Marine-Haven Nieuwediep. Correspondentie. SCHAGER MARKT van HEDEN. siastische Duitscher tot Vaderland zou wenschen: het Rijk der Mode. Overal waar de vrouw hare kleeding tot een hooger doeleinde bestemt, dan om het ligchaam te dekken telde Eugénie onderdanen, over welke zij onbeperkte magt uitoefende. Haar gezag gold zoowel te Melbourne als op Otaheite, te Boston als te Moskou. Doch niet enkel als opperste der modisten behoort de gewezen Keizerin herdacht te worden, bepaalden lof toch verdient zij als zoodanig niet, daar zij zich meer onderscheidt door zucht tot weelde en buitensporigheid dan door goeden smaak. Liever prijzen we Eugénie om hare goede hoeda nigheden als vrouw. Zij was tot betere dingen in staat, dan het uitdenken van nieuwe hoedjes en chignons. Als Keizerin gedroeg zij zich, zoo noodig, met een waarlijk vorstelijke gratie. Zoo b. v. brengt ons geheugen ons onwil keurig den zonnigen zomerdag |te binnen, nu vijftien jaar geleden, toen zij met den Keizer, in gezelschap van Victoria en haar Gemaal, door de feestelijk gedoschte straten van Londen reed, en de menigte slechts oogen had voor de schoonheid van Napoleon's echtgenoote. Zij was een lief hebbende moeder, en, ondanks vele beproevingen, een trouwe ega. Hare manieren vormden een toonbeeld van bevallig heid; en haar gevoelig hart vond er vreugde in, vreugde rondom zich te verspreiden. Welk aandeel zij had in het bewind van Frankrijk, valt voor het oogenblik moeijelijk uit te makenmisschien zal de keizerlijke correspondentie, onlangs in handen van den heer Gambetta gevallen, over dit raadsel eenig licht doen opgaan. Zeker is het intusschen, dat zij een rol en waar schijnlijk een niet onbelangrijke rol, heeft gespeeld in de jongste geschiedenis van Europa. De bezetting van Rome, de Mexikaansche expeditie, de Frausche politiek ten opzigte van Spanje aan dat alles is zeker Eugénie niet vreemd geweesten voor zoover de tegenwoordige oorlog uit een Spaansche kwestie voortsproot, draagt zij vermoedelijk ook haar deel aan de schuld, waarvoor zij thans zoo bitter moet boeten. Trouwens, het eigenaardig karakter der politiek van Louis Napoleon schonk haar de gelegenheid, om aan haar vrouwelijke neiging tot intrigue toe te geven. De gevallen Keizer meende zich het best te kunnen staande houden, door eens nu aan de Keizerin en de priesters, dan weer aan de Republikeinen en Progressisten den zin te geven. Zulk een politiek door de groote Condé teregt une politique de jupons et d'alcove genoemd moet juist in de smaak zijn gevallen van eeu wufte, be wegelijke vrouw als Eugénie. Met dit al zal Eugénie voor de regtbank der geschie denis wel nooit verantwoordelijk gesteld worden voor de misslagen die, met of zonder haar toedoen, haar echtgenoot beging. Haar naam zal vermoedelijk slechts genoemd worden in verband met aangename herinneringen, herin neringen aan schoonheid en élegance, aan blanke schouders en bekoorlijke glimlachjes, aan prachtige kleedingst ukken en ligt vergeeflijke dwaasheid. Volgens den correspondent van den Times had maar schalk Mac Mahon vódr den slag bij Sédan de Duitschers op zijne hielen zonder dat hij er iets van wist. Het was alsof zijn onderbevelhebbers wedijverden in onbekwaamheid. irWat in den hemel kon u bewegen op zulke oogenblikken een bal te geven," vroeg de correspondent verwonderd aan een kolonel. //Wij gaven een bal," was het antwoord, vomdat verscheidene jonge dames van Sédan ons bezochten.» Dnitschland. Het bombardement van Metz is nu ernstig begonnen. Den 8 September heerschte in het kamp van het insluitings- leger een buitengewone levendigheid. De kommandanten der verschillende korpsen hielden krijgsraad, des avonds en den geheelen nacht waren alle troepen op de been. Nog dien avond begon het bombardement en werden ruim 1000 granaten tegen Metz en zijne forten afgeschoten. Van den toestand in Straatsburg hangt een particu liere brief van eene Straatsburgsche dame in de Neue Stettiner Ztg. een treurig tafereel op//....Dat wij, de meest Duitsche stad in den geheelen Elzas, zulk eene behandeling moeten ondergaan, dat wij, vreedzame burgers, ongewaar- schuwd gebombardeerd zijn geworden, en door wien? Bloedige tranen moeten wij weenen, die ons tot het meest beschaafde deel der burgerij rekenen, zoo wij in de toekomst zien. De vreeselijke materiëele ellende rondom ons zal na lange jaren uitslijten, maar met weemoed zeggen wij: Finis Poloniae, uit is het met Straatsburg! Niets kan onze stad haar ouden litterarischen glans teruggeven, niets bindt haar meer aan haar heerlijk verleden. Onze schoone, kostbare bibliotheek, die jaar in jaar uit zoovele Duitsche geleerden in onze muren bragt, die in de laatste twee eeuwen het schitterendste verbindingspunt was tusschen ons en Duitschland, is verbrand. Geen boek werd gered, en dat verlies hebben wij, wat ons Protestanten het meest smart, aan Duitschers te danken. Onze kerken en scholen zijn bijna allen verbrand. Geheele straten en wijken liggen in puinonze gewonden worden meest in kelders verpleegd, daar zelfs het burgerlijk hospitaal niet verschoond bleefonze Munster, een gedenk- teeken van Duitsche kunst, is half ingestort.» Een correspondent van de Volksztg. weet te verhalen dat bij de zamenkomst tusschen Koning Wilhelm en den gevangen Keizer, de Koning Napoleon met de woorden: «Sire, gij kunt gaan waarheen gij wilt, zelfs naar Parijs,» in vrijheid heeft willen stellen. Napoleon had echter de krijgsgevangenschap gekozen, overigens voor het oogenblik den besten toestand voor hem. Daarop zou hij om eten hebben gevraagd, daar hij in geen 24 uren iets had gebruikt, en ten slotte had hij van den Koning 2000 thlr. ter leen gevraagd, die hem dan ook vrijwillig waren verstrekt. Zoo gaat de roem der wereld onder. Omtrent de gevangenschap van Keizer Napoleon op Wilhelmshöhe wordt gemeld: Hij kan zich vrij bewegen binnen een omtrek van acht uur gaans van zijn verblijf plaats. Hij maakt daarvan ruim gebruik. Of in gezelschap met iemand van zijn gevolg, of alleen ziet men hem eiken dag in den omtrek van Wilhelmshöhe wandelenhij is dan jegens ieder zeer beleefd en groet ieder op vriendelijke wijze. De jeugd trekt vooral zijn aandacht: kinderen, die hij tegen komt, spreekt hij toe over allerlei onderwer pen. Hij draagt steeds htirgerkleeding en is in den regel opgeruimd; somtijds is hij in sombere stemming; dan zoekt hij stille wegen, waar hij ongestoord zijn wandeling kan voortzetten. Hij moet zich bij zijn oponthoud in België zeer ongunstig hebben uitgelaten over de houding zijner generaals. Aan de dapperheid dei Fransche soldaten doet hij regt wedervaren, maar hij acht ze toch niet gedisci plineerd genoeg, om den schok der Pruissen te weerstaan. Berouw over hetgeen hij gewrocht heeft, moet de Keizer niet hebben; Hij ziet er uit als iemand, die blij is, aan een groot gevaar te zijn ontkomen. In het leger was Napoleon algemeen veracht. Na den slag bij Sédan wilden de Franschen niets meer van hem hooren; de officieren wilden zelfs niet weten, wat er van hem geworden was. Volgens eene lezing van de Nord zou de gevangen neming van Napoleon aldus hebben plaats gehad. De Keizer bevond zich in het kleine dorp Vendresse, nabij het kamp van den Koning van Pruissen. Hij stond gereed om uit te gaan, ten einde eene gevangenneming te ontgaan, toen Pruissische officieren hem kwamen verzoeken zich gevangen te geven. De Keizer onderwierp zichhij trok zijn degen, gaf deze aan de officieren, en zeide//Ik ben overwonnen, overhandig mijn degen aan den Koning van Pruissen.» De Koning zond den Keizerlijken degen terug, maar liet den Keizer verzoeken, zich in persoon tot hem te begeven. De Keizer voldeed aan dit verzoek; hij liet ziin kalès met vier paarden inspannen, a la Daumont, met het groen-gouden costuum, nam de voetknechts, de stal meesters meê, in één woord den geheelen stoet, die gewoonlijk hem volgde op de wandelingen in het bosch van Boulogne. De paarden liepen op korten draf en de kalès werd door Pruissische cavalleristen geëscorteerd. Wat zullen die officieren bij hunne terugkomst in Duitschland gevierd worden Een treffend staaltje van kinderlijken eerbied wordt van het oorlogstooneel berigt. Bij de Israëlieten van alle rigtingen is het een streng in acht genomen gebruik om den sterfdag zijner ouders te herdenken door de waarneming der godsdienstoefening. Een joodsch militair geneesheer meldt nu, dat hij in de nabijheid van Woerth voor een huis een gewond soldaat hinkend heen en weêr zag loopen en kijken. Vermoedende dat hij geneeskundige hulp noodig had, vroeg hij hem wat hij zocht. yEen jood», was het antwoord. //Welnu, dien hebt ge dan in mij gevonden», zeide de doctor, yin dat geval heb ik u een verzoek te doeny, zeide de soldaat; //een mijner kameraden moet den sterfdag van zijn vader herdenken; nog nooit heeft hij dat verzuimd, maar wij zijn met ons negenen, den tienden hebben wij niet.» (Er worden tien man gevorderd tot het houden der plegtigheid.) Natuurlijk willigde de arts het verzoek in. In een klein kamertje, zegt hij, vond ik 9 gewonde soldaten bijeen; zij behoorden meest tot het regi ment uit de provincie Posen; op de tafel brandde een nachtlampje; de rouwdragende bad voor en zeide de gebeden voor de gestorvenen ter gedachtenis van zijn vader op, die op zijn verre geboorteplaats jaren geleden de laatste rustplaats had gevonden. Zelden, zoo besluit de verhaler, was ik vromer gestemd en dieper ontroerd. Hans Wachenhusen geeft in de Koln. Ztg. een treffende beschrijving van de ontmoeting tusschen Bismarck en Napoleon den morgen na den slag bij Sédan. //Diep verdeemoedigd stond Napoleon dien morgen voor de hoogte van Doucery op Bismarck te wachten. Zijn wagen stond achter hem; aan zijne zijde stonden zijne generaals. Napo leon zat wachtend, steeds wachtend, hij die Europa heeft gebragt tot op den staat waarin hij 't het meest dacht te vernederen, rookte nog een sigaar, om zijne omgeving te doen gelooven aan eene gemoedskalmte, die hij verre was van te bezitten. Eindelijk kwam de bondskanselier aan Napoleons trekken verrieden angstige spanning. Napoleon had zich de bitterste meest beleedigende uitdrukkingen jegens den bondskanselier veroorloofd. In den kleinen kring der Tuilerien was Bismarck steeds het voorwerp van bijtenden spot, en dat wist hij. Thans kwam de bondskanselier, smartelijk verwacht door denzelfden man, dien hij wist dat hem haatte. Zijn gene- raalsképi op het hoofd, in de militairen paletot gehuld, zag hij zijn vijand naderen. Nog slechts 20 schreden was Bismarck van Napoleon verwijderd, toen de hand van den ijzeren graaf eene beweging naar zijn revolver maakte, natuurlijk zonder bedoeling, De revolver was onder het rijden naar voren geschoven, en hij schoof hem terug omdat hij hem hinderde. Napoleon verbleekte zigtbaar bij deze beweging. Bismarck zag dat en een glimlach vloog over zijn gelaat. De wereldgeschiedenis heeft in lang geen tête h tête opgeleverd als het onderhoud van déze mannen. Bismarcks hooge, indrukwekkende gestalte, de hooge wijde ruiters- laarzen, de in den nek gedrukte witte muts, de kalmte en het zelfbewustzijn in het gansche wezen van dezen man; en tegenover hem de kleine gestalte van Napoleon, met zijn bleek, ontdaan gelaat, met den stempel van alle reeds geledene gemoedsbewegingen, de smeekende houding van denzelfden man, die zoolang Europa den voet op den nek heeft kunnen zetten ik herhaal het de wereldgeschiedenis heeft zulk eeu rendez-vous nooit opgeleverd. En nog moest Napoleon wachten tot de bondskanselier zijnen wensch kon vervullen en den Koning tot hem voeren Lang zat hij in het slot Bellevue, tot eindelijk de aankomst der stafbedekking meldde dat de Koning kwam. Men wil naauwkeurig weten wat tusschen beide vorsten is gesproken. Ik ben niet in staat dit historisch onderhoud hier naauw keurig weer te geven. Nog echter zijn geen twee maanden verloopen sedert Benedetti bevel kreeg een monarch schaam teloos te beleedigen, toen Napoleon deemoedig en met ontbloot hoofd, met tranen in de oogen door dienzelfden vorst werd uitgeleide gedaan, om daarna als gevangene, op zijn woord van eer, door 3 Pruissische officieren uitgeleid naar Duitschland te vertrekken.» Zeilklaar liggende en vertrokken Schepen Groote Vaart. De zeilklaar liggende schepen zijn dezelfde als in ons vorig nummer gemeld. Binnengekomen Koopvaardijschepen Groote Vaart. Binnenk. Schip. Gezagvoerder. Cargadoor. Herkomst. ISSept. GiusseppoRinuuvato. G.Ghisalberti.ZurMühlen&Co. Tc; mrng. Binnengekomen Schepen bestemd hunne lading in de Binnenhaven te lossen. Schip. Gezagvoerder. Herkomst. Lading. Cargadoor. William Eraser. W. Richel'. Seaham. Steenk. ZurMühlen&Co. Minerva. T. Cohon. Duinkerk'Goedk. John Johnasson. W. Lucock. Newcastle. LAATSTE BËBICSTE1V. Berlijn, 14 Sept. De Staats-Anzeiger zegt//De Fransche natie heeft in den laatsten tijd maar al te groote bewijzen gegeven van in een toestand van diep zedelijk verval te verkeeren. De moordenarijen en de misdrijven der Afrikaansche regimenten zijn sedert lang door de afgrijsselijkste gruweldaden overtroffen, welke op de Fransche bodem zelve zijn gepleegd. In de schanddaad van Laon, welke gelijktijdig een eerloos verbreken van een gegeven woord en een afschuwelijken moord is geweest,lieeftde bedoelde wijze van oorlogvoeren haar toppunt bereikt. Het wordt de vraag: hoe zal het ons mogelijk zijn, onze wijze van oorlogvoeren, welke op de hoogte staat der Duitsche bescha ving, tot het einde toe vol te houden, indien niet de meer ontwikkelde geesten in Frankrijk zelf, welke thans door het terrorismus verstomd zijn, indien niet alle beschaafde natiën tegen de zedelijke verwildering in Frankrijk hare waarschuwende stemmen verheffen?» Londen, 14 Sept. De Times deelt mede, dat de zending van den heer Thiers, naar verzekerd wordt, ten doel heeft, om van de neutrale mogendheden te verwerven dat door hare interventie het Duitsche leger uit Frankrijk naar de grenzen worde teruggeroepen. Parijs, 12 Sept. (Part. tel.) Er is door de regering een billet aangeplakt, houdende het verbod dat van af 15 Sept. niemand Parijs meer mag verlaten of binnenkomen, tenzij krachtens een speciale vergunning van den minister van Binnenlandsche Zaken. Men kapt het hout uit de bosschen, om het te kunnen gebruiken voor barricades. Met hetzelfde doel zijn de straatsteenen in Parijs opgebroken. Parijs, 13 Sept. Gisteren hebben de onzen de brug te Corbeil laten springen; andere bruggen zullen achtereen volgens hetzelfde lot ondergaan. Parijs, 14 Sept. Het Journal Officiel zegt, dat de vertegenwoordigers van den Paus, Engeland, Spanje, Oosten rijk en Nederland aan den heer Jules Favre vriendschappe lijke brieven hebben gerigt, waarbij zij mededeelen, dat zij tot aan de ontvangst van nieuwe orders te Parijs zullen blijven. De heer Tachard is belast met eene buitengewone zending naar Brussel. Blijkens eene dépêche van generaal Ulhrich van den 9den, is de toestand van Straatsburg verergerd. //Het bombardement», dus constateert hij, //wordt zonder ophou den voortgezet; de artillerie werkt verschrikkelijk. Ik zal mij tot het uiterste staande houden. Heden ochtend hebben wij een uitval gedaandeze was eervol, maar hij gaf groote verliezen en geen resultaat.» Toul is den lOden gedurende negen uren gebombardeerd; den avond te voren had de vesting veel geleden. Het garnizoen gedroeg zich bewonderenswaardig. De Duitschers handhaven met hunne artillerie hunne positiën. Het tweede regiment uhlanen is gisteren Provins door getrokken, naar Nangis en Courtevrouse in Champagne. Parijs, 14 Sept. Bij Montereau heeft gisteren een ge vecht plaats gehad tusschen Pruissische lanciers en vrij schutters. Men verzekert, dat de lanciers in dat gevecht terug gedreven zijn met een verlies van 10 dooden en 10 gekwetsten. Men zegt, dat heden ochtend geweerschoten gehoord zijn naar den kant van Melun. Rome, 13 September. De Paus, die zich aanvankelijk aan boord van een Engelsch oorlogsvaartuig naar Maltha had willen inschepen, heeft besloten op het Vatikaan te blijven. Z. H. heeft het corps diplomatique bijeengeroepen, ten einde te protesteren tegen het binnenrukken der Itali- aansche troepen in het grondgebied van den H. Stoel. Die troepen zijn nog slechts eenige mijlen van Rome verwijderd. Plaatsgebrek noopt ons het hoofdartikel „Vre des kansen" tot het volgend nummer te laten liggen. 50 41 Magere Varkens f 16 a 30 Vette ditoa 70 Biggen - 6 a 9 65 Konijnen c. 20 a 75 90 Kippen - 25 allO Eenden a Duiven a Ganzen - a Zwanen a Boter per kop - 87^a97i Kaas per K.G. - 30 a 45 Kip-Eijeren per 100 -300 a340 Eend-Eijeren - a f 50 al35 - 50 a260 - 90a225 -120 alBO 4 Nucht.Kalveren - 10 a 18 2 Vette Rammen - 25 a 28 MagereSehapen - 10 a 20 1023 Vette Schapen - 22 a 32 I Lammeren - 12 a 16 2 Bokk. en Geiten - 2 a- 3 Paarden Veulens Ossen Stieren Gelde-Koeijen Kalf-Koeijen Vaarsen

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Heldersche en Nieuwedieper Courant | 1870 | | pagina 3