STATEl\-GENERAAL. BUITENLAND. steuning van den bekenden schrijver van den .Max Havelaar (Multatuli), die in ongelukkige omstandigheden verkeert. Dezer dagen zijn door het hoofdcomité van het Koode Kruis hoogst belangrijke bezendingen naar Metz geëxpi- diëerd. Dr. Arntzenius, heeft aldaar een veldhospitaal ingerigt, waarin reeds een vijftigtal zwaar geblesseerden en zieken verpleegd worden; de ellende is daar groot. Meer dan 20,000 gewonden en zieken bevinden zich binnen de muren dier ongelukkige vesting. Ook uit Duitschland wordt nog steeds de Nederlandsche hulp ingeroepen. Dringende bede kwamen uit Creuznach, om materiële hulp. Het hoofdcomité heeft dr. Ie Riitte uitgenoodigd zich naar die plaats te begeven, ten einde in loco een onderzoek naar de verschillende behoeften in te stellen, en deze geneesheer is voor korten tijd derwaarts vertrokken. Het hoofdcomité onderscheidt zich steeds zeer door spoedige en belangrijke hulp, dank zij der Hollandsche liefdadigheid, die èn in Duitschland èn in Frankrijk zoo hoog gewaardeerd wordt. (D. v. 's Gr. en Zuidh.) Ook te Nieuwe-Niedorp zullen, even als in zoovele andere gemeenten van ons Vaderland, gedurende dezen winter eenige volksvoorlezingen gehouden worden. In de laatst gehouden vergadering van het departement der Maatschappij tot Nut van 't Algemeen aldaar, werd een daartoe strekkend voorstel gedaan. Werklieden en arbeiders en allen die den leeftijd van 16 jaren en daarboven bereikt hebben wordt vrijen toegang verleend. Met de meeste welwillendheid heeft het gemeentebestuur het vrij gebruik van het schoolgebouw met vuur en licht voor dat doel afgestaan. De eerste dezer voorlezingen zal plaats hebben op Donderdag den 17den November e. k. des avonds ten 7 ure door den predikant der Herv. gemeente aldaar, van wien het voorstel tot het houden van volksvoorlezingen is uitgegaan. Verscheidene leden hebben hunne medewerking toegezegd. Men schrijft ons uit Hoorn van gisteren «Op de groote najaarskoemarkt van gisteren en heden zijn aangevoerd 7500 stuks vee, over het algemeen beste kwaliteit; de handel was daar de markt door geene buitenlandsche kooplieden werd bezocht bijzonder stug, waardoor dan ook de prijzen, voor den tegenwoordigen tijd, laag moeten genoemd worden. In de Debating-Society der Leidsche hoogeschool zijn door den hoogleeraar mr. J. T. Buis de volgende stellingen verdedigd «1. Voor zoover het vredeverbond er naar streeft om langs den weg van internationale regeling te geraken tot afschaffing van den oorlog, verdient zijn streven afkeuring, omdat langs dien weg het beoogde doel slechts te bereiken is onder voorwaarden, welke men niet moet wenschen dat zich in Europa verwezenlijken. 2. Zijn streven om het oorlogsgevaar te beperken door het regt van oorlogsverklaring, den Koning bij artikel 56 der grondwet toegekend, aan den wetgever over te dragen behoort eveneens, en wel als doelloos, te worden gewraakt, omdat die overdragt in het wezen der zaak geen verandering kan brengen en het gevaar, zoover het bestaat, werkelijk laat bestaan. En 3. Aanbeveling zou het daarentegen verdienen bij eventuele herziening van de grondwet te bepalen, dat alle vredestractaten, ook die waarbij geen afstand van grond gebied bedongen noch wettelijke regelen gesteld worden, aan de goedkeuring van de volksvertegenwoordiging worden onderworpen." De uitslag der stemming was, dat de eerste stelling werd Zal ik melding maken van de houding der Pruissen tegenover hunne gevangenen? Men ziet hier het brutaal geweld in zijn hevigste uitspattingen. Zondag begaf zich een knaap in de rigting van Chérizy, nieuwsgierig om te zien wat daar voorviel. De achttien jarige knaap, zoo tenger dat men hem slechts vijftien jaren zou toekennen, had naauwelijks den voet in Chérizy gezet, of hij werd door een Pruissisch soldaat gevangen genomen en mis-handeld. Met 12 anderen naar Houdan getransporteerd, bragten zij den nacht in doodelijken angst door, daar hunne bewakers er in geslaagd waren hun met teekens duidelijk te maken, dat zij allen ter dood zouden worden gebragt. Des Maandags werden zij medegevoerd met het korps, dat tegen Dreux werd uitgezonden, en men had de wreedheid hen achter het geschut te plaatsen dat Chérizy beschoot, ten einde hen op die wijze onder de kogels hunner eigen landslieden te doen vallen. Men had hun geen voedsel verstrektom hun honger te doen stillen, aten zij wortelen, die zij opdolven in het veld, waarop zij zich bevonden. Na hun vernielingswerk voltooid te hebben trokken de Pruissen gelijk wij gezien hebben terug. Een der gevangenen, bij wien zij patronen gevonden hadden, (hij behoorde tot de nationale garde) werd doodgeschoten; zijn lijk bleef aan de slootkant liggen; de overigen werden teruggevoerd en andermaal in een vochtig verblijf opgesloten. Voedsel werd hun ook nu niet uitgereikt; daarentegen werden zij gehoond, mishandeld en met hetzelfde lot bedreigd, dat een hunner zoo even had ondergaan.' De nacht, dien zij op die manier doorbragten, was een eindelooze marteling. Den volgenden dag werden zij uit hunne gevangenis gehaald en op één lijn geplaatst, alsof men op het punt stond hen te fusilleeren. De legeropperhoofden hielden toen beraad.... en de uitslag was, dat elf zóó onschuldig werden bevonden, dat zij dadelijk op vrije voeten werden gesteld. De twaalfde was een trompetter van de sappeurs-pompiers eener naburige gemeente. Hij behoorde diens volgens niet tot een korps, welks officieren door het ministerie van oorlog worden benoemd. De uniform, dien hij droeg, had hem voor uitersten moeten behoeden, maar zijn doodvonnis was eene besliste zaak; hij las het in de oogen zijner vijanden en zette het toen op een loopen. Hij bereikte een kleine stal, waarin hij zich verschool. Men zette hem na, ontdekte zijne schuilplaats en doodde hem lafhartig met geweerschoten. Hetzelfde korps kreeg in last om met een grooter strijdmagt naar Dreux op te rukken, ten einde zich van die plaats meester te maken, en op den doortogt ook het dorp mijner inwoning in brand te steken, uit straf dat op zijn grondgebied een uhlaan ge sneuveld was, die met de zijnen op Versailles terugtrok. Ziedaar de feiten, waarvan ik ooggetuige was, en wier volstrekte juistheid wij waarborgen. En nu willen wij het aan alle militairen van Europa gevraagd hebben, of de krijgswetten zulk een gedrag kunnen regtvaardigen? Is liet geoorloofd, de soldaten in gemeene brandstichters te aangenomen met 52 tegen 6 stemmen; de tweede met 32 20de derde met 50 tegen 2terwijl de stellingen en bloc bij acclamatie werden goedgekeurd. (Leidsch Dagblad.) Te 's Hage isjl. Donderdag de jaarlijksche algemeene vergadering der Ned. vereeniging tot afschaffing van sterken drank, onder voorzitterschap van Jhr. J. L. de Jonge .gehouden. De werkzaamheden werden ingeleid door den eere-voorzitter, Ds. van Limburg Brouwer met een gebed, waarop door den penningmeester rekening en ver antwoording van zijn gehouden beheer werd gedaan. Tot leden van het hoofdbestuur werden benoemd de hh. G. H. Eshuys, te Rotterdam, Ds. Alb. van Toorenenbergen, te Groningen, en de vice-admiraal G. Fabius, te 's Gravenhage. Tot tijdelijken penningmeester, de titularis, Jhr. mr. H. J. van den Heim, heeft zijn voornemen te kennen gegeven om met 1 Jan. af te treden, is benoemd de heer G. H. Eshuys. Na behandeling van verschillende punten, had een broederlijke maaltijd plaats, tot viering van het 25jarig feest der Haagsche afdeeling. Uit een geschrift der vereeniging blijkt, dat 's Hage, volgens zeer matige berekening, dagelijks gemiddeld voor ƒ3600 jenever gebruikt. Gisteren morgen is te'sHage de trekking der verloting van voorwerpen van kunst en smaak ten behoeve van het Roode Kruis, ten overstaan van den notaris F. M. Schmolck, begonnen. Zij zal de volgende dagen worden voortgezet en waarschijnlijk Vrijdag aflooper.. Na afloop der trekking zullen de aanvang en de plaats van aflevering der prijzen nader aangekondigd en de trekking- lijsten verkrijgbaar gesteld worden. Er zijn 56,535 loten uitgegeven, tegenover 8542 prijzen. De entreegelden der tentoonstelling van de te verloten voorwerpen heeft ƒ1343.75 opgebragt. Den 11 November 1830 werd de heer P. Gallas Sr. te Hellevoetsluis, benoemd tot officier bij de dienstdoende schutterij. Jl. Vrijdag werd dien hooggeachten kapt. komm., bij gelegenheid van zijn 40jarig jubileum, door de officieren onderofficieren en korporaals met dat buitengewone feest hartelijk geluk gewenscht en hem een blijvend aandenken aan dien heugelijken dag geschonken. (N. R. Crt.) De prijs der vette varkens is in Utrecht, Overijssel en Drenthe aanmerkelijk gedaald, zelfs met 10 cent per kilo. Men schrijft uit Vlissingen aan het Vaderland, dd. 12 dezer: «Een nieuw Fransch heldenfeit ter zee heeft zich weder voorgedaan, doordien een Noordduitsch kofje, genaamd Femma Johanna, door een Fransch schip genomen en heden uit nood hier ter rede is gebragt. Dezer dagen had te Wierden een komisch jagt- avontuur plaats, dat evenwel tot schade voor den liefhebber van jagen na zonsondergang afliep. J. K. namelijk, 's avonds bij het schijnsel der maan bezig zijnde een haas op te passen, zag dien eindelijk aankomen, althans zoo als hij zich verbeeldde; hij schoot, schoot nog eens en had, zoo als bij onderzoek bleek, zijn eigen varken doodgeschoten. De Groninger Courant wijdt een artikel aan «de preventieve gevangenis." Die Courant meent, dat het ontzag voor regterlijke uitspraken moet geschokt worden, wanneer het volk herhaaldelijk ziet, dat iemand, na maanden lang in den kerker te hebben doorgebragt, ten slotte ontslagen wordt, omdat de regter geen schuld in hem zag. De woorden in ons wetboek van strafvordering voorkomende, //indien er gegronde vrees voor de vlugt van den beklaagde bestaat," zijn te elastiek dan dat het O. M. in ons land hervormen en daardoor den soldatenstand te onteeren? De mobiele garden en de franc-tireurs, die tegen de Pruissen gevochten hebben, behoorden niet tot de bevolking van Ghérizy; waarom dan dat fraaije dorp in brand gestoken? Wat is dan toch wel het doel van de overweldigers van het Eransche grondgebied? Willen zij den plattelandbewoner terroriseren, opdat hem de zedelijke kracht ter zelfverdediging ontvallen zal en men hem straffeloos kan uitplunderen? O, ten deele zijn zij daarin geslaagd! De schrik, dien de Pruisen inboezemen, is van dien aard, dat zelfmoord allerwege aan de orde van den dag is: vrouwen werpen zich uit vrees voor erger in de waterputtengrijsaards maken door ophanging een einde aan hun levengansche gezinnen hebben zich door stikdamp den dood gegeven. Het aantal dergenen is niet gering, die door de gebeurtenissen, waarvan zij getuigen waren, waanzinnig zijn geworden. Wanneer men nu bedenkt, dat die ramp zich uitstrekt over een afstand van meer dan 25 mijlen om Parijs, zonder dat daarbij de duizenden localiteiten van de oostelijke departementen in rekening worden gebragt, die verwoest, geplunderd en vernietigd zijn, dan ook zal men zich eenig denkbeeld kunnen vormen van het lijden van Frankrijk. Hoelang zal dat duren? Zullen de Europesche natiën lijdelijk toezien, hoe een land verpletterd wordt, dat zich een goed deel mag toekennen van den hedendaagschen vooruitgang en beschaving? Hebben zij niets te vreezen van de veroveringsplannen eeuer natie, die door de behaalde overwinning bedwelmd is? Bezit geen harer Duitsche populatiën, die von Bismarck zou kunnen opeischen? Bekommert die diplomaat, met zijn bronzen hart, zich om de millioenen meuschenlijke wezens die tot wanhoop worden gebragt? Daar is hier van iets anders sprake dan van gekwetst nationali teitsgevoel; daar is hier sprake van de regten der menschheid. De gruwelen, waaraan de Duitsche legerscharen zich schuldig maken, druischen tegen de menschelijke natuur in. Europa behoorde van schaamte te blozen; hare eer vordert, dat het intervenieere, opdat een einde komen aan die eindelooze menschenslagting. Frankrijk zelf kan, na dus vertrapt en vertreden te zijn, van geen vrede hooren spreken. Het zal een graf delven waarin het zelf afdalen zal, bijaldien het er niet in slagen kan zijne vijanden er in neer te ploften, t Wees zoo goed aan dezen brief openbaarheid te doen geven in een der Nederlandsche bladen; de zaak van waarheid en mensche- lijkheid zal daardoor gebaat worden. Ontvang middelerwijl de verzekering mijner hoogachting, C. Cailliatte, Predikant. BENOEMINGEN EN VERPLAATSINGEN BIJ MARINE EN LEGER. F r a n k r ij k. tnsschenbeide niet willekeurig zou te werk gaan. Een bewijs daarvan is, dat jaarlijks gemiddeld 3950 individuen worden aangehouden, ven van dat getal worden gemiddeld 18 percent, dat is jaarlijks gemiddeld 711, zegge zeven honderd en elf, zonder veroordeeling ontslagen." Deze week werd te Assen een huis in veiling gebragt, waarop sedert 1818 zeer bijzondere servituten rusten. Er mag geen «uil of vliegend vogeltje" worden gehouden, nog leer worden gelooid. Er mag geen slagter, herbergier, smid, koperslager of jood wonen. En zoo meer. Het gekste is nu dat een Israëliet de hoogste bieder en ten minste provisioneel eigenaar werd. (Het N.) Van geachte zijde wordt ons medegedeeld, dat te Borne de typhus onder de paarden is uitgebrokenreeds zouden 5 daaraan bezweken zijn. De dieren, die door de ziekte aangetast worden, lijden kort, maar hevig. Het ontstaan der ziekte wordt toegeschreven aan den invoer van het vel van een elders bezweken paard. (E. C.) Men meldt van Batavia dd. 30 September: ,/Het vochtige weder blijft aanhouden en oefent, behalve op de te veld staande koffij en suiker, ook een nadeeligen invloed uit op den gezondheidstoestand. Te Samarang o. a. is het aantal sterfgevallen ver boven het normale cijfer gestegen." In een der ambulances te Brussel is dezer dagen een Duitsch soldaat overleden, die den noodlottigen naam droeg van Krieg Oorlog Tweede Hamer. Het onderzoek van de wetsvoordragt tot invoering eener inkomsten-belasting heeft tot het opperen van tal van bezwaren aanleiding gegeven. De noodzakelijkheid van eene algemeene herziening van ons belasting-stelsel werd niet ontkend, maar zeer verschilde men van gevoelen over den aard en den omvang der in te voeren wijziging. Over de vraag of men bij invoering eener geheel nieuwe belas ting te gelijk tot verhooging der belasting zou overgaan, liepen de meeningen zeer uiteen. Gedeeltelijke wijziging van ons belasting-stelsel, zonder algemeen plan van her vorming, werd door vele leden afgekeurd. De patent-wet had blijkbaar geen verdedigers, doch er waren leden, die het denkbeeld voorstonden om die wet te wijzigen en te verbeteren. Onderscheidene leden noemden het beginsel der inkomsten-belasting aanbevelenswaardig, als het regt- vaardigst. Ten opzigte van de toepassing en uitvoering der wet rezen gewigtige bezwaren. De luit. ter zee 2de kl. P. F. baron van Heerdt, is, op zijn verzoek, met den 15 dezer eervol uit de zeedienst ontslagen. De off. van gez. 1ste kl. L. F. Praeger, dienende op de drijvende batterij Neptunus en de off. van adm. 1ste kl. H. F. X. Strengnaerts, laatst behoord hebbende tot het eskader in Oost-Indië en van daar den 6 dezer in Nederland teruggekomen, worden respectivelijk met den llden en den 6den dezer op non-activiteit gesteld. Gambetta ontving dezer dagen 6000 francs tot aankoop van wapens, zijnde de spaarpenningen eener weduwe. Bij de mislukking der onderhandelingen tot staking der vijandelijkheden slaakte de hoofdredacteur van het Parijsche blad 1' Univers een kreet van wanhoop. «Indien Parijs valt zeide de heer Louis Veuillot, zal de overwinnaar door Frankrijk belet worden zijn buit weg te voeren. Indien Frankrijk als dan ook reeds gevallen ware, zou het nutteloos zijn Parijs te redden. Eene door kapitulatie geredde hoofdstad zal nooit de wieg zijn waaruit een herboren Frankrijk oprijst. Op de puinhoopen van Parijs worde de zwarte vlag geplant, en deze zij Frankrijks vlag tot op den dag der herrijzenis. Die vlag betuige voor God ons naberouw en voor het menschdom ons besluit om den val des vaderlands niet te overleven In den avond van den 6den is de opera te Parijs heropend met een concert, hetwelk zeer druk bezocht werd en door andere zou gevolgd worden. De entréegelden van dien eersten avond waren bestemd voor de bevolking van Chateaudun, welke onlangs bij het afweren des vijands zware verliezen geleden heeft. In de Parijsche correspondance Havas van den 7den leest men, dat er in Parijs openlijk vleesch van honden en katten te koop geboden en ook in nog al aanmerkelijke hoeveelheid gekocht werd, om tot voedsel voor menschen te dienen. Ook wordt er jagt gemaakt op ratten met de bekende bedoeling. De schaarschheid van brandstof doet zich nijpend gevoelen. Het volgende treurige beeld van den toestand van Schlettstadt tijdens de belegering wordt door een corres pondent medegedeeld: «Den 26sten October, des avonds om 6 uur, werd de vesting door de vijandelijke batterijen, in het geheel ongeveer 49 vuurmonden, op 1500 meters afstand opgesteld, beschoten Deze kanonnen openden op de stad een zoo naauwkeurig en snel vuur, dat des avonds van de 50 kanonnen, die op de bastions waren geplaatst, nog slechts 7 a 8 in staat waren vuur te geven; alle anderen waren stuk geschoten, de affuiten vernield, de schietgaten verwijd en de kanonnen bloot gelegd. Ook in den nacht nam het vuur des vijands niet af, de verdedigers deden boven- menschelijke pogingen om eenige kanonnen van de nog niet aangevallen bastions naar de meest geteisterde deelen der vesting over te brengen, eene operatie die onder het onophoudelijk vuur des vijands uiterst moeijelijk en gevaarlijk was. Het waren vergeefsche pogingen! Des morgens vond

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Heldersche en Nieuwedieper Courant | 1870 | | pagina 2