1871. N°. 58.
Zondag 14 Mei.
29 Jaargang.
HELDERSCHE
EN NIEUWEDIEPER COURANT,
,,W ij huldigen het goede."
"Verschijnt Dingsdag-, Donderdag- «n Zaturdag namiddag.
Abonnementsprijs per kwartaal1.30.
)t franco per post - 1.05.
Uit g e ver A. ABAKKER Cz.
Bureau: MOLENPLEIN, N°. 163.
Prij« der A d t r 11 :ii t nV,n 14 regelt 10 «int,
elke regel meer 15 cent.
Groote lettere of vignetten worden naar plaatsruimte berekend.
Maandag; den 15 Mei vertrekt van kierde West-
Indische mail over Southampton, per laatsten trein.
Woensdag den 17 Mei vertrekt van hier de
Oost Indische inaü via Triest, per eersten trein.
Vrijdag den 19 Mei vertrekt van hier de Oost-
ladisehe mail via Mrindisl, per trein van 6.25 's av.
De BURGEMEESTER der gemeente HELDER noodigt de
Ingezetenen, voor zooverre zij daartoe in de gelegenheid zijn,
minzaam uit, om bij de geopend wordende directe verbinding door
Stoomvaart van NEDERLAND met JAVA, waartoe binnen
weinige dagen het stoomschip WILLEM III van bier zal ver
trekken, op ZONDAG den 14 DEZER, door bet uitsteken van
vlaggen, van hunne belangstelling in die voor deze gemeente ook
gewigtige onderneming te doen blijken.
Helder, De Burgemeester voornoemd,
den 12 Mei 1871. STAKMAN BOSSE.
B I X E i\ l A
HELDER en NIEUWEDIEP, 13 Mei.
Met toenemende verbittering wordt bij Parijs gestreden,
burgers tegen burgers, en mannen, die, als zonen van
hetzelfde vaderland, vóór eenige maanden eenstemmig waren
in hunne verbittering tegen den buitenlandschen vijand,
staan nn als bloeddorstige dieren tegenover elkander, zonder
eenige gezindheid tot verzoening. De regerings-troepen
behalen van tijd tot tijd overwinningen, waardoor de
opstandelingen ten laatste steeds naauwer worden ingesloten,
terwijl de naderende ontruiming der forten door de Pruissen
(een gevolg van de overeenkomst tusschen Favre en von
Bismarck) aan het leger van Versailles de noodige gelegen
heid verschaffen zal om met gevolg de mannen der Commune
een beslissende nederlaag toe te brengen. Een groot
nadeel heeft de Commune zich zeiven toegebragt door de
ontzetting van den oorlogs-gedelegeerde Rossel uit zijne
betrekking. Deze jonge man, 26 jaar oud, onderscheidde
zich door kunde en geschiktheid voor zijn post. In het
leger van Bazaine was hij kapitein hij den staf. Zijne
gevangenneming is gevolgd door eene spoedige ontvlugting.
In gezelschap van zijne bewaker verliet hij den kerker.
Het buitenlandsch staatkundig nieuws is overigens niet
van overwegend belang.
Gisteren voormiddag had de opening plaats der stem
bussen voor de verkiezing van een lid der Provinciale
Staten in het hoofdkiesdistrict Helder. De bus van Helder
bevatte 64, die van Texel 38 en die van Terschelling 20
stembriefjes, te zamen 122, waarvan 4 blanco. Volstrekte
meerderheid 60. Er warc-n uitgebragt op den heer mr.
Ch. Bosch Reitz 88 stemmen, die alzoo herkozen is. Verder
waren uitgebragt op den heer P. Altena 8, op den heer
A. B. Mentz 7, op den heer jhr. mr. D. van Foreest 5,
op den heer D. C. Loman 2 stemmen en op onderscheidene
heeren ieder 1 stem.
Op morgen avond ten 10 ure zal aan het Haven
hoofd alhier vuurwerk worden afgestoken.
Uit Amsterdam vertrekt morgen ochtend ten 6 ure
een stoomboot naar hier, ten einde belangstellenden uit de
hoofdstad in de gelegenheid te stellen om de stoomboot
Willem III vóór haar vertrek te bezigtigen.
Gisteren was het de 22ste verjaardag der inhuldiging
van Willem III, Koning der Nederlanden.
Z. K. H. de Prins van Oranje is Donderdagmiddag
in de residentie teruggekeerd.
Uithoofde van de heerschende ziekte, heeft de rege
ring bevolen het kampeeren van troepen in Junij, Julij
en Augustus niet te doen plaats hebben, en alzoo de
miliciens der ligtingen van 1867 en 1868 niet te doen
opkomen tot bijwoning der najaarsoefeningen.
In eene instructie voor den bewaker der ruïne van
Brederode, gedateerd 3 Mei 1871, is door den minister van
Binrienlandsche Zaken bepaald, dat de ruïne in den regel
zal zijn gesloten voor het publiek, doch dat, mits onder
geleide, aan bezoekers toegang zal worden verleend.
Door de Nederl. llandel-Maatschappij zijn bevracht
voor Amsterdam de volgende schepen Pieter Adolf, Flevo,
Nieuwe Waterweg en Insulinde.
De opbrengst van de lijn HelderUitgeestZaandam
van den Noordliollandschen Staatsspoorweg is geweest over
Januarij 1871: reizigers 16,156.22, goederen en vee
19,770.47, diversen 108,99; totaal 36,035,68. Over
Febrmirij 1871: reizigers 15,166.62|, goederen en vee
20,166.74, diversen 182,67; totaal 35,516.031.
Beroepen te Midsland op Terschelling, de jlieer A. S.
van Eerde, pred. te Hollum en Ballum op Ameland, die
deze beroeping heeft aangenomen. Met hem waren op
het drietal geplaatst de heeren P. Damsté, te Hoorn op
Terschelling en W. J. Wouters, te St. Anthoniepolder.
Beroepen te Dirksland, de heer P. Huet, pred te
Veenendaal.
De benoeming van ouderlingen en diakenen en de
beroeping van predikanten zal o. a. in het vervolg geschieden
te Zaandijk, Haarlemmermeer, Ooster- en Wester Blokker,
Grootebroek, Groothuizen, Avenhorn en Oostwoud door
den kerkeraad en te Wijk aan Zee en Duin, Oosterland
op Wieringen, Hippolitushoef, Enkhuizen en Scharwoude
door het kiescollegie.
Door het provinciaal bestuur van Noordholland is
jl. Donderdag aanbesteed: het driejarig onderhoud van de
haven beoosten het Oudeschild op Texelminste inschrijver
de heer W. Hillenius, te Texel, voor 5962 per jaar.
Een boer, die zijne vrouw en zijn kind met een wagen
van het dorp den Hoorn, op Texel, naar de stoomboot
bragt, geraakte in groot gevaar. Door het breken van een
der teugels ging het paard op hol, waarop de boer uit het
rijtuig springt met het doel het paard te grijpen. Dit
mislukte hem, zoodat paard en wagen met vrouw en kind
voortholden. In wanheop loopt hij zoo hard hij kan het
rijtuig steeds na, doch het te bereiken was niet doenlijk.
Het hollende paard vliegt met den wagen den hoogen
zeedijk op; de toestand wordt daardoor nog erger.
De boer valt uitgeput neder en waant reeds alles verloren,
doch op eens ziet hij dat zijne vrouw uit het rijtuig stort
en daarop zijn kind, en, o wonder! beiden ongedeerd.
Het paard gaat nog door en stort zich eindelijk met het
rijtuig van den dijk in de diepte. Later bleek dat ook
paard en wagen er zonder belangrijke schade waren afge
komen. Men verbeelde zich de blijdschap van den vader
die zijne dierbaren van een reeds gewissen dood zag gered
en van den boer toen hij zag geen averij aan paard en
wagen hekomen te hebben. (Amst. Crt.)
De heer Janssen, cipier in het huis van arrest te
Alkmaar, benoemd als huismeester-boekhouder van het
gasthuis te 's Hage, heeft naar men verzekert van deze
betrekking afgezien en mede zijn ontslag als zoodanig
aangevraagd.
Tot lid der Prov. Staten is te Purrnerend herkozen
de heer mr. L. C. van Bommel en te Edam gekozen de
heer M. C. Merens.
Te Haarlem, Utrecht, Leeuwarden, Vlissingen, Helle-
voetsluis en Medemblik zal dit jaar de kermis niet worden
gehouden.
Eene dienstbode op non-activiteit te 's Hage, die
reeds lang verkeering had, wenschte zoo gaarne in het
huwelijksbootje te stappen, maar haar beminde, hoezeer in
dien wensch deelende, was verstandig genoeg van een
huwelijk nog niet te willen weten vóór men een middel
van bestaan had, begrijpende dat men in deze prozaïsche
wereld niet alleen van rozengeur en maneschijn kan leven
en dat de dagelijksche behoeften slechts door middel van
klinkende specie zijn te bevredigen. Wel had zijn meisje
hem verteld, dat zij nog een stuivertje bezat, maar hij zag
daar niets van, en 't kwam hem dan ook hoogst onwaar
schijnlijk voor, al voegde zij er bij, dat een notaris 't in
handen had en zij 't maar niet los kon krijgen.
Deze logen had haar, in verband met het groote ver
langen naar den echtelijken staat, gevangengeld was er
noodig om in 't oog van haar minnaar geen logenaarster
te zijn; geld was er noodig om dien minnaar't al-zeggend
*ja» op het stadhuis te doen spreken. Hoe hiertoe gekomen?
Een booze gedachte frischte haar geheugen op, waardoor
zij zich herinnerde, dat de keukenmeid, met wie zij van
18651867 bij den heer v. S. te 's Hage diende, heel
wat geld bezat.
Deze brave vrouw, die 20 jaren lang bij dien heer als
keukenmeid had gediend, was zoo wijs geweest in de
dagen van gezondheid en kracht, waarin overvloed in
zekeren zin baar deel was, voor den ouden dag te zorgen,
om, zoo God haar 't leven schonk, dan uit haar spaar
penningen zelve in haar levensonderhoud te kunnen voorzien.
In den avond van 1 Maart jl. wist de trouwlustige
meid onder eenig listig voorwendsel toegang te verkrijgen
tot de woning van den heer v. S. en vond, onverklaarbaar
genoeg, gelegenheid zich uit die woning te verwijderen
met een vrij groote kist, van de kamer der keukenmeid
weggehaald. Van den Vijverberg wandelde zij over den
Dennenweg naar de Mauritskade, plaatste zich daar op een
stoep, opende met een valschen sleutel de kist, nam er
een effectentrommeltje uit zij wist uit haar vroegere
dienstbetrekking, als wanneer zij met de bestolene op de-
zelfde kamer sliep, dat dit er in was liet de kist k
1'abandon en ging met het trommeltje naar moeder toe.
Onderweg wist zij het trommeltje te openen na den
inhoud in den zak te hebben gestoken, meende zij dat het
in de Prinsengracht het best geborgen was. Zij was nu in
het bezit van een 20tal effecten (Italianen, Russen, Por
tugezen, Oostenrijkschers en Turken) ter waarde van circa
4000 gulden en van 35 in munt- en bankpapier.
De laatste som werd dadelijk gebruikt om een schuld
aan haar zuster af te doen en de effecten werden in haar
bed geborgen tot den volgenden dag, om dan gebruikt te
worden tot den koop van een zaakje, waarop men trouwen
kon. Nu zou haar vrijer zien dat zij haar papieren van
dien lastigen notaris toch had weten los te krijgen.
Maar o wee, 't wordt, na een nacht vol dwaze illusiën
morgen, en daar komt, vóór zij zich met de blijde bood
schap tot haar beminde heeft gcrigt, de onverbiddelijke
heer Pieter Mertz, die van den ten huize van den heer v. S.
gepleegden diefstal heeft kennis hekomen en meent dat geen
andere dan juist zij de schuldige kon zijn.
Zij bekent hem haar misdrijf, wijst hem de plaats waar
het gestolene is geborgen en.... verscheen zoo gisteren voor
het Provinciaal Geregtshof in Zuidholland, beschuldigd
van diefstal bij nacht in een bewoond huis met valschen
sleutel en binnenbraUk. Ook daar bekende zij berouwvol
haar schuld; adv.-gen. mr. van Maanen, requireerde haar
schuldigverklaring aan het ten laste gelegde en veroor
deeling deswegens tot tuchthuisstraf voor den tijd van vijf
tot vijftien jaren.
Advocaat mr. van den Burgh voerde bij zijn pleidooi
eenige verzachtende omstandigheden voor zijne cliente aan,
waaronder vooral hare volledige en berouwvolle bekentenis
en dat geheel het gestolene kon worden gerestitueerd
en pleiter deed betrouwvol een beroep op 's Hofs elementie.
Zij zelve zeide toen de president haar het laatste
woord verleende overtuigd te wezen, dat, hoe 's regters
vonnis ook luiden mogt, het zeker welverdiend regtvaardig
wezen zou.
Hierop werd het onderzoek der zaak gesloten verklaard
en de uitspraak bepaald op Vrijdag 19 dezer.
Er blijft ons nog over te verhalen, waarom genoemde
policie-irispecteur juist op de nu beschuldigde vermoeden
kreeg; zij had toch reeds vier jaren de dienst van den heer
v. S. verlaten, men had haar daarna nooit gezien of ge
sproken en ook bij de policie was zij niet bijzonder bekend.
Wat was 't geval? Eenige uren vóór zij tot het plegen
van het misdrijf de bedoelde Woning betrad, had zij deze
meermalen gepasseerd en »goed opgenomen.»
Dit was door een der dienstboden opgemerkt, en zóó
kwam men er toe, zich allereerst tot informatie in deze
tot haar te wenden. En zóó werd ook hier op nieuw
bewaarheid, dat de slimste dieven soms (van hun standpunt
beschouwd) onverklaarbare domheden begaan, die tot een
ontdekking leiden, welke anders, zoo niet onmogelijk, toch
zeker hoogst moeijelijk zou zijn.
Had de beschuldigde de omschreven domheid niet be
gaan, zoo zou voorzeker de regter het hem nu weggelegd
genoegen niet kunnen smaken, aan de bestolene haar
spaarpenningen voor den ouden dag terug te geven, en
zou de toeleg der besch. welligt zijn gelukt, om goede
sier te maken met het door vele jaren arbeids verdiende
geld harer naaste. (Dbl. v. Zh. en 's Gr.)
In den morgen van 4 dezer trad een armoedig gekleed
persoon eene herberg te Moordrecht binnen, waar hij een
kop koffij gebruikte, waarvoor de herbergierster uit mee
warigheid met zijn schamel voorkomen, hem geen geld in
rekening bragt. Na zijn vertrek ontdekte de tapster, dat
haar bezoeker, tot loon voor hare goedheid, drie billart-
ballen had ontvreemd, gezamenlijk 24 waard. Aanstonds
werd de man achtervolgd en aangehouden. Tengevolge
daarvan stond hij jl. Donderdag voor de regtbank te
Rotterdam teregt en bekende zijne schuld aan den diefstal,
dien hij uit armoede heeft bedreven. De eisch is een jaar.
Ook werd de zaak behandeld van een man, die op
verschillende tijdstippen te Delfshaven twee zwepen van
rijtuigen heeft weggenomen, toen de koetsiers zich een
oogenblik verwijderd hadden. Deze voorwerpen, die te
zamen 5.50 waard zijn, heeft hij voor 1.30 en een
borrel verkocht. Hij bekende en bragt tot verschooning in,
dat hij zonder werk was en toen hij de misdrijven pleegde
onder den invloed van sterken drank verkeerde. Tegen
hem eischt de officier een jaar.
Daarop werd een 72jarig man de geregtszaal binnen
geleid, beklaagd van een jas te hebben weggenomen van
iemand, met wien hij in hetzelfde logement logeerde; en
ook van uit eene herberg in de Leeuwenlaan een paar
pantoffels. De beklaagde ontkende pertinent zijne schuld
aan die feiten, en trachtte door allerlei opgaven de bezwaren
te ontzenuwen, die uit de verklaringen van 9 getuigen
tegen hem gerezen waren. In den ontvreemden jas bevonden