^en geneesheer dr. B. Gaastra var. Baren en daar kwam
eensklaps des doctors hondje met een vreeselijk gekef aan
schieten en aan zijn gelioornden natuurgenoot den oorlog
verklaren. Deze nam de uitdaging onmiddelijk aan en
begon op den kleinen uitdager storm te loopen. De hond
retireerde onder toenemend gekef, de stier won dus veld
en de hond trok zich terug tot in de woning zijns meesters,
waarvan de voordeur openstond. De stier evenwel eer
biedigde den eigendom van zijns vijands meester niet, maar
vervolgde den hond al verder door den gang tot in het
achterste gedeelte der woning en wie weet wat er van het
arme beestje zou geworden zijn, indien niet door een voor
hem gelukkig toeval de aanvaller in zijne woede ware
gestuit. De stier was namelijk boven de provisiekelder
gekomen, de houten vloer, die den last van het zware dier
niet kon dragen, bezweek en de stier stortte door de opening
naar beneden! Met veel krachtsinspanning werd het beest
eindelijk weder uit zijn benarde positie geholpen en een
voorstelling van dit bedrijf zullen we maar aan de verbeel
ding van den lezer overlaten.
In zekere gemeente zijn bij eene collecte ten behoeve
van het Eoode Kruis ontvangentwee porseleinen vazen,
eene viool, acht inktkokers en, last not least, een kistje
met zes revolvers
Een Hoogduitsch weekblad herinnert er aan, dat het
afplukken van den bloesem der aardappelen reeds meer
malen eene grootere opbrengst van dit gewas ten gevolge
had. De redactie voegt er nu bij, dat een landman van
een veld, dat gelijkmatig met aardappelen bepoot was, om
den ander eenige rijen aardappelen van de bloesem liet
ontdoen. Vjan tien rijen aardappelenplanten, welke van
den bloesem waren beroofd, oogstte hij ruim tienmaal meer
aardappelen dan van tien andere rijen met aardappelplanten,
welke hij den bloesem had laten behouden. Het Landw.
BI. für Tirol berigt, dat een persoon in korten tijd de
bloesems had afgeplukt en acht de daardoor veroorzaakte
kosten door de meerdere opbrengst meer dan gedekt. (Lb. Ct.)
Aan een schrijven van den bekenden novellist J. J.
Cremer in het Vaderland ontleenen wij o. a. de volgende
regelen
//Voor weinige dagen zouden de Parijzenaars een wolk
in den vorm eener V hebben waargenomen, om daaruit,
zoo als van zelf sprak, te besluiten, dat nu ten laatste de
Victoire aan hunne zijde zal zijn.
Ofschoon het zeker niet bij ons zal opkomen, om aan
zulke verschijnselen als voorteekens te hechten, zoo acht
ik het toch der moeite waard, om als tegenhanger te ver
melden hetgeen ik in den laten avond van 12 Aug. jl. te
Cleef onder Maywald's veranda gezeten aanschouwen
mogt. Eensklaps werden we getroffen door een even prach
tige als zonderlinge wolkspeling:
Een reusachtige adelaar sloeg zijn vleugels door het
graauwe luchtruim uit. Achter den adelaar was de maan
verscholen straks brak ze met zachten zilverglans doch
tintelend langs die donkere vleugels, boven hem uit, de
dommelige nachtschaduw over het wijde landschap door
den zwarten adelaar veroorzaakt, verdween... al meer en meer.
Was er geen poëzie in deze toevallige wolkspeling? Mij
dunkt toch meer clan in de Victorie-V. Ik heb getracht
voor een enkele van hen, die mede het grootsche schouw
spel mogten genieten, eene schets er van te teekenen. Valt
de laatste niet al te slecht uit, dan hoop ik, dat gij ze
zult zien bij de verzameling van voorwerpen ter verloting
van het Roode Kruis.
Uit Beeringen (België) schrijft men aan het L. D.:
c/Al de paarden van het Fransche leger, die in de laatste
gevechten aan de grenzen, op Belgisch grondgebied werden
geworpen, zijn naar het kamp van Beverloo gezonden.
Gisteren kwamen er hier twaalf honderd van Hasselt
aan, die na een half uur rust hunne reis naar het kamp
voortzetten. Ofschoon de manschappen, die ze bereden,
vrouwen en meisjes, Voor jongelingen en voor jongedochters, maar
ook voor schooljongens en meisjes, die nog school gaan, voor hen,
die niet meer aan de leiband loopen, zooals voor zuigelingen zonder
onderscheid van geslacht.
Lijdt de inboorling van Munchen aan slapeloosheid, dan gebruikt
hij bier als slaapdrank; is hij slaperig, dan houdt hij zich wakker
met bier.
In het kort, het bier is voor den Munchenaar een drank naar
ieders smaak en voldoet aan zijne behoefte in de meest uiteen-
loopende gevallen.
Bier is ook het gelijkmakende element. De geld- of geboorte-
aristokraat kan Xeres, Madera, Champagne, Johannisberger drinken,
terwijl de gewone mensch zich met landwijn moet vergenoegen;
maar van het bier heeft men slechts eene soort, de „Hofbrau" is
voor allen, aanzienlijken en geringen, gelijk, zij is voor allen be
reikbaar en voldoende. Als deze opgedronken is, levert geen
kelder der wereld een met zorg bewaarden en opgespaarden droppel.
De Engelschen, die trotsch zijn op hun welgevulde kelders, als
de beste wijnbergen der wereld, hebben in de Bank van Londen
en de kelders der Oost-Indische compagnie niet genoeg goud om
een oud vat bier te koopen. De „twaalf apostelen" van Bremen,
zelfs de „Roos", de met spinrag bekleede flesschen beteekenen
niets tegenover het bier. Daarom kent en waardeert de eene burger
van Munehen den anderen volstrekt niet volgens zijn rang, titel,
maatschappelijke posititie en verdere omstandigheden, maar meer
bijzonder naar het bier, naar de plaats, waar hij het drinkt.
Vraagt men, waar iemand woont, dan hoort men in de hoofdzaak
het antwoord van dien beleefden Saks„Ziet u, dat kan ik u
precies zeggen, dat weet ik niet!" De woonplaats weet dus de
gevraagde niet op te geven, maar waar de bewuste inwoner van
Munchen zijn bier drinkt, dat verneemt men zeer gemakkelijk.
„Hij drinkt zijn bier „bij de Franciskauen" of bij den „Spaten-
brau", of „Orlando", of „Pscliorr", of hoe ze verder heetendat
is een juiste aanwijzing. De houder van het bierhuis, de kellner
of de kellnerin worden zelfs een soort van familiesupplement en
openbare gezondheidspolitie; zij weten en kunnen naauwkeurig na
gaan, of iemand gezond, op reis, gestorven, welvarend of ongelukkig
is. Dagelijks en met eene merkwaardige scherpzinnigheid zien zij
terstond „daar mankeert er al weer een
Genoeg reeds om aan te wijzen, welk een belangrijke plaats het
bier in het leven en de maatschappij te Munchen vervult, met
hoeveel regt men Munchen de bierstad bij uitnemendheid kan
uiterst ontredderd en eenigen onder hen ligt gewond
waren, kon men toch aan de dieren nog beter de gruwelen
van den oorlog bespeuren. Behalve dat ze allen verschrikkelijk
mager, echte rossinanten zijn, heb ik er weinigen gezien
die niet min of meer gewond waren; bij velen kon men
duidelijk de kogelwonden van de sabelhouwen of steken
onderscheiden, doch de meesten hadden wonden veroorzaakt
door zadel en tuig, zoodat slechts de helft geschikt was
om bereden te worden. Het zijn meest allen van die
onvermoeide Ardenner trekpaarden, doch onder de rijpaarden
is menig schoon exemplaar van Hollandsch en Engelsch ras.
Bijzonder trokken de aandacht de muilezels, ongeveer
honderd in getal, die vooral tot het dragen van goederen
schenen gebezigd te zijn deze hadden schijnbaar het minst
geleden.
Niet één Fransch officier vergezelde het transport, slechts
eenige Belgische lanciers reden er langs, waardoor het
akelige van die ontwapende, vuile en half gekleede Franschen
en hunne half doode paarden nog meer uitkwam.
Het was een tafereel dat een ieder pijnlijk aandeed: die
honderden ruiters in stille onderwerping voor hunne trouwe
kleppers te zien staan, het stukje brood met hen deelende,
dat de bevolking met andere ververschingen den krijgs
gevangenen aanbood. Geen leven, geen beweging zooals
in betere tijden de cavallerie aanbiedtgeen hoevengetrappel,
geen gehinnik brak de stilte af, totdat het signaal voor
opstijgen gegeven werd en de paarden met hangenden kop
en stapvoets onze stad verlieten, terwijl de beste wenschen
onzer bevolking den mannen vergezelden.
STATEN-GENERAAL.
Eerste Kamer.
Zitting van Diugsdag 13 September. Nadat de Kamer
in de zitting van den vorigen dag besloten had om thans
nog het wetsontwerp tot afschaffing der doodstraf te behan
delen, vingen de beraadslagingen over genoemd wetsontwerp
heden aan. De beeren Schimmelpenninck van der Oije,
van Rhemen, Michiels van Kerssenich en Messchert van
Vollenhoven spraken tegen de wet, de heer van Eysinga
tegen het schavot.
Zitting van Woensdag 14 September. De heeren Hein,
van Bylandt en Fransen van de Putte verklaren zich voor,
de heeren van Nispen, Cremers, Hengst en Sassen tegen
de wet tot afschaffing der doodstraf. In de zitting van
heden zou de minister van Justitie het wetsontwerp verdedigen.
B l i T E V L A IK
F r a n k r ij k.
Het blijkt thans, dat men den Keizerlijken Prins,
toen hij zich op Belgisch grondgebied bevond, zoolang
mogelijk onbekend heeft gelaten met de capitulatie van
Sédan en de gevangenneming zijns vaders. Zijn gevolg
deinsde er voor terug, den zwakken, reeds diep geschokten
knaap dat slechte nieuws mede te deelen. Ten laatste was
het gebeurde niet langer geheim te houden. Men nam
toen de graaf de Baillet, gouverneur van Namen, in den
arm, die den Prins in den vroegen morgen van Maandag
een bezoek bragt en hem met veel omzigtigheid den stand
van zaken mededeelde. De Prins was bleek en ontsteld;
gedurende eenige seconden stond hij zwijgend met gebogen
hoofdtoen hief hij het hoofd op en zeide„Dat alles is
nog niets, indien Frankrijk maar één blijft." Of hij daar
mede op Frankrijks eensgezindheid zinspeelde, dan wel de
hoop uitsprak, dat het Fransche grondgebied niet zou
worden verbrokkeld, bleef een raadsel. Hij verzocht, dat
men hem alleen zou laten: men voldeed aan zijn verzoek;
de Prins gaf toen ongedwongen aan zijn smart lucht; men
hoorde hem geruimen tijd snikken en weenen. Eerst tegen
etenstijd verliet hij zijne kamer; hij zag nog zeer bleek,
maar wist zijne aandoening te bedwingen.
i^tte-saamJMiamaetxemaaEKftsaaB»»tA'JUUussntBUiitm n w >wbm>MMMWH8W8—MBH—I
noemen, en hoe het Beijerscke bier verdient de wereld te beheer-'
schen. En toch, ik zeide het reeds, die heerschappij is in den
laatsten tijd op losse schroeven gezet.
In 1806 legde Frans II zijne Roomsche keizerskroon neder, om
zich met den meer bescheiden titel van keizer van Oostenrijk
tevreden te stellen. Weenen hield op de keizerstad te zijn, het
werd slechts de hoofdstad van een rijk, magtiger in schijn dan
in werkelijkheid. Slecht konden de inwoners van Weenen die ver
nedering verkroppen; nog zingen zij: „daar is maar één keizerstad."
Zij vonden hun troost in de vernedering der overige kroonlanden.
Te midden van Presburg, Praag en Iirakau kan nog altijd de
„Wiener" zijn „Witz" botvieren ten koste van de onderworpen
Czeehen, Polen en Madzjaren. Ook die roem ontvalt haar; Buda-
Pesth heeft haar reeds de helft van haar aanzien ontroofd, en
Praag maakt zich gereed zijne eisehen te doen gelden.
Daar heeft Weenen een aequivalent gevonden voor den verloren
roem. Fier is het opgestaan en heeft Beijerens hoofdstad den
handschoen toegeworpen; de bierkroon is de prijs van den wed
strijd, het bier zal Weenen een naam verschaffen, grootseher en
beroemder dan Roomsche keizerskroon of Wiener Witz.
Het Weener bier mag zich reeds over eene algemeene ver
maardheid verheugen, die den roem van het Beijersche bier evenaart,
en toch van hoe kort dagteekent de opkomst der Weener brouwe
rijen. In 1841 werden in geheel Oostenrijk naauwelijks 8 millioen
„eimer" gebrouwen; in 1868 telde men niet minder dan 3300
bierbrouwerijen, onder welke een enkele meer dan een half millioen
eimer brouwde. Deze brouwerij is dan ook de grootste der wereld,
en aan haar wil ik nog eenige regels wijden.
De bierbrouwerij van Kleinschwechat bij Weenen is reeds sinds
1794 het eigendom van de familie Dreher, maar haar bloei heeft
zij te danken aan den in 1864 gestorven brouwer A. Dreher, die
in zijn jeugd door uitgebreide reizen en degelijke studie in de
voornaamste brouwerijen van Europa zich voorbereidde tot de taak,
die hij zoo schitterend heeft volbragt. Terwijl de brouwerij, zoo
wel wat de uitgebreidheid van het bedrijf als van de inrigtingen
en gebouwen aangaat, zelfs de beroemde Londensche brouwerij van
Barklay en Perkins overtreft, heeft vooral sinds de laatste Parijsche
tentoonstelling den naam van Dreher zich eene welverdiende en
populaire reputatie verworven naast die van de eerste industrieelen.
De Schwechater brouwerij heeft eenendertig, grooteudeels onder-
aardsche moutvloeren, die meer dan 6700 Oostenrijksche mudden
gerst kunnen bevatten, tien dubbele mouteesten met 366 vierkante
Mac Mahon is in zoover hersteld dat zijn toestand
geen zorg meer inboezemt.
De forten van Parijs zijp gewapend met 982 vuur
monden, waarvan 135 mortieren. De wapening van den
ringmuur bestaat uit 1226 stukken geschut en uit ver
schillende oorlogswerktuigen van nieuw maaksel, waarvan
geene nadere aanwijzing kan worden gegeven.
De generaal Trochu heeft jl. Dingsdag eene groote
wapenschouwing over de te Parijs vereenigde troepen
gehouden. Men begroot het geheele aantal der manschappen,
welke bij deze revue vereenigd waren, op 250,000 man.
De brigade-generaal Billard is uit Sédan, waar hij
krijgsgevangen was, ontsnapt. Als boer vermomd, is hij
het Pruissische leger doorgetrokken. Hij kommandeert
thans het fort Saint-Dénis, dat de generaal Leflo hem
dadelijk bij zijn aankomst heeft toevertrouwd.
De Parijsche politie maakt bekend, dat zij sedert 4
Sept. 1400 publieke vrouwen en 3600 deugnieten uit de
stad verwijderd heeft.
Met het oog op den geduchten hongersnood, welke in
de omstreken van Sédan en Mézières heerscht, zijn van
Brussel aanzienlijke hoeveelheden brood afgezonden.
Men leest in de Reveil: „Dingsdag morgen voerde
een eerste trein zeker aantal min of meer verdachte vrou
wen van het Wester station verre buiten Parijs. Des avonds
vertrokken nog drie of vier honderd zulke juffers. Laatst
genoemde waren wederspanniger dan de eerstbedoelde.
Bijgestaan door een honderdtal beschermers, trachtten de
tegen haren wil verwijderde dames een oproertje te bewer
ken. De menigte werd al grooter en grooter. In de wijk
werd dadelijk alarm geslagen en de nationale garde, die
zich toen onder de ongewapende burgers vertoonde, her
stelde spoedig de orde. De wet werd gehandhaafdin
vollen ren gingen de juffers op reis, zorgvuldig ingesloten,
terwijl hare goede vrienden genoodzaakt werden huiswaarts
te keeren. Dat zij terneergeslagen afdropen, laat zich
verstaan. Nu zal voor den kost gewerkt moeten worden!
Het rijk der bordeelhouders is uit."
Behalve de twee Fransche hoofdofficieren welke
geweigerd hebben, zich aan de capitulatie van Sédan te
onderwerpen, wordt nog medegedeeld, dat ook het 3de
regiment zouaven insgelijks geweigerd heeft zich over te
geven. Op het oogenblik, waarop tot het nederleggen der
wapenen werd overgegaan, sloten de door het vijandelijke
vuur in de laatste dagen zeer gedunde gelederen van het
genoemde regiment zich digt aan een; de bevelvoerende
officier gelastte het blazen van den stormpas en met gevelde
bajonet baande de kleine heldhaftige kolonne zich een
uitweg door de digte gelederen der Pruissen. Naar ver
zekerd wordt, heeft deze kloekhartige daad aan 200 van
de 480 zouaven het leven gekost.
Volgens 1'Echo du Nord is Emile Ollivier met zijn
vrouw te Boulogne naar Engeland ingescheept, en zag de
oud-minister er zeer slecht uit.
Te Brest zijn drie prijsgemaakte Pruissische schepen
binnengebragt; een prachtig stoomkorvet, een logger en een
brik, geladen met oorlogs-ammunitie.
Engeland,
Te midden van het gedruisch des oorlogs, en van
de stuiptrekkingen die de wereld beroeren is de Daily
News galant genoeg, om een woord van afscheid toe te
roepen aan de schitterende en beklagenswaardige vrouw,
die, een week geleden, uit de Tuileriën ontvlugtte
waarschijnlijk om er nimmer weer te keeren. Gedurende
zestien jaren zegt de News was Keizerin Eugénie
de meest in het oog vallende en, in zekeren zin, de meest
invloedrijke dame ter wereld. Zij toch zwaaide haar
scepter over een Rijk, veel grooter dan de meest enthou-
vamen oppervlakte ep korenzolders voor meer dan 130,000 mud.
Buitendien wordt nog het aan dezelfde eigenaars toebehoorend
landgoed Freieuthurm te Mannswörth met dertien moutvloeren en
twee mouteesten voor het in de brouwerij noodige mout gebruikt.
Om deze massa's van de vloeren op de eesten, van daar in de
poetslokalen, op de moutzolders, in de pelmolens en vergaarbakken
voor het gepelde mout te brengen, worden krachtige stoommachines
aangewend. Drie stoomketels van 50, 36 en 30 paardenkracht,
twee stoommachines van 30 en 14 paardenkracht, een waterdruk-
king van 20 paardenkracht en 300 werklieden zijn gedurende de
voor het brouwen gunstige wintermaanden aanhoudend aan den
arbeid. Eene brouwketel van 480, eene tweede van 360 en vier
brouwketels ieder van 280 eimers inhoud met het noodige vaat
werk in een hoog gewelfd kookhuis, welks leijen dak eene opper
vlakte van vijftien vademen bedekt; vierentwintig metalen koel
vaten, deels in dit, deels in bijzondere, doelmatig ingerigte
koelhuizen geplaatst, en 1056 gistkuipen met een inhoud van
45,000 eimers maken het mogelijk dagelijks 3400 eimers bier te
brouwen. Tot de belangrijkste inrigtingen dezer brouwerij behooren
elf bierkelders, die 328,000 eimers kunnen bevatten; de grootste
bevat alleen 120,000 eimers. De oppervlakte dezer kelders bedraagt
meer dan vier morgen. Aan vaatwerk heeft de fabriek 21,000
gewone en 3500 steekvaten, die 300,000 eimers bevatten. Voor
het bewaren van een gedeelte dezer vaten, zoodra zij leeg zijn, in
de heete zomermaanden, zijn reusachtige magazijnen gebouwd, die
zich digt bij de kelders bevinden. Eindelijk worden 248 stuks
trekvee gebruikt om het materiaal aan te voeren en het bier
naar zijne bestemming te brengen.
Terwijl het eerste bedrijfsjaar 183637 onder A. Dreher in de
toen vrij beperkte lokaliteit slechts eene opbrengst gaf van 26,560
eimers, waarvoor aan belasting 33,953 fl. werd betaald, en terwijl
zijne collega's met de nieuwigheden van den „Engelschen brouw
meester" den gek staken, bedroeg de geheele productie in het
jaar 1860 reeds 400,000 eimers, en de belasting, die zoowel bij
het fabriceeren als bij den invoer in Weenen betaald werd, eene
som van 834,000 fl.
Wij mogen dus Drehers proefneming, de acclimatisatie van een
Engelsche methode op Duitsehen bodem, als uitstekend gelukt
beschouwen, en zoo al Weenen Munchen naar de kroon steekt, zoo
al de heerschappij van het Beijersche bier verdwijnt, zoo mogen
wij ons verheugen in eene revolutie, die, zonder bloedvergieten,
slechts heilzame resultaten oplevert.