INGEZONDEN.
Marine-Haven Nieuwediep.
ADVERTENTIËIM.
Het Kantoor van den Notaris
J. W. HATT1NGA RAVEN
KANAALWEG, No. 30, te Nieuwediep,
J. W. HATTINGA RAVEN,
Kiezersvereenigiiig
ORANJE EN GRONDWET, te Helder.
Mr. II. J. Graaf Schimmelpeiminck,
Hij riep ons toe: „Redt u, maar spoedig!" Als bezetenen
spoedden wij ons uit de gevangenis en op straat. Op het plein de
la Roquette gingen wij uiteen. Ik zocht een schuilplaats in de
wijk en van morgen (Zondag) keerde ik behouden naar mijne
woning terug.
Van de woede, die de vrouwen .onder de opstandelingen bezieldp,
verhaalt men nog de volgende staaltjes: Eene werd door 10 sol
daten weggevoerd. Zij droeg een pantalon van een nationale garde
en had niets anders aan dan een hemd. Zij was groot, met brtede
schoudershaar weelderig haar golfde haar ordeloos langs den rug;
haar oog vonkelde en haar gelaat en handen waren zwart van het
kruid. Om liaar te arresteeren waren eerst slechts vier man ge-
koniraandeerd. Toen die bij haar kwamen, loslte het wijf een
revolver met zes loopen op hen. Drie soldaten werden doodelijk
gewondde vierde oordeelde het verstandig het hazenpad te kiezen,
haar niet uit het oog verliezende, tot er versterking kwam opdagen,
en op haar te schieten, als zij poogde te ontvlugten. Toen er
meer soldaten kwamen, kon zij bij gebrek aan kruid geen gebruik
van haar wapen maken. Een weinig later werden 15 gevangen
vrouwen weggevoerd. Een van haar had een luitenant van een
linie-regiment gedoodtwee anderen waren in kelders, die zij
poogden in brand te steken, gevondeneen was gesnapt terwijl
zij een ontvlambare bom in een keldergat wierp. De meeste waren
van flesschen met petroleum voorzien. De woede vau de menigte
tegen die vrouwen was grenzenloos. Men heefc krachtige maat
regelen moeten nemen om te beletten, dat zij zich op die ramp
zaligen wierp. Dezen, verre van ontmoedigd te zijn, antwoordden
met bedreigingen zeggende, dat gansch Parijs zou verwoest
worden. Gedurende een der laatste nachten bragt een detachement
kavallerie een honderdtal vrouwen over. Zij waren twee aan twee
gebonden. Eene van haar wilde niet voortgaan en daar zij de
andere, ondanks alle pogingen niet tot stilstaan kon dwingen,
wierp zij zich op haar, beet haar in den schouder tot het bloed
er uit sprong. De andere gilde en verweerde zich om hare beten
te ontkomen. Toen de. soldaten haar wilden dwingen los te laten,
rolde zij dol van woede over den grond; men moest haar vatten,
vastbinden en op een kar werpen. In het kamp van Satory liet
een majoor een pas aangekomen troep gevangenen een linie scharen
en kommandeerde: Vrouwen voor! Een twintigtal vrouwen gehoor
zaamde aan dit kommando en haar volgden een aantal gevangenen
in manskleederen. „Waar gaat gij naar toe," vroeg de officier, en
gendarmen naderden om hen weder in de rangen te drijven. „Ik
ben eene vrouw" zegt een. En daar men er aan scheen te twijfelen
opent zij haar vest en hemd en roept zij uitZiet gij wel dat ik
eene vrouw ben! Er waren daar een vijftiental vrouwen, die het
gansche detachement van Parijs tot Versailles voor mannen aan
gezien hadden.
De gevangen insurgenten betoonen zich voor het meerendeel
volstrekt niet vreesachtig. Integendeel, ze beroemen zich op hetgeen
ze hebben gedaan. De man die het peleton kommandeerde dat
den aartsbisschop doodschoot, beroemt zich daarop. Een ander
verklaarde dat de brand van Parijs nog niets was, vergeleken met
iets dergelijks te Londen. Wanneer dat in brand stond zou de
bourgeoisie wel begrijpen dat ze moest toegeven gelijk de adel in
17S9 had toegegeven. Anderen zeggen dat Londen, Liverpool en
Bristol de plaatsen zullen zijn waar in het vervolg het geheim
genootschap, dat gezworen heeft de wereld-revolutie te zullen tot
stand brengen, zijne werkzaamheden zal verrigteu. Eén der opstan
delingen moet zich bereid hebben verklaard mededeelingen te doen
en eene correspondentie hebben overgelegd, gevoerd tusscben de
hoofden der internationale te Londen, Berlijn en Parijs. Volgens
die brieven werd de geheele beweging geleid uit beide eerstge
noemde steden. De verrader is zelf lid van de internationale
geweest.
Pater Hyaeinthe heeft, onder dagteekening van Rome 29 Mei,
aan den Gaulois een brief geschreven, waarin hij zijn erkentelijkheid
aan den dag legt voor de betuigingen van sympathie, die Frankrijk
van het Italiaansche parlement heeft ontvangen. Hij wenscht dat
de banden, die Italië en Frankrijk vereenigen, naauwer worden
toegehaald. Hij raadt de vereeniging tusschen Latijnsche rassen
aan als tegenwigt voor de Germaansehe en Slavische rassen. Pater
Hyaeinthe ziet in de handelingen der Commune de verschrikkelijke
resultaten van de Godverlooehening door het volk.
„De Commune, zegt hij, was de demonstratie van het maat
schappelijk atheïsme. Hij haalt de woorden aan van Gladstone
„De negentiende eeuw is een eeuw der arbeiders." Het tweede
keizerrijk hield zich veel met dat maatschappelijk vraagstuk bezig,
maar te zeer in deu geest der Romeinsche Cesars. Men had die
kwestie moeten trachten op te lossen door verspreiding van het
volksonderwijs, door verkorting van den ongehuwden staat der
soldaten en afschaffing van de wettige prostitutie der vrouwen; en
vooral had men van boven af andere voorbeelden moeten geven dan
die van weelde en zedebedelf.
Ook de kerk is in baar taak tekort geschoten door zich met
leerstellige vraagstukken bezig te houden en haar ware roeping te
miskennen."
Uit het in de asch gelegde Parijs een les voor de toekomst
willende putten, zegt pater Hyaeinthe
Dat is het werk vau een volk dat geen God meer heeft. Dat is
het werk van hen, die het buiten de mogelijkheid stellen nog te
geloovcn aan een God en vooral om Hem lief te hebben.
E n s f' 1 n tl.
In de zitting van liet Lagerhuis van 2 Junij is eene
discussie over de toepassing der tot wering der veepest
gemaakte wetsbepalingen" gevoerd. In den loop daarvan
is gebleken, dat liet gouvernement geene reden tot nieuwe
beperking van den invoer van vee uit Nederland ziet, ook
niet in de gevallen van besmettelijke longziekte, welke
kwaal, gelijk de minister Forster zeide, in Nederland even
als in Engeland voorkwam, doch door de beide gouver
nementen in hunne zorg voor den veestapel even zorg
vuldig werd tegengegaan.
Voor de commissie uit het Lagerhuis, thans belast
met het instellen van een onderzoek naar het zoogenaamde
„baby farming", zullen zeker de volgende opgaven van dr.
Willard Parker, met betrekking tot de uitgebreidheid van
die praktijk te New-York, niet van belang ontbloot zijn.
Op de 35,000 kinderen, die jaarlijks te New-York geboren
worden, zijn er 2500 onwettige; terwijl er jaarlijks ongeveer
3000 door bij de wet onstrafbare middelen worden uit den
weg geruimd. In 1869 bestond 27.4 cn in 1870 31 pCt.
van het doodental uit kinderen beneden één jaar. In het
vondelingshuis te Montrea! stierven van de 4.059 opgeno
men kinderen niet minder dan 3.769; slechts 7 pCt. bereikte
er den leeftijd van één jaar. Daartegenover staat het feit,
dat van kinderen door de moeder grootgebragt er in de
stad gemiddeld 70, op het platteland 88 pCt. in leven
blijven. Dr. Parker geeft den raad, dat alle vondeling-
gestichten naar het platteland zullen verplaatst worden.
In het ontwerp-legerwet, dat eerstdaags weder in
behandeling zal konten, wordt door den minister de aan
dacht gevestigd op deu nadeeligen invloed, die gebrek aan
bezigheid op de soldaten uitoefent. Dit vindt algemeen weer
klank. In een der bladen b. v. zet een soldaat zijn gedach
ten hieromtrent uiteen. Hij bewijst dat de beste en zede-
lijkste soldaten gevonden worden onder de korpsen die het
meest moeten arbeiden, de Royal Engineers b. v, en het
zoogenaamde werklieden-korps. Deze knnnen ook meer
geld verdienen. De cavalerie, die uit den aard der zaak
meer werk moet verrigten dan de infanterie, gedraagt zich
veel beter dan het voetvolk. Met voorbeelden wordt dit
alles door den schrijver gestaafd. Hij noemt dc kazernen
der infanterie buiten etens-, poets-, en slaaptijd, hospitalen
van luiheid en drintt er bij de regering sterk op aan dat
aan de soldaten gelegenheid zal worden gegeven om te
arbeiden. Een soldaat in vredestijd zegt hij inoet
niet langer vergeleken kunnen worden met een haard in
den zomer, d. i. met een onnut voorwerp.
De honden-tentoonstelling te Londen zal ditmaal
schitterend zijn. Het aantal geëxponeet'den is zóó groot,
dat, behalve ander voedsel, ongeveer 1400 Eng. ponden
tot hun dagelijksche voeding noodig zijn. Vuur- en water
werken, benevens eene uitvoering van de opera Martlia,
zullen aan de tentoonstelling hoogeren luister bijzetten.
De Saturday Review levert een breedvoerig overzigt
van de communistische elementen binnen Londen en komt
daarbij tot de conclusie, dat ook de Britsche hoofdstad
brandstoffen genoeg bevat, die slechts door een energieke
hand behoefde bijééngebragt en aangestoken te worden.
Wij willen roept het blad over dit onderwerp niet
moraliserenmaar zóóveel willen we zeggen dat het
gunstig contrast tusschen Londen en Parijs ons niet ver
leiden moet tot opgeblazenheid. Wanneer we onszelf geluk
wenschen, moet 't zijn met siddering en dankbaarheid.
Bij de Bethnal Green Board of Guardians is een
klagt ingediend over de wijze, waarop de van de armen
begraven personen ter aarde werden besteld. Het bleek bij
onderzoek, dat die begrafenissen waren uitbesteed voor
ƒ2.40, waarvoor de aannemer kist en lijkwade moest leveren
en het lijk daarmede naar het kerkhof overbrengen; Geen
wonder dat de kisten uit half vergaan hout bleken te zijn
zamengetimmerd, en dat de leverantie van lijkwaden werd
évergeten," tot groote ergernis van de betrekkingen der
overledenen.
Dnitgchland.
In de barakken op het Tempelhofer-veld te Berlijn
bevonden zich onderscheidene soldaten, wier vleeschwonden
niet wilden genezen. Men heeft toen met den besten uit
slag stukjes huid genomen uit de armen van gezonde
soldaten, die zich daartoe in massa aanbiedendeze gezonde
stukjes op de wonden gelegd en met hechtpleister daar
tegen bevestigd, groeiden in den regel snel en dragen veel
bij tot spoedige genezing.
Karl Müller, die liet kantoor der Rothschild's in
brand heeft willen steken, is met opzet, bij een verhoor zoo
hard met het hoofd tegen den muur geloopen, dat men
hem naar het hospitaal heeft moeten vervoeren.
Men leest in de Neue Freie Presse: Er zijn te
naanwernood eenige maanden verloopen dat de armee zich
verheugt in de vrijheid den baard naar willekeur te mogen
dragen, of in het ministerie van Oorlog wordt beraadslaagd
over de wenschelijkheid, die vrijheid weder aan banden
te leggen. Het ministerie zou het voornamelijk op den
knevel voorzien hebben, die dan ook verboden zal
worden te dragen.
Door het hoog-geregtshof te Pesth zijn de gewezen
Vorst Karageorgevich en de beide mede-aangeklaagden,
Trifkovich en Stankovicli, wegens gebrek aan bewijzen,
vrijgesproken van een moordaanslag op Vorst Michael op
10 Junij 1868.
Texel, 2 Junij 1871.
Mijnheer de Redacteur!
In uw geacht blad, del. 28 Mei jl., las ik een fragmentarisch
stuk, uit eene beschrijving van ons eiland, voorkomende in het
Utr. Dagblad. Ik begrijp, dat die West-Friesche briefschrijver niet
meer op de hoogte is vau Texel's bijzonderheden en eigenaardigheden.
Het zou trouwens wel dadelijk gebleken zijn als er slechts een
jaartal had gestaan, dat aanduidde wanneer de brief geschreven
was. Dit was evenwel zoo niet. En nu wil ik uwe lezers aantoonen,
dat de schrijver van dien brief minstens 10 jaar geleden ons eiland
bezocht. Het weesbuis aan den Burg maakt sedert geruimen tijd
niet den indruk van somberheid en indien „Ada van Holland"
daar werkelijk eens gevangen zat, zou zjj, thans onder 't levend
geslacht terugkeerende, hare gevangenis niet meer herkennen.
De kerk aan de Waal heeft geen voorkomen van een oude kapel
maar is integendeel nieuw, ongeveer 10 jaar geleden gebouwd.
De tijd, toen men de „Pinksterblom" met theezeefjes, zilveren
trekpotten en dergelijken versierde, is mogelijk dien van schrijvers
jeugd (in 't vertrouwen dat hij een halve eeuw achter den rug
heeft); terwijl de wijze om de kleurstof voor de groene kaas te
bekomen welligt vóór-historisch is; niet onmogelijk is dit feit alleen
als geestigheid gedebiteerddoch de waarheid lijdt er zoodoende
onder. Het is stellig uit onbekendheid, dat 't Utr. Dagblad zulke
oudbakken brieven of liever beschrijvingen opneemt, maar mogelijk
wist de Red. van het blad niet, in welken tijd de brief geschreven
of dc bouwstof verzameld werd. Er zouden nog meer aanmerkingen
te maken zijn, bijv. omtrent de afkomst der fondsen van het
weeshuis, maar 't verwondert mij, dat men iu dezen tijd vau
vooruitgang nog zoo iets opdischt.
In 't vervolg zou de inzender der West-Friesche brieven wel
doen beschrijvingen met jaartallen te leveren, dan weet ieder den
ouderdom der opgaven en zoodoende wordt men behoed voor ver
keerd oordeelen over een en ander.
Om der waarheidwille meende ik U een plaatsje te moeten
verzoeken en blijf hoogachtend,
Uw Dienaar,
JAN ONBEKEND.
In bet nlgremeen belang;
wordt men opmerkzaam gemaakt op de in deze courant voor
komende advertentie van den Heer GUSTAV SCIIWARZSCHILD,
te Hamburg. De daarbij geannonceerde loten kunnen wij, in aan
merking der vele prijzen die in deze loterij zijn, ten beste aanbevelen,
terwijl het genoemde huis, dat met den verkoop dezer loten belast
is en waarvan de realiteit en soliditeit algemeen bekend is, de
beste waarborg oplevert. Het is dan ook niet te bevreemden dat
zeer vele orders naar hetzelve worden gezonden, die immer met de
meeste zorg ten spoedigste worden uitgevoerd.
Belungprijk voor velen!
In alle brancheu, bijzonder echter met betrekking tot de algemeen
gezochte origiueele loten, is het vertrouwen geregtvaardigd, ecnerzijds
door de erkende soliditeit der firma en ten anderen door den
daardoor voortgevloeiden enormen aftrek. De uithoofde van hare
naauwkeurig- en stiptheid bekende Staatseftëctenhandel van
ADOLPI1 HAAS, in Hamburg, wordt dan ook aan ieder met
warmte aanbevolenen doen wij een ieders aandacht vestigen op
de heden in ons blad voorkomende advertentie der voormelde firma.
Zeilklaar liggende en vertrokken Schepen Groote Vaart
Aankomst. Vertrek. Schip. Gezagvoerder. Bestemming.
31 Mei. 6 Junij. Maibit. F.H.Popken. Batavia.
5 Junij. 6 Raphaël. G.Molenaar. Curaqao.
5 Junij. Aria cn Betsy. R. Ran. Samarang.
Vertrokken per Maibit de hh. W. S. J. Winter en echtgenoot;
J. A. Oudemans; Kanter Visser; mevr. dewed.E.Krausse; mej.J.vd.Ven.
Binnengekomen Koopvaardijschepen Groote Vaart.
Binnenk. Schip. Gezagvoerder. Cargadoor Herkomst.
1 Junij. Jason. II. Haack. ZurMühlen&Co. Marseille.
1 Maarten v.Rossem.A.J.Boon. H. J.Tweebnijs. Batavia.
2 Java. W. L. Bakker. Duink.&Goedk. Soerabaija.
2 Batoe Bassi. P.VitringaCoulon.ZurMühlen&Co. Macassar.
4 Bengal. J. Setter. Duinker&Goedk. Samarang.
4 Falco. F. SaruUtröm.* van Vliet Co. NewOrleans.
4 Cavour. II. J. Nielsen.*
4 LadyCecilia.W. G. Tate. ZurMühlen&Co. Batavia.
4 RenfrewshireR.Thompson. Duinker&Goedk. Galatz.
4 ii HenryFlitnerJ. B. Dickev* van Vliet Co. Galveston.
5 Mary. W.H.Cashon.* NewOrleans.
5 Sampo. J.H.lIuovinen. Duinker&Goedk. Baltimore.
5 Pioen. C.C.Knutzen.* van Vliet Co. NewOrleans.
Hebben 5 dagen quarantaine ter reede gelegen.
Binnengekomen Schepen bestemd hunne lading in de
Binnenhaven te lossen.
Schip. Gezagvoerder. Herkomst. Lading. Cargadoor.
Londonderry. W. Slater. Sunderland. Steenk. ZurMühlen&Co.
Elizabeth. J. Wilson. Duink.&Goedk.
Malta. A. Purvis. Newcastle. C. Berghuijs.
Magna Charta. J. Drew. II. J. Tweehuijs.
Marsdon. G. E. Scharp. Sunderland. C. Berghuijs.
Eroe. C. Rowlanda. ZurMühlen&Co.
Bilbao. S. Clarck. Seaham.
Attaliah. J. Storm. Sunderland. Duinker&Goedk
Ocean Queen. J. Sawell. Seaham.
Seaham. R. Dodds. Sunderland.
NicholasSmirk.P.Lambton. C. Berghuijs.
Weerkundige Waarnemingen te Helder (Landskeet).
:s»
e
3
Uren.
Windrigting
en
Kracht.
Barometer
mm.
Thermometer
C.
Vochtigh ,1
procent.
Toestand
van
de
zee.
Stand. Afw.
Stand.
Afw.
4
12
notn. 6k.
761.40
f 0.40
11.0
- 5.3
0.73
wein.golv
5
12
nno. 17 n
762.97
f 1.89
12.4
- 4.4
0.67
Holwater
6
8
nnw. 14„
766.75
f 5.60
10.4
- 4.6
0.73
Hol in z.
G
12
nw. 7„
759.29
- 1.86
10.6
- 6.3
0.73
Golvend.
Weersgesteldheid: 4Junijl2uD.
5 Junyl2 u. Helder, beneveld, wind, onstuimig.
6 Junij 8 u. Helder, winderig.
6 Junijl2 u Bewolkt, winderig.
Op den 26sten Mei overleed mijne geliefde Echtgenoot
NEELTJE BUIJS, na een kort doch hevig lijden in eene
ontijdige bevalling, in den ouderdom van 30 jaren, mij
nalatende drie nog zeer jeugdige Kinderen.
Amsterdam, 4 Junij 1871.
C. J. BRAND.
Wegens buitenlandsclic betrekkingen eerst heden geplaatst.
wordt gehouden ten huize aan den
alwaar tevens berusten A1L DE MIAUUT-AKTKRI ver
leden door den voormalige» Rotaria WILLEM JAN
HIDDE BOK en sommige zijner voorgangers.
De oadergeteekende acht zich ter wille der waarheid
verpligt het bovenstaande nogmaals ter kennisse van het
algemeen te brengen, vermits het hem gebleken is, dat
velen in de veronderstelling verkeeren, de bewaring van
gemelde Akten aan een ander is opgedragen. Van zekere
zijde verspreide geruchten hebben tot die veronderstelling
alligt aanleiding gegeven.
RiOTAKIS te AIEUWEDIEP.
Met eenparigheid is door de Leden gekozen tot Candidaat
voor de vacature van het Lidmaatschap der Staten-Generaal,
de Heer
Oud-Minister van Finantiën, te 's Gravenhage.
De Kiezers worden verzocht op Dingadag 13 Junij
c. k. getrouw ter stemming op te komen en hunne stem
op genoemden Heer uit te brengen.
Mr. D. P. H. ABERSON,
President.