STATEX-GEXERAAL Benoemingen, enz. Departement df.u Marine in Oost-Iniuë. Door den vice- adm., adj. des Konings in buitengew. dienst, komm. der zeemagt en chef van het depart. der marine aldaar, is benoemdbij de dienst der gonv.-marine, tot 3den stuurmande eervol uit Zr. Ms. dienst ontslagen 3de stuurman II. C. van Stuyvenberg; ont heven: op verzoek, eervol, van de waarneming der betrekking van 2den gezagvoerder bij de dienst der kustverlichting in Ncd.-lndië K. Laros; belast: met dc waarneming der betrekking van 2den gezagvoerder bij de dienst der kustverlichting aan boord van het lichtschip in de Lucipara-passage (straat Banka) B. P. Bos„ thans 2de stuurman ter koopvaardij; verleend: een tweejarig verlof naar Nederland, wegens ziekte, aan den kominandenr bij het vak van scheepsbouw aan het marine-etablissement te Soerabaija G. Landzaat. R LITE X L A k Bij den landbouwer G. M. de Jong, te Dantumawoude, is een lam geboren met drie bekken, één op de gewone plaats, de twee andere, die wat kleiner waren, iets lager onder den hals, allen van tanden voorzien; overigens was het welgeschapen en springlevend, 't Schijnt echter, dat dit wonderdier niet heeft kunnen drinken, daar het reeds denzelfden dag is gestorven. Mejufvrouw A. Jacobs van Sappemeer, in het bezit eener akte als apothekers-leerling, zal op de hoogeschool te Groningen zich op de studie der geneeskunde gaan toe leggen. Daartoe heeft zij dispensatie van het admissie- examen gevraagd, welke haar door den minister zal worden toegestaan. Moge haar voorbeeld onder de dames na volging vinden! Te Meppel zijn per spoor een aantal Duitsche koop lieden gearriveerd, tot het opkoopen van rundvee, meest kalfde- en melkkoeijen tegen dadelijke leverantie en stevigen prijs. Voor kalveren wordt 165 a, 210 besteed, melk koeijen gelden 150 a 200. Ook veevoeder, voornamelijk geperst hooi, is van hunne gading; voor de 500 kilo's betaalt men van 19 a 30. Het wintergraan heeft te Smilde door de aanhoudende strenge vorst veel geledenverscheidene akkers worden op nieuw omgeploegd en met zomervruchten bezaaid. De gezondheidstoestand van het vee is voldoende. Aan hooi bestaat daar veel behoeftede prijzen zijn buitengewoon hoog; men besteedt van 20 tot en met 30 per 500 kilo's naar kwaliteit. De wei- en hooilanden hebben nog een dor aanzien, vóór Mei zal de landman zijn vee wel niet in de weide kunnen zenden. Met het poten der aardappelen is men druk bezig. Het turfgraven is in vollen gang, een en ander geeft daar veel vertier. Heilbot. De naam heilbot schijnt zooveel te moeten beteekenen als heilige bot; althans bij de Engel- schen heet hij „holybut" of ook „helbut", terwijl de Zweden hem „halgflundra'' en de Denen hem „helleflnnder noemen. Het vleesch dezer monsterachtige dieren, die zoo groot zijn dat ze soms een groote bot geheel kunnen bedekken, is bijzonder vet, en wordt daarom dan ook meestal in stukken gesneden en in het zout gelegd. In Duitschland geldt de kop bij voorname lieden voor eene lekkernij, terwijl anderen weder als eene delicatesse de raf en de rekel noemen. De eerste snijdt men van de vette vinnen en de laatste van het vleesch, hetwelk dan in het zout gelegd en heinde en ver verzonden wordt. Vooral de Franschen schijnen er eerste liefhebbers van te zijn; en men zegt dan ook dat zij, toen zij begonnen zijn onder Terrenetive heilbotten te vangen, die zij „flaitans» noemen, het in de kunst om raf en rekel te maken, zeer ver gebragt hebben. Het vangen van heilbotten wordt doorgaans slechts tot aan St. Jan voortgezet, omdat het warme jaargetijde dezen visch wegens de groote vetheid zeer spoedig doet bederven. Iterate Hamer. Zitting van Zalurdag 1 April. Al de heden aan de orde gestelde wetsontwerpen, waaronder de begrootingen voor Suriname en Curayao zijn aangenomen. De 1ste luit. Plantenga, adjudant bij het 3de batt. 7de rcg, infanterie alhier, wordt overgeplaatst als luit.-instructeur naar de Militaire Academie te Breda, en wordt vervangen door den Isten luit. Halderict van genoemd bataillon infanterie. wageii der Bomeinsche Keizers, zat een man in phantastisch kostuum, van wiens hoofd lang, wit haar golfde, terwijl zijn baard tot aan zijn van goud en edelgesteenten schitterenden gordel afhing. Vier schoone, bontgekleede Cireassierinnen zonder maskers rolden den wagen door de zaal voort. In het midden van de zaal, juist voor de zitplaats der vorsten, hielden zij op en voerden op den wenk huns meesters bekoorlijke dansen uit. Twee andere Cireassierinnen, die achter op den wagen stonden, speelden op cithers. Het was een verbazingwekkend schouwspel en vol ver wondering verstomden degenen die het zagen en luisterden inge spannen naar de liefelijke muziek. Toen de muziek ophield en de dans geëindigd was, toen verhief Keizer Alexander zich op de estrade en toonde door een luid bravo en handgeklap zijn ingenomenheid en nu volgde het geheele gezelschap zijn voorbeeld. Men vroeg elkaar, wie toch wel die wonderlijke oude man zon jtijn. Een vorst is het niet, want ziet, de vorsten hebben zich allen op de estrade verzameld. Misschien is het een vreemde vorst, die onverwacht hier gekomen is. Wie kan hij zijn? Van waar komt hij? Wie zijn toch deze mooije Cireassierinnen, van wier bestaan men tot nog toe niets wist? Zelfs de vorsten waren nieuwsgierig, want toen zij, zoodra de eerste dansen afgeloopen waren, van de estrade neerdaalden en zich onder het woelende gezelschap mengden, vroegen zij hier en daar: Wie is hij? en toen niemand antwoord gaf, glimlachte Keizer Alexander, die juist aan den arm van den Koning van Pruissen aankwam wandelen. Ik zal het u zeggenhet is de oude van den berg, die uit zijn slot op den Libanon tot ons is afgedaald, om ons hier door den glans van zijn pracht te verblinden. Eu nu liep het gerucht als een vuur door de zaalhet is de oude van den berg Libanon. Nu, wij zullen te middernacht zien, wie zich onder dit masker verbergt, zeide lagchend Koning Max van Beijereu. Ik zal hem in het oog houden, het is spoedig middernacht en dan zullen wij weten wie hij is. En, terwijl Koningen en Prinsen hem volgden, vervolgde de oude van tien berg zijn weg door de zaal. Plotseling schetterden pauken en trompetten door de zalen. Het jaar 1815 is begonnen. Allen verdringen zich naar de greote zaal, waar Keizers en Koningen zich vereenigd hebben om de gelukwenschen van de aanwezigen te ontvangen. Maar om bij hen te komen, moet men zich ontmaskeren en alle maskers nam men dan ook af.... Gravin Esterhazy was de eerste, die den Keizer naderdeluide wenschte zij hem geluk met het nieuwe jaar en smeekte uit De luit. ter zee 1ste kl. P. J. Kosenwald is benoemd tot ridder der orde van den Nederlandschen Leeuw. De luit. ter zee 2de kl. J. C. A. Wissel, dienende op het schroefstoomschip Kijkduin, en de adelborst 1ste kl. G. Moerlant, dienende op het schroefstoomschip Vice-Admiraal Koopman, worden respectivelijk met den 10 en 5 dezer op non-activiteit gesteld. Met den 11 dezer worden "geplaatstop de Kijkduin de luit. ter zee 2de kl. M. E. Keeringh, cn op het wachtschip te Amsterdam de luit. ter zee 2de kl. J. H. Beucker Andreae. De adelborst 1ste kl. C N. A. de Groot Stiffry wordt niet den 11 dezer geplaatst op het wachtschip te Willemsoord. De klerk bij de directie der marine te Amsterdam S. A. Verniers van der Loeff is, op zijn verzoek, met den 31 Maart jl. eervol uit 's Kijks dienst ontslagen, en tot klerk bij die directie is benoemd de klerk bij den commissaris der loodsen te Vlissingen T. Q. Harder. Tot notaris in het arrondissement Haarlem, standplaats Velsen, is benoemd de heer W. Boerlage, thans notaris te Leimuiden. Door den directeur van onderwijs, enz. in Nederl. Oost-Indië is benoemd tot hulponderwijzer aan de openbare school te Serang (residentie Bantam) de heer G. Lavell. F r a n k r ij k. Naar aanleiding van de redevoering van den heer Thiers in de Nationale Vergadering van Maandag 11. waarin hij zoowel aan de regter- als aan de linkerzijde de vervulling harer wenschen beloofde, en do stelling ver kondigde, dat de oplossing der moeijelijkhcden zou zijn ten voordeele van de wijste partij, schrijft Ernest Blum, in de Rappel het volgende: Het is mogelijk, dat de heer Thiers even als de hel met goede voornemens is geplaveid, maar men moet tevens bekennen, dat hij eene manier van regeren heeft, die aan de schoone dagen der geilustreerde raadsels doet denken. Nooit is een Sphynx zoo naauwgezet raadselachtig geweest, en zoo Oedipus door het hoofd van het uitvoerend bewind word aangehouden oin de politieke raadsels op te lossen, die de kleine man aan de Nationale Vergadering opgeeft, hij zou het opgeven, om den verborgen zin te ontvouwen. De redevoeringen, die de heer Thiers thans houdt, kunnen wedijveren met de taal der Faraös op de obelisk van Luxor. Mijne heeren, zegt de door luchtige staatsman, het oogenblik is gekomen om rondborstig n mijne meening kenbaar te maken. Bewijst mij daarom de eer, en luister aandachtig naar hetgeen volgen zal: Mijn eerste is een eekhorentje dat op zijn staart loopt; mijn tweede is een spiegelkast met slechts vier laden; mijn derde is een kousenband van caontchou, die de aria la reine Hortense zingt, en het geheel is mevrouw uwe moeder. En thans, mijne heeren, na deze loyale verklaring, na deze woorden, die, ik durf het met trotschheid zeggen, eene opregtheid ademen, zooals alleen in de borst van een braaf man kan wonen, voeg ik er bijHet dier heeft drie pooten. Men ontmoet het dikwijls op vliegers, en in het stoe met i jati' bata gevolg van petroleumlampen. Het drinkt gaarne uit. rieten beker, en eet slechts snijboonen, die het er opg„ *- hebben niet gaar te worden. Het vreest in den zomers koude, en voor warmte in den winter. Het is zachtaai» als een houten paard, en men kan het de gewigtig geheimen toevertrouwen. Over het algemeen gelooft j aan de deugd der vrouwen, maar gij moet het niet i eten vragen, daar het de malle gewoonte heeft om soep met verrekijkers te eten, en de salade met stijfsel nuttigen. Ziedaar mijne heeren, kort, bondig en duM00^ mijn gevoelen over het punt in kwestie, dat u verdej*vel, maakt. Ik hoop, dat na deze mijne openhartige verklari na deze openlijke toelichting, na deze ontvouwing van 1 r"! gewigtig geheim wij voortaan één zullen zijn, verbod door dezelfde gedachte en door hetzelfde doel, het k van den heer Jules Favre en den roem van den Ik 'ff Ernest Picard. ,ta' bliek In de dagbladen van Limoges leest men een bii roor van den heer Louis Blanc aan een zijner vrienden, wan tolgi de volgende woorden voorkomen: gis „De toestand alhier (te Parijs), gij weet het, is vi schrikkelijk. De provinciën en Parijs de provincii mva zooals die door de meerderheid in de Nationale Vergal Je i ring vertegenwoordigd zijn, en het Parijs dat in opsta porie is gekomen zijn door een afgrond van elkaar gescheidi Bgêi Hoe zal die gedempt worden? Beklaag mij en diegei (ortl onzer vrienden, welke, even als ik, het heil van Frankr poor alleen zien in eene gematigde staatkunde. Maar de zeg 1871 praal van deze schijnt, helaas! met eiken dag al minsLp waarschijnlijk te worden! kamt naam van Europa, dat de vrede onder de vorsten bewaard zou blijven. Glimlagchend boog de Keizer zich tot haar en met luider stem, opdat iedereen liet hooien zou, antwoordde hij Het zal in Europa vrede blijven Keizer Alexander heeft het beloofd, Keizer Frans heelt hem omhelsd en zeide dat ook hij niets vuriger begeerde dan de vrede voor Europa. En toen deze gelukkige verzekering vernomen was, keerde de algemeene nieuwsgierigheid zich weer tot den oude van den berg, die nu zich baan maakte, om op de vorsten te kunnen toetreden. Toen hij zijn masker afnam, zag ieder een vreemd gelaat. En ietier vroeg zijnen buurmankent gij dezen man Maar allen schudden het hoofd. Twee Russische graven alleen glimlachten en snelden naar Keizer Alexander, om hem iets toe te fluisteren. De Keizer glimlachte en wenkte den „oude van den berg» om, gevolgd door de Cireassierinnen, naar hem toe te komen. Gij zijt immers sir Thomas Raily, niet waar? vroeg de Keizer hem op vriendelijken, innemeuden toon Hij boog diep. Sire, ik ben op dit oogenblik slechts de lijfeigene van den Keizer van Rusland. Alexander glimlachte. En gij hebt u toch zooveel moeite gegeven om lijfeigenen vrij te maken? Ik heb van u gehoord, Thomas Raily, men heeft tnij van uwe avonturen te Moskau verteld. Gij hebt u daar zeer goed gedragengij hebt der lijfeigenschap, een slechte instelling, die ik nog niet uit Rusland heb kunnen ver bannen, een ziel ontnomen. Ik dank er u voor! Hij knikte vriendelijk en keerde zich daarop tot den Koning van Pruissen om hem het te Moskau voorgevallene te vertellen. En toen riep ook de Koning van Pruissen sir Thomas Raily tot zich, wisselde eenige vriendelijke woorden met hem en bedankte hem luide. En ditik dank u, van den Keizer Alexander en het genadige knikje vau den Koning van Pruissen was door alle omstanders opgemerkt en sir Thomas Raily was nu de meest gezochte persooH in de zalen van den keizerlijken burg. Ieder was nieuwsgierig wat hij toch gedaan moest hebben, om van den kant van vorsten zooveel vriendschap te ontvangen. De Russische heeren vertelden het spel, dal hij in Moskau gespeeld had en als een vuur ging het van mond tot mond het is de groote speler Thomas Raily, de edelmoedige speler. De roem van den speler en van den millionair vervulde alle harten en blikken. Men vroeg van nu af niet moer, wie" is die man, als hij zich in 't een of ander gezelschap bewoog of in zijn prachtig rijtuig door de straten van Weenen holde. Thomas Raily's naam was gevestigd. Het paleis van den graaf von Rosenberg had hij gehuurd en liet met groote weelde laten inrigten. Daar kwam de adel van alle landen van Europa bijéén, om in vrolijke ongedwongenheid elkaêr te ontmoeten, de avonturen die men geluid had te vertellen en te spelen tot aan den morgen. Wordt vervolgd J Het Journal de Saöne-et-Loire meldt, dat den 26a 'aar Maart ook te Creuzot de commune geproclameerd is. 1 [endi roode vlag werd van het raadhuis uitgestoken. Wel hebk an8£ daarop de troepen de vlag weggehaaldmaar de oproi W lingen zijn ten slotte meester vau het terrein gebleven hebben andermaal de roode vlag op de door hen verlang plaats gebragt. De prefect van het departement k« (Ja zich nu naar Crenzot begeven, waarheen ook versterki Jaati van troepen is gezonden. loorn Men zal zich herinneren, dat in een telegram i P'01 Parijs is gemeld, dat Garibaldi benoemd is tot kommandi ®aa'> der nationale garde, en dat vervolgens berigt werd, data K' I zoon Menotti of Ricciotti te Parijs is gearriveerd, waar;!"1 benoemd is als chef van den staf. Intusschen was geent °P beide berigten waar. Ziehier hoe deze tijdingen ini aits'a wereld gekomen zijn. Het is de Temps dien wij lat spreken. jn Algemeen was men te Patijs van meening, datGaribii kommandant der nationale garde moest wezen. Zijne beni jes ming zou door allen met geestdrift begroet worden, ti j naijver zou voor zijn naam zwichten. Het comité besloot! |j„en den burger Ganfbon naar Caprera af te vaardigen, om dei m j uit te noodigen het kommandement over de garde opii Lgn te nemen. De burger Gambon vertrok, kwam in Corsk Lwo] maar werd te Bonifacio gearresteerd, zoodat hij zijne zend; wej niet kon volbrengen. Middelerwijl besloot het comité (waarom weet menni:'e[ffa een der zoons van Garibaldi tot kommandant te kieze L^, Het zou de oudste zijn. Op zekeren dag nu werd t Duitsi Italië berigt ontvangen, dat de zoon werkelijk Italië h Tersc| verlaten om zich naar Frankrijk te begeven en er zich de armen der revolutie te werpen. Groot was de vreuf in het revolutionaire kamp; maar de blijdschap daur niet langwant men ontving een brief waarin voor g» verklaard werd, dat noch Menotti, noch Ricciotti zich et j~ verkiezing bij de garde zou laten welgevallen. Den v« J» gcuden dag vernam men dat de zoon van Garibaldi, i uit Italië heette vertrokken te zijn, een valsche Garibi was, een armzalig sujet, die geen druppel bloed van kluizenaars familie in zijn aderen had, misschien een avo j turier vim de ergste soort. Wat nu te doen? Men wend zich op nieuw tot den vader; men, zond hem telegrami telegram; maar de telegraaf werkte slecht, of stond comité niet ten dienste, of de lijn ging niet door i Caprera. Er werden ook brieven aan Garibaldi gezoni prjns maar deze rankten zoek op de postkantoren. Ten eis j raad, vaardigde men een nieuwen gevolmagtigde afmt s[acj i ook deze werd gearresteerd. Het comité, door al teleurstellingen ontmoedigd, besloot nu Garibaldi los Joor latenmaar het had buiten den waard gerekend, de n£ |[jsscj onale gardes zwoeren hoog en laag, dat zij geen ander kommandant zouden kiezen dan Garibaldi, en dat, zoo door het comité gedwarsboomd werden in hunnen vurigs#j~ wensch, zij weten zouden wat hun te doen stond. De daf ,e e van het comité waren dan geteld. Het comité, op eigen levensbehoud bedacht, decreteer jl° hierop dat Garibaldi kommandant zou zijn van de garf 1 en dat besluit werd in elke zitting bevestigd, terwijl k sub comité, het voetspoor van den vader drukkende, inaj 'j laatste zitting ten overvloede plechtig heeft geproclamcel - dat Garibaldi onherroepelijk benoemd is tot opperbevelhebi j. 1 van de land- en zeemagt van Parijs en van Frankrijk! Intnsschen heeft Garibaldi thans in een der Italiaanss dagbladen iets van zich laten hooren. Hij antwoordt ti regtstreeks aan de mannen der commune, maar geeft t« tra genoeg te verstaan, dat hij voor hen Caprera niet denkt verlaten. de Ziethier op welke „plegtige" wijze de commune genoo Parijs is afgekondigd: Op het plein van het stadhuis ging het zeer leveni toe. De kanonnen stonden langs het trottoir van b stadhuis opgesteld; aan de zijde van de brug van Arco stonden de munitie-kisten. Er was een hooge estrade opgeslagen, waarvan de tf gang als het ware bedekt was door een kolossale W vlag; groote blaauwe gordijnen, die tot op den gW hingen, waren van den eenen naar den anderen paal gebragt. Achter de groote roode vlag prijkte een bus in pleister, de republiek voorstellende, omgeven door trophee van roode vlaggen. EtlM den »t, t Lal "arer Va dat z nisati besta; ïerdo

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Heldersche en Nieuwedieper Courant | 1871 | | pagina 2