1871. N°. 52. A .Zondag 30 April. 29 Jaargang. g HELDERSCHE X ESI MEI WERIEPER COURANT, „Wij huldigsn het goede." Verschijnt Dinqsdaq-, Dondekdao- en Zatueoao namiddag. Abonnementsprijs per kwartaalf 1.30. (l franco per post - 1.65. Zondag den 30 April vertrekt van hier dc West- Indische mail over Southarapton, per laatsten trein. Woensdag den 3 Mei vertrekt van hier de Oost-Indische innil via Triest, per eersten trein. Vrijdag den 3 Mei vertrekt van hier de Oost- Indische mail via Brindist, per trein van 6.S5 's av. BINNENLAND. HELDER en NIEUWEDIEP, 29 April. De gematigde partij in Spanje heeft dezer dagen blijk gegeven van bezield te zijn met warme vaderlandsliefde. Ofschoon verknocht aan de vorige dynastie, en tot aan de verheffing van Koning Amadeus ijverig in de weer om den Prins Asturië op den troon te verheffen, waarvan zijne moeder door den lang voorzienen opstand is verdreven, deze partij heeft zich nu ter wille van de goede zaak des lands, bij de troonsbestijging des Konings, door de wettige Cortes verkozen, nedergelegd en hem haren steun beloofd. De leden der bedoelde partij, tevens leden der volksver tegenwoordiging, schromen niet te verklaren, dat zij overeenstemmen met de door de meerderheid der Cortes afgelegde verklaring, dat elke vorst, die wettig door de vertegenwoordiging is gekozen, erkend moet worden. Zij geven deze loyale gezindheid in een openbaar gemaakt stuk te kennen, in de overtuiging, dat enkel door de eens gezindheid der partijen en door het wederkeerig brengen van offers op het altaar der individuele meening, de gevreesde rampen voor het land bespaard kunnen worden. De stoomsleepboot stad Amsterdam, kapt. Bakker, is gisteren namiddag van hier vertrokken, met bestemming naar Hellevoetsluis tot het afhalen en naar hier over brengen van den afgekeurden oorlogsbrik de Pijl, welk vaartuig aldaar is gekocht door den heer Nijkerk, te Amsterdam. KEI» I, ItXIW „TOT NUT VAN 'T ALGEMEEN." Er is een woord in onze taal gelijk in zoo menige andere dat, bij het eerste hooren, ons met de gedachte aan 's menschen natuur al het onaangename van een bloot passieven toestand voor den geest brengt; een woord, welks beteekenis overgebracht op ge schriften en redevoeringen, al wat eentonig, langwijiig of uitgerekt is ons herinnert; een woord, dat, toegepast op het samenzijn van menschen, onze verbeelding bezwaart met al hetgeen er aan geeuwerigheid en slaperigheid onnatuurlijks en onhebbelijks is op uren, die van middernacht nog verre liggen; een woord, dat een schrikbeeld mag heeten voor allen noesten vlijt, alle waardeering van den levenstijd, alle opgeruimdheid des geesteseen woord eindelijk, dat men de tweelingzuster van de ledigheid zou kunnen noemen. Dat woord is verveling. Acht gij T. haar een onderwerp, overrijk aan stof tot leering voor ieder en dus tot nut van 't alge meen: 't is juist die rijkdom hoe gewenscht ook anders welke het voor den spreker een weinigje vervelend maakt. Waar het begin gezocht, waar het einde gevondenHet meest voor de hand ligt misschien met het apg op onze samenkomst de toepassing op het houden van lezingen zelf. Bij de tegenwoordig in ons vaderland heerschende manie hiervoor is het dan ook zeker niet te veel van uwe verbeelding gevraagd, u voor te stellen dat Hendrik Sambetus eene star aan den letterkundigen hemel, van ik weet niet de hoeveelste grootte uit zijn Geldersch stadje E, waar hij renteniert, herwaarts kwam om op dezelfde wijze, in hetzelfde karakter en met hetzelfde stuk in uw midden op te treden, waar mede hij in zijn eigen departement onlangs opgetreden is. De man heeft reeds de vier kruisjes achter den rug en verdrijft wij dalen van het literair geflonker boven ons hoofd even op de aarde neer verdrijft sedert tien jaar, dat hij met het weeuwtje van eenen gepensioneerden Indischen officier gehuwd is, de doodelijke verveling, waaraan hij lijdt, voor een deel met het aanfokkeu van witte muizen en het timmeren van laddertjes, draaiende eylinder- tjes en ander muizenspeelwerk van sigarenkistjes en ijzerdraad. Langs de eene helft dezer laddertjes loopen die lieve diertjes vlug als water op en langs de andere helft loopen zij als water zoo vlug weer af. Uren kan Sambetus er naar zitten kijken, in zich zeiven denkende: «wat zijn ze toch vlug!" Zeker meer dan honderd gezinnen in het stedeke, waar het vischglas met watten, zemelen en het knagend gedierte met zijn eeuwig gedraai gewenscht of verwenscht is, al naar gelang door de jeugd of door de ouders de cadeau gekregen menagerie ter sprake wordt gebracht. Voorts doodt Sambetus den ledigen tijd in de lange winteravonden met het maken van pluksel en het lezen van een leuterlievend maandwerkjet Ook knutselt onze rentenier allerlei huishoudelijke kleinigheden geen gelukkiger tijd hiervoor, dan de zomermaanden, waarin de kostelijke YVestfaalschen van den zolder gehaald worden en de bezige echtgenoot, dagen aaneen met zijne egade'zoo'n hammetje oppeuzelende, middug op middag vrouwlief verrast behalve natuurlijk met zijn gezelschap met een splinternieuw knipsel om het stompje van het hammebeen. De hem resteerende uren worden besteed aan rooken en wandelen dit laatste naar en van de sociëteit. In rustige rust gezeten, houdt hij zich eindelijk onledig met het krijgertje spelen van zijne beide duimen, welk spel hoe eentonig en vervelend misschien in uw oog hem de rijke afwisseling biedt, dat nu eens de eene dan weer de andere duim op eenmaal verraderlijk eene rugwaartsche beweging maakt Uitgever AABAKKER Cz. Bureau: MOLENPLEIN, N°. 163. en den tegenovergestelden kant omdraait. Om met de teekening van zijn uiterlijk het beeld te voltooien, merk ik eenvoudig op, dat de lange, magere man met zijne dorre, geelblonde haren er anaemisch uitziet, wat het tegenovergestelde uitdrukt van bloed rijk, en dat uit zijn flauw en starend oog en zijnen openstaanden mond niets dan landziekigheid u tegenspreekt. Sambetus nu zou eene lezing houden in het Nut. De zaal was propvol. Eén deel kwam uit pure beleefdheid, een ander deel uit gehuichelden dank voor de witte diertjes, een derde deel omdat, zij met hunnen avond geen raad wisten, en een .vierde deel dat wel het grootste was om de uitspanning, die er volgen zou na de inspanning van lezing en bijdragener werd bij de laatste wintervergadering altijd nagedamt. In dit opzigt ik moet het eerlijk erkennen zijn wij bij het Geldersehe stedeke nog een weinigje ten achterenmisschien want dit durf ik niet al te bepaald zeggen uit vreeze, dat de opkomst minder zon worden. Drie kwartier voor de opening der vergadering was de spreker reeds ter bestemder plaatse aanwezig en zat er kalm zijne pijp te rooken en krijgertje te spelen. Daar sloeg de klok van achten, en Sambetus richtte zich van zijne stoel op en begaf zich met zijne keurige blauw papieren portefeuille met groene bandjes expres- selijk voor deze gelegenheid vervaardigd naar den katheder. „Daar het zoo ving hij aan „eene zoowel goede als gepaste aangenomen gewoonte was dat de president van het departement der maatschappij tot nut van 't algemeen, die het voorzitterschap bekleedde volgens artikel zooveel van het huishoudelijk reglement slechts voor den tijd van één jaar, waaraan hij na eenige aarzeling ten laatste gehoor gegeven had, dewijl de op de gewone werkende vergadering aanwezige leden, die altijd eene presentielijst teekenen, er zoo op hadden aangedrongen, de laatste buitengewone vergade ring sloot met eene lezing in proza of poëzie, had hij ook zijne geringvtrmogende krachten er aan beproefd, waarvan hij echter moest erkennen dat het moeielijkste was een onderwerp te vinden, waarvan hij zijne hoorders en hoorderessen niet onkundig wilde laten, daar hij van de meeste lezenaars had gehoord, dat zij altijd in het begin hunner verhandeling over die moeielijkhcid van een onderwerp uitweidden, al hetwelk hem ook niet was medegeloopen, zoodat zijne vrouw, die anders veel van de nuts- avondjes hield, hem, nadat hij drie avonden aaneen te vergeefs had zitten zoeken, had toegevoegd„laat dat Nut van mijn part in de lucht vliegen" en toen had hij in eens aan den edelen van Speyk gedacht, die als kind het eerste levenslicht had gezien in Amsterdam en later goed en bloed, ja zelfs zijn leven had opgeofferd voor het vaderland door de brandende lont in het kruit te steken en met man en muis onder donderend geknal in de lucht vliegende zijnen laatsten levensadem uit te blazen. En datzelfde edelaardig gevoel van van Speyk's zelfopofferende vader landsliefde wilde hij ook in de leden van het Nut opwekken, vooral met het oog op eene mogelijke annexatie met Pruissen in deze veelbewogen dagen, en daartoe had hij gekozen de Ilolland- sche natie van Helmcrs, waarvan hij slechts de drie eerste zangen en den laatste onder de aandacht zijner veelgewenschtc hoorders zou brengen. Zoo dreunde onze president de regelen op: Barst los, bezielt u heilige snaren! De lofzang ruisch' deze eiken rond enz. enz. Denkt u nu T.die honderden regels op een en denzelfden toon, allen even taai en saai voorgedragen; denkt u de physionoraie des sprekers zonder één trek van aandoening, en dan zeven kwar tier aan één stuk te moeten luisteren kan het u dan nog ver- j Prijs der Adverteutièn: Va» 1-A regels 60 csat, elke regel meer 15 cent. Groote letters of vignetten worden naar plaatsruimt* b«r«k«né. wonderen, dat langzamerhand doodelijke verveling zich op aller gelaat teekendé? kan het u verwonderen, dat een goedig oud heertje, een voor dezen avond door den spreker geïntroduceerde, al spoedig in den dut was geraakt, om na zijn ontwaken tegenover Sambetus het treurigst figuur te maken, dat ditmaal denkbaar was. „Ja Sambetus", sprak hij in de pauze, „'t is toch dood jammer, dat zij maar geen lid van ons Nut kunnen worden; jij hebt het. anders waarlijk mooi genoeg gemaakt." „Wie geen lid?"" vroeg de president verbaasd. „Nu, hou je zoo dom niet; de Joden worden immers zorgvuldig buitengesloten." De stumperd had al dommelend alleen aan de lotgevallen van de Natie gedacht. Een der aanwezigen had midden onder de lezing de zaal ver laten, de dokter, die natuurlijk nog een enkelen patiënt moest bezoeken. Hij maakte van deze gelegenheid gebruik om naar huis te gaan, een boek te krijgen en een vers te zoeken, waarmede hij zich weder naar het Nut begaf. De secretaris liep juist in de zaal te scharrelen oin eene bijdrage. Maar het scheen, als was ieder met lamheid geslagen onder den indruk der voordracht van Helmers' zangen. Wie zelfs bij geval iets in den zak had gestoken, hield het daar uit wrevel besloten. Gelukkig bracht de medicus uitkomst; hij zou voor liet minst zorgen, dat zijne vrouw en dochter en beide logées schadeloos werden gesteld voor de jammerlijke verve ling van den avond. Niet weinig prikkelde hij den lachlust der aanwezigen met de verzekering, dat hij er eerst over had gedacht, ook lot versterking der vaderlandsliefde, „de togt naar Nova Zembla" van Tollen» voor te dragen, maar die had laten varen of liever in het ijs zitten, uit vrees dat het nachtwerk moeht worden. In plaats hier van had hij „de landziekige" gekozen en reciteerde op meester lijke wijze Ik ben landziekig! Omdat ik landziekig ben, Ben ik landziekig. enz. Waar ik ook ga of sta, Loopt me mijn schaduw na: Da's een vervelend ding, 'k Wou dat hij henen ging. enz. Waar ik me wend' of draai, Alles is even saai Eer 'k aan alles wen, Wed ik, dat 'k ziek lig, Omdat ik landziekig ben, Och, zoo landziekig! Het publiek was als geëlektriseerd. De president begreep vol strekt niet, hoe de menschen om zoo'n flauw ding konden schateren, en sloot „alvorens over te gaan tot de vreugde van den dag" hij bedoelde van den avond, want het was reeds over elven en sloot de vergadering met te zeggen dat hij haar sloot, doch niet wilde sluiten alvorens als zijne innigste overtuiging te hebben doen gevoelen, dat als ons vaderland ooit uit zulke landerige mannen, die altijd ziek waren, had bestaan, Helmers zeker nooit zulke onsterfelijke verzen op onze voorvaderen had kunnen dichten. Een daverend handgeklap gaf het sein tot den langgewenschten nadans. 'Ziedaar Sambetus als het slachtoffer van zelfverveling en liet afschrikwekkend voorbeeld tegen verveling van anderen. {Wordt vervolgd). Afdrukken van indrukken. M—g————a— Morgen voormiddag ten 10 ure zal de nieuwgebouwde R. C. Kerk te Anna Paulowna plegtig worden ingewijd- Te dier gelegenheid zal door eenige liefhebbers uit deze gemeente een schoone mis van Verhulst worden uitgevoerd, onder orgelbegeleiding van den heer H. A. Egbers. Een berigt uit Petersburg, dd. 27 dezer, meldt „De Prins van Oranje is heden namiddag ten 1 ure hier aangekomen. Hij werd aan de station door den Czaar, den Grootvorst-Troonsopvolger en andere Grootvorsten, alsmede door vele hooggeplaatste personen, opgewacht." Aangenomen het beroep naar Franeker, door dr. A. C. Diiker, emer. pred., thans te Renkuui. Door het Prov. bestuur van Noordholland isjl. Don derdag aanbesteed: 1. de duinbeplanting met stroo em helm en het stellen van rietschuttingen op Texel en den vasten wal van Noordholland, in 3 perceelen; daarvoor waren de minste inschrijvers: 1ste perceel de heer W. Hillenius, te Texel, voor 4430; 2de perceel de heer ~J. Oldenburg, te Bergen, voor 7869 3de perceel dezelfde, voor 6450. 2. Het leveren van zetsteen voor de Hcldersche zeewering, het opruimen van de Provinciale oever werken aan het Y, het vervoeren van de afkomende steen en brik naar en het bestorten van de Heldersche zeewering, in 2 perceelen minste inschrijvers: 1ste perceel de heeren Kloos en Lim burg, te Rotterdam, voor 24472de perceel de heer W. Goedkoop Dz., te Amsterdam, voor 9947. 2. Het ver diepen van eenige gedeelten van liet Noordhollandsch Kanaal, in 2 perceelen en in massa; minste inschrijvers, 1ste perceel de heer G. Schalk, te Buiksloot, voor ƒ32,000; 2de perceel de heer B. Swets, te Nieuwediep, voor 3329 in massa de heer G. Schalk, te Buiksloot, voor 34,441. 4. Het voorzien der hoorden van en het leveren van meerpalen aan het Noordhollandsch Kanaal, in 4 perceelen, minste inschrijvers: 1ste perceel de heer H. R. Bennik, te Vreeswijk, BasE!gg»5zw»AJwauni-'im:Lininiini»»iv"»i»»"».»>inu.WA:»i:ii»mM' voor ƒ2470; 2de perceel dezelfde, voor ƒ7340; 3de perceel de heeren Cornclese en van Vlijen, te Schellingwoude, voor ƒ77474de perceel de heer B. Swets Az., teNieuwediep, voor 15,973. Te Oude Schild op Texel is bij een verkooping voor het logement „De Zeven Provinciën," bekend door de De Ruiters-kamer, waar Michiel Adriaanszoon steeds logeerde, als de vloot op de Texelsche ree geankerd was, de stoel, voorheen naar men beweert door onzen grootste» zeeheld menigmaal gebruikt, verkocht voor een bagatel. Door het kantongeregt te Enkhuizen zijn dezer dagen onderscheidene personen veroordeeld, wegens het voorhanden hebben van maten of gewigten, of van beide, die, hetzij van een afkeuringsmerk, of niet van de vereischte stempel- merken voorzien waren, in plaatsen bestemd of gebruikt tot het verkoopen, inkoopen, afleveren of in ontvang nemen van waren. Het minimum der door de wet bepaalde straf werd daarvoor toegepast, zijnde 10,boete, of één dag gevangenisstraf. Ook te Enkhuizen zal dit jaar, tengevolge der pokken epidemie, de kermis niet gehouden worden. Te Edam zal weder voor 10 jaren het beroepen van predikanten en het benoemen van ouderlingen en diakenen aan den kerkeraad worden overgelaten. Van 16 tot 22 April zijn te Amsterdam aan pokken overleden26 mannen en 34 vrouwen, te zamen 60 personen, waaronder 39 kinderen. Men zegt, dat er plan bestaat om een deel van het Paleis voor Volksvlijt te Amsterdam tot schouwburgzaal ip te rigten, en daarvoor anderhalve ton te leenen. Op een bloembollenveiling te Haarlem zijnjl. Dingsdag 13 liyacinthen voor 416 verkocht; het waren nieuwe soorten, vooral geele, met bijzonder ztvaren bloemtros.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Heldersche en Nieuwedieper Courant | 1871 | | pagina 1