STATEX-GENERAAL.
Benoeming-en, enz
Men schrijft ons uit Alkmaar dd. 10 dezer:
„Bij de op lieden alhier gehouden opening van stem
briefjes ter verkiezing voor 2 leden van de Prov. Staten
is gebleken dat zijn
Uitgebragt 580 stemmen.
Van onwaarde 4
Geldige 576
Volstrekte meerderheid 289
Hiervan bekwam de heer A. Maclaine Pont 371 en
W. Bos 317 stemmen, welke verkozen zijn. Op het
aftredend lid, den heer P. A. van der Drift, zijn 204,
op de heeren P. Bruinvis de Lange 89, J. J. Brasser 79,
J. C. Vonk 50 stemmen uitgebragt en eenige stemmen
op diverse heeren.
Te Hoorn zijn herkozen als leden der Prov. Staten
de heeren jhr. P. Opperdoes Alewijn en W. C. J. de
Vicq. Te Zaandam herkozen de heer J. Prinsherstemming
tusschen de heeren mr. J. Duijvis en mr. M. Donker.
Te Haarlem gekozen mr. J. F. T. Valkenburg, A. van
Stralen en R. L. Kist. Te Enkhuizen herkozen de heeren
C. Donker en J. Bruijn Jz.
In het Handelsblad verzoeken eenige Amsterdammers,
dat de Holl. Sp. M. de retourbilletten op Zaterdagavond
uitgegeven, tot Maandagmorgen moge geldig stellen.
In de week van 30 April tot 6 Mei jl. zijn te
Amsterdam aan pokken overleden 35 m. en 38 vr., te
zamen 73, waaronder 46 kinderen.
Jl. Dingsdag is te 's Hage overleden, dr E. F. H. M.
van Bylandt, geboren den 20sten Maart 1813 te Keulen
en in 1852 als Nederlander genaturaliseerd. Hij werd
om zijne grondige wetenschappelijke kennis zeer geroemd
en mogt in zijne praktijk te 's Hage veler vertrouwen
verwerven. Hij was sedert vele jaren lijfarts van Z. K. II.
Prins Frederik der Nederlanden.
Men meldt aan de L. Ct. uit het Westland: Sedert
drie dagen is de eerste lading aspersies naar Amsterdam
vervoerd, waarmede de verzendingen aangevangen zijn, d.e
echter vertraagd of bespoedigd worden, naarmate het weer
zich houdt. Het gaat met de Meimaand gelijk andere
jaren; na enkele dagen groeizaamheid, brengt zij koude
dagen en nachten voort. De meestal noordelijke wind
scheert langs de akkers en door het geboomte, terwijl de
nachtvorst blijft heerschen, zoodat, ofschoon de aardappelen
goed in het loof staan en de vruchtboomen rijkelijk bloeijen,
zij nog wel schade kan veroorzaken. Op andere plaatsen
is dan ook het loof der aardappelen zwart gevroren. Begint
het lenteweer aan den wensch te beantwoorden, dan zal
het vervoer van aardappelen, gelijk dat der aspersies, niet
veel van andere jaren verschillen en kunnen de eerste
proefjes van nieuwe aardappelen spoedig worden verwacht.
Ook voor den wijnstok wordt zonneschijn en warmte
niet minder gewenscht, zal hij op den gewonen tijd bloeijen.
De te Utrecht gevestigde vereeniging tot bescherming
van dieren heeft dezer dagen vijf premien aan politie
agenten uitgereikt, wegens het doen van bekeuringen ter
zake van mishandeling van dieren.
Op een der deuren van een huis in de Twijestraat
te Utrecht, leest men het volgende curieuse versje
Ik mag niet liegen, ik mag niet jokken,
Ik ben driemaal ingeënt, en toch heb ik de pokken.
Zalurdag jl. kreeg men te Vlissingen een bezoek,
dat een verschrikkelijk gevolg had kunnen hebben.
Twee Tyrolers met kolossale beerendie hunne ge
oefendheid in het dansen, duikelen en springen op de
straten vertoonden, gaven aanleiding tot eene scène, die
groote ontsteltenis te weeg bragt. Een dier ruige, scherp
willen komen, was met een geweldigen schrik op het algemeene
st.... st.... van het gezelschap in den gang teruggesprongen en
had geen nieuwe poging gewaagd.
Toen de spreker bemerkte, dat hij de schitterendste uitkomst
had verkregen die hij maar verlangen kon, begon hij een weinig
medelijden te gevoelen en heele stukken over te slaan, daar toch
niemand in staat was het op te merken.
Eindelijk, toen het ruim vijf kwartier geduurd had, zei Oom, die
in het laatste kwartier zijne oogen al meer en meer had open
gespalkt, om wakker te blijven, tot neef:
„Nou heeft hij het geloof ik gezeid."
„Wat Oom?" vroeg Neef, die aan zijne derde manilla was.
„De wentelverwisseling."
„Ik geloof ook dat ik zoo iets gehoord heb", antwoordde Neef
koelbloedig, „maar wat zou dat?"
„Dan moeten wij inschenken," fluisterde Oom.
„Iedere keer als hij wentelverwisseling zegt? Dan spijt liet mij,
dat hij het al niet meer gezegd heeft. Maar 't is anders een
machtig mooi gedicht, Oom! Ik geloof niet dat er hier in de
stad ooit zoo'n mooi gemaakt is," ging de onverbeterlijke spot
vogel voort.
„Daar is ten minste plaats genoeg voor een boel moois in, Neef,"
zei Oom altijd even zaclit, „ik ben maar bang, dat het een beetje
lang zal gevonden worden ik heb er geen verstand van maar
Jongen, schenk je buurlui vast eens in."
„Om dat woord, Oom Maar wat beduidt dat eigenlijk Wil
het zeggen, dat wij halfweg zijn?"
„Beware! riep Oom, neen, dat het zoo meteen uit is."
„Dat spijt me" zei Neef, en schonk de glazen, die binnen
zijn bereik waren, vol.
Eindelijk was liet stuk dan ook werkelijk uit. Eene algemeene
zucht «teeg in de kamer ophet wai of alle borden en flesschen
meezuchtten; de glazen werden met eene zenuwachtige haast vol
geschonken, alsof men vreesde, dat de dichter weer beginnen zou
als men er niet spoedig bij was; alle gasten stonden op, ieder
keek zijn buurman met een paar glazige oogen aan, alsof hij ge
biologeerd was, totdat eindelijk een van allen zei: „nu mijnheer
Venkel, uwe gezondheid en die van de jufvrouw
„Mijnheer", zei de meester van 't Nut tot den man van liet lief
vers, „mag ik deze gelegenheid aangrijpen, nu dezelve zich zoo
ongezocht voordoet, u mijne diepe bewondering te betuigen voor
uw doorwrocht gedicht, dat ik van het begin tot het einde met
de meest mogelijke belangstelling heb gevolgd. Het is een parel
uit deu Oceaan, mijnheer.
Zou iemand uwer, waarde lezersooit lust gevoelen om op een
huiselijk feestje naar meer zulke parels te visscheu
geklaauwde Tyroolscbe boschbewoners, gelukte het zijn
ijzeren muilband los te wringen en op den loop te gaan,
zijn geleider vervolgde hem met een zwaren s:okde beer
beklom een boom, en zette zich daar te brommenhet
geëerde publiek maakte ruim baan, uit vrees dat het beest
uit zijn zetel op hen zoude nederspringen; do geleiders
beklommen den boom en een regen van stokslagen maakte
de beide dieren gedwee en het gelukte den geleider den
deserteur te breidelen. (Amst. Crt.)
Dezer dagen heeft II. W Lindeboom zijn 25jarige
werkzaamheid als letterzetter op de drukkerij van den heer
G. J. Thieme te Arnhem gevierd, waar thans 9 snelpersen
zijn en voor 25 jaar vier handpersen in werking waren.
Men leest in de Arnh. Crt. het volgende berigt uit
Haarlem dd. 8 Mei: „De Arnh. Crt. heeft in haar num
mer van heden melding gemaakt van een onder Scholen
gevonden lijk; het is daarom welligt beter de gansche
toedragt der zaak te verhalen, die anders mogelijk minder
juist verspreid zou worden. Inderdaad heeft zich in de
nabijheid van genoemde plaats Donderdag jl. een jong
menscb van de uitnemendste verwachting, en als zoon van
bemiddelde ouders, van de beste vooruitzigten, die op het
punt stond te Leiden in de regten te promoveren, en daar
even als hier algemeen geacht en bemind was, in een
vlaag van zwaarmoedigheid, aan welke hij van tijd tot tijd
onderhevig scheen, door een pistoolschot van het leven
beroofd. Ziedaar het geheele treurige geval, dat hier dezer
dagen de gansche stad heeft bezig gehouden, en waarover
verder niets te zeggen valt, daar er geen de minste uit
wendige aanleiding tot het ongeval bestond. Heden morgen
geschiedde de begrafenis, voor welke een aantal Leidsche
studenten waren overgekomen, en die op de talrijk toege
stroomde deelnemende toeschouwers den aandoenlijksten
indruk maakte.
Voor het Prov. Geregtshof in Overijssel stond jl.
Maandag teregt, Martinus Vest, gepensioneerd opperschipper
bij de Marine, geboren te Rotterdam, thans wonende te
Dalfsen, ter zake dat hij den 1 Junij 1867 te Dalfsen een
huwelijk aanging met Gerrigje Nijland, terwijl zijn vorig
huwelijk, dat hij op'25 Oct. 1848 te Vlissingerk sloot met
Wilhelmina Geeling, nog niet ontbonden was. De eisch
is 3 maanden cellulaire gevangenisstraf.
Jl. Zondag heeft een Pruissisch officier, die bij het
leger voor Parijs gediend heeft, en thans te Zwolle gelo
geerd is, een vierjarig kind gered, dat in de Willemsvaart
gevallen was. Met zijne rijlaarzen aan sprong hij in het
water, en moest eenige malen duiken, alvorens hij het kind
behouden aan wal kon brengen.
Te Zwolle is een postkar-koetsier gearresteerd, toen
hij als naar gewoonte het roggebrood, dat zijn paard te
Meppel had moeten hebben, te Zwolle aan zijn vrouw gaf.
Te Deventer is de jaarlijks afgekondigd wordende
wet van Ventose an VI, bevelende bet vernietigen van
rupsen in vruchtboomen, in het Fransch voor de boeren
afgekondigd.
Op de veemarkt, jl. Maandag te Steenwijk gehouden,
was de aanvoer belangrijk, de handel levendig, wegens de
vele aankoopen, door een groot aantal vreemde kooplieden.
Men besteedde voor vette koeijen van 56 a 58 cents per
kilo; kalfde koeijen golden per stuk 120 a 190; melk-
dito 110 a 160; gusten 90 a 170; vaarzen 80 a
140; pinken 30 a 70; kalveren 20 a 30stieren
30 a 70; vette varkens per kilo 48 a 54 ct.; magere
dito per stuk 20 a 40biggen 3 a 8Friesche schapeD
8 a 17; geiten 4 a 8; lammeren 2.20 a 3.50.
Sedert 14 Jan. tot 3 Mei jl. zijn in Friesland 79
gevallen van pokziekte voorgekomen, met p. m, 20 percent
sterfgevallen; in de week van 27 April tot 3 Mei werden
9 nieuwe gevallen waargenomen.
Jl. Vrijdag avond brandde, terwijl de eigenaar
afwezig was, een prachtige boerenplaats te Zandt (Fries
land), bijna geheel af. Er zijn 8 paarden, waaronder eene
merrie met een veulen van een paar dagen, ruim 20 stuks
hoornvee, verscheidene kalveren en zwijnen bij omgekomen.
In eene gemeente van Groningen hebben drie ver
wanten, waaronder twee vrouwen, van een aan pokziekte
bezwekene het graf moeten graven, het lijk kisten en ter
aarde bestellen, omdat de vrees voor pokziekte zoo sterk
was dat niemand zijne diensten wilde leenen. De commis
saris des Konings heeft thans aan de gemeentebesturen
een circulaire gcrigt waarin zij verzocht worden onverwijld
personen aan te wyzën en te bezoldigen, die met de ver
zorging van de aan besmettelijke ziekte lijdende personen
en met de begraving hunner lijken worden belast.
Te Veendam worden voorbereidende maatregelen
genomen voor de oprigting eener lucifersfabriek.
Van de Europeesche Staten komt in Mecklenburg-
Schwerin het betrekkelijk grootste aantal paarden voor;
namelijk 15.7 op elke 100 inwoners, het minst in Oosten
rijk, namelijk 0.7; in Nederland is het getal 7.3 van elke
100 inwoners.
Een tijdschrift, het Milk Journal genaamd, berigt
dat het toedienen van zaagsel aan melkgevende koeijen
de hoedanigheid der melk verbetert.
In een lazareth voor Parijs lag een grenadier van liet 10de
iufanterie-regement. Hij had deelgenomen aan een patrouille en
werd door een kogel in de borst getroffen. Jong en krachtig,
houdt hij zich ondanks de wonde staande. Hij wil zich aan zijn
vijand wreken, hem het schot betaald zetten eer hij neerzinkt, en
snelvurcnd dringt hij moedig het kreupelhout in, waaruit het schot
gevallen was. Een tweede kogel treft hem, en het bloed gudst.
hem uit den mond. Wankelend treedt hij terug; krampachtig
omklemt zijn hand het geweer; hij zijgt neder, tqrwijl de kogels
om hem heen fluiten. Zijn makkers wreken zijn dood, zuiveren
het bosch, en kecren inet hun zwaargekwetsten makker terug. In
het lazareth worden zijne wonden onderzocht. Verscheidene ribbeu
zijn verbrijzeld, de lever is aangedaan, het borstbeen doorboord.
Angstig blikte het matte oog des lijders den geneesheer aan, die
meewarig de schouders ophaalde en op wiens gelaat de uitspraak
te lezen stond; „Gij zijt verloren!" Hij rigtte het hoofd even op.
„Ik heb een verzoek," zeide hij tot den arts, „beloof mij dat gij
het doen zult." „Wat dan?" was de vriendelijke wedervraag.
„Wel," antwoordde de jonge krijgsman, „schrijf dan vooral
niet in de verlieslost: zwaar gekwetst; schrijf: „ligt gekwetst."
Mijn lieve ouders zouden zich doodschrikken en als zij de waar
heid hoorden 1 Ben ik er niet meer, dan weten zij ook dat ik niet
meer lijd. Maar tot zoolang zoude ik gaarne hun de smart sparen."
De arts, te streng militair om geheel toe te geven en de waarheid
geheel te verbergen, schreef op de verlieslijst„Ligt gekwetst," maar
liet er toch op volgen: „Schot door de regterborst." Ligt
gewond.... en een kogel door de borst!.... Zouden de ouders de
wederspraak niet gemerkt hebben? Hoe het zij, de even dappere
soldaat als ouderlievende zoon herstelde als door een wonder, hoe
wel hij allervreeselijkst leed. Maar in iederen brief, dien hij naar
zijne ouders liet schrijven, stond; „Wees welgemoed ik heb geen
pijn." Dezer dagen is hij, met het IJzeren Kruis gedecoreerd, naar
Berlijn gezonden en wordt hij in het klooster der barmhartige
broeders, met alle hoop op volkomen herstel, verder verpleegd. Wat
vereert den jongen soldaat meer, het ridderkruis, bij herhaling in
het vuur verdiend, of zijn kinderlijk gevoelig schrijven aan zijne
ouders onder de hevigste smarten„Wees welgemoed. Ik heb
geen pijn?"
Eethuis te Saltaire. -Digt bij de prachtige fabriek der
heeren Titus Salt en Zonen te Saltaire (Engeland) is een groot
gebouw ingerigt tot ontbijt- en eetzaal, 81 vt. lang en 52 vt. breed,
geheel in den smaak der Londensche koflijhuizen en door die firma
ten gebruike hunner werklieden gebouwd, die er hun eten willen
gebruiken zonder naar huis te gaan. De zaal is echter ook voor
het publiek geopend. Zij is goed verlicht en geventileerd, netjes
gemeubeld en groot genoeg, om met gemak 7 a 800 personen te
bevatten; dagelijks ontbijten er dan ook 600 en eten er 700 werk
lieden, 's Morgens rekent men er 2£ C. voor een kop thee of
koffij, 5 Ct, voor een kom pap of melk. 's Middags kan men
voor 5 centen een portie soep of bouillon, voor 10 centen een bord
vleesch, voor 5 centen een bord aardappelen, voor 10 ets een portie
vleesch met gewreven aardappelen, voor 5 ets. een kop koffij of
thee krijgen. Alles is van de beste kwaliteit. Alles is versch.
's Avonds wordt, hetgeen overgeschoten is, voor den halven prijs
verkocht, om door de werklieden naar huis medegenomen te worden.
De uitgaven der inrigting worden geheel door de ontvangsten
gedekt, zoodat iedereen er gebruik van kan maken, zonder iemand
er voor te bedanken. Het personeel bestaat uit een chef en zes
bedienden, die een loon van f 50 per week genieten. Als huur
betaalt de inrigting f 1960 's jaars, zijnde 5 pCt. van het kapitaal,
dat het gebouw en het. meubilair gekost heeft. Wat te Saltaire
zoo goed werkt, kan ook in andere plaatsen met groot voordeel
ten nutte van onbemiddelden tot stand gebragt worden.
Tweede Kamer.
Zitting van Dingsdag 9 Mei. De beraadslagingen over
Hoofdstuk V der Staatsbegrooting voor 1871 (departement van
Binnenlandsche Zaken) worden voortgezet. De afdeeling Waterstaat,
enz. is thans aan de orde. De sprekers vragen naar de indiening
eener algemeene wet op den waterstaatnaar het tot stand komen van
zijlinfën voor de spoorwegen tot verbinding van reeds aangelegde
stamlijnen; naar verbetering van het vaarwater van Brouwershaven
naar aansluiting van den noordelijken spoorweg aan het Duitsche
spoorwegnet; enz. De minister van Binnenlandsche Zaken
beantwoordt het gesprokene en verlevendigt het uitzigt op de ver
wezenlijking van het verlangen naar de verbinding van onzen
noordelijken spoorweg met die in het buitenland.
Zitting van Woensdag 10 Mei. Met behandeling van Hoofdstuk
Binnenl. Zaken wordt voortgegaan. Onderscheidene waterstaats-
aangelegenheden worden besproken, o. a. wordt aangedrongen op
het wegnemen der belemmeringen voor de sluis te Purmerend,
waarop door Gedep. Staten van Noordholland en door de Kamer
van Koophandel te Amsterdam reeds is gewezen. De minister
antwoordt, dat de regering van het belang der zaak overtuigd is
en te gelegener tijd daaraan zal te gemoet komen. Over de water
weg van Rotterdam naar zee is het oordeel des ministers niet gunstig.
Door de ministers van Oorlog en van Binnenlandsche Zaken is
geantwoord op het voorloopig verslag van het wetsontwerp tot ont
eigening ten behoeve van een spoorweg van Amsterdam over
Hilversum naar Amersfoort, met een zijtak van Hilversum naar
Uti'echt. Daarin wordt gewezen op hetgeen bij het aanleggen van
die lijn is in acht te^ nemen, ten einde de belangen van 's lands
defensie niet te schaden. De rigting der lijn vordert eenige wijziging,
mede in het belang der landsverdediging, in de onmiddelijke nabijheid
der zoo hoogst belangrijke Utrechtscke linie.
Dc heer de Casembroot heeft op Hoofdstuk VI (Marine) der
Staatsbegrooting twee amendementen ingediend, strekkende om:
1. den post voor den aanbouw van een ramtorenschip, ad f200,000,
te vervangen door een post tot aanbouw van vaartuigen (type—
Staunch) bestemd voor rivier- en kustverdediging in Ned.-Indië ad
f 150,000; 2. om aan den post voor „verhoogde soldijen of toelagen
aan verschillende onderofficieren en mindere schepelingen" enz.,
toe te voegen deze alinea: als voren aan hen, die, versierd zijnde
met gouden of zilveren medailles, non-actief, gepensioneerd of
gepasporteerd zijn; deze laatsten, wanneer zij voor de actieve dienst
ter zee niet meer geschikt zijn, de helft der hun in actieve dienst
toegekende maandelijksche toelagen f 600.
Met ingang van den 16 dezer zijn bevorderd: tot vice-admiraal,
de schout-bij-nacht J. Andreae; tot schout-bij-nacht, de kapt. ter
zee H. Kemper en J. J. Wichers; tot kapt. ter zee, de kapt.-luit.
ter zee G. W. F. Moeth en A. Schotborgh; tot kapt.-luit. ter zee,
de luit. ter zee 1ste kl. A. Dronkers en J. K. L. Gey vanPittius;
tot luit. ter zee 1ste kl., de luit. ter zee 2de kl. A. J. Dumont
en F. H. Coblijn; de schout-bij-nacht II. Kemper, is ter zake
van langdurige dienst, op pensioen gesteld, met dankbetuiging voor
zijne goede en langdurige diensten, nan den lande bewezen.
De vice-admiraal P. A. Matthijseu is, wegens ongeschiktheid
voor de militaire dienst, tengevolge van in en door de dienst
ontstane ligchaamsgebreken, op verzoek, op peusioeu gesteld, met
dankbetuiging voor zijne vele goede en langdurige diensten, aan
den lande bewezen.
De off. van gez. 2de kl. bij de zeemagt G. A. M. van Ewijk is
is bevorderd tot off. van gez. 1ste kl., met bepaling, dat hij zal
rang nemen tusschen de officieren van gez. 1ste kl. H. van Stockum
en W. Littel.
De luit. ter zee 2de kl. 1'. Crans, thans op non-act., wordt met
1 Junij a. s. geplaatst op het wachtschip te Hellevoetsluis. De off.
van gez. 2de kl. G. A. M. van Ewijk, thans gedetacheerd bij het
hospitaal der marine te Willemsoord, wordt met 15 Mei a. s. op
non-act. gesteld. De off. van gez. 2de kl. J. J. Borst, thans
gedetacheerd bij het hospitaal der marine te Willemsoord, wordt
met IS Mei a. s. geplaatst op het wachtschip te Willemsoord. I)e
