BIJVOEGSEL,
behoorende tot de HELDERSCHE EN NIEUWEDIEPER COURANT
van Vrijdag1 16 September 1870, No. 111.
GEMEENTERAAD.
Zitting van Dingsdag den 13 September 1870.
Voorzitter de heer Burgemeester.
Tegenwoordig 15 ledenafwezig de heer Zur Mühlen,
regens ongesteldheid.
De aanteekeningen van het verhandelde in de vorige
itting worden gelezen en goedgekeurd.
Door den voorzitter worden, namens het Dagelijksch
lestuur ter tafel gebragt de begrootingen der gemeente,
an het Burgerlijk Armbestuur en van het Algemeen
Feeshuis voor het dienstjaar 1871.
Tot het onderzoek dezer stukken worden, naar het
oorschrift van het Reglement van orde, de afdeelingen
olgenderwijze zamengesteld:
lste afdeeling: Voorzitter de heer Burgemeester, leden
e heerenBerghuijs, Hugenholtz, Jelgersma, Janzen en
an Kelckhoven.
2de afdeeling: Voorzitter de Wethouder de heer Graat,
iden de heerenBraaksma, Groen, de Breuk en Zur Mühlen.
3de afdeeling: Voorzitter de Wethouder de heer Boomsma,
[den de heeren: de Lange, Maalsteed, Werendlijn Smit
n Haagsma.
De vergaderingen der afdeelingen zullen successivelijk
laats hebben den 19, 20 en 21 dezer, des avonds ten
ure.
De begrooting voor de gemeente bevat de volgende
ecapitulatie
Inkomsten.
ioofdstuk.
I. Ontvangsten wegens vroegere diensten 21593,331
Baten en opkomsten spruitende uit
gemeente-eigendommen en bezittingen - 362,50
Opbrengst van belastingen en heffingen - 150444,87
Ontvangsten van verschillenden aard
en toevallige baten- 510,00
Buitengewone ontvangsten - 500,00
II.
IIL
IV.
V.
Totaal der Inkomsten f 173410,70j
Uitgaven.
loofdstuk.
I. Kosten van het huishoudelijk bestuur
en andere kosten van het dagelijksch
bestuur enz., mitsgaders reis- en ver
blijfkosten 11270,00
II. Kosten van invordering der plaatse
lijke belastingen en middelen en terug
gave deswegens- 18875,00
III. Kosten van het aanleggen en onder
houden van plaatselijke eigendommen
en de deswegens verschuldigde lasten - 32608,00
IV. Kosten der openbare veiligheid en
brandweer- 25577,00
V. Kosten der plaatselijke gezondheids-
policie- 120,00
VI. Kosten van het onderwijs en ter
bevordering van kunsten en wetensch. - 29123,00
VII. Kosten voor het arm wezen, mitsgaders
subsidiën en bijdragen aan onder
scheidene daarmede in verband staan
de instellingen- 31700,00
7III. Renten en aflossingen van geldlee-
ningen, mitsgaders alle opeischbare
schulden der gemeente- 6500,00
IX. Andere uitgaven niet onder de vorige
hoofdstukken behoorende - 630,00
X. Buitengewone uitgaven van allerlei
aard- 13010,00
XI. Onvoorziene uitgaven- 3997,70|
Totaal der uitgaven 173410,701
De begrooting van het Burgerlijk Armbestuur en die
tan het Algemeen Weeshuis sluiten even als die van de
jemeente met evenwigt in het bedrag der ontvangsten en
litgaven. Voor het Armbestuur is dat cijfer 11000 en
'oor het Algemeen Weeshuis 14045.87.
De Voorzitter zegt, dat thans aan de orde zou zijn de
benoeming van een hulponderwijzer, doch dat B. en W.
voorstellen daartoe niet over te gaan, met het oog op de
omstandigheid, dat een der hulponderwijzers, die als milicien
tijdelijk in werkelijke dienst is opgetreden, zeer waarschijlijk
binnen kort met groot verlof huiswaarts keert. Met een
parige stemmen wordt dit voorstel goedgekeurd.
Met algemeene stemmen hecht de Raad zijne goedkeuring
aan een suppletoir kohier voor den Hoofdelijken Omslag,
dienst 1870, tot een gezamenlijk bedrag van 251,451.
Tegen gemeld kohier, dat gedurende den bepaalden tijd
ter visie had gelegen, waren geene bezwaarschriften inge
komen.
De Voorzitter herinnert, dat in de vorige vergadering
geene beslissing is genomen ten aanzien van een adres van
het bestuur van het Artillerie-Vrijkorps alhier, houdende
verzoek om een subsidie uit de gemeentekas. Thans is op
de vraag van het Dagel. Best. naar inlichtingen betreffende
het doel waarvoor die gelden zijn aangevraagd een nader
schrijven ingekomen, hetwelk door den Secretaris wordt
voorgelezen. Het bestuur wijst op de vermindering van
inkomsten, door het bedanken van onderscheidene contri
buerende leden en daartegenover op de uitgaven voor
exercitiën en schietoefeningenuit die raming van ontvangsten
blijkt, dat over dit jaar een vermoedelijk tekort van ƒ160
zal ontstaan. Eindelijk wordt gewezen op het nut van de
oefeningen in het schijfschieten en de wensch geuit, dat,
even als in andere gemeenten, ook hier de vereeniging tot
bevordering van 's lands weerbaarheid worde gesteund
door het gemeentebestuur.
De Voorzitter stelt, namens het Dagelijksch Bestuur,
voor, om, met het oog op de tegenwoordige tijdsomstandig
heden, ditmaal een subsidie van f 100 voor het Vrijkorps
toestestaan. Nadat de Voorzitter, op eene vraag van den
heer Haagsma, had geantwoord, dat dit subsidie voor ééns
en zonder verbindtenis voor het vervolg zou worden toe
gestaan, werd het voorstel van B. en W. met algemeene
stemmen aangenomen.
Er wordt gelezen eene missive van den heer W. J.
Hidde Bok, die daarin te kennen geeft, dat hij wegens
verandering van woonplaats voor het lidmaatschap van den
Raad bedankt. Aangenomen voor kennisgeving.
De Voorzitter deelt mede, dat de dag voor de verkiezing
van een raadslid door B. en W. nader zal worden bepaald.
De vergadering ontvangt mededeeling, dat HH. Gedepu
teerde Staten dezer provincie hunne goedkeuring hebben
gehecht aan het raadsbesluit tot aankoop van de keet,
vroeger in gebruik bij het bouwen van het Kon. Inst. voor
de Marine. Aangenomen voor kennisgeving.
De Voorzitter deelt mede, dat, wegens het overlijden
van R. Zwaan, er een hooisteker moet worden gekozen.
Uit de daartoe gehouden stemming blijkt, dat gekozen is
A. Bruin, landman te Huisduinen, met 14 stemmen, terwijl
1 briefje in blanco was ingekomen.
Bij de gewone rondvraag bekomt de heer Haagsma het
woord. Hij vraagt of en in hoeverre de verplaatsing van de
Mestbelt sedert die zaak behandeld werd, gevorderd ishij
dringtop meerderen spoed aan, met het oog op het gevaar voor
besmettelijkte ziekte, dat veelal na een oorlog ontstaat.
De Voorzitter antwoordt, dat het z. i. beter is met de verdere
behandeling dezer zaak alsnog geen haast te maken, maar
liever te wachten tot dat de tijdsomstandigheden gunstiger
zijn. Hij gelooft, dat er eerder een gunstig besluit van
den minister van Oorlog te wachten is, als de vestingen
weder op voet van vrede zullen zijn.
Na deze discussie sluit de Voorzitter de openbare zitting.
UITTREKSEL uit het verslag van den toestand
der provincie Noordholland, gedaan aan de Provin
ciale Staten van dat gewest, door de Gedeputeerde
Staten, in de zomervergadering van het jaar 1870.
VIII.
De werken aan de Hondsbossehe Zeewering hebben bestaan in
het dempen en aankoopen van uitgegraven putten achter den dijk
over 1300 meter; het maken eener kleibekleeding op den buiten
berm tusschen het paalwerk en den dijk, over 550 meter; het
met 100 meter verlengen van de in 1868 gemaakte steenglooijing