1870. N°. 110. Woensdag 14 September. 28 Jaargang. Uitgever A. A. BAKKER. Cz. BEKENDMAKING. BINNENLAND. HELDERSCHE EN NIEUWEDIEPER COURANT, ,,Wij huldigen het goede." Verschijnt Dlngsdag-, Donderdag- en Zaturdag namiddag. Abonnementsprijs per kwartaal1.30. franco per post - 1.65. Bureau: MOLENPLEIN, N°. 163. Prija der AdvertentiënVan 1i regeli 60 cent elke regel meer 15 cent. Groote letters of vignetten worden naar plaatamimte berekend Per laatster, trein van den Helder vertrekt Woensdag den 14 dezer over Harseille de mail naar Oost-Indië, China en Japan. Donderdag den 15 dezer vertrekt, per laatste» trein van den Helder, de West-Indische mail over Southampton. De BURGEMEESTER der gemeente HELDER maakt aan de 'belanghebbenden bekend, dat de Heer Commissaris des Konings in deze provincie van den Heer Minister van Binnenlandsche Zaken mededeeling heeft ontvangen, dat aan de zeemiliciens der ligting 1868 weder vergunning verleend kan worden om de buitenlandsche zeevaart ter koopvaardij uit te oefenen. Helder, De Burgemeester voornoemd, den 12 Sept. 1870. STAKMAN BOSSE. HELDER en NIEUWEDIEP, 13 September. Aller oogen zijn in de verbeelding thans gevestigd op den met iederen dag minder wordenden afstand tusschen het Duitsche leger en de hoofdstad der Fransche republiek. De maatregelen in de jongste dagen door de voorloopige regering te Parijs genomen, duiden aan dat de strijd aldaar met rassche schreden nadert. Een deel van het Uitvoerend Bewind wordt overgebragt naar Tours, waar, mogt de uitslag van dit deel van den strijd ongunstig zijn voor Frankrijk, de regering voorloopig zou gevestigd blijven. De Tuileriën, voor eenige dagen nog een Keizerlijk paleis, zijn thans in een hospitaal herschapen en de Fransche vlag is in die van //Het Roode Kruis» verwisseld. Victor Hugo is, na een 19jarige ballingschap, in Parijs geretourneerd. Eene onafzienbare massa menschen wachtte den schrijver van „Napoleon den kleine» aan het station van den noorder spoorweg op. Als gedwongen om aan een der vensters van het station te verschijnen, sprak de voormalige balling in warme taal zijne medeburgers toe. Die toespraak getuigde zoowel van zijne republikeinsch- als van zijne Fransch- gezindheid. Zijn de woorden, die men hem te dezer gele genheid in den mond heeft gelegd, de juiste, dan schrijven wij ze toe aan de opgewondenheid, die zich van den grooten man meester maakte op het oogenblik, dat hij voor het eerst, na zoo lange, wreede scheiding zijn geliefd Vaderland, zijn geliefd Parijs wederzag, te midden van zoozeer zorg- barende tijdsomstandigheden. „Parijs te redden is de wereld te reddenParijs is het middelpunt der menschheidParijs is eene heilige stad.» Het komt ons voor, dat deze en meer dergelijke uit drukkingen, door den heer Hugo gebezigd, altijd volgens de verslaggevers, moeijelijk kunnen beaamd worden door iemand die rustig en kalm nadenkt. De menigte, die den gevierden spreker aanhoorde, juichte hem luide en herhaal delijk toe en een herhaald; Nooit! nooit! klonk er in het rond, na het doen der vraagof zulk een stad als Parijs zou kunnen worden geschonden, verbroken of overweldigd. De circulaire door Jnies Favre aan den Franschen gezant in het buitenland gerigt, maakt blijkbaar allerwege een hoogst gunstigen indruk. De bezadigdheid der nieuwe regering schenkt vertrouwen en de daarin uitgedrukte ver zekering, dat alle leden van het Uitvoerend Bewind in der tijd luide en zelfs ten koste hunner populariteit den oorlog hebben ontraden, heeft een aangename klank. Er zijn er die, op grond van een en ander, alsnog de hoop niet opgeven, dat er vóór de belegering van Parijs voor eerst een wapenstilstand zal gesloten worden, die leiden kan tot het sluiten des vredes. De tusschenkomst der groote mogendheden van Europa en van de Vereenigde Staten van Noord-Amerika, zou, naar de meening van deze voorspellers van den toestand der politieke atmos- pheer, zoodoende een einde maken aan de menschen- slagting, die zeker bij en in Parijs anders eerlang in volle werking zou komen. Als men de Engelsche bladen eenigzins als maatstaf kan beschouwen van de publieke opinie daar te lande, dan komt men tot de overtuiging, dat de Britsche natie innig verlangt naar den terugkeer des vredes. Men vreest daar, dat het Voorloopig Bewind in Frankrijk, het tegenwoordige oogenblik, het eenig geschikte, ongebruikt zou laten om vredesonderhandelingen met de vijanden te openen. Het Romeinsche vraagstuk, sedert jaren hangende en steeds den vrede bedreigende, schijnt nu weldra beslecht te zullen worden. De val van het Keizerrijk in Frankrijk geeft aan de oplossing dier kwestie een belangrijken stoot. De regering van Italië is nog weifelende en wacht onge twijfeld de houding af, die de bevolking van,den Kerkelijken Staat zelve zal aannemen. Zonder dadelijk geloof te slaan aan de geruchten van een opstand onder de bevolking van Rome of van een ophanden of weldra te wachten vertrek van den Paus naar Maltha, zeggen wij zeker niet te veel als we verzekeren, dat ook in de Pauselijke Staten een staatkundig onweder broeit, hetwelk welligt belangrijke ge volgen kan hebben. In Spanje en in Portugal woelen de republikeinen en even als in 1848 schijnt ook thans de omwenteling in Frankrijk het sein te worden voor gewigtige staatkundige gebeurtenissen in andere rijken van ons werelddeel. Het jaar 1870 is zeker bestemd om belangrijke bijdragen te leveren tot het groote boek der wereldgeschiedenis. Gisteren is masteloos alhier binnengekomen het schip Friune, kapt. J. T. Farguhar, geladen met rogge en van Taganrog naar Rotterdam bestemd. Vier visschersvaar- tiuigen hebben dit schip, dat door den jongsten storm veel geleden heeft, alhier binnengesleept. Bij Koninklijk besluit van den 10 dezer is, uit over weging, dat eene in een naburig rijk onder het rundvee heerschende besmettelijke ziekte het nemen van maatregelen tot afwering vordert, de in- en doorvoer van rundvee, schapen, bokken en geiten van buitenslands verboden. Wanneer bijzondere redenen eene afwijking van dit verbod noodzakelijk maken, kan de minister van Binnenl. Zaken dergelijke afwijking toestaan, onder de noodige voorzorgen tegen overbrenging der besmetting, en met medewerking van den minister van Financiën. Het Utr. Dagb. meldt, dat met het einde van Sep tember de troepen weder naar hunne verschillende garni zoenen zullen terugkeerendaar ter stede zou dit natuurlijk groote verandering gevenvele officieren, bij het hoofd kwartier geplaatst, maken zich gereed voor hun vertrek. Er loopt een gerucht, dat Z. K. H. de Prins opperbevelhebber den 26sten of daaromtrent de stad zal verlaten. Naar men zegt, zou bij de regering het plan bestaan om voortaan twee ligtingen in plaats van ééne onder de wapenen te honden. (U. D.) Voor den bijbel, aan H. K. H. Prinses Marie, bij gelegenheid van haar aanstaand huwelijk met Z. D. H. den Prins von Wied, als nationaal geschenk aan te bieden, moeten reeds meer dan 26,000 personen hebben ingeschreven. Heden wordt in de Eerste Kamer behandeld het wetsontwerp tot afschaffing der doodstraf, nadat de heer Messchert van Vollenhoven had voorgesteld de behandeling van het wetsontwerp uit te stellen totdat de vrede in Europa hersteld zal zijn. Men meldt dat in alle kerken der R. C. gemeente in Nederland, 's Pausen onfeilbaarheid is afgekondigd. Meer en meer, zegt het A. D. v. N., wint, op grond van verschillende waarnemingen in de jongste oorlogen, het geloof veld, dat de geweldige regen, in den jongsten tijd gevallen, in verband zou staan met het duizeling wekkend kanongebulder op de slagvelden. Onder verwijzing naar de achterstaande advertentie, waarbij een concert wordt aangekondigd ten voordeele der betrekkingen van ifliliciens, die gedurende den heerschenden oorlog onder de wapenen zijn geroepen, bevelen wij die poging, om het lot van hulpbehoevenden te verzachten, in de belangstelling van Texel's ingezetenen aan. Het voorbeeld der hoofdstad van ons land, waar men vele duizenden heeft bijeengebragt om den nood te lenigen van gezinnen, die tijdelijk van haren steun en verzorger zijn beroofd, vinde navolging hij de bewoners van Texel, wier weldadigheidszin bij menige voorkomende gelegenheid zoozeer uitblinkt. Te Schagen is dezer dagen eene collecte gehouden ten behoeve der vereeniging „het Roode Kruisde opbrengst bedroeg 733.05. Als men hierbij in aanmerking neemt, dat reeds vroeger, door tusschenkomst van den heer C. Boonacker, eene bijdrage uit die gemeente naar het Comité te Alkmaar is overgemaakt en dat de inteekening op het gedicht van deH heer de Breuk daar ter plaatse eene zeer goede ontvangst heeft genoten, terwijl nog de extra bijdragen daarbij gedaan ƒ131.30 beliepen, dan zal men moeten toe stemmen dat Schagen veel, zeer veel heeft gedaan om het doel dier schoone vereeniging te ondersteunen. Het denk beeld, daardoor te hebben medegewerkt om gewonden op de slagvelden te doen verplegen pn aan hen lafenis en verkwikking te hebben bereid, strekke tot zelfvoldoening aan allen, die een kleiner of grooter offer aanbragten op het altaar der liefdadigheid. De Vereeniging tot het vieren van den gedenkdag van Alkmaar's Ontzet in 1573, zal ditmaal den feestdag herdenken met eene uitvoering van het drama „Joan Woutersz,» van H. J. Schimmel, door het personeel van den Amsterdamschen schouwburg, gevolgd door réunie en bal. Het ledental van het comité van het Roode Kruis groeit nog gedurig aante Oude-Niedorp is een hulpcomité opgerigt en te Bergen wordt zulks binnen weinige dagen te gemoet gezien. Te Petten is voor het Alkmaarsche comité eene collecte gehouden. Het te Hoorn gevestigd comité van het Roode Kruis telt 130 vaste leden en ruim 300 begunstigers. In de voorgaande week zijn aan het hoofd-comité ƒ300 en een groote hoeveelheid goederen afgezonden, en eerlang zullen 500 en een ruime voorraad van allerlei artikelen, waar onder chirurgische instrumenten, naar het hoofd-comité gezonden worden. De dames de Vicq, de Vries, Heule en Faber, die voornamelijk belast zijn met het gereed maken der verbandpakken, zijn daaraan ijverig werkzaam. Bij de herstemming in het hoofdkiesdistrict Enkhuizen, ter verkiezing van 'een lid der Prov. Staten van Noord- Holland, zijn uitgebragt 520 stemmen, waarvan de heer Mensonides 292 en de heer R. Kooyman Pz. 228 bekwam. De Heer Mensonides is dus gekozen. (Verbetering van een vorig berigt.) De heer W. C. Magnenat te Amsterdam heeft Z. M. den Koning aangeboden het bronzen model van een nieuw soort kanon, lang 40 centim., kaliber 12 millim. dat door twee man bediend wordt en 20 a 25 schoten per minuut zou kunnen lossen. Het N. v. d. D. zegt, als slot van zijne beschouwing over het ontwerp tot uitbreiding van de kiezerslijst: „De gebeurtenissen der laatste weken geven een bijzonder belang aan alle discussiën over het kiesregt. De ontzet tende val van een gouvernement, op persoonlijken willekeur gegrond en duizelig geworden door zijn eigene magt; de jammerlijke vernedering van een volk, dat er in toegestemd had om het bestuur zijner zaken uit de handen te geven, en er in berustte om niet meer dan een schijn van toezigt te houden op zijne regering, doen met dubbelen aandrang wenschen, dat in ons dierbaar vaderland het kiesregt al minder en minder eene aanleiding tot partijschap worde, al meer en meer eene bron van de vrijheid, die alleen in de zelfstandigheid van eiken burger haar regten waar borg vindt.» Te 's Hage overleed dezer dagen de oud-militaire gouverneur der residentie P. A. C. vanWickevoort Crommelin. Men verneemt, dat te Soeterwoude veetyphus heerscht. Een allerliefst 4jarig meisje, eenige dochter van een aanzienlijk echtpaar te Zutphen, kwam Zondag namiddag in de keuken en viel over een hak met kokend water. Het kind werd vreeselijk verbrand en is, ondanks alle aangebragte hulp, twaalf uren later overleden. Te Nunspeet verhaalt men een allerzonderlingst geval. Bij eene rijke familie had men eenigen tijd eene Duitsche keukenmeid gehad. Het was op het oog eene flinke, kloeke deern, die „hare» meesteres wel behaagde. Plotseling was zij met pak en zak verdwenen, en niemand begreep, waar zij heen, of wat de aanleiding der vlugt kon zijn. Thans verneemt men uit een brief, dat onze keukenmeid geen vrouw maar een man was geweest, die uit Duitschland was gevlugt om niet in dienst te moeten treden; dat hij bij den aanvang van den oorlog voor de annexatie van ons land bij Prnissen had gevreesd, en het dus maar het best had geoordeeld, zich uit de voeten te maken. Hij was er in geslaagd, eerst Rotterdam en ver volgens Londen te bereiken. Op het punt van met zijne spaarpenningen naar de Vereenigde Staten te vertrekken, gaf hij zijne goede meesteres eerst van een en ander ken nis. Wij behoeven wel niet te verzekeren, hoe groot aller verbazing was bij het ontvangen van dezen brief. (A.D.v.N.) De avrond.-regtbank te Zwolle heeft dezer dagen den kantoorbediende, die met eene som van 18,000 gevlugt was, tot 4 jaren correctionele gevangenisstraf veroordeeld. Te Bolsward is, hij vergelijkend examen, aan een lljarigen knaap een studie-beurs toegekend, waardoor hij tot zijn 25ste jaar eene som van 800 ontvangt om daarvoor te studeren in het vak zijner keuze. „Onverlaten,» zegt de correspondent van de Gron. Ct., „onverlaten» hebben te Dantumawoude 4 koeijen den staart afgesneden. Aangekomen schepen te Batavia voor 28 Aug. Aurora, Cornelis Smit, Dordrecht II, Elisabeth, Henriette Adriana, Insulinde, Jacob Roggeveen, Kortenaar, Maria en Elisabeth, Mentor en H. W. M.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Heldersche en Nieuwedieper Courant | 1870 | | pagina 1