1870. N°. 152. Woensdag 21 December. 28 Jaargang.
SCHOUWING VAN STOOKPLAATSEN, OVENS, ENZ.
Episodes uit den Fransch-Duitsclien oorlog'.
Uitgever A. A. BAKKER Cz.
Bureau: M OI, E X P I, E I X°. 163.
jÉ IELDE1SCIE M
EK NIEUWEDIEPER COURANT,
i
,,Wij huldigen het goede."
Verschijnt Dinosdag-, Donderdag- en Zaturdag namiddag.
Abonnementsprijs per kwartaalf 1.30.
franco per post - 1.65.
Woensdag den 88 Mee. vertrekt van hier de
Oost-Indische mail via Triest, per eersten trein.
Vrijdag den 3© Mee. vertrekt van hier de Oost-
Indische mail via Mrindisi, per eersten trein.
SEaturdag den 31 ®ec. vertrekt van hier de West-
Indische mail 'over 8outhainpton, per laatsten trein.
Aan de Ingezetenen wordt kennis gegeven, dat, te beginnen op
DINGSDAG den 27 DECEMBER aanstaande, door Brandmeesters
eene SCHOUWING zal gehouden worden over de Schoorsteenen,
Ovens, Vuurplaatsen, enz.
Ieder wordt uitgenoodigd die ambtenaren in de gelegenheid te
stellen, om zich te kunnen overtuigen, dat de schoorsteenen be
hoorlijk geraagd en de stookplaatsen zóó zijn ingerigt, dat er geen
vrees voor brand bestaat.
Burgemeester en Wethouders der gemeente,
Helder, STAKMAN BOSSE, Burgemeester,
den 17 December 1870. L. VERIIEY, Secretaris.
BINNENLAND.
HELDER en NIEUWEDIEP, 20 December.
Het is in liet oogvallend zooveel bewijzen ons in den
tegenwoordigen oorlog worden gegeven, tot staving van liet
spreekwoordde uitersten raken elkander. Slaat men acht
op de daden van hen, die in dezen versclirikkelijken strijd
een gewigtige rol spelen, dan verbaast het vaak als men
opmerkt, hoe in die mannen vaak twee elkaar bestrijdende
beginselen en drijfveeren huisvesten. De grijze monarch
van Pruissen is zoo teêrgevoeliü, dat zijn zoon maatregelen
neemt om den schok te verzachten, die het doodsberigt
zijner zuster hem zou veroorzaken. Maar diezelfde man
schroomt niet tal van menschenlevens te doen vernietigen,
tal van gezinnen van verzorgers en leden te doen berooven
door den voortduur van een strijd, die zooveel, zoo vreeselijk
veel offers vraagt.
De leden van den Duitschen Rijksdag roepen het Duitsche
volk op tot het verrigten van het werk van barmhartigheid
in het belang van gekwetste en zieke krijgslieden. Het is
wèl van hen, dat zij niet wilden uiteengaan, voor dat tot
die opwekking tot liefdadigheid besloten was. blaar vreemd
is het, dat zij die bede tot hunne landgenooten rigten,
wijzende op het van vrede sprekende Kersfeest en dat zij
verzuimen, met den blik op dat feest, de regering te dringen
tot herstel des vredes. Zij willen, dat elk bij den Kersboom
aan de lijdende, strijdende broeders zal denken, maar bij
den Kersboom vergeten zij, dat die lijdende en strijdende
Uit Sinn, bij de Nassausche stad Herborn, wordt gemeld dat
daar des middags een ongeveer 80 voet hooge luchtballon nagenoeg
100 voet boven den grond gezien werd. Men verheugde zich in
deze eerste vangst op Duitsckland's bodem, en spoedig volgden een
dertig arbeiders den ballon op zijn togt. Hij daalde neer in het
Mühlbergwoud toen de vervolgers nog ongeveer 200 schreden ver
wijderd waren. De luchtreizigers hadden nog juist den tijd om
het schuitje los te maken voordat de ballon weer in de hoogte
schoot.
Men verwachtte natuurlijk niets minder dan een paar leden van
liet Parijsche gouvernement er in te vinden, doch de reizigers waren
twee gewone Parijzenaars. In het schuitje bevonden zich den brie
venzak, ongeveer 5 voet lang, met duizende brieven, een handkoffer,
zwemgordels, dekens, een korf voor postduiven, als proviandeen
brood en flescli cognac, voorts instrumenten, chronometers enz. De
ballon was zooals de reizigers verklaarden des nachts te 4
uren opgestegen, ze vermoedden dan ook geenszins dat zij reeds in
Pruissen waren. Het werd hun ras duidelijk gemaakt, doordien zij
aan de autoriteiten overgeleverd werden, vooral echter werden hun
eenige ververschingen uitgereikt, waaraan zij groote behoefte hadden.
Een van de medegebragte brieven luidt vertaald aldus:
/Parijs, 13 Dec. 1870.
„Leve de Republiek.
„Waarde vriendenAls ge er aan denkt beklaagt ons dan, want
reeds drie eindelooze maanden zijn wij levend dood; die barbaren
van Pruissen hebben ons ingesloten. Dat is de schuld van den
verrader v*tn Sédan! Wilde ik al ons ligchamelijke en geestelijke
lijden afschilderen, ik zou gewis wel tien vellen noodig hebben.
Helaas, ons tuintje en ons huis zijn, naar men ons zegt; geplunderd
en verwoest, welk eene ramp, we wenschten daar onze laatste
levensjaren in rust door te brengen. Het is onzeker of gij deze
letteren wel ontvangen zult, ik vertrouw ze aan de ballonpost toe,
moge God haar beschermen en ook de lucht, moge zij niet onzen
woesten vijanden in handen vallen. C. is vrijwilliger bij de mobiele
garde. Wie weet wat met ons nog gebeurt? Geen dag gaat
er voorbij of ik denk aan u. De hongersnood staat voor de deur.
Parijs is treurig gestemd, nïaar toch vol moed en geestkracht. De
Loire-armee nadert meer en meer. God behoede Frankrijk: leve
■de Republiek
broeders juist het meest door het wederkeeren van den
vrede zouden worden gebaat.
De Köliiische Zeitung bespreekt het bewuste plan van
Napoleons herstelling op den keizerlijken troon. Het blad
doet uitkomen, dat het plan welligt nog altijd door von
Bismarck wordt in het oog gehouden, doch twijfelt zeer
aan de verwezenlijking er van. Het wijst op de ontelbare
verwenschingen, die in dezen oorlog in Frankrijk werden
geuit tegen den man van Sédan. Het doet uitkomen, dat
de gevallene Keizer niet alleen ongeluk heeft gehad, maar
ook door een wanbestuur in oorlogszaken het laatste over
blijfsel van militair aanzien verloren heeft. De stemming
der 300,000 krijgsgevangenen, die in Duitschland vertoeven,
is dan ook voor de restauratie van het keizerrijk hoogst
ongunstig. Het adres, waarin zij protesteren tegen de
vorming van een keizerlijk leger, waarmede de ex-Keizer
weder in Frankrijk zou terugkeeren, wordt dan ook als
met handteekeningen overladen. Onder zulke omstandig
heden valt er zeker niet te twijfelen aan het mislukken
van het plan om in Frankrijk het derde keizerrijk te stichten.
De Luxemburgsche crisis schenkt overvloedige stof voor
politieke beschouwingen. Het vaderlandsch comité in het
groothertogdom heeft in een adres hare sympathie voor het
zelfstandig bestaan van den staat duidelijk uitgesproken.
Ten blijke van onmagt om de onafhankelijkheid met de
wapens in de vuist te verdedigen, zeggen adressanten, dat
zij ter hunner verdediging niets anders hebben dan het
gevoel van regt, pligt en billijkheid.
De Belgische wetgevers hebben zich gedurende de laatste
dagen door behartiging van binnenlandsche aangelegenheden
onderscheiden en hunne aandacht gevestigd op den aanleg
van werken van algemeen belang. De strijd der beide
staatspartijen is er echter nog lang niet uitgestreden en
kenmerkt zich zelfs door eene buitengewone heftigheid. Te
midden van hevige debatten, werden in eene der jongste
zittingen de omkoopingen bij de verkiezingen besproken en
bleek daaruit zonneklaar op hoe laag standpunt het peil
van zedelijke en staatkundige ontwikkeling in dat land is
gedaald. Een der afgevaardigden verklaarde zonder omwegen,
dat clericalen zoo min als liberalen zich behoefden te ver
wonderen als er vernomen werd, dat er aanzienlijke sommen,
bijv. van 100,000 frs. worden besteed om de kiezers om te
koopen. Deze opmerking werd gemaakt ter verdediging
van eéne aantijging, dat een voormalig minister een dusdanig
sommetje in den zak had gestoken als belooning voor
zijne bemoeijingen ter gunste van een kandidaat zijner
partij. Hierziening der kieswet wensebt men daar te lande
om aan al zulke ergerlijke feiten een einde te maken'. Zou
verbeterd onderwijs daartoe niet veel krachtiger middel zijn?
In Noord-Amerika, zegt men, streeft men naar eene
eganpiP7e^TOTOtja»tt»e«uja'töiA3Fig(gataia'isysjftiJU>iJBPHBiBaMWH«iaiMawaaHBflflaiUiriB'iSwi t itmaaga—i
Volgens het Lettre Journal, dat te Parijs uitkomt, was het menu
der Parijzenaars gedurende de afgeloopen week als volgt: Zondag
stokvisch, Maandag gezouten vavkensvleesch, Dingsdag stokvisch,
Woensdag geconserveerd ossen- en schapenvleeseh, Donderdag,
Vrijdag en Zaturdag versch ossenvleeseh. Het brood is zeer goed
en wordt van best meel gebakken, dat te Parijs zelf gemalen wordt.
Chocolade is nog niet duur. Kool en selderij is er in groote
hoeveelheid en van aardappelen en rijst is de voorraad voldoende
voor een paar maanden. Er zijn 4217 koeijen om melk voor
kinderen en zieken te hebben. Het veevoeder schijnt echter veel
te wenschen over te laten, want volgens een particulieren brief uit
Parijs, is de melk niet goed, en is bovendien geheel onvoldoende
voor de kleine kinderen. Gezonde mannen en vrouwen kunnen het
nog een paar maanden uithouden in Parijs, doch het lijden van
bejaarden, zwakken en kinderen vooral van de laatsten was
zeer groot. Onder jonggeborenen, zuigelingen en kinderen onder
de drie jaren, heersoht dan ook, door gebrek aan doelmatig voedsel
een verschrikkelijke sterfte, en indien het hart door deze gruwelijke
menschenslagting, door al dat voorbeeldelooze lijden van tienduizend e
natuurgenooten nog niet geheel verhard is, dan vragen we een
enkelen traan van mededoogen voor die ongelukkige moeders in
Parijs, die hun lievelingen, als door een tweeden moord van
Betlehem getroffen, moeten verliezen.
„Dit is goedkoop medelijdenzal Carlyle uitroepen. Toegegeven
een traan, een zucht zegt weinig, doch wij benijden den man niet
die in deze dagen de vreugde zijner kinderen aanschouwd heeft,
zonder een oogenblik te denken aan de beproefde ouders van het
omsingelde Parijs!
Uit Boulogne-sur-Mer wordt aan den Standard geschreven
„Sedert het eerste detachement, dat van hier 6 dezer is vertrokken,
hebben weinig of geene troepen Boulogne verlaten. Daar zijn hier
vele soldaten, mobile garden en artilleristen.
Gisteren ging ik te voet naar Calais, welke wandeling eene der
schilderachtigste is die ik keil. Halfweg ziet men ter zijde van den
weg een reusachtig kruis, opgerigt op een heuveltje en omringd
door een ouden steenen muur. lteeds op een afstand zag ik een
groep landlieden, die van Marquise kwamen, en allen voor het
kruis lagen geknield. Ik giste dat zij baden voor hunne zonen en
broeders, die aan hun vreedzaam dorp waren ontrukt om deel aan
den vernielenden oorlog te nemen. Een weinig ter zijde lag eene
Prijs der AdrertentiënVai 14 regels 60 cent
elke regel meer 15 eent.
Groote letters of vignetten worden neer plaatsruimte berekend
nieuwe telegrafische verbinding met de Oude Wereld. Het
plan wordt vermeld tot het leggen van een nieuwen kabel
tusschen New-York en een Nederlandsche haven, met het
oog op eene aansluiting met de over Denemarken loopende
telegraaflijnen naar Rusland.
Over Londen wordt uit Berlijn berigt, dat de door het
Luxemburgsche gouvernement gegeven ophelderingen het
gevaar voor een conflict hebben doen verdwijnen. Uit
Florence verzekert men, dat thans definitief tot het houden
eener conferentie ter zake van het Russisch-Turksch conflict
is besloten en dat die bijeenkomst der gemagtigden te Londen
zal plaaats hebben. Een berigt uit Munchen deelt mede,
dat de gezamenlijke vorsten en vrije steden van Duitschland
zijn toegetreden tot de voorstellen, die van den Koning van
Beijeren zijn uitgegaan en ten doel hebben de verheffing
van Koning Wilhelm tot Keizer. Volgens eene mede-
deeling uit Havre trekken aanzienlijke Duitsche strijdkrachten
in den omtrek dier stad te zamen en zal bij Yvetot een
geretrancheerd kamp worden opgerigt.
Het koloniaal stoomvaartuig Argus is den 18 dezer te
Aden aangekomen. Aan boord was alles wel.
Even als het vorige jaar zal op den avond van den
2den Kersdag in de Nieuwe Kerk van de Herv. gemeente
alhier eene openbare les plaats hebben voor de leerlingen
der Zondagschool. Door het zingen van schoone zang
stukjes zullen onderwijs en toespraak worden afgewisseld.
Op Donderdag 22 dezer zal eene zonsverduistering
plaats hebben, die voor Zuid-Europa en Noord-Afrika
totaal, doch ook bij ons zigtbaar zal zijn. Het begin der
verduistering is des voormiddags 11 u. 35 inin., het midden
ten 12 u. 51 min. en het einde 's namiddags 2 u. 7 min.
Aan mr. L. J. Bouricius is, op zijn daartoe gedaan
verzoek, eervol ontslag verleend als plaatsvervangend kanton-
regter alhier.
De stoomboot Rhöne van de Koninklijke Stoomboot-
reederij is in de Middellandsche Zee totaal verongelukt;
alléén de tweede stuurman is gered.
Met ingang van 1 Jan. a. s. zijn o. a. tot klerk bij
den rijkstelegraaf benoemd de jongelingen E. Windt, te
St. Maartensbrug en F. A. Weehuizen, te Alkmaar.
Bedankt voor het beroep naar de Christ. Geref.
Gemeente te Beetgum door ds. D. J. te Grootenhuis, te
Haarlem.
Volgens het Dagblad, zou thans de heer Thorbecke
met de vorming van een ministerie belast worden.
Door de Nederl. Handelmaatschappij is voor Am
sterdam bevracht het schip Australië.
oude vrouw van 90 jaren op de knieën en naast haar, en haar
steunende een jong meisje van engelachtige schoonheid. Beiden
baden met innigen vroomheid en vurigen ijver. Dit tooneel trof
mij zoodanig, dat ik een boer aansprak, die juist opstond en zijn
weg naar Calais vervolgde.
Zonder moeite geraakte ik met hem in gesprek, en vernam van
hem, dat de oude vrouw de over-grootmoeder van het meisje was,
welks eenige broeder dadelijk in de eerste week van het uitbreken
van den oorlog naar het leger had moeten vertrekken. Sedert
dien droevigen dag hadden de beiden vrouwen, hoe ook het weder
was, niet verzuimd om eiken morgen voor het kruis te komen
bidden en van den hemel de behoudene terugkomst van den jongen
soldaat af te smeeken. En iederen dag gingen zij op den weg
den brievenbesteller te gemoet, om een brief te ontvangen ,die
nooit komen zal. Want veertien dagen na den eersten veldslag,
had men te Marquise een brief gekregen van een der kameraden
van den armen jongeling, en alle bewoners van het dorp, behalve
de beide vrouwen wisten dat hij in den strijd was gesneuveld.
Niemand had echter den moed om de waarheid te zeggen aan
haar, die voortgaan met hare gebeden ten hemel te zenden voor
de terugkomst van den afwezige.
Omtrent de ontvangst der luchtreizigers Rolier en Desohamps te
Drammen en Christiania, van wier wedervaren we in ons vorig
nummer een verhaal leverden, wordt aan het Noorsche Morgenblad
van 2 Dec. het volgende ontleend:
„Drammens Tidende" schrijft van den 29 Nov., dat de Fransche
ballonreizigers met het spoor aldaar 's avonds 8 uur aankwamen
en aan het station ontvangen werden door eenige van de leden
van het feestcomité en eene groote menschenmassa, die de vreemde
lingen verwelkomden met een „vive la France!" en een hoera, zoo
als men maar zelden hier hoort. De reizigers namen hun intrek
in het hotel Kong Karl, waar voor hen kamers waren gereed gemaakt.
In de sociëteit St. Olaf en in de aangrenzende kamers van het
hotel Kjosterud hadden eenige heeren, die de feestcommissie vorm
den, een groot algemeen feest voor de vreemde gasten gearrangeerd,
die 's avonds 9 uur aldaar aankwamen en, na alvorens voorgesteld
te zijn, dadelijk in de eetzaal werden geleid, waarvan de eindmuur
versierd was met de Fransche driekleur, omringd door Noorsche
en Zweedsche vlaggen. Nadat men de goede geregten een tijd