1871. N°. 3. Vrijdag 6 Januarij. 29 Jaargang. Uitgever Bureau: A. A. BAKKER Cz. BINNENLAND. HELOËRSCliE EiV NIEUWEDIEPER COURANT. „Wij huldigen het goede." Verschijnt Dingsdag-, Donderdag- en Zaturdag namiddag. Abonnementsprijs per kwartaal- 1.30. n franco per post - 1.65. MOLENPLEIN, IV°. 163. Prijs der Advertentiën: Van 14 [regels 60 cent, elke regel meer 15 cent. Groote letters of vignetten worden naar plaatsruimte berekend. Woensdag: den 11 Jan. vertrekt van hier de Oost Indische mail via Triest, per eersten trein. Vrijdag: den 13 Jan. vertrekt van hier de Oost- Indische mail via Brindisi, per eersten trein. Kondag: den 15 Jan. vertrekt van hier de West- Indisehe mail over Southampton, per laatsten trein. HELDER en NIEUWEDIEP, 5 Januarij. Het staatkundig nieuws van ons vaderland is vervat in de mededeeling omtrent de" optreding van een nieuw ministerie, het derde ministerie-Thorbecke. Deze grijze staatsman heeft zich, ter liefde van zijn vaderland en uit getrouwheid aan de beginselen, die hij levenslang heeft omhelsd en beleden, ondanks zijn lioogen leeftijd, laten vinden om weder zitting te nemen aan de groene tafel. Aan den zoolang slepend gehouden crisis is dus een einde gekomen. - In liet belang des iands werd daarnaar reik halzend uitgezien. Alleen de minister Brocx heeft zijne portefeuille behouden, terwijl de heer van Bosse van het departement van Financiën naar dat van Koloniën ver huisd is. Het houden der conferentie te Londen ter zake van de Zwarte Zee-kwestie is thans op handen. Men wacht alleen nog op de aankomst van een Fransch afge vaardigde. In Rusland is de nationale partij niet bijzonder ingenomen met de houding, door het kabinet van St. Petersburg te dezer zake aangenomen. Die partij had gewild, dat de regering niet ware toegetreden tot het voorstel om de zaak op eene conferentie af te doen. Wat in Rusland geen alledaagsch feit kan genoemd worden: er zijn zelfs adressen aan de regering gerigt, houdende aan drang om alsnog te weigeren aan zoodanige conferentie deel te nemen en aan hare uitspraak zich te onderwerpen. Zelfs had men geldsommen, en niet onbelangrijke ook, dei- regering aangeboden, opdat zij krachtdadige maatregelen zou nemen ter verzekering van llusland's onafhankelijkheid in de Zwarte Zee. De keizerlijke regering heeft echter duidelijk doen uitkomen, dat zij vrede wenscht en niet aan den leiband wil gaan der partij, die de Oostersche De overwinningen in den Mont-Cenis. (Overgenomen uit de Volkszeitung Het jaar eindigt ditmaal bloedig, en strooit zaden uit voor het volgende tiental jaren aan welke wij niet zonder huiveren kunnen denken Zij mogen juichen, de vereerders van conflictenZij mogen glimlagchen wanneer men spreekt van grondwet, van wet, van Europeesch staatsregt; Wij dragen ons leed in het bewustzijn, dat de tijd spoedig zal komen, waarop de geest der waarheid weder meester wordt over den geest van het verderf, en de overtuiging weder in het hart van het denkende volk veld wint, dat de ellende der menschheid in het beheerschen der menschen, dat hare welvaart in het beheerschen der natuurkrachten ligt. Daarom mogen wij een woord van tevredenheid niet onder drukken, nu te midden van een bloedig tijdperk, een werk, dat het uitvloeisel is van eene overwinning van het hoogere verstand, wordt voltooid. Wij bedoelen de overwinning op den rotswand van den Mont-Cenis, de overwinning der menschelijke denkkracht over de in schijn almagtige natuur, de overwinning die tusschen het bloedende Frankrijk en het worstelende Italië een tunnelweg heeft gebaand door rotsen, die tot nogtoe een eeuwige eclieidsmuur geleken tusschen volk en volk. De tunnel door den Mont-Cenis is voltooid. Een rotswand van bijna twee Duitsche mijlen dikte is doorboord. Een overwinning is behaald, die de menschheid tot zegen zal strekken, want het gelukken van dit reuzenwerk zal nieuwe ondernemingen aansporen en eens helderder in de geschiedenis van de menschheid en hare vrije ontwikkeling schitteren dan ,de slagen, die bloed en lijken, verwoeste dorpen en ellende achterlaten. Wij willen in het kort het groote werk aan onze lezers voor stellen. Het plan werd reeds in het jaar 1856 ontworpen. Maar er waren voorbereidende werkzaamheden noodig, die eerst in 1862 toelieten dat krachtig de hand aan het werk werd geslagen. Deze toebereidselen waren even moeijelijk als het plan grootsch was. Vooreerst moest men naauwkeurig de rigting bepalen, in welke de boring zou plaats hebben, opdat men aan beide zijden van het gebergte zou kunnen beginnen en toch verzekerd zou wezen, dat heide tunnels in één punt zamenkwamen. Men moest tot dat doel een punt boven op dat gebergte zoeken en daar een voorwerp oprigten, dat van beide eindpunten uit kon worden gezien. Zulk een punt was echter op den Mont-Cenis niet te vinden. Eene geheele rij van signalen moest dus worden opgerigt en de regte v - ''"de geprojecteerde uitgangspunten van den tunnel treft, bij gedeelten opgezocht worden. Buitendien moest naauw keurig bepaald worden hoeveel het onderscheid in hoogte bedroeg der verschillende signaalpunten, opdat de tunnel niet aan de eene kwestie tot eene beslissing wil brengen, des noods door kracht van wapenen. In Oostenrijk houdt de ministeriëele crisis nog steeds aan, zijn bestaan reeds negen weken voortslepende. Er schijnt ook nog maar heel weinig uitzigt te bestaan op een spoedig einde, want men hoort er nog niet eens van eenige aanduiding van personen. Graaf Otto von Bismarck heeft zich dezer dagen hij vernieuwing doen kennen als een man, die gewoon is zaken vlug af te doen en rijzende kwestiën te vereffenen. De Prnissen hebben voor eenige dagen Engelsche handels vaartuigen op de Seine in den grond geboord. Graaf Otto heeft zich met den meesteïi spoed tot de Engelsche regering gewend, zijn leedwezen betuigd over het gebeurde en de belofte afgelegd de zaak onmiddelijk te onderzoeken. De eisch tot schadeloosstelling, door Engeland gedaan, wordt door hem allezins regtvaardig geacht. Men moet waarlijk toestemmen, de Pruissische regering maakt het jegens andere regeringen wel eens wat lastig met hare klagten en bezwaren, maar zelve aarzelt zij niet, waar schuld bestaat, die te erkennen en voldoening te verschaffen. In Engeland is men in de laatste dagen druk bezig met het bespreken van oorlogsaangelegenheden. Onderscheidene organen komen met groote woorden voor den dag tegen het bewind, dat zij beschuldigen van te veel naar den ouden sleur de zaken af te doen. De organisatie van het leger wordt sterk gegispt. Met het oog op den slechten staat van het krijgswezen, zegt men, is Engeland wel gedwongen lijdelijk toe te zien wat er in Europa gebeurt en hoe men Engeland durft beleedigen. Zoodoende, beweert men, moet Engeland berusten in de Luxemburgsche ver wikkelingen, in Rusland's aanmatiging, kortom, zoodoende wordt Engeland op eene rij met Nederland geplaatst en eene mogendheid van den tweeden rang. Morgen, Vrijdag 6 dezer, des avonds tusschen 8 en 11 ure, zal men bij helder weder natuurlijk de eenige maans verduistering kunnen waarnemen, die in dit jaar in Europa zigtbaar is. Tegen 10 ure bereikt de verduistering haar toppunt en is van de maan door de schaduw der aarde bedekt. Van onderscheidene zijden wordt ons gevraagd, of de briefkaarten in de bussen voor de gewone brieven dan zijde hooger geboord werd dan aan de andere. Eene onnauwkeurig heid der meetinstrumenten die de boringen aan beide zijden ook slechts een haar breed van de regte lijn, hetzij in de hoogte, hetzij zijwaarts liet afwijken, moest tot resultaat hebben, dat beide tunnels elkaar niet ontmoetten, maar op verren afstand elkaar passeerden. Na moeitevolle naauwkeurige toebereidselen gelukte het door metingen, die een jaar lang werden voortgezet, de gezochte lijn vast te stellen en bleek, dat de lengte van den tunnel door de rotsen 12,220 meter (ongeveer 1-J Duitsche mijl) bedraagt, en het punt waar de tunnel aan de Italiaansche zijde begint, ongeveer 780 voet hooger ligt dan dat aan de Eransche zijde. Het eenvoudigst zou nu geweest zijn den tunnel in regte lijn van het Fransehe naar het Italiaansche eindpunt opstijgende te houwen, daar echter het werk van beide zijden tegelijk werd begonnen, moest men er op bedacht zijn ook aan de Italiaansche zijde het water dat bij de boring werd gebruikt en waarop men ook in het binnenste van den berg- kon stooten, gelegenheid te geven om af te vloeijen. Men kwam dus overeen den tunnel in het midden zoo hoog te leggen, dat hij naar beide zijden afdaalde. Dat de kleine bergdorpjes aan beide zijden van den te beginnen houw in uitgestrekte werkplaatsen moesten worden vervormd, zullen zich de lezers wel kunnen voorstellen. Wij gaan de beschrijving der voorloopige werkzaamheden, die noodig waren om te midden dezer Alpenwoestenij een zetel der beschaving te maken stilzwijgend voorbij. Wij willen slechts de boormachine beschrijven, daar deze een grooten vooruitgang aantoont op het punt van den bouw der machines. Het denkbeeld, een gang van bijna twee Duitsche mijlen door den rotswand te boren, hing af van de grootsche vraag of het mogelijk was aan beide zijden van de geprojecteerden tunnel een machine op te rigten welker kracht kan,worden voortgeleid, opdat zij ook werke wanneer de plaats waar zij moet worden gebezigd, zich steeds verder van het punt waar zij wordt opgewekt, verwijdert. De machine aan het eindpunt moest een drijfkracht bezitten, die nog uitwerking doet wanneer de boor het middelpunt van den tunnel naderbij komt; m. a. w. men moest een drijfkracht hebben die een boormachine aan het werk zet, welke moet arbeiden ook wanneer zij een Duitsche mijl verwijderd van de kracht die haar in beweging brengt, midden in het rotsgebergte zit. Stoom in pijpen zoo ver te leiden, is onmogelijk omdat deze op eenigen afstand van den ketel afkoelt en weer in water over gaat. Een stoommachine in den tunnel mee te voeren was ondoenlijk omdat rook en damp binnen een ruimte, die zoo ver van de open lucht is verwijderd, de werklieden zouden verstikken. Door rader werk en kettingen op zulk een grooten afstand te willen werken is een denkbeeld dat slechts onkundigen kunnen voeden, die zich geen begrip kunnen vormen van de belemmeringen der wrijving, welke altijd ontstaat wanneer men een kracht op zekeren afstand wil laten werken. Water in een kanaal tot zulk een verren afstand te leiden om daarmede op de plaats zelve de stoommachine te wel in die voor drukwerken gestoken moeten worden. In antwoord hierop zij gezegd, dat ze in de bussen voor de brieven moeten worden geworpen. (D. v. Zdh.) Jl. Zondag namiddag ten 1 ure heeft de gebruikelijke receptie ter gelegenheid van het Nieuwejaar ten Ilove plaats gehad. Het groote bal, dat op 2 Januarij van ieder jaar door Z. M. den Koning gegeven wordt en waarmede de reeks van hofbals wordt geopend, zal dit jaar, wegens den hof rouw, niet plaats hebben. Aan de hevolkings-statistiek der gemeente Wieringen ontleenen wij de navolgende opgaven De bevolking van deze gemeente bedroeg op 31 Dec. 1869 1130 mannen, 1005 vrouwen; te zamen 2135 per sonen. Er zijn in 1870 geboren 40 jongens, 39 meisjes, te zamen 79. Overleden 16 personen van bet mannelijk geslacht, 23 van bet vrouwelijk, te zamen 39. In de gemeente hebben zich gevestigd 8 mannen en 10 vrouwen, te zamen 18 personen. Vertrokken naar elders zijn 14 mannen, 12 vrouwen, te zamen 26. De bevolking is dus in 1870 vermeerderd met 18 personen van bet mannelijk- en 14 van het vrouwelijk geslacht, te zamen 32 personen, en bedroeg derhalve op 31 Dec. jl. 1148 mannen, 1019 vrouwen, te zamen 2167 zielen. Het aantal huwelijken gedurende dat jaar was 14, waarvan 12 tusschen jongmans en jonge dochters, 1 tusschen een jongman en een weduwe en 1 tusschen een weduwnaar en een jongedochter. Voor een vrij talrijk gehoor hield jl. Dingsdag de heer F. Haverschmidt, van Schiedam, in de zaal van den heer Knikker, te Schagen, de aangekondigde voordragt. Een der hoorders zegt o. a. van het door den heer H. geleverde,/Ik kan er niet van zwijgen, omdat mijn gemoed te vol is. Wanneer iemand slechts enkele snaren van het gemoed in trilling brengt, dan is dat wat andersmaal ais hij zoo uw geheele gemoed in beslag neemt, u voor het kwaad doet sidderen, u van bewondering voor de deugd doet verstommen, u met dweepzucht vervult vooral wat lief en goed is, ja, u bijna zou doen nederknielen, wanneer hij den liefderijken God noemt en u zoo innig doet gevoelen, wat zijne dienst eigenlijk is; zie, dan kan ik niet zwijgen. Ik begin dan te denken aan P. Paaltjens; hét is haast of ik zijne humoritische dichtstukken lees.» drijven, liet zich eerder denken, wanneer men slechts de daartoe benoodigde groote watermassa van een buitengewone hoogte in en uit den tunnel kon brengen, zonder groot verlies te leiden aan kracht tijd en geld. Men moest tot een ander middel zijn toevlugt nemen, tot de kracht vau zamengeperste lueht, die men zonder groot verlies in pijpen kan voortleiden en op zeer verren afstand kan laten werken. Werktuigen op te rigten, die aan den ingang der beide zijden van den tunnel de lucht in pijpen zamenpersen, en door die lucht op een afstand zoo groot als men maar wil de in de rotsen steeds verder vooruitdringende boormachine in beweging brengen, dat was de voornaamste taak, maar geenszins de moeijelijkste. De boormachine moet lange stalen bouten in de rots drijven, deze bij eiken slag doen draaijen en door middel van een waterstraal het verhitte uiterste eind van de bout afkoelen; de machine moest steeds verder vooruitgaan in den tunnel, zij moest zeker en snel werken opdat men in de geboorde gaten kruid kou doen, dat, aangestoken, de geheele rotsmassa doet springen zulk eene machine zamen te stellen en tot den gewenschten graad van volle digheid te brengen dat is het werk dat aan den Mont-Cenis is gelukt en waarvan men liet heeft te danken dat onze tijd werken voltooid die in oude tijden als avontuurlijke sprookjes zouden zijn beschouwd. De zamengeperste lucht verrigt echter nog een gewigtig werk, zij verdrijft den kruiddamp, zuivert den tunnel en voorziet hem van frissclie lueht opdat de boormachine op nieuw kan beginnen te werken. De boring van dezen 12,220 meter langen tunnel vorderde aan vankelijk slechts langzaam en eerst toen de boormachine werd volmaakt ging zij spoediger in haar werk. Belangwekkend is het te zien, hoe niettegenstaande de toenemende diepte elk jaar spoediger werd gewerkt. Sedert de invoering der boormachine met zamen geperste lueht, toen reeds 1553 meter waren geboord zijn de resultaten als volgt geweest: 1862 643 meter, 1863 802 m. 1S64 1087 m. 1865 1223 m. 1866 1024 m. 1867 1512 m. De vorderingen op de noordzijde waren vergeleken bij die aan de zuidzijde een goed jaar ten achteren, wat door het oponthoud dat een laag kwarts daar veroorzaakte, en uit het latere begin der mechanische boring is te verklaren. Toch was in 1867 de jaar- lijksehe vooruitgang reeds tot 1512 meter gestegen, en daar in 1868 slechts 4151 meter overbleven te boren, berekende men vooruit dat het reuzenwerk omstreeks het einde van 1870 voltooid zou zijn. Het groote werk is volbragt. De tijd is niet gunstig voor een plegtig feest, dat niet alleen in Frankrijk en Italië, maar in de geheele menschheid, die den waren vooruitgang der beschaving huldigt, moest worden gevierd. Mogen ten minste de denkende geesten er den stillen troost in vinden, dat in de tijden van gewelddadige vernieling en verwoesting toch de edele scheppende kracht des geestes een duurzame en zegenrijke overwinning heeft behaald. (Het Noorden.)

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Heldersche en Nieuwedieper Courant | 1871 | | pagina 1