NIEUWST IJ DINGEN.
INGEZONDEN.
Correspondentie.
uit den boezem der Protestantsche kerk, die, hoe ook verstijfd
en versteend, toch altijd ontstaan was uit een verzet der
rede tegen het gezag.
De moderne theologie nam een zuiver standpunt in.
Zij leerde: «onderzoekt alle dingen en behoudt het beste
dat is: wat u het beste schijnt; zij leerde: de heerschappij
van het geweten. De Tubbinger school nam het werk op,
waar de Dordsche Synode het had laten liggen. Zij kwetste
velen in hunne dierbaarste overtuigingen, ze ging soms dan
ook ruw genoeg te werk. De orthodoxe partij sloot zich
naauwer aan elkander door haar toedoen. Deze, die het
gezag niet wilde laten varen en de vrijheid niet geheel
wilde missen, werd de middenpartij, tusschen de leeraren
der vrijheid en de ultramontanen. Deze laatsten verkondigen
in haren vollen omvang de leer van het gezag. Hunne
gevolgtrekkingen zijn logisch, hun stelsel uit één stuk
gesmeed. De mensch is niets, zijne rede bedriegelijk, zijn
verstand magteloos, zijn wil zwervend ais een blad voor
den wind. Alleen door zich te klemmen aan het gezag, dat
alles weet en kent, alles beveelt en bestuurt, kan hij zijne
bestemming bereiken. Dat gezag is gegeven uit den hemel,
zijne voorschriften en bevelen overgeleverd door de traditie,
deze ongeschonden bewaard door apostelen en onfeilbare
pausen. Want de logica van het stelsel eischt, dat deze
onfeilbaar moet zijn.
En daarom zal die verklaring moeten volgen, niettegen
staande den edelmoedigen tegenstand van enkele bisschoppen
in het Concilie. Eene zekere grootsche schoonheid is aan
dit stelsel niet te ontzeggen. Niet slechts alleenzaligmakend
maar ook ye/ieelzaligmakend is voor deze partij de kerk.
Niemand, die tot hiertoe onze opvatting van den strijd
onzer dagen heeft gevolgd, zal het verwonderen, dat wij
het natuurlijk vinden dat deze drie partijen zich op politiek
en maatschappelijk terrein bewegen en zich niet opsluiten
binnen de muren der kerk. Als roode draden loopen die
twee strijdige beginselen door de geschiedenis. Zij bepalen
onze levensbeschouwing, zij vormen den mensch. Deze is
één in de maatschappij en in de kerk.
Bij eene godsdienstige natie als de onze zijn er ter
naauwernood zuivere theologische quaestiën denkbaar;
daartoe zijn zij te diep in hoofd en hart geschreven. Als
dan een predikant der orthodoxe rigting de politiek brengt
op den kansel, dan mogen wij dat spelen met vuur betreuren,
onnatuurlijk is het niet, onvermijdelijk is het bijna. Als de
Katholieke Tijd een handels-courant tracht te worden,
schijnt het ons kinderachtig, haar „ultramontaansch isolement"
te verwijten. Zij, die dagelijks bidden: «leidt ons niet in de
verzoeking," doen zeker een goed werk, wanneer zij den
verzoeker de deur wijzen.
Aan welke van beide rigtingen brengt de toekomst de
zegekrans? Of is de palm weggelegd voor de middenpartij?
Wij weten niet wat zijn zal, wij weten slechts wat wij
wenschen. De uitslag zij Hem bevolen, die ons beiden gaf
èn zucht naar vrijheid, èn gevoel van onmagt. Maar dat
wij allen, strijders voor wat ons regt dunkt, een eerlijken
strijd mogen strijden: geen laster om geld te verzamelen
tot een vroom doel, geen verdachtmakingen om tegenspraak
te verdooven, geen oneerlijke middelen! Daartoe vrage de
man van 't gezag de genade, daartoe spanne de man der
vrijheid zijne beste krachten in!
HELDER en NIEUWEDIEP, 18 Junij.
De 52ste verjaardag van H. M. Sophia Frederika Mathilda,
Koningin der Nederlanden, werd gisteren alhier op de
gebruikelijke wijze gevierd. Uithoofde van den verkwik-
kenden regen, in den voormiddag, werd de parade van het
garnizoen, waaraan ditmaal ook door de Schutterij zou
worden deelgenomen, afgekommandeerd. Op het uur,
waarop de parade had moeten plaats hebben, had echter
de regen reeds opgehouden en was het weder regt geschikt
voor de militaire plegtigheid, die nu echter niet doorging.
Ook de parade aan boord der oorlogschepen kon, wegens
het regenachtig weder, niet doorgaan. Van Zr. Ms. wacht
schip Kortenaer en van de drijvende batterij Neptnnus werd
op den middag het koninklijk salut gegeven. De oorlog
schepen waren gepavoiseerd.
Heden is het de 55ste verjaardag van de overwinning
bij Waterloo.
Het aantal personen, die zullen deelnemen aan de
loting voor de schutterij alhier, welke zal plaats hebben op
Vrijdag 24 dezer, bedraagt, volgens de alphabetische naam
lijst der ingeschrevenen, 98.
Bedankt voor het beroep naar de Herv. gemeente te
Fijnaart, door ds. G. A. Rademaker, pred. te Sneek.
Het aantal bijzondere scholen voor Christelijk school
onderwijs bedraagt op dit oogenblik 20 in Groningen, 39
in Friesland. 7 in Drenthe, 14 in Overijssel, 27 in Gelder
land, 21 in Utrecht, 29 in Noordholland, 26 in Zuidholland,
14 in Zeeland, 15 in Noordbrabant en 2 in Limburg, te
zamen 250 in het gelieele rijk.
De uitslag der verkiezing voor een lid van den
Gemeenteraad te Alkmaar, in de plaats van den heer
dr. L. de Sonnaville, die als zoodanig zijn mandaat heeft
nedergelegd, is deze, dat eene herstemming moet plaats
hebben tusschen de heeren S. C. Coster en H. J.
Conijn.
Jl. Woensdag middag is te Hoorn een verschrikkelijk
ongeluk gebeurd. De schilder K. met zijn knecht bezig
zijnde de goten der Groote Kerk van de N. Herv. Gem.
te verwen, is de leer, waarop beiden stonden, naar beneden
geschoven, met het ongelukkig gevolg, dat èn K. èn zijn
knecht vielen en op de plaats dood bleven. K. schijnt nog een
oogenblik te hebben geleefd, terwijl zijn knecht geen teeken
van leven heeft gegeven. De eerste was echtgenoot en
vader van 4 kinderen; de tweede ongehuwd.
- Door het comité voor de verloting van paarden ter
gelegenheid van de Haarlemsche paardenmarkt op 26 Julij
e, k, is bekend gemaakt, dat de 25,000 loten geplaatst zijn.
Dr. Elders bedankt in de Haarl. Crt. voor de ont
vangen blijken van belangstelling en berigt, dat hij alle
hoe's, wat's en waarom's eerlang in druk zal beantwoorden.
Het grasgewas is jl. Donderdag te Beverwijk in
publieke veiling buitengewoon duur verkocht. Men bere
kent, dat het den hoogsten stand nog met 10 pet. overtreft.
In de jaarlijksche vergadering van de maatschappij
der Nederl. letterkunde, jl. Donderdag te Leiden gehouden,
is met acclamatie aangenomen om mevr. BosboomToussaint
het honorair-lidmaatschap aan te bieden.
Tot binnenlandsche leden zijn o. a. benoemd: de heeren
F. Haverschmidt, te Schiedam en E. Masdorp, te Alkmaar.
Op de puinhoopen te Bodegraven heerscht thans eene
ongemeene bedrijvigheid. Behalve de inwonende ambachts
bazen met hunne knechts, schat men het aantal vreemde
werklieden op p. m. 200. De ruïnen hebben dan ook dat
grandiose verloren, hetwelk in de eerste dagen na den
brand zoo onbeschrijfelijk indrukwekkend was. Allerwege
worden de muren omgetrokken, terwijl tal van handen bezig
zijn om de gave steenen van de kalk te ontdoen en het
puin op te ruimen, dat in zware schepen naar Medemblik
vervoerd wordt, tot versterking der zeedijken aldaar.
Het krankzinnigengesticht te Roosendael is zoo vol,'
dat men ieder, die eenigzins in de termen valt om ont
slagen te worden, ontslaat. Zoo kreeg een vader zijn tweeden
zoon weêr thuis en vond hem wel erg veranderd, doch
verborg zijn verwondering over de verbazende lengte,
het zwarte haar en het vreemde gezigt van zijn zoon,
daar deze het diepste stilzwijgen bleef bewaren. Toen echter
den volgenden morgen de doctor nog eens naar den ont
slagen patiënt kwam zien, werd het raadsel opgelost en
bleek het een verkeerde ontslagene te zijn, dien de vader en
de broeder in goed geloof voor hun zoon en broeder hadden
aangenomen.
Men kent de stoelen, uit wier zitting, wanneer men
er plaats op neemt, de schoonste melodieën ruischen. Het
zijn, naar analogie van speeldoozen, de zoogenaamde speel-
stoelen. Ze zijn bij de aristocratie te Berlijn zeer en vogue.
Gesprek van twee jonkertjes-kunstliefhebbers: «Waar heeft
de graaf gisteren den avond doorgebragt?" «Bij baron X;
de barones heeft ons allen verrukt met haar Schlummerlied."
«Ah, zingt ze?" Neen. «Piano?" Ook niet. «Harp, cither,
viool?" Neen, neen, niets van dat alles, ze speelt op den
speelstoel, maar wat een aanslag!
Een verstrooide heer. Ge zegt?
De scheerder. Dat mijn oom gister is overleden en dat
ik er zeer door getroffen ben hem te hebben verloren.
De verstrooide heer (die niet anders dan het laatste woord
heeft verstaan). Zoo verlorenDan moet je maar t'huis
zeggen dat ze goed opletten bij het vegen van de vloer-
kleeden en het opnemen van de stof! Gewoonlijk wordt het
dan gevonden.
Ter gelegenheid van een openbaren maaltijd te Boston
gegeven, heeft men eene nieuwe methode toegepast om de
geregten voor te zetten. Eendvogels waren in het mos
geplaatst aan den kant van een vijver in miniatuur, waarin
levende forelletjes zwommen. Snippen stonden evenzoo
aan den oever van een anderen vijver met visch. Op een
rustiek duivenhok zaten duiven in de schaduw van een
wilgenboom. Een dikke vette gans prijkte op het midden
van den disch. Al dit gevogelte was van zijn gevederte
voorzien en zag er dus uit alsof het leefde; een kleine snee
met het mes verwijderde de veêren en er kwamen gebraden
vogels uit te voorschijn, waar men zoo de vork in kon
zetten. Wie zou durven beweren, dat dit geen vooruitgang
is op het keukenkunstig gebied!
Een onverbeterlijk egoïst stierf dezer dagen in Penn-
sylvanie. Hij liet bij testament aan zijne vrouw 1 en aan
zijn broeder 5 dollars na; de rest, 5600 dollars, bestemde
hij tot het oprigten van een gedenkteeken op zijn graf.
Keizer Napoleon heeft een brief gechreven aan den
mayor van Southampton, in antwoord op een aan hem
gerigt adres van den gemeenteraad aldaar. Z. M. zegt
daarin het volgende: «De sympathie, mij door u betuigd
naar aanleiding van den jongsten aanslag op mijn leven,
heeft mij diep bewogen, en ik zie er een bewijs in van
die vriendschap, welke Frankrijk en Engeland vereenigt.
Ik koester het levendigste vertrouwen, dat dit steeds zoo het
geval zal zijn, daar toch ven onze eensgezinde pogingen
de vooruitgang der moderne maatschappij afhangt.
De Progrès de Lyon schrijft uit Perrache: «Op de
laatste paardenmarkt alhier werden een 20tal paarden door
hunne eigenaars aan de lijn achtergelaten. Zij waren niet
te verkoopen, en daar de langdurige droogte het veevoeder
tot buitengewoon hooge prijzen heeft doen stijgen, wilden
hunne meesters ze niet weder naar huis nemen, en lieten ze
daarom staan voor de liefhebbers."
Omtrent de ter aarde bestelling van Charles Dickens
lezen wij nog het volgende: Ze had met den grootsten
eenvoud plaats. Toen de lijkkist, die het eenvoudige op
schrift droeg: «Charles Dickens, geboren 7 Febr. 1812,
overleden 9 Junij 1870", aan de aarde was toevertrouwd,
en de vrouwelijke bloedverwanten het graf met bloemen
hadden bedekt, keerde de lijkstoet huiswaarts. Toen even
wel de tijding zich als een loopend vuur door de hoofdstad
verspreidde, dat de begrafenis had plaats gehad, stroomden
arm en rijk, duizenden bij duizenden naar de abdij, om,
zoo als de Pall Mali Gazette zegt, zich te overtuigen, dat
aan het lijk een graf was gegeven, der assche waardig.
Er heerschte rondom die geopende groeve eene diepe droe
fenis: 't was of Brittannië's zonen hun dierbaarsten vriend
en Engeland's dochters haar vader hadden verloren. Het
lijk van Dickens rust te midden van de gebeenten van
Handel, Macaulay, Cumberland, Johnson, Garrik, Thac-
keray, enz.
The British Workman deelt mede, dat een van de
arbeiders van mr. J. Knight, bij Southgate, tegen zijn huis
aan een roos had gekweekt, waar hij door aanhoudende
zorg negen verschillende soorten had geënt, «'t Was een
prachtig gezigt," zegt de berigtgever, «maar meer nog dan
de kleur der rozen beviel ons de kweeker, die, 's avonds
vermoeid van zijn dagwerk te huis komende, nog altijd
eenigen tijd aan zijn bouw wijdde, terwijl zijne kameraden
een kroeg bezochten.»
De Kroonprinses van Pruissen is jl. Dingsdag avond
bevallen van eene dochter.
Voor rekening van een Amerikaan wordt op eene
werf in Baden een drijvend circus gebouwd. Het vaartuig
zal 215 voet lang, 72 voet breed en 34 voet hoog zijn;
het zal woning bevatten voor den directeur en het kunst
rijders-personeel, en eene stalling voor 20 paarden. Het
circus zal 2500 toeschouwers kunnen bergen en verlicht
worden door een zich op het vaartuig bevindende gastoestel.
De ondernemer stelt zich voor alle plaatsen te bezoeken,
die voor zijn drijvend circus toegankelijk zijn.
Tengevolge van den brand te Konstantinopel wordt
aan 20,000 personen onderstand verleend. De dagelijksche
uitgaaf' van de commissie is 34,500 fr.
In de landstreek Santa Barbara (in Californië) bevindt
zich een druivenboom, voor 43 jaren geplant, die vier voeten
boven den grond, een voet in doorsnede heeft, op zes
voeten hoogte zich in alle rigtingen vertakt, eene opper
vlakte van 10,000 vierkante voeten beslaat en jaarlijks
gemiddeld 12,000 pond druiven levert.
Mijnheer ie Redacteur!
Iu de nommers 68 en 70 van uw courant komt een advertentie
voor, onderteekend door HH. Predikanten, Kerkeraads- en nog
eenige andere leden der Ned. Herv. Kerk alhier, inhoudende eene
uitnoodiging aan allen die „de vrijheid" liefhebben, om op Dingsdag
14 Junij des avonds half aeht ure in de Nieuwe Kerk eene bijeen
komst bij te wonen. Belangstellend in alles wat onze Hervormde
kerk betreft, heb ik ook aan die uituoodiging gehoor gegeven. Daar
gekomen werd ons door den heer Ledeboer medegedeeld, dat hem
een adres van eenige leden der Hervormde Kerk te Groningen was
toegezonden, met het vriendelijk verzoek, dit bij de leden der Her
vormde Kerk alhier te laten circuleren en dan met hun naamtee-
kening te voorzien. De heer Ledeboer zeide ons, dat hij, om al
het moeijelijke der beantwoording van mogelijke vragen, als: „hoe
dit?" en „hoe dat?" te voorkomen, het adres in zijn geheel zou
voorlezen, en die het dan met den inhoud van dit adres eens was,
werd verzocht het te teekenen, en zoo niet: men was vrij, men kon
heengaan. Van discussie was dus hier geen sprake, Ik en eenige
andere vrienden van „de vrijheid" hebben daarop niet willen tee
kenen, omdat wij niet mede wilden werken om, in naam van de
vrijheid, voor de gemeente ijzeren kluisters der willekeur te smeden.
Wat toch behelsde dit zeer omslagtig geschreven adres? Hoofd
zakelijk de geheel onbeperkte vrijheid voor den leeraar om te kunnen
handelen en prediken naar eigen wil en zin. Vooral betrof het
het besluit van de Synode van 1869 tot het verpligt gebruik der
bekende doopsformule, uitgedrukt in Matth. 28 19. De Synode
werd dringend verzocht deze bepaling van haar voorgangster te
vernietigen, omdat het was ten eerste strijdig met de bestaande
leervrijheid in onze Hervormde Kerk, ten andere on-Protestantsch
en ten laatste het wezen volstrekt niet, maar slechts den vorm raakte.
Welk onzedelijk woordenspel! Wanneer zal men toch eens leeren
opregt en waar te wezen, vooral met betrekking tot de godsdienst,
rakende het edelste beginsel in den mensch? Wie gelooft het, dat
het hier slechts om den vorm te doen is? Uit het leger der
moderne predikanten gaat een groot geschrei op, en dat om een
vorm! Had men dan de zaak niet best kunnen laten zoo als zij
was? Maar neen, juist de toediening van den doop in den naam
des Vaders en des Zoons en des Heiligen Geestes geeft de waarde
aan en maakt de beteekenis van den doop uitdenk deze woorden
weg en gij houdt wat besprengen met water over. Dit weten onze
modernen ook wel; in hun stelsel is geen plaats voor een persoonlijk
God, noch den Zoon Gods, noch voor den Heiligen Geest, en
daaromeen krab door die namen. Voor hen hangt dus alles
af van de aanneming van dit adres. Het geldt hier het zijn of
niet zijn, het blijven of niet blijven in de Hervormde Kerk. Blijft
de Synode bij het besluit van haar voorgangster, dan zal er schorsing
moeten plaats hebben bij afwijking, des noods afzetting, en dan zal
het bewijs moeten geleverd worden, wat men liever opoffert, zijn
tractement of zijn zoogenaamde overtuiging. Wijsselijk heeft men
het doen voorkomen alsof dit verzoek van de leden der gemeente
zelf uitgaat, en daarom hebben de predikanten dan ook niet op dit
adres geteekend, en zou men uit Groningen het adres niet aan ds.
Ledeboer gezonden hebben, zoo men hier iemand anders gekend
had. De gemeente is nu de kat die de kastanjes uit het vuur
moet halen. Het zou immers niet passen voor den dominé, hij is
zelf te veel in de zaak betrokken. Gemeente! zie toe dat gij u
zelve en anderen niet overgeeft aan de heerschappij der priesters
en uw eigen gewetensovertuiging aan banden legt. Krijgen de
modernen hun zin, dan zal de verwarring grenzenloos worden in
onze Kerk. De Predikant zal dan kunnen doen en laten wat hij
wilhij zal dan bij de bediening des doops kunnen handelen naar
goedvinden. Verkiest hij te doopen in den naam van God zonder
meer, gij moet toezien, of in den naam van Zoroaster of Confusius,
want dat waren toch ook mannen die tot zegen waren voor het
volk in den tijd waarin en waaronder zij leefden, even zoo goed
als Jezus van Nazareth. Hoe dit u ook tegen de borst stuite, gij
hebt geen regt van klagen, want om dien toestand hebt gij zelve
mede verzocht. Onbeperkte leervrijheid voor den Predikant, zoo
genaamd verdragen van ieders rigting, hoe uiteenloopend ook, heft
de Kerk als Kerk op, en verlaagt haar tot een disputeer-ccllegie,
waarin ieder kan doen en zeggen wat hij wil. Verdient zoo iets
den naam van verdraagzaamheid? Neen, haar naam is onverschil
ligheid en kan alleen door hen gewild worden, die geene overtuiging
bezitten, iets wat tot het wezen van het modernisme behoort. Men
zoekt immers nog altijd naar de waarheid? Die nu met ons nog
prijs stelt op zijn doop, teekene het adres door den heer Ledeboer
aanbevolen niet, maar ga naar den heer de Bdisonjé, waar een
adres ter teekening ligt, in tegenovergestelden zin.
Ren Helder, L. HAETOG Jr.
J u n ij 1 8 7 0. Lid der Hervormde Kerk.
Om de bekende reden zijn wij genoopt de schepenstaat achterwege
te laten. We ontleenen aan die opgave, dat is uitgezeild: Jason en
zeilklaar ligt: Heemse. Binnengekomen zijn: Nederland en Golden
City; per Nederland als passagiers de heeren: Dijkstra, ingen. v. d.
waterst., echtgenoot en 6 kinderenGasten, kapt. der civ. marine,
echtgenoot en 2 kinderen; Kols, 1ste luit. der inf.Torre, adj.-
adm. der marine; Le Rutte, scheepskl. der marine; Briels, echtge
noot en kind. Binnengekomen zijn om in de Binnenhaven te lossen:
Helena en St. Matthew.