij zal zorgen, dat er de ruimste gelegenheid tot het frankeren bestaan zaldat ieder ambulant postbeambte van genoegzame postzegels zal voorzien zijn; en dat bij de regering het plan bestaat om van de postwetten, in zooverre zij van kracht blijven, eene afzonderlijke uitgave te bezorgen. Eindelijk verzekerde de minister, dat men zal onderzoeken of het mogelijk is post- envelloppes voor het publiek verkrijgbaar te stellen, even als zulks buiten 's lands geschiedt. De beslissing omtrent art. 2 werd aangehouden. Art. 3 werd, na de aanneming van het amendement van den heer van Naamen, aldus vastgesteld: „Ongefrankeerde brieven, tot 150 grammen ingesloten, worden met vijf cents boven het bij de twee voorgaande artikelen bepaalde port belast.» Het woord „portzegel," in artikel 5 van het ontwerp genoemd, wordt op voorstel van een der leden, veranderd in „frankeerzegel." De verdere artikelen, tot het 10de, worden aangenomen. Zitting van Vrijdag 10 Junij.Voortzetting der beraad slaging over de postwet. Art. 2, thans aan de orde gesteld en bevattende de bepaling dat, waar 't niet uitdrukkelijk vermeld wordt, pakketten, papieren bevattende, onder de benaming van brieven begrepen worden, wordt goedgekeurd. Art. 11 (vergoeding bij vermissing van brieven) wordt mede aangenomen en art. 12 (verpligting tot aanteekening van brieven met waarde), nadat die verpligting op voorstel van een der leden duidelijk was omschreven. De volgende artikelen, tot en met 16, worden onveranderd Aan de Memorie van beantwoording, door de Regering aan de Kamer toegezonden, naar aanleiding van 't verslag nopens het onderzoek in de afdeelingen van het wetsontwerp tot regeling der Banken van Leening, ontleenen wij de volgende opmerkingen: „Het was der Regering aangenaam te vernemen, dat onderscheidene leden zich bij de beoordeeling van het ontwerp op hetzelfde standpunt plaatsten, als dat, door haar bij de zamenstelling van de bewuste wetsvoordragt inge nomen. Zij handhaaft wijders haar oordeel omtrent het nut dier instellingen en doet uitkomen, dat het aanwezen van erkende Banken van Leeuing altoos een belangrijke breidel zal zijn tegen de verderfellijke handelingen van hen, die er zich op toeleggen om in het geheim de minvermogenden, die nu eenmaal gewoon zijn of behoefte hebben om geld op pand te leenen, op schandelijke wijze te knevelen. De Regering ontkent niet, dat van het op pand geleende geld vaak misbruik wordt gemaakt, maar wijst er op, dat dit op verre na niet altijd het geval is en dat de kleinhandel door dit middel van beleening dikwijls wordt gebaat, terwijl zelfs gevestigde handelaren soms daardoor uit oogenblikkelijke verlegenheden worden gered." Chicago, 24 Mei 1870. Mijnheer de Redacteur! 't Is wel geruimen tijd geleden dat ik u iets voor uw blad zond, maar 't ontbrak mij wezentlijk aan een bepaald onderwerp, zoodat ik nolens volens mij verpligt zag voor- loopig op te houden met het zenden van 't een of ander. Thans echter vermeenende eenige stof té hebben, al is die dan ook van meer algemeenen aard, waag ik het de pen weder eens op te vatten, mij met de hoop vleijende, dat ge 't misschien een plaatsje zult gunnen. De winter is met hare sneeuw, koude, vermakelijkheden der meer bevoorregte en werkeloosheid der mindere klassen, voorbij, de zomer is daar en alles beijvert zich om de door slappe tijden veroorzaakte verliezen of mindere verdiensten in te halen. In de Araerikaansche politiek is het vrij wel het oude; de conversie der door den oorlog veroorzaakte staatsschuld gaat steeds maandelijks haar gang en strekt natuurlijk niet weinig om het crediet des lands naar buiten te versterken. Verleden maand heeft de volksvertegen woordiging (Senaat en Huis) een gewigtig amendement (het 15de) aan de constitutie toegevoegd, bestaande in het verleenen van het stemregt aan den neger. Tengevolge daarvan zijn die lui nu voortaan geregtigd om, in alle deelen der Vereenigde Staten, publieke ambten te bekleeden, als jurymannen zitting te hebben, enz. Daar de wetgevende kamers der onderscheidene staten zich ten getale van twee derde voor dien maatregel verklaard hadden, had de opperste vertegenwoordiging des lands het regt dezelve als amendement bij de constitutie te voegen, hoewel ik zeker geloof dat bij hoofdelijke stemming des volks het nooit zoo ver zoude gekomen zijn, zooals de stemmingen in sommige staten vroeger hebben geleerd. Het kan niet anders, of de toevoeging van een zoo aanzienlijk getal stemgeiegtigden zal zonder twijfel grooten invloed hebben op den verderen inwendigen politischen toe stand des lands. Zeer waarschijnlijk zal, ter versterking van het nieuwe amendement, binnen kort een wet uitgevaardigd worden, waarin den negers toegang wordt gegeven tot alle rangen in schouwburgen, hotels, kerken, enz., ja zelfs wordt gesproken van het begraven op de algemeene kerk hoven, terwijl een ieder, die een kleurling ten dien opzigte iets in den weg legt, vrij zwaar met boete of gevangenis zal worden gestraft. In Baltimore hebben de Streetcars dezer dagen voor het eerst blanken en zwarten pêle-mêle opgenomen, tot hiertoe een in die anti-negro stad ongekend feit. 't Zal echter voorloopig nog wel tot de vrome wenschen der negerbeminnaars behooren om hun stokpaardje in de onderscheidene deelen der maatschappij een plaats te doen innemen, ten bewijze daarvan dient, dat een voorstel, ingediend op de algemeene vergadering der medical Asso- cation, verleden week te Washington gehouden, om neger doctors het lidmaatschap in dat ligchaam te verleenen, met bijna algemeen gefluit werd begroet. Zooals het altijd gaat, geven zulke zaken somtijds stof tot lachverwekkende tooneelen. Een regter in den staat Pennsylvanië, een jong paar in den huwelijken staat inlijvende, waarvan de bruidegom een blanke en de bruid eene kleurlinge was, week af van het gewone formulier en gebruikte in plaats daarvan: „In naam der Constitutie en het 15de amendement daarop, verklaar ik u man en vrouw!» Sedert den laatsten tijd heeft de beweging van het vrouwenstemregt niet stil gestaan, maar is integendeel begonnen een meer ernstig karakter aan te nemen, zoodat thans vele vrij voorname bladen ten gunste daarvan gestemd zijn en menigeen het niet voor onwaarschijnlijk houdt, dat vrouwenstemregt het materiaal zal wezen voor een 16de amendement op de Constitutie. Meetings en conventions van het zwakkere geslacht zijn thans aan de orde van den dag, en verre van alleen te staan, wordt hare partij door vele mannen, waaronder vrij aanzienlijke personen, onder steund. Het lezen der gehouden speeches in de bladen brengt echter, mijns inziens, bij den Europeaan steeds de impressie te weeg, dat het standpunt der vrouw niet in de politiek te zoeken is en zij, met aan dat streven toe te geven, heiliger pligten verwaarloost, al tracht zij ook te betoogen, zooals onlangs eene dame der haute volée dezer

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Heldersche en Nieuwedieper Courant | 1870 | | pagina 2